Yamaha FL250 (2014) Handleiding

Yamaha Buitenboordmotor FL250 (2014)

Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Yamaha FL250 (2014) (116 pagina's) in de categorie Buitenboordmotor. Deze handleiding was nuttig voor 33 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/116
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens uw bui-
tenboordmotor te gebruiken.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
F225F
FL225F
F250D
FL250D
F300B
FL300B
F250D1
FL250D1
F300B1
FL300B1
6CE-28199-73-D0
DMU25053
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens uw buitenboordmotor te
gebruiken. Bewaar deze handleiding aan boord in een waterdichte zak tijdens
het varen. Deze handleiding moet bij de buitenboordmotor blijven wanneer hij
wordt verkocht.
Belangrijke handleidingsinformatie
DMU25108
Aan de eigenaar
Dank u voor het kiezen van een Yamaha bui-
tenboordmotor. Deze gebruikershandleiding
bevat informatie over juiste bediening, on-
derhoud en zorg. Een grondig begrip van
deze eenvoudige instructies zal u helpen om
maximaal plezier uit uw nieuwe Yamaha te
krijgen. Raadpleeg een Yamaha-dealer, in-
dien u vragen over de bediening of onder-
houd van uw buitenboordmotor hebt.
In deze gebruikershandleiding is bijzonder
belangrijke informatie als volgt aangeduid.
: dit is het symbool voor veiligheids-
waarschuwingen. Het wordt gebruikt om u
op mogelijke verwondinggevaren te wijzen.
Volg alle veiligheidsmeldingen achter dit
symbool op om mogelijke verwondingen of
overlijden te voorkomen.
WAARSCHUWING
DWM00782
Een WAARSCHUWING wijst op een ge-
vaarlijke situatie die kan leiden tot de
dood of ernstige letsels als ze niet wordt
vermeden.
OPGELET
DCM00702
Een alinea die vooraf wordt gegaan door
OPGELET vermeldt speciale voorzorgs-
maatregelen die moeten worden geno-
men om schade aan de
buitenboordmotor of aan andere eigen-
dommen te voorkomen.
NOTA:
Een NOTA geeft belangrijke informatie om
handelingen gemakkelijker of duidelijker te
maken.
Yamaha zoekt voortdurend vooruitgang in
productontwerp en kwaliteit. Daarom, on-
danks dat deze handleiding de laatste pro-
ductinformatie bevat die verkrijgbaar is ten
tijde van uitgave, kunnen er kleine afwijkin-
gen tussen uw machine en deze handleiding
zijn. Raadpleeg uw Yamaha-dealer, indien u
enige vragen aangaande dit handboek heeft.
Yamaha raadt aan dat u het product correct
gebruikt en de gespecificeerde periodieke in-
specties en onderhoud correct uitvoert vol-
gens de instructies in de
gebruikershandleiding, om een lang leven
van het product te verzekeren. Elke schade,
veroorzaakt door het niet volgen van deze in-
structies, valt niet onder de garantie.
Sommige landen hanteren wetten of regels
die gebruikers verbieden het product mee te
nemen buiten het land van aankoop. Dit kan
het registreren van het product in het land
van bestemming onmogelijk maken. Daar-
naast kan de garantie in sommige gebieden
niet van toepassing zijn. Raadpleeg de dea-
ler waar het product is aangeschaft voor
meer informatie, indien u het product mee
wilt nemen naar een ander land.
Indien het gekochte product reeds was ge-
bruikt, neemt u contact op met uw dichtstbij-
zijnde dealer voor herregistratie en om recht
te krijgen op de aangegeven diensten.
NOTA:
De F225FET, FL225FET, F250DET,
FL250DET, F300BET, FL300BET,
F250DET1, FL250DET1, F300BET1,
FL300BET1 en de standaardaccessoires
worden gebruikt als basis voor de verklarin-
gen en afbeeldingen in deze handleiding.
Daardoor kunnen sommige onderdelen niet
op ieder model van toepassing zijn.
Belangrijke handleidingsinformatie
DMU25122
F225F, FL225F, F250D, FL250D, F300B,
FL300B, F250D1, FL250D1, F300B1, FL300B1
GEBRUIKERSHANDLEIDING
©2013 door Yamaha Motor Co., Ltd.
1e Uitgave, november 2013
Alle rechten voorbehouden.
Elke herdruk of onbevoegd gebruik
zonder de schriftelijke toelating van
Yamaha Motor Co., Ltd.
is uitdrukkelijk verboden.
Gedrukt in Japan
Inhoud
Veiligheidsinformatie ........................ 1
Buitenboordmotorveiligheid.............. 1
Propeller .............................................. 1
Draaiende onderdelen......................... 1
Hete onderdelen.................................. 1
Elektrische schokken........................... 1
Trim- en kantelbekrachtiging ............... 1
Noodstopkoord .................................... 1
Benzine ............................................... 2
Blootstelling aan en morsen van
benzine ............................................ 2
Koolmonoxide...................................... 2
Wijzigingen .......................................... 2
Scheepvaartveiligheid ...................... 2
Alcohol en verdovende middelen ........ 2
Zwemvesten ........................................ 2
Mensen in het water ............................ 2
Passagiers........................................... 3
Overladen............................................ 3
Vermijd botsingen................................ 3
Weersomstandigheden ....................... 3
Passagiersopleiding ............................ 4
Scheepvaartveiligheidspublicaties ...... 4
Wetten en voorschriften ...................... 4
Algemene informatie......................... 5
Plaats voor identificatienummers ..... 5
Buitenboordmotorserienummer........... 5
Serienummer van de digital
electronic control.............................. 5
Sleutelnummer .................................... 6
EG-verklaring van
overeenstemming ......................... 6
EG label .......................................... 6
C-Tick label ...................................... 6
Lees handleidingen en labels........... 8
Waarschuwingslabels ......................... 8
Specificaties en vereisten .............. 11
Technische gegevens .................... 11
Installatievereisten ......................... 13
Bootvermogen (pk)............................ 13
Buitenboordmotor monteren.............. 13
Yamaha Security System ................. 13
Vereisten voor de digital electronic
control ......................................... 13
Accuvereisten ................................ 14
Technische gegevens van de accu ... 14
Monteren van de accu ....................... 14
Meerdere accu’s ................................ 14
Propellerkeuze............................... 14
Modellen met tegengestelde
draaiing .......................................... 15
Neutraal-startbeveiliging ................ 16
Motorolievereisten.......................... 16
Brandstofvereisten ......................... 16
Benzine ............................................. 16
Anti-fouling..................................... 17
Buitenboordmotorafdankings-
vereisten ..................................... 18
Nooduitrusting................................ 18
Uitlaatregelingsinformatie .............. 18
Sterrenlabels ..................................... 19
Componenten.................................. 21
Schematische voorstelling van de
componenten .............................. 21
Afstandsbedieningzender ................. 24
Ontvanger ......................................... 25
Yamaha Security System
vergrendel- en ontgrendelmodus ... 25
Digital Electronic Control-doos .......... 26
Lampje “digital electronic control
actief” ............................................. 26
Waarschuwingslampje van de
digital electronic control ................. 27
Bedieningshendel .............................. 27
Schakelaar voor het losmaken van
de gashendel ................................. 28
Gashendelfrictieafstelling .................. 29
Noodstopkoord en clip....................... 29
Hoofdschakelaar ............................... 30
Start/stop-schakelaarpaneel.............. 30
Alles starten/stoppen-
schakelaarpaneel ........................... 31
Inhoud
Trim- en
kantelbekrachtigingsschakelaar
op digital electronic control ............ 31
Trim- en
kantelbekrachtigingsschakelaar
aan onderkant motorkap ................ 31
Trim- en
kantelbekrachtigingsschakelaars
(type voor twee motoren)............... 32
Trimtap met anode ............................ 32
Kantelsteunhendel voor model met
trim- en kantelbekrachtiging........... 33
Motorkapvergrendelhendel................ 33
Doorspoelplug ................................... 34
Brandstoffilter .................................... 34
Instrumenten en
verklikkerlampjes ............................ 35
6Y9 Multifunction Color Gauge ...... 35
YAMAHA SECURITY SYSTEM-
indicator ......................................... 35
Motorwarmdraai-indicator.................. 35
Motorsynchronisatie-indicator ........... 36
Oververhittingswaarschuwing ........... 36
Oliedrukwaarschuwing ...................... 36
Waterafscheiderwaarschuwing ......... 37
Waarschuwing voor lage
accuspanning................................. 37
Motorstoringwaarschuwing................ 38
6Y8 Multifunctionele meters ...........38
6Y8 Multifunctionele
toerentellers ................................ 39
Yamaha Security System-
informatie ...................................... 40
Oliedrukwaarschuwing ...................... 40
Oververhittingswaarschuwing ........... 41
Waterafscheiderwaarschuwing ......... 41
Motorstoringwaarschuwing................ 42
Waarschuwing voor lage
accuspanning................................. 42
6Y8 Multifunctionele snelheid &
brandstofmeters .......................... 43
6Y8 Multifunctionele
snelheidsmeters .......................... 44
6Y8 Multifunctionele
brandstofbeheermeters............... 45
Optionele meters............................ 45
Motorcontrolesysteem ................... 46
Waarschuwingssysteem ................ 46
Digital Electronic Control-
waarschuwing ................................ 46
Oververhittingswaarschuwing ........... 46
Oliedrukwaarschuwing ...................... 48
Waterafscheiderwaarschuwing ......... 49
Installatie ......................................... 50
Installatie........................................ 50
De buitenboordmotor monteren ........ 50
Werking............................................ 52
Eerste gebruik................................ 52
De motor met motorolie vullen .......... 52
Inlopen van de motor......................... 52
Leer uw boot kennen ......................... 53
Controleert voordat de motor
wordt gestart ............................... 53
Brandstofpeil ..................................... 53
Motorkap verwijderen ........................ 53
Brandstofsysteem.............................. 53
Bedieningselementen ........................ 54
Noodstopkoord .................................. 54
Motorolie............................................ 54
Buitenboordmotor .............................. 55
Doorspoelplug ................................... 55
Installeren van de motorkap .............. 55
Controleren van het trim- en
kantelbekrachtigingssysteem ......... 57
Accu .................................................. 58
Brandstof bijvullen ......................... 58
De motor gebruiken ....................... 59
Brandstof verzenden ......................... 59
Starten van de motor ......................... 59
Controles na het starten van de
motor........................................... 61
Koelwater .......................................... 61
De motor laten warmdraaien.......... 62
Inhoud
Modellen met elektrische starter ....... 62
Controles na het warmdraaien van
de motor ...................................... 62
Schakelen.......................................... 62
Stopschakelaars................................ 62
Schakelen ......................................62
De boot stoppen............................. 63
Stapvoets varen ............................. 63
Regelen van de snelheid voor
stapvoets varen.............................. 63
Motor uitschakelen ......................... 64
Procedure voor het stoppen van de
motor.............................................. 64
De buitenboordmotor trimmen ....... 65
Instellen van de trimhoek (trim- en
kantelbekrachtiging)....................... 66
Boottrim instellen............................... 66
Omhoog en omlaag kantelen ......... 67
Procedure voor omhoog kantelen
(modellen met trim- en
kantelbekrachtiging)....................... 68
Procedure voor omlaag kantelen
(modellen met trim- en
kantelbekrachtiging)....................... 69
Ondiep water .................................70
Varen in ondiep water ....................... 70
Varen in andere
omstandigheden..........................71
Onderhoud ....................................... 72
Vervoeren en opbergen van de
buitenboordmotor........................ 72
Opbergen van de
buitenboordmotor........................... 72
Procedure.......................................... 73
Smering ............................................. 73
Spoelen van koelwatermantel ........... 73
Controleren van geverfd oppervlak
van de buitenboordmotor ............... 74
Periodiek onderhoud ...................... 74
Vervangingsonderdelen .................... 75
Zware gebruiksomstandigheden ....... 75
Onderhoudsschema 1 ....................... 76
Onderhoudsschema 2 ....................... 78
Smeren.............................................. 79
Inspecteren van de bougie ................ 80
Controle van het
motorvrijlooptoerental .................... 81
Motorolie verversen........................... 82
Inspecteer bedrading en
aansluitstukken .............................. 88
Inspecteren van de propeller............. 88
Verwijderen van de propeller............. 89
Installeren van de propeller ............... 89
Verversen van tandwielolie ............... 90
Inspecteren en vervangen van
elektrode(n) .................................... 92
Controleren van de accu (voor
modellen met elektrische starter)... 93
Aansluiten van de accu ..................... 93
Loskoppelen van de accu.................. 95
Opbergen van de batterij................... 95
Herstellen van defecten.................. 96
Problemen verhelpen..................... 96
Tijdelijke handeling in een
noodgeval ................................. 100
Impact schade ................................. 100
Slechts één motor laten draaien
(tweemotorige boten) ................... 100
Vervangen van de zekering............. 101
De trim- en
kantelbekrachtigingseenheid
werkt niet...................................... 102
Waarschuwingslampje van
waterafscheider knippert tijdens
varen ............................................ 102
Behandeling van
ondergedompelde motor........... 104
INDEX ............................................. 105
1
Veiligheidsinformatie
DMU33623
Buitenboordmotorveiligheid
Neem deze voorzorgsmaatregelen te allen
tijde in acht.
DMU36502
Propeller
Personen kunnen gewond raken of gedood
worden wanneer ze in contact komen met de
propeller. De propeller kan blijven bewegen
wanneer de motor in neutraal staat, en de
scherpe randen van de propeller kunnen ook
snijwonden veroorzaken terwijl de propeller
stilstaat.
Schakel de motor uit wanneer er zich een
persoon vlakbij de boot in het water be-
vindt.
Houd mensen uit de buurt van de propel-
ler, zelfs wanneer de motor niet draait.
DMU40272
Draaiende onderdelen
Handen, voeten, haar, juwelen, kledingstuk-
ken, zwemvestriempjes enz. kunnen worden
gegrepen door de inwendige draaiende on-
derdelen van de motor, met ernstige verwon-
dingen of de dood tot gevolg.
Verwijder de motorkap nooit als het niet echt
nodig is. Verwijder of installeer de motorkap
nooit terwijl de motor draait.
Laat de motor uitsluitend zonder motorkap
draaien met inachtneming van de specifieke
instructies in de handleiding. Houd uw han-
den, voeten, haar, juwelen, kledingstukken,
zwemvestriempjes enz. uit de buurt van
eventuele blootliggende bewegende onder-
delen.
DMU33641
Hete onderdelen
Tijdens en na de werking zijn bepaalde mo-
toronderdelen heet genoeg om brandwon-
den te veroorzaken. Vermijd iedere
aanraking met onderdelen onder de motor-
kap tot de motor is afgekoeld.
DMU33651
Elektrische schokken
Raak geen elektrische onderdelen aan bij
het starten van de motor of terwijl de motor
draait. Ze kunnen schokken of elektrocutie
veroorzaken.
DMU33661
Trim- en kantelbekrachtiging
Er kunnen lichaamsdelen worden verpletterd
tussen de motor en de klembeugel wanneer
de motor wordt getrimd of gekanteld. Houd li-
chaamsdelen te allen tijde uit deze zone.
Vergewis u ervan dat er zich niemand in
deze zone bevindt alvorens het trim- en kan-
telbekrachtigingsmechanisme te laten wer-
ken.
De trim- en kantelbekrachtigingsschakelaars
werken ook wanneer de hoofdschakelaar op
uit staat. Houd mensen uit de buurt van de
schakelaars tijdens werkzaamheden rond-
om de motor.
Kom nooit onder het staartstuk als het ge-
kanteld is, zelfs niet als de kantelsteunhen-
del vergrendeld is. Als de buitenboordmotor
per ongeluk valt, kunt u ernstig gewond ra-
ken.
DMU41252
Noodstopkoord
Bevestig de noodstopkoord zo dat de motor
stopt wanneer de gebruiker overboord valt of
de stuurhendel verlaat. Dat om te voorko-
men dat de boot stuurloos verder vaart en
mensen achterlaat, of over mensen of voor-
werpen vaart.
Bevestig de noodstopkoord tijdens het ge-
bruik van de motor altijd op een veilige plaats
aan uw kleding, of aan uw arm of been. Maak
ze niet los om de stuurhendel te verlaten ter-
wijl de boot vaart. Bevestig de motoruitscha-
kelkoord niet aan een kledingstuk dat los zou
kunnen scheuren, en leid de motoruitscha-
kelkoord niet langs punten waar ze verstrikt
Veiligheidsinformatie
2
kan raken, zodat ze haar functie niet langer
vervult.
Leid de motoruitschakelkoord niet langs
plaatsen waar de kans groot is dat er per on-
geluk aan wordt getrokken. Als er aan de
motoruitschakelkoord wordt getrokken tij-
dens het varen, wordt de motor uitgescha-
keld en kunt u de boot niet meer besturen.
De boot zou snel kunnen vertragen, waar-
door passagiers en voorwerpen voorwaarts
worden geslingerd.
DMU33811
Benzine
Benzine en benzinedampen zijn uiterst
brandbaar en explosief. Volg voor het tan-
ken steeds de procedure op pagina 59 om
het risico van brand en explosie zo klein mo-
gelijk te houden.
DMU33821
Blootstelling aan en morsen van
benzine
Mors geen benzine. Als u toch benzine
morst, veeg hem dan onmiddellijk op met
droge doeken. Werp de doeken weg zoals
het hoort.
Mocht er benzine op uw huid terechtkomen,
verwijder die dan onmiddellijk met zeep en
water. Trek andere kleren aan als er benzine
op uw kleren terecht is gekomen.
Raadpleeg onmiddellijk een arts als u benzi-
ne hebt ingeslikt, heel veel benzinedamp
hebt ingeademd of benzine in de ogen hebt
gekregen. Tracht nooit brandstof over te he-
velen door ze aan te zuigen met uw mond.
DMU33901
Koolmonoxide
Dit product stoot uitlaatgassen uit die kool-
monoxide bevatten, een kleur- en geurloos
gas dat hersenschade of de dood van ver-
oorzaken bij inademing. Symptomen van
koolmonoxidevergiftiging zijn onder meer
misselijkheid, duizeligheid en slaperigheid.
Zorg ervoor dat cockpit en cabine altijd goed
geventileerd zijn. Vermijd het blokkeren van
uitlaatopeningen.
DMU33781
Wijzigingen
Tracht geen wijzigingen aan te brengen aan
deze buitenboordmotor. Wijzigingen aan uw
buitenboordmotor kunnen de veiligheid en
betrouwbaarheid aantasten, en de buiten-
boordmotor onveilig of onwettig voor gebruik
maken.
DMU33741
Scheepvaartveiligheid
Dit hoofdstuk bevat enkele van vele belang-
rijke veiligheidsvoorschriften die u dient na te
leven tijdens het varen.
DMU33711
Alcohol en verdovende middelen
Ga nooit uit varen na het drinken van alcohol
of het innemen van verdovende middelen.
Intoxicatie is een van de voornaamste facto-
ren die bijdragen tot dodelijke ongevallen op
het water.
DMU40281
Zwemvesten
Zorg dat u een goedgekeurd zwemvest aan
boord hebt voor elke passagier. Yamaha
raadt u aan altijd een zwemvest te dragen
wanneer u gaat varen. Kinderen en niet-
zwemmers moeten in ieder geval altijd een
zwemvest dragen, en iedereen moet een
zwemvest dragen wanneer de vaaromstan-
digheden gevaarlijk zijn of kunnen worden.
DMU33732
Mensen in het water
Kijk altijd zorgvuldig uit voor mensen in het
water, zoals zwemmers, waterskiërs of dui-
kers, telkens wanneer de motor draait. Wan-
neer er zich iemand in het water bevindt
vlakbij de boot, schakelt u in neutraal en legt
u de motor stil.
Blijf uit de buurt van zwemzones. Zwemmers
Veiligheidsinformatie
3
kunnen moeilijk zichtbaar zijn.
De propeller kan blijven draaien, zelfs wan-
neer de motor in neutraal staat. Schakel de
motor uit wanneer er zich een persoon vlak-
bij de boot in het water bevindt.
DMU33752
Passagiers
Raadpleeg de instructies van uw bootfabri-
kant voor informatie over de aangewezen
passagiersplaatsen in uw boot en vergewis u
ervan dat alle passagiers veilig plaats heb-
ben genomen alvorens te accelereren en
wanneer de motor sneller draait dan met het
stationair toerental. Staan of zitten op niet
aangewezen plaatsen kan ervoor zorgen dat
men overboord wordt geslingerd of in de
boot valt ten gevolge van golven, kielzog of
plotse snelheids- of richtingsveranderingen.
Zelfs wanneer iedereen correct plaats heeft
genomen in de boot, dient u uw passagiers
te waarschuwen wanneer u een ongewoon
manoeuvre dient te maken. Tracht opsprin-
gende golven en kielzog steeds te vermij-
den.
DMU33762
Overladen
De boot mag nooit worden overladen. Kijk op
de bootcapaciteitsplaat of raadpleeg de
bootfabrikant voor het toegestane maxi-
mumgewicht en maximumaantal passagiers.
Zorg ervoor dat het gewicht naar behoren
over de boot is verdeeld in overeenstemming
met de instructies van de bootfabrikant. Het
overladen of verkeerd verdelen van het ge-
wicht over de boot kan de bestuurbaarheid
van de boot in het gedrang brengen en lei-
den tot ongevallen, kapseizen of vollopen.
DMU33773
Vermijd botsingen
Wees voortdurend op de uitkijk voor men-
sen, voorwerpen en andere boten. Wees op
uw hoede voor omstandigheden die de zicht-
baarheid beperken of uw zicht blokkeren.
Stuur defensief met een veilige snelheid en
houd voldoende afstand van mensen, voor-
werpen en andere boten.
Vaar niet op korte afstand achter andere
boten of waterskiërs.
Vermijd scherpe bochten of andere ma-
noeuvres die het anderen moeilijk maken
om u te ontwijken of te voorspellen waar u
heen gaat.
Vermijd gebieden met gezonken voorwer-
pen of ondiep water.
Ken uw grenzen en vermijd agressieve
manoeuvres om het risico op controlever-
lies en botsingen te vermijden en om te
vermijden dat u uit het vaartuig wordt ge-
slingerd.
Reageer tijdig om botsingen te vermijden.
Vergeet niet dat boten geen remmen heb-
ben en dat het afzetten van de motor of het
verminderen van de stuwkracht de wen-
baarheid kunnen verminderen. Als u niet
zeker bent dat u op tijd kunt stoppen om
een voorwerp te ontwijken, geef dan gas
bij en stuur in een andere richting.
DMU33791
Weersomstandigheden
Zorg dat u op de hoogte bent van het weer-
bericht. Controleer de weersvoorspellingen
alvorens uit te varen. Ga beter niet uit varen
in gevaarlijk weer.
ZMU06025
Veiligheidsinformatie
4
DMU33881
Passagiersopleiding
Zorg ervoor dat ten minste één andere pas-
sagier opgeleid is in het besturen van de
boot in geval van nood.
DMU33891
Scheepvaartveiligheidspublicaties
Informeer u over de scheepvaartveiligheids-
voorschriften. Bijkomende publicaties en in-
formatie kunt u bekomen bij heel wat
scheepvaartorganisaties.
DMU33601
Wetten en voorschriften
Leer de scheepvaartwetten en -reglementen
die gelden op de plaats waar u gaat varen,
en leef deze na. Er gelden verschillende re-
gels naar gelang van de geografische plaats,
maar in wezen zijn ze allemaal gelijk aan de
Internationale Scheepvaartregels.
5
Algemene informatie
DMU25172
Plaats voor
identificatienummers
DMU25185
Buitenboordmotorserienummer
Het serienummer van de buitenboordmotor
staat vermeld op het label op de bakboordzij-
de van de klembeugel.
Noteer uw buitenboordmotorserienummer in
de daartoe voorziene ruimten om op te ge-
ven bij het bestellen van wisselstukken bij uw
Yamaha-dealer of als referentie in geval uw
buitenboordmotor wordt gestolen.
DMU34944
Serienummer van de digital
electronic control
Het serienummer van de digital electronic
control werd gestempeld op het label dat
zich op de behuizing van de digital electronic
control bevindt.
Noteer het serienummer van uw digital elec-
tronic control in de daarvoor bestemde zo-
nes om u te helpen wanneer u de digital
electronic control voor het eerst aansluit op
uw buitenboordmotor.
NOTA:
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als u vragen
hebt betreffende het serienummer van de di-
gital electronic control.
1. Buitenboordmotorserienummerlocatie
1
ZMU07134
1. Plaats van het serienummer van de digital
electronic control
ZMU05885
1
ZMU05887
1
Algemene informatie
6
DMU41571
Sleutelnummer
Het sleutelidentificatienummer werd in de re-
serversleutel gestempeld zoals u kunt zien in
de afbeelding. Bewaar de reservesleutel op
een veilige plaats en noteer dit nummer in de
voorziene ruimte als referentie in geval u een
nieuwe sleutel nodig hebt.
DMU37292
EG-verklaring van
overeenstemming
Deze buitenboordmotor voldoet aan bepaal-
de gedeelten van de Europese richtlijnen in-
zake machines.
Iedere conforme buitenboordmotor wordt
geleverd met de EG-verklaring van overeen-
stemming. De EG-verklaring van overeen-
stemming bevat de volgende informatie:
Naam van de motorfabrikant
Modelnaam
Productcode van model (goedgekeurde
modelcode)
Code van nageleefde richtlijnen
DMU25207
EG label
Buitenboordmotoren met dit “EG”-label vol-
doen aan de richtlijnen van; 2006/42/EC,
94/25/EC - 2003/44/EC en 2004/108/EC.
DMU25215
C-Tick label
Motoren voorzien van dit label voldoen aan
bepaalde gedeelten van de “Australian Ra-
dio Communications Act”.
1. Sleutelnummer
1
ZMU07133
1. Positie van het CE-label
1
ZMU08044
ZMU06040
Algemene informatie
7
1. Situering van C-Tick label
1
ZMU07135
ZMU01697
Algemene informatie
8
DMU33524
Lees handleidingen en labels
Alvorens deze buitenboordmotor te bedienen of eraan te werken:
Lees deze handleiding.
Lees eventueel bij de boot geleverde handleidingen.
Lees alle labels op de buitenboordmotor en de boot.
Voor eventuele bijkomende informatie kunt u terecht bij uw Yamaha-dealer.
DMU33834
Waarschuwingslabels
Als deze labels beschadigd zijn of ontbreken, neem dan contact op met uw Yamaha-dealer
voor vervanglabels.
1
2
3
ZMU07261
Algemene informatie
9
DMU34652
Inhoud van de labels
De bovenstaande waarschuwingslabels be-
tekenen het volgende.
1
WAARSCHUWING
DWM01682
Houd handen, haar en kledingstukken
uit de buurt van draaiende onderdelen
terwijl de motor draait.
Bij het starten of terwijl de motor draait
mag u geen elektrische onderdelen
aanraken of verwijderen.
2
WAARSCHUWING
DWM01672
Lees de handleiding en de labels.
Draag een goedgekeurd zwemvest.
Bevestig het noodstopkoord aan uw
zwemvest, uw arm of uw been zodat de
motor stopt wanneer u de stuurhendel
per ongeluk verlaat, om te voorkomen
dat de boot op hol kan slaan.
DMU33851
Andere labels
12
ZMU06191
3
ZMU05710
Algemene informatie
10
DMU35133
Symbolen
De volgende symbolen betekenen het vol-
gende.
Let op/Waarschuwing
Lees de gebruikershandleiding
Gevaar veroorzaakt door constante draaiing
Elektrisch gevaar
ZMU05666
11
Specificaties en vereisten
DMU40501
Technische gegevens
NOTA:
“(SUS)” geeft aan dat de specificatie geldt
voor de buitenboordmotor wanneer hij is uit-
gerust met een roestvrij stalen schroef.
DMU2821U
Maat:
Totale lengte:
958 mm (37.7 in)
Totale breedte:
634 mm (25.0 in)
Totale hoogte X:
1890 mm (74.4 in)
Totale hoogte U:
F225FET 2017 mm (79.4 in)
F250DET 2017 mm (79.4 in)
F250DET1 2017 mm (79.4 in)
F300BET 2017 mm (79.4 in)
F300BET1 2017 mm (79.4 in)
FL250DET 2017 mm (79.4 in)
FL250DET1 2017 mm (79.4 in)
FL300BET 2017 mm (79.4 in)
FL300BET1 2017 mm (79.4 in)
Motorspiegelhoogte X:
643 mm (25.3 in)
Motorspiegelhoogte U:
F225FET 770 mm (30.3 in)
F250DET 770 mm (30.3 in)
F250DET1 770 mm (30.3 in)
F300BET 770 mm (30.3 in)
F300BET1 770 mm (30.3 in)
FL250DET 770 mm (30.3 in)
FL250DET1 770 mm (30.3 in)
FL300BET 770 mm (30.3 in)
FL300BET1 770 mm (30.3 in)
Droog gewicht (SUS) X:
260 kg (573 lb)
Droog gewicht (SUS) U:
F225FET 268 kg (591 lb)
F250DET 268 kg (591 lb)
F250DET1 268 kg (591 lb)
F300BET 268 kg (591 lb)
F300BET1 268 kg (591 lb)
FL250DET 268 kg (591 lb)
FL250DET1 268 kg (591 lb)
FL300BET 268 kg (591 lb)
FL300BET1 268 kg (591 lb)
Prestatie:
Volle-gas bedrijfsbereik:
5000–6000 omw/min
Nominaal vermogen:
F225FET 165.5 kW (225 PK)
F250DET 183.8 kW (250 PK)
F250DET1 183.8 kW (250 PK)
F300BET 220.6 kW (300 PK)
F300BET1 220.6 kW (300 PK)
FL225FET 165.5 kW (225 PK)
FL250DET 183.8 kW (250 PK)
FL250DET1 183.8 kW (250 PK)
FL300BET 220.6 kW (300 PK)
FL300BET1 220.6 kW (300 PK)
Vrijlooptoerental (in neutraal):
650–750 omw/min
Motor:
Type:
4-takt DOHC V6 24kleppen
Slag:
4169 cm3 (254.4 c.i.)
Boring slag:
96.0 96.0 mm (3.78 3.78 in)
Ontstekingssysteem:
TCI
Bougie (NGK):
LFR6A-11
Electrode afstand bougie:
1.0–1.1 mm (0.039–0.043 in)
Besturingssysteem:
Afstandsbediening
Startsysteem:
Elektrische starter
Specificaties en vereisten
12
Carburateur met start systeem:
Elektronische brandstofinjectie
Klepspeling IN (koude motor):
0.17–0.24 mm (0.0067–0.0094 in)
Klepspeling UIT (koude motor):
0.31–0.38 mm (0.0122–0.0150 in)
Koudstartstroomsterkte (CCA/EN):
640–1080 A
Min. nominaal vermogen (20HR/IEC):
80 A/u
Maximumdynamovermogen:
70 A
Aandrijvingseenheid:
Schakelinrichtingstanden:
Vooruit - Neutraal - Achteruit
Overbrengingsverhouding:
1.75(21/12)
Trim- en kantelsysteem:
Trim- en kantelbekrachtiging
Propellermerkteken:
F225FET M/T
F250DET M/T
F250DET1 M/T
F300BET M/T
F300BET1 M/T
FL225FET ML/TL
FL250DET ML/TL
FL250DET1 ML/TL
FL300BET ML/TL
FL300BET1 ML/TL
Brandstof en olie:
Aanbevolen brandstof:
F225FET Normale loodvrije benzine
F250DET Normale loodvrije benzine
F250DET1 Normale loodvrije benzi-
ne
F300BET Loodvrije superbenzine
F300BET1 Loodvrije superbenzine
FL225FET Normale loodvrije benzine
FL250DET Normale loodvrije benzi-
ne
FL250DET1 Normale loodvrije benzi-
ne
FL300BET Loodvrije superbenzine
FL300BET1 Loodvrije superbenzine
Min. researchoctaangetal:
F225FET 90
F250DET 90
F250DET1 90
F300BET 94
F300BET1 94
FL225FET 90
FL250DET 90
FL250DET1 90
FL300BET 94
FL300BET1 94
Aanbevolen motorolie:
YAMALUBE 4 of 4-takt buitenboord-
motorolie
Aanbevolen motorolieklasse 1:
SAE 10W-30/10W-40/5W-30
API SE/SF/SG/SH/SJ/SL
Motoroliehoeveelheid (zonder oliefilter-
vervanging):
6.0 L (6.34 US qt, 5.28 Imp.qt)
Motoroliehoeveelheid (met oliefilterver-
vanging):
6.3 L (6.66 US qt, 5.54 Imp.qt)
Smeersysteem:
Oliecarter
Aanbevolen tandwielolie:
Tandwielkastolie
Aanbevolen tandwieloliekwaliteit:
SAE 80W API GL-5 / SAE 90 API
GL-5
Tandwieloliehoeveelheid:
1.040 L (1.099 US qt, 0.915 Imp.qt)
Aanhaalmoment:
Bougie:
28 Nm (2.86 kgf-m, 20.7 ft-lb)
Propellermoer:
54 Nm (5.51 kgf-m, 39.8 ft-lb)
Specificaties en vereisten
13
Motorolieaftapbout:
27 Nm (2.75 kgf-m, 19.9 ft-lb)
Motoroliefilter:
18 Nm (1.84 kgf-m, 13.3 ft-lb)
Geluids- en trillingsniveau:
Operatorgeluidsdrukniveau (ICOMIA
39/94):
79.6 dB(A)
DMU33555
Installatievereisten
DMU40481
Bootvermogen (pk)
WAARSCHUWING
DWM01561
Een boot te krachtig aandrijven kan ern-
stige instabiliteit veroorzaken.
Alvorens de buitenboordmotor te installeren,
dient u na te gaan of het vermogen van de
buitenboordmotor niet hoger is dan het toe-
gestane maximumvermogen vermeld op de
capaciteitsplaat van de boot. Als de boot
geen capaciteitsplaat heeft, neem dan con-
tact op met de fabrikant van de boot.
DMU40491
Buitenboordmotor monteren
WAARSCHUWING
DWM02501
Een verkeerde montage van de buiten-
boordmotor kan tot gevaarlijke omstan-
digheden leiden, zoals een gebrekkige
bestuurbaarheid, verlies van controle
of brand.
Aangezien de buitenboordmotor zeer
zwaar is, is speciale uitrusting en oplei-
ding vereist om hem veilig te monteren.
Uw dealer of een andere persoon met erva-
ring in het optuigen van boten moet de bui-
tenboordmotor monteren met behulp van de
correcte apparatuur en de complete optuig-
instructies. Voor meer informatie, zie pagina
50.
DMU38582
Yamaha Security System
OPGELET
DCM02461
Het Yamaha Security System wordt ver-
kocht in overeenstemming met de gel-
dende wetten en voorschriften inzake het
uitzenden van radiogolven. Dat betekent
dat wanneer dit product wordt gebruikt
buiten het land waar het werd gekocht,
het mogelijk niet voldoet aan de wetten of
voorschriften inzake het uitzenden van
radiogolven in het land waar het wordt
gebruikt. Raadpleeg uw Yamaha-dealer
voor meer gedetailleerde informatie.
Deze buitenboordmotor is uitgerust met het
Yamaha Security System voor diefstalbevei-
liging, dat bestaat uit een ontvanger en een
afstandsbedieningzender. De motor kan niet
worden gestart als het beveiligingssysteem
in de vergrendelmodus staat. Hij kan alleen
worden gestart in de ontgrendelmodus.
Raadpleeg uw Yamaha-dealer voor het in-
stalleren van de ontvanger.
DMU34954
Vereisten voor de digital
electronic control
De digital electronic control is uitgerust met
(een) neutraal-startbeveiliging(en). Dat sy-
steem zorgt ervoor dat de motor uitsluitend
in neutraal kan worden gestart.
ZMU07305
Specificaties en vereisten
14
WAARSCHUWING
DWM01581
Als de motor in versnelling start, kan de
boot plots en onverwacht bewegen,
waardoor er een botsing kan worden
veroorzaakt of passagiers over boord
kunnen worden geworpen.
Wanneer de motor ooit in versnelling
start, werkt de neutraalstartbeveiliging
niet correct en mag u de buitenboord-
motor niet langer gebruiken. Neem con-
tact op met uw Yamaha-dealer.
Deze digital electronic control is alleen ver-
krijgbaar voor de buitenboordmotor die u
hebt gekocht.
Alvorens de digital electronic control te ge-
bruiken, dient u ze in te stellen om alleen uw
buitenboordmotor te bedienen. Anders zal
het niet mogelijk zijn uw buitenboordmotor te
bedienen.
U dient de buitenboordmotor en de digital
electronic control in de volgende gevallen in
te stellen.
Als er een tweedehands buitenboordmotor
wordt geïnstalleerd
Als de digital electronic control wordt ver-
vangen
Als de ECM (Electronic Control Module,
elektronische besturingsmodule) van de
tweedehands buitenboordmotor wordt ver-
vangen
Als de ECM (Electronic Control Module,
elektronische besturingsmodule) van de
digital electronic control wordt vervangen
Raadpleeg uw Yamaha-dealer voor het in-
stellen.
DMU25695
Accuvereisten
DMU25723
Technische gegevens van de accu
De motor kan niet worden gestart als de ac-
cuspanning te laag is.
DMU36291
Monteren van de accu
Maak de accuhouder stevig vast op een dro-
ge, goed verluchte en trillingsvrije plaats in
de boot. WAARSCHUWING! Plaats geen
brandbare items of losse, zware of meta-
len voorwerpen in hetzelfde comparti-
ment als de accu. Dat kan leiden tot
brand, explosies of vonken. [DWM01821]
DMU36301
Meerdere accu’s
Om meerdere accu’s aan te sluiten, bijvoor-
beeld in boten met meerdere motoren of in
geval van een hulpaccu, dient u uw Yamaha-
dealer te raadplegen in verband met de keu-
ze van de accu en de correcte bedrading.
DMU41602
Propellerkeuze
Naast het selecteren van een buitenboord-
motor is het selecteren van de juiste propel-
ler een van de belangrijkste beslissingen die
een booteigenaar dient te nemen. Het type,
de omvang en het ontwerp van uw propeller
hebben een rechtstreekse invloed op de ac-
celeratie, de topsnelheid, het brandstofver-
bruik en zelfs de levensduur van de motor.
Yamaha ontwerpt en vervaardigt propellers
voor iedere Yamaha-buitenboordmotor en
voor alle mogelijke toepassingen.
Uw Yamaha-dealer kan u helpen bij het kie-
zen van de juiste propeller voor uw specifie-
Koudstartstroomsterkte (CCA/EN):
640–1080 A
Min. nominaal vermogen (20HR/IEC):
80 A/u
Specificaties en vereisten
15
ke behoeften. Kies een propeller die de
motor in staat stelt het middelste of bovenste
gedeelte van het toerentalbereik te bereiken
bij volgas en maximumlading. In het alge-
meen geldt dat een propeller met een grote-
re spoed geschikt is voor geringere
bedrijfsbelastingen en een propeller met een
kleinere spoed voor grotere belastingen. Als
u sterk uiteenlopende ladingen vervoert, se-
lecteer dan een propeller die de motor in
staat stelt te draaien binnen het toerentalbe-
reik voor uw maximumbelasting, maar denk
eraan dat u de gashendelstand mogelijk
moet aanpassen om binnen het aanbevolen
motortoerentalbereik te blijven wanneer u
lichtere ladingen vervoert.
Yamaha beveelt het gebruik aan van een
propeller die geschikt is voor het “Shift Dam-
pener System (SDS)”. Raadpleeg uw
Yamaha-dealer voor meer informatie.
Voor het controleren van de propeller, zie
pagina 88.
DMU36312
Modellen met tegengestelde draaiing
Standaardbuitenboordmotoren draaien in de
richting van de wijzers van de klok. Modellen
met tegengestelde draaiing draaien tegen de
wijzers van de klok in en worden normaal ge-
bruikt voor toepassingen met meerdere mo-
toren.
Bij tegengesteld draaiende modellen moet u
een propeller gebruiken die gemaakt is om
tegen de wijzers van de klok in te draaien.
Die propellers zijn te herkennen aan de letter
“L” na de maataanduiding op de propeller.
WAARSCHUWING! Gebruik nooit een
standaardpropeller in combinatie met
een motor met tegengestelde draaiing, of
een propeller met tegengestelde draaiing
in combinatie met een standaardmotor.
Anders kan de boot vertrekken in de te-
gengestelde richting van de verwachte
richting (bijvoorbeeld achterwaarts in
plaats van voorwaarts), wat tot ongeval-
len kan leiden. [DWM01811]
Voor instructies over het demonteren en in-
stalleren van de propeller, zie pagina 89 en
89.
1. Propellerspoed in inches
2. Type van propeller (propellermerk)
3. Propellerdiameter in inches
ZMU05937
-
3
1 2
1. Propellerdiameter in inches
2. Propellerspoed in inches
3. Type van propeller (propellermerk)
ZMU04608
-x
1 2 3
Specificaties en vereisten
16
DMU35141
Neutraal-startbeveiliging
Yamaha-buitenboordmotoren of door
Yamaha goedgekeurde digital electronic
controlen zijn uitgerust met (een) neutraal-
startbeveiliging(en). Dat systeem zorgt er-
voor dat de motor uitsluitend kan worden ge-
start wanneer hij in neutraal staat. Zet de
schakelhendel altijd in neutraal wanneer u
de motor start.
DMU41953
Motorolievereisten
Selecteer een olietype op basis van de ge-
middelde temperaturen in de streek waar de
buitenboordmotor zal worden gebruikt.
Wanneer de onder Aanbevolen motorolie
type 1 vermelde olietypes niet beschikbaar
zijn, selecteert u een alternatief olietype ver-
meld onder motorolie type 2.
Aanbevolen motorolie type 1
Aanbevolen motorolie type 2
DMU36361
Brandstofvereisten
DMU40202
Benzine
Gebruik een benzine van goede kwaliteit met
het vereiste minimumoctaangetal. Als de
motor geklop of gepingel begint te vertonen,
gebruik dan een ander merk benzine of lood-
vrije superbenzine.
Aanbevolen motorolie:
YAMALUBE 4 of 4-takt buitenboord-
motorolie
Aanbevolen motorolieklasse 1:
SAE 10W-30/10W-40/5W-30
API SE/SF/SG/SH/SJ/SL
Aanbevolen motorolieklasse 2:
SAE 15W-40/20W-40/20W-50
API SH/SJ/SL
Motoroliehoeveelheid (zonder oliefil-
tervervanging):
6.0 L (6.34 US qt, 5.28 Imp.qt)
Motoroliehoeveelheid (met oliefilter-
vervanging):
6.3 L (6.66 US qt, 5.54 Imp.qt)
ZMU06854
122˚F
50˚C
104
40
86
30
68
SAE API
SE
SF
SG
SH
SJ
SL
20
50
10
32
0
14
-10
-4
-20
10W–30
10W–40
5W–30
ZMU06855
122˚F
50˚C
104
40
86
30
68
SAE API
SH
SJ
SL
20
50
10
32
0
14
-10
-4
-20
15W–40
20W–40
20W–50
Specificaties en vereisten
17
OPGELET
DCM01982
Gebruik geen loodhoudende benzine.
Loodhoudende benzine kan de motor
ernstig beschadigen.
Zorg dat er geen water en vuil in de
brandstoftank terechtkomen. Veront-
reinigde brandstof kan de prestaties
van de motor aantasten of motorscha-
de veroorzaken. Gebruik uitsluitend
verse benzine die zuivere bussen werd
bewaard.
Gasohol
Er bestaan twee types gasohol: gasohol met
ethanol (E10) en gasohol met methanol.
Ethanol kan worden gebruikt als het ethanol-
gehalte niet meer dan 10% bedraagt en de
brandstof voldoet aan de minimumoctaange-
tallen. E85 is een brandstof die 85% ethanol
bevat en die niet mag worden gebruikt in uw
buitenboordmotor. Alle ethanolmengsels die
meer dan 10% ethanol bevatten, kunnen
schade aan het brandstofsysteem of motor-
start- en -bedrijfsproblemen veroorzaken.
Yamaha ontraadt het gebruik van gasohol
met methanol omdat die schade kan veroor-
zaken aan het brandstofsysteem of de mo-
torprestaties kan aantasten.
Het verdient aanbeveling een waterafschei-
dende scheepsbrandstoffilter (minimum 10
micron) te installeren tussen de brandstof-
tank en de buitenboordmotor van uw boot
wanneer u ethanol gebruikt. Van ethanol is
geweten dat het de absorptie van vocht in
brandstoftanks en -systemen van boten be-
vordert. Vocht in de brandstof kan leiden tot
corrosie van metalen brandstofsysteemon-
derdelen en tot start- en werkingsproblemen
en extra onderhoud van het brandstofsy-
steem noodzakelijk maken.
DMU36331
Anti-fouling
Een zuivere romp verbetert de prestaties van
de boot. De onderzijde van de boot moet zo-
veel mogelijk vrij worden gehouden van aan-
groeiing. Indien nodig kan de onderzijde van
de boot worden bestreken met een voor uw
streek goedgekeurde anti-fouling ter voorko-
ming van aangroeiing.
Gebruik geen anti-fouling die koper of grafiet
bevat. Dergelijke verven kunnen het roesten
van de motor bespoedigen.
Aanbevolen brandstof:
F225FET Normale loodvrije benzine
F250DET Normale loodvrije benzine
F250DET1 Normale loodvrije benzine
F300BET Loodvrije superbenzine
F300BET1 Loodvrije superbenzine
FL225FET Normale loodvrije benzine
FL250DET Normale loodvrije benzine
FL250DET1 Normale loodvrije benzi-
ne
FL300BET Loodvrije superbenzine
FL300BET1 Loodvrije superbenzine
Min. researchoctaangetal:
F225FET 90
F250DET 90
F250DET1 90
F300BET 94
F300BET1 94
FL225FET 90
FL250DET 90
FL250DET1 90
FL300BET 94
FL300BET1 94
Specificaties en vereisten
18
DMU40302
Buitenboordmotorafdankingsv
ereisten
Dank de buitenboordmotor nooit op een ille-
gale manier af. Yamaha raadt u aan uw dea-
ler te raadplegen in verband met het
afdanken van de buitenboordmotor.
DMU36353
Nooduitrusting
Houd de volgende items aan boord voor het
geval u motorpech krijgt.
Een gereedschapskit met verschillende
schroevendraaiers, tangen, sleutels (inclu-
sief metrieke maten) en isolatietape.
Waterdichte zaklamp met extra batterijen.
Een extra motorstopschakelaarkoord met
clip.
Reserveonderdelen, zoals een extra set
bougies.
Raadpleeg uw Yamaha-dealer voor details.
DMU39001
Uitlaatregelingsinformatie
De volgende labels bevinden zich op buiten-
boordmotoren die voldoen aan de US-voor-
schriften.
DMU25232
Deze motor voldoet aan de reglementen van
het Amerikaanse “Environmental Protection
Agency” (EPA) voor SI scheepsmotoren. Kijk
op het label op de motor voor meer gege-
vens.
DMU31562
Goedgekeurd label van uitlaatregelings-
attest
Dit label is op de onderkap bevestigd.
New Technology; (4-stroke) MFI
DMU25264
Fabricagedatumlabel
Dit label bevindt zich op de klembeugel of de
zwenkbeugel.
1. Situering van Goedkeuringslabel
1
ZMU06893
ZMU06895
EMISSION CONTROL INFORMATION MFI
THIS ENGINE CONFORMS TO CALIFORNIA AND U.S. EPA EXHAUST
REGULATIONS FOR SI MARINE ENGINES. REFER TO THE OWNER'S
MANUAL FOR MAINTENANCE SPECIFICATIONS AND ADJUSTMENTS.
MEETS U.S. EPA EVAP STANDARDS USING CERTIFIED COMPONENTS.
FAMILY:
DISPLACEMENT: liters
SPARK PLUG:
FUEL: GASOLINE
FELs(HC+NOx / CO)
: / g/kW-hr MAX POWER: kW
IDLE SPEED: ± rpm IN NEUTRAL
SPARK PLUG GAP (mm):
VALVE LASH (mm) IN: EX:
YAMAHA MOTOR CO.,LTD.
INFORMATION ANTIPOLLUTION MFI
CE MOTEUR EST CONFORME AUX NORMES D’ÉMISSIONS EPA DES É.-U. ET DE LA
CALIFORNIE POUR MOTEURS MARINS À ÉTINCELLE. POUR LES SPÉCIFICATIONS ET LES
RÉGLAGES À EFFECTUER, CONSULTEZ LE MANUEL DU PROPRIÉTAIRE. INSTALLÉ AVEC
LES COMPOSANTS HOMOLOGUÉS, IL SATISFAIT AUX NORMES EVAP EPA DES É.-U.
YAMAHA MOTOR CO.,LTD.
FAMILLE :
CYLINDRÉE : litre
BOUGIE :
CARBURANT : ESSENCE
FELs(HC+NOx / CO)
: / g/kW-h
PUISS. MAX. : kW
RALENTI : ± tr/mm AU POINT MORT
BOUGIE-ÉCARTEMENT (mm) :
JEU DE SOUPAPES (mm) ADM: ÉCH:


Product specificaties

Merk: Yamaha
Categorie: Buitenboordmotor
Model: FL250 (2014)

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Yamaha FL250 (2014) stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden