Gardena Sileno life 1500 Handleiding

Gardena Robotmaaier Sileno life 1500

Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Gardena Sileno life 1500 (60 pagina's) in de categorie Robotmaaier. Deze handleiding was nuttig voor 59 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/60
gardena.com
Gebruiksaanwijzing
SILENO city | smart SILENO city | SILENO life | smart SILENO life
Inhoud
Inhoud
Inhoud
InhoudInhoud
1 Inleiding
1.1 Inleiding.................................................................3
1.2 Productoverzicht................................................... 4
1.3 Symbolen op het product...................................... 5
1.4 Symbolen op het display....................................... 5
1.5 Symbolen op de accu............................................6
1.6 Algemene gebruiksinstructies............................... 6
1.7 Overzicht menustructuur 1.................................... 7
1.8 Overzicht menustructuur 2.................................... 8
1.9 Display.................................................................. 9
1.10 Toetsenbord ....................................................... 9
2 Veiligheid
2.1 Veiligheidsinformatie........................................... 10
2.2 Veiligheidsdefinities.............................................11
2.3 Veiligheidsinstructies voor bediening.................. 11
3 Installatie
3.1 Inleiding - installatie.............................................15
3.2 Belangrijkste onderdelen voor de installatie........15
3.3 Algemene voorbereidingen................................. 15
3.4 Vóór de installatie van de draden........................15
3.5 Montage van het product.................................... 20
3.6 De draad positioneren met krammen..................22
3.7 De begrenzingsdraad of geleidingsdraad
ingraven.................................................................... 23
3.8 De begrenzingsdraad of geleidingsdraad
verlengen.................................................................. 23
3.9 Na de installatie van het product.........................23
3.10 De productinstellingen uitvoeren.......................24
4 Werking
4.1 De knop ON/OFF gebruiken............................... 33
4.2 Product starten....................................................33
4.3 Bedieningsmodi...................................................33
4.4 Product stoppen.................................................. 34
4.5 Het product uitschakelen.....................................34
4.6 De accu opladen................................................. 34
4.7 Maaihoogte aanpassen.......................................34
5 Onderhoud
5.1 Introductie - onderhoud....................................... 36
5.2 Product reinigen.................................................. 36
5.3 Messen vervangen..............................................37
5.4 Firmware-update................................................. 37
5.5 Accu.................................................................... 38
5.6 Winterbeurt..........................................................39
6 Probleemoplossing
6.1 Introductie - problemen oplossen........................40
6.2 Foutmeldingen.................................................... 41
6.3 Informatiemeldingen............................................46
6.4 Indicatielampje in het laadstation........................ 47
6.5 Symptomen......................................................... 48
6.6 Breuken in de lusdraad opsporen....................... 49
7 Vervoer, opslag en verwerking
7.1 Transport.............................................................52
7.2 Opslag.................................................................52
7.3 Afvoeren..............................................................52
8 Technische gegevens
8.1 Technische gegevens......................................... 53
9 Garantie
9.1 Garantievoorwaarden..........................................56
10 EU-verklaring van overeenstemming
2
2
2
22 1298 - 016 - 24.09.2021
1 Inleiding
1 Inleiding
1 Inleiding
1 Inleiding1 Inleiding
1.1 Inleiding
1.1 Inleiding
1.1 Inleiding
1.1 Inleiding1.1 Inleiding
Serienummer:
Serienummer:
Serienummer:
Serienummer:Serienummer:
Pincode:
Pincode:
Pincode:
Pincode:Pincode:
Productregistratiecode:
Productregistratiecode:
Productregistratiecode:
Productregistratiecode:Productregistratiecode:
Het serienummer staat op de productverpakking en op het productplaatje. Zie
Productoverzicht op pagina 4
.
• Gebruik het serienummer om uw product te registreren op www.gardena.com.
1.1.1 Ondersteuning
1.1.1 Ondersteuning
1.1.1 Ondersteuning
1.1.1 Ondersteuning1.1.1 Ondersteuning
Neem contact op met uw GARDENA-service voor
ondersteuning met betrekking tot het GARDENA-
product.
1.1.2 Productbeschrijving
1.1.2 Productbeschrijving
1.1.2 Productbeschrijving
1.1.2 Productbeschrijving1.1.2 Productbeschrijving
Let op:
Let op:
Let op:
Let op: Let op: GARDENA werkt het uiterlijk en de werking
van producten regelmatig bij. Zie
Ondersteuning op
pagina 3
.
Het product is een robotmaaier. Het product bevat een
accu en maait het gras automatisch. Hierbij wisselen
maaien en laden elkaar continu af. Het
bewegingspatroon is willekeurig, wat betekent dat het
gazon gelijkmatig en met minder slijtage wordt gemaaid.
De begrenzingsdraad en de geleidingsdraad regelen de
beweging van het product binnen het werkgebied.
Sensoren in het product detecteren wanneer het product
de begrenzingsdraad nadert. De voorzijde van het
product rijdt altijd een bepaalde afstand voorbij de
begrenzingsdraad voordat het product omkeert.
Wanneer het product een obstakel raakt of de
begrenzingsdraad nadert, kiest het een nieuwe richting.
De gebruiker selecteert de instellingen voor de werking
met de toetsen op het toetsenblok. Op het display
worden de geselecteerde en mogelijke instellingen voor
de werking en de bedieningsmodus van het product
weergegeven.
1.1.2.1 Maaitechniek
1.1.2.1 Maaitechniek
1.1.2.1 Maaitechniek
1.1.2.1 Maaitechniek1.1.2.1 Maaitechniek
Het product is emissievrij, gebruiksvriendelijk en
bespaart energie. Deze regelmatige maaitechniek
verbetert de kwaliteit van het gras en vermindert het
gebruik van meststoffen. Het gras hoeft niet te worden
verzameld.
1.1.2.2 Laadstation zoeken
1.1.2.2 Laadstation zoeken
1.1.2.2 Laadstation zoeken
1.1.2.2 Laadstation zoeken1.1.2.2 Laadstation zoeken
Het product werkt totdat de laadstatus van de accu laag
is, en het gaat vervolgens naar het laadstation. De
geleidingsdraad wordt vanaf het laadstation naar een
afgelegen deel van het werkgebied of door een smalle
doorgang gelegd. De geleidingsdraad wordt
aangesloten op de begrenzingsdraad waardoor het
product het laadstation veel gemakkelijker en sneller
kan vinden.
1298 - 016 - 24.09.2021 Inleiding - 3
3
3
33
1.2 Productoverzicht
1.2 Productoverzicht
1.2 Productoverzicht
1.2 Productoverzicht1.2 Productoverzicht
1
5
4
3
9
28
21
27
10
22 23
29
26
30
25
24
19
68
7
2
18
15
14
17
16
20
13
12 11
De nummers in de afbeelding geven het volgende aan:
1. Behuizing
2. Klep voor display en toetsenbord
3. Stopknop
4. Achterwiel (SILENO city)/achterwielen (SILENO
life)
5. Voorwiel
6. Laadstation
7. Contactplaten
8. Led voor controle van de werking van het
laadstation, de begrenzingsdraad en de
geleidingsdraad
9. Maaihoogte-instelling
10. Productplaatje
11. Display
12. Toetsenbord
13. Knop ON/OFF
14. Maaisysteem
15. Maaischijf
16. Handgreep
17. Chassiskast met elektronica, accu en motoren
18. Accudeksel
19. Voeding 1
20. Lusdraad voor begrenzings- lus en geleidings-
draad
21. Koppelingen voor de lusdraad
22. Haringen
23. Connector voor de lusdraad
24. Schroeven voor bevestiging van het laadstation
1Het uiterlijk kan afhankelijk van de markt verschillen.
4
4
4
44 - Inleiding 1298 - 016 - 24.09.2021
25. Meetlat als hulpmiddel bij het installeren van de
begrenzingsdraad (de meetlat wordt van de doos
losgemaakt)
26. voeding Smart Gateway (alleen voor smart-model)
27. Laagspanningskabel
28. Smart Gateway (alleen voor smart-model)
29. LAN-kabel Smart Gateway (alleen voor smart-
model)
30. Bedieningshandleiding en beknopte handleiding
1.3 Symbolen op het product
1.3 Symbolen op het product
1.3 Symbolen op het product
1.3 Symbolen op het product1.3 Symbolen op het product
Deze symbolen staan op het product. Bestudeer ze
zorgvuldig.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING: Lees de
gebruikersinstructies voordat
u het product gebruikt.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING: Schakel
het product uit voordat u
werkzaamheden aan het pro-
duct uitvoert of het product
optilt.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING: Bewaar
een veilige afstand tot het
product als dit in gebruik is.
Houd uw handen en voeten
uit de buurt van de roterende
messen.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING: Ga niet
op het product zitten of staan.
Plaats uw handen of voeten
niet in de buurt van of onder
het product.
Gebruik een losse voeding
met de specificaties die op
het typeplaatje naast het
symbool staan vermeld.
Dit product voldoet aan de geldende EU-
richtlijnen.
Dit product voldoet aan de geldende UK-
richtlijnen.
Het is niet toegestaan om dit product als
normaal huishoudelijk afval af te voeren.
Zorg dat het product wordt gerecycled
volgens de lokale wettelijke voorschriften.
De laagspanningskabel mag niet worden
ingekort, verlengd of gesplitst.
Gebruik geen trimmer in de buurt van de
laagspanningskabel. Wees voorzichtig bij
het knippen van randen waar de kabels
liggen.
1.4 Symbolen op het display
1.4 Symbolen op het display
1.4 Symbolen op het display
1.4 Symbolen op het display1.4 Symbolen op het display
Het schemamenu wordt gebruikt om in te
stellen wanneer het product het gazon
maait.
De functie SensorControl past
automatisch de maai-intervallen aan de
grasgroei aan.
Het menu Instellingen wordt gebruikt om
de algemene productinstellingen in te
stellen.
Alleen voor smart SILENO city en smart
SILENO life.
Het GARDENA smart system maakt
draadloze interactie mogelijk tussen uw
smart product en het GARDENA smart
system.
Het product maait het gras niet door de
schemafunctie.
Het product overschrijft de schemafunctie.
De accu-indicator geeft de laadstatus van
de accu aan. Wanneer het product wordt
opgeladen, knippert het symbool.
Het product bevindt zich in het
laadstation, maar de accu wordt niet
opgeladen.
Het product staat in de ECO-modus.
1298 - 016 - 24.09.2021 Inleiding - 5
5
5
55
1.5 Symbolen op de accu
1.5 Symbolen op de accu
1.5 Symbolen op de accu
1.5 Symbolen op de accu1.5 Symbolen op de accu
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING: Lithium-Ion accu's
kunnen ontploffen of brand veroorzaken
indien ze zijn gedemonteerd of
kortgesloten of indien er ruw mee wordt
omgegaan. Stel ze niet bloot aan water,
vuur of hoge temperaturen.
Lees de gebruikersinstructies goed door.
Dank de accu niet af door deze in een
vuur te gooien en stel de accu niet bloot
aan een warmtebron.
Dompel de accu niet onder in water.
1.6 Algemene gebruiksinstructies
1.6 Algemene gebruiksinstructies
1.6 Algemene gebruiksinstructies
1.6 Algemene gebruiksinstructies1.6 Algemene gebruiksinstructies
Voor het gemak wordt het volgende systeem in de
bedieningshandleiding gebruikt:
•
Cursief
gedrukte tekst geeft teksten aan die
worden weergegeven op het display of is een
verwijzing naar een ander gedeelte in de
bedieningshandleiding.
• tekst geeft de knoppen op het
Vet gedrukte
Vet gedrukte
Vet gedrukte
Vet gedrukteVet gedrukte
product aan.
6
6
6
66 - Inleiding 1298 - 016 - 24.09.2021
1.7 Overzicht menustructuur 1
1.7 Overzicht menustructuur 1
1.7 Overzicht menustructuur 1
1.7 Overzicht menustructuur 11.7 Overzicht menustructuur 1
Schema
Weekoverzicht
Periode 1 Periode 2 Kopiëren
Zo Huidige
dag
Heel de weekZaVrDoWoDiMaAlle
dagen
Resetten
* smart SILENO city en smart SILENO life
Wizard Uitgebreid
smart system*
Goed Matig Slecht
Verbonden
Ja/Nee
Signaal-
sterkte
Status
Uitsluiten
apparaat
SensorControl
Laag/mid./hoog
Maaitijd
Gebruik
SensorControl
1298 - 016 - 24.09.2021 Inleiding - 7
7
7
77
1.8 Overzicht menustructuur 2
1.8 Overzicht menustructuur 2
1.8 Overzicht menustructuur 2
1.8 Overzicht menustructuur 21.8 Overzicht menustructuur 2
Instellingen
Tijd &
datum
Ingestelde
tijd
Ingestelde
datum
Tijd
weergave
Datum
weergave
Taal Land Alle gebruik-
ersinstellingen
resetten
Info
Veiligheid Tuindekking Installatie
Algemeen
Laag Middel*
Wijzig
pincode
Nieuw
lussignaal
Veiligheidsniveau Uitgebreid
Gebied 1-3
Hoe? Hoe
vaak?
Hoe
ver?
Uitscha-
kelen
ResetTesten
Meer
Start
punt
Rijdt
over
draad
ECO
mode
Maaier
huis
Hoog
* SILENO life, smart SILENO life
Vorst-
sensor
Eenheid
In doorgang
maaien
Zonegen-
erator
Geleiding-
skalibratie
8
8
8
88 - Inleiding 1298 - 016 - 24.09.2021
1.9 Display
1.9 Display
1.9 Display
1.9 Display1.9 Display
Op het display op het product wordt informatie over de
instellingen van het product weergegeven.
Om toegang te krijgen tot het display drukt u op de knop
STOP
STOP
STOP
STOPSTOP en opent u de klep.
1.10 Toetsenbord
1.10 Toetsenbord
1.10 Toetsenbord
1.10 Toetsenbord 1.10 Toetsenbord
Met het toetsenbord op het product kan de gebruiker
navigeren in het menu. Om toegang te krijgen tot het
toetsenblok, drukt u op de knop en opent u de
STOP
STOP
STOP
STOPSTOP
klep.
• Gebruik de knop (A) om het product in en
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
uit te schakelen. Het indicatielampje op het
toetsenbord is een belangrijke statusindicator. Zie
De knop ON/OFF gebruiken op pagina 33
.
• Gebruik de knop (B) om het product te
Start
Start
Start
StartStart
starten.
• Gebruik de knop (C) om naar het
Menu
Menu
Menu
MenuMenu
hoofdmenu te gaan.
Let op:
Let op:
Let op:
Let op: Let op: De knop wordt ook gebruikt als
Menu
Menu
Menu
MenuMenu
een knop voor om omhoog te gaan in de
Terug
Terug
Terug
TerugTerug
menulijsten.
• Gebruik de knop (D) om de bedrijfsmodus te
Mode
Mode
Mode
ModeMode
selecteren.
• Gebruik de knop (E) om de instellingen te
OK
OK
OK
OKOK
bevestigen die u in de menu's selecteert.
• Gebruik de (F) voor navigatie in het
pijltoetsen
pijltoetsen
pijltoetsen
pijltoetsenpijltoetsen
menu. Gebruik de om
pijltoetsen omhoog/omlaag
pijltoetsen omhoog/omlaag
pijltoetsen omhoog/omlaag
pijltoetsen omhoog/omlaagpijltoetsen omhoog/omlaag
de pincode, de tijd en de datum in te voeren.
A
B
D
C
E
F
1298 - 016 - 24.09.2021 Inleiding - 9
9
9
99
2 Veiligheid
2 Veiligheid
2 Veiligheid
2 Veiligheid2 Veiligheid
2.1 Veiligheidsinformatie
2.1 Veiligheidsinformatie
2.1 Veiligheidsinformatie
2.1 Veiligheidsinformatie2.1 Veiligheidsinformatie
2.1.1 BELANGRIJK. ZORGVULDIG LEZEN
2.1.1 BELANGRIJK. ZORGVULDIG LEZEN
2.1.1 BELANGRIJK. ZORGVULDIG LEZEN
2.1.1 BELANGRIJK. ZORGVULDIG LEZEN2.1.1 BELANGRIJK. ZORGVULDIG LEZEN
VOOR GEBRUIK. BEWAREN OM LATER
VOOR GEBRUIK. BEWAREN OM LATER
VOOR GEBRUIK. BEWAREN OM LATER
VOOR GEBRUIK. BEWAREN OM LATERVOOR GEBRUIK. BEWAREN OM LATER
TE KUNNEN RAADPLEGEN
TE KUNNEN RAADPLEGEN
TE KUNNEN RAADPLEGEN
TE KUNNEN RAADPLEGENTE KUNNEN RAADPLEGEN
De gebruiker is verantwoordelijk voor ongelukken met andere
mensen of beschadigingen van hun eigendommen.
Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen
(waaronder kinderen) met fysieke, zintuiglijke of geestelijke
beperkingen (die van invloed kunnen zijn op het veilig bedienen
van het product), of een gebrek aan kennis en ervaring, tenzij ze
begeleiding bij of aanwijzingen voor het gebruik van het apparaat
hebben ontvangen van een persoon die verantwoordelijk is voor
hun veiligheid.
Het apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en
ouder en andere personen die ondanks hun fysieke, sensorische
of geestelijke handicap of gebrek aan ervaring en kennis onder
toezicht of instructie van een verantwoordelijke persoon in staat
zijn veilig gebruik te maken van het apparaat en op de hoogte zijn
van alle gevaren. Er kunnen plaatselijke regels zijn met betrekking
tot de minimumleeftijd voor het bedienen van dit apparaat.
Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Sluit de voeding nooit aan op een stopcontact als de stekker of het
snoer beschadigd is. Een versleten of beschadigd snoer verhoogt
het risico op een elektrische schok.
Laad de accu alleen op in het meegeleverde laadstation. Onjuist
gebruik kan leiden tot elektrische schokken, oververhitting of
lekkage van corroderende vloeistof uit de accu. Spoelen met
water/neutralisatiemiddel in geval van lekkage van elektrolyt.
Raadpleeg een arts in geval van contact met de ogen.
10
10
10
1010 - Veiligheid 1298 - 016 - 24.09.2021
Gebruik alleen originele accu's die door de fabrikant worden
aanbevolen. De veiligheid van het product kan niet worden
gegarandeerd met niet-originele accu's. Gebruik geen niet-
oplaadbare accu's.
Het apparaat moet zijn losgekoppeld van de voeding wanneer de
accu wordt verwijderd.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Het
product kan gevaarlijk
zijn wanneer het
verkeerd wordt gebruikt.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING:
Gebruik het product niet
als personen, met name
kinderen, of huisdieren
zich in het werkgebied
bevinden.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING:
Houd uw handen en
voeten uit de buurt van
de roterende messen.
Plaats uw handen of
voeten nooit in de buurt
van of onder het product
wanneer het is
ingeschakeld.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:WAARSCHUWING:
Roep bij letsel of een
ongeval medische hulp
in.
2.2 Veiligheidsdefinities
2.2 Veiligheidsdefinities
2.2 Veiligheidsdefinities
2.2 Veiligheidsdefinities2.2 Veiligheidsdefinities
Waarschuwingen, voorzorgsmaatregelen en
opmerkingen worden gebruikt om te wijzen op
belangrijke delen van de handleiding.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Wordt gebruikt
om te wijzen op de kans op ernstig of fataal
letsel voor de gebruiker of omstanders
wanneer de instructies in de handleiding niet
worden gevolgd.
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Wordt gebruikt indien er
een risico bestaat op schade aan het
product en andere eigendommen of aan de
omgeving wanneer de instructies in de
handleiding niet worden gevolgd.
Let op:
Let op:
Let op:
Let op: Let op: Geven verdere informatie die nodig is in een
bepaalde situatie.
2.3 Veiligheidsinstructies voor
2.3 Veiligheidsinstructies voor
2.3 Veiligheidsinstructies voor
2.3 Veiligheidsinstructies voor2.3 Veiligheidsinstructies voor
bediening
bediening
bediening
bedieningbediening
2.3.1 Gebruik
2.3.1 Gebruik
2.3.1 Gebruik
2.3.1 Gebruik2.3.1 Gebruik
• Het product mag uitsluitend worden gebruikt in
combinatie met door de fabrikant aanbevolen
apparatuur. Elk ander gebruik is onjuist. De
instructies van de fabrikant over bediening/
onderhoud moeten nauwkeurig worden gevolgd.
• Er moeten waarschuwingsborden worden
geplaatst rondom het werkgebied van het product
als het in openbare gebieden wordt gebruikt. De
borden moeten de volgende tekst bevatten:
Waarschuwing! Automatische gazonmaaier! Blijf
Waarschuwing! Automatische gazonmaaier! Blijf
Waarschuwing! Automatische gazonmaaier! Blijf
Waarschuwing! Automatische gazonmaaier! BlijfWaarschuwing! Automatische gazonmaaier! Blijf
uit de buurt van de machine! Houd toezicht op
uit de buurt van de machine! Houd toezicht op
uit de buurt van de machine! Houd toezicht op
uit de buurt van de machine! Houd toezicht opuit de buurt van de machine! Houd toezicht op
kinderen!
kinderen!
kinderen!
kinderen!kinderen!
1298 - 016 - 24.09.2021 Veiligheid - 11
11
11
1111
Waarschuwing!
Automatische ga z onmaa ier!
Blijf uit de buurt van de mac hine!
Houd toezic ht op kinderen!
Waarschuwing!
Automatische gazonmaaier!
Blijf uit de buurt van de machine!
Houd toezicht op kinderen!
• Gebruik de parkeermodus, zie
Parkeren op pagina
34
of schakel het product uit wanneer personen,
vooral kinderen, of huisdieren zich in het
werkgebied bevinden. Het verdient aanbeveling
het product te programmeren voor gebruik tijdens
uren wanneer geen activiteit in het gebied
plaatsvindt. Zie
Het schema instellen op pagina
25
. Houd er rekening mee dat bepaalde dieren,
bijvoorbeeld egels, 's nachts actief zijn. Deze
diersoorten kunnen potentieel gewond raken door
het product.
• Installeer het laadstation, inclusief accessoires,
niet op een plek die zich onder of binnen 60 cm
van brandbaar materiaal bevindt. Installeer de
voedingseenheid niet in een omgeving die licht
ontvlambaar is. In geval van een storing kunnen
het laadstation en de voedingseenheid heet
worden en leiden tot brand.
• Het product mag uitsluitend worden bediend,
onderhouden en gerepareerd door personen die
volledig vertrouwd zijn met de speciale kenmerken
van en veiligheidsregels voor het product. Lees de
bedieningshandleiding zorgvuldig door en zorg dat
u de instructies hebt begrepen voordat u het
product gebruikt.
• Het is niet toegestaan het originele ontwerp van
het product aan te passen. Alle wijzigingen zijn op
eigen risico.
• Controleer of er geen vreemde voorwerpen zoals
stenen, takken, gereedschappen of speelgoed op
het gazon aanwezig zijn. Als de messen vreemde
voorwerpen raken, kunnen de messen beschadigd
raken. Schakel altijd eerst het product uit met de
knop voordat u een blokkade verwijdert.
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
Controleer het product op schade voordat u het
opnieuw start.
• Als het apparaat abnormaal gaat trillen. Schakel
het product altijd eerst uit met de knop en
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
inspecteer het product op schade voordat u het
opnieuw start.
• Start het product volgens de instructies. Wanneer
het product is ingeschakeld, dient u ervoor te
zorgen dat u uw handen en voeten uit de buurt van
de roterende messen houdt. Plaats uw handen of
voeten nooit onder het product.
• Raak nooit bewegende gevaarlijke onderdelen,
zoals de maaischijf, aan voordat de maaier
volledig tot stilstand is gekomen.
• Til het product nooit op en draag het niet rond
terwijl het is ingeschakeld.
• Sta niet toe dat het product wordt gebruikt door
personen die niet weten hoe het werkt en zich
gedraagt.
• Het product mag nooit in aanraking komen met
personen of andere levende wezens. Als een
persoon of ander levend wezen in de baan van het
product komt, moet deze onmiddellijk worden
gestopt. Zie
Product stoppen op pagina 34
.
• Zet niets boven op het product of het laadstation.
• Voorkom dat het product wordt gebruikt wanneer
de kap, maaischijf of behuizing beschadigd is. De
maaier mag ook niet worden gebruikt als de
messen, schroeven, moeren of kabels defect zijn.
Sluit nooit een beschadigde kabel aan en raak
deze ook niet aan voordat de kabel is
losgekoppeld van de voeding.
• Gebruik het product niet als de knoppen ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
en niet werken.
STOP
STOP
STOP
STOPSTOP
• Schakel het product altijd uit met de knop ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
wanneer het product niet in gebruik is. Het product
kan alleen worden gestart als het product is
ingeschakeld met de knop en de juiste
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
pincode is ingevoerd.
• GARDENA staat niet garant voor volledige
compatibiliteit tussen het product en andere typen
draadloze systemen, zoals afstandsbedieningen,
radio- zenders, ringleidingen, ondergrondse
elektrische afrasteringen of dergelijke.
• Metalen voorwerpen in de bodem (zoals
wapeningsnetten of antimollennetten) kunnen de
robotmaaier tot stilstand brengen. De metalen
12
12
12
1212 - Veiligheid 1298 - 016 - 24.09.2021
voorwerpen kunnen storing van het lussignaal
veroorzaken en de robotmaaier tot stilstand
brengen.
• Bedrijfs- en opslagtemperatuurbereik is 0-50 °C.
Temperatuurbereik voor het opladen is 0-45 °C. Te
hoge temperaturen kunnen schade aan het
product veroorzaken.
2.3.2 Veiligheid bij accu's
2.3.2 Veiligheid bij accu's
2.3.2 Veiligheid bij accu's
2.3.2 Veiligheid bij accu's2.3.2 Veiligheid bij accu's
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Lithium-
ionaccu's kunnen ontploffen of brand
veroorzaken, indien gedemonteerd,
kortgesloten, blootgesteld aan water, brand
of hoge temperaturen. Behandel de accu
voorzichtig, demonteer de accu niet, open
de accu niet en voorkom elektrisch/
mechanisch misbruik. Zet een accu niet in
direct zonlicht.
Voor meer informatie over de accu, raadpleeg
Accu op
pagina 38
2.3.3 Het product optillen en verplaatsen
2.3.3 Het product optillen en verplaatsen
2.3.3 Het product optillen en verplaatsen
2.3.3 Het product optillen en verplaatsen2.3.3 Het product optillen en verplaatsen
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Het product
moet worden uitgeschakeld voordat het
wordt opgetild. Het product is uitgeschakeld
wanneer het indicatielampje op het
toetsenblok niet brandt.
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Til het product niet op als
het in het laadstation is geparkeerd.
Hierdoor kan het laadstation en/of het
product worden beschadigd. Druk op STOP
STOP
STOP
STOPSTOP
en trek het product uit het laadstation
voordat u het optilt.
Voor het veilig verplaatsen uit of binnen het werkgebied:
1. Druk op de knop om het product te stoppen.
STOP
STOP
STOP
STOPSTOP
2. Druk 3 seconden lang op de knop en zorg
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFF
ON/OFFON/OFF
ervoor dat het product is uitgeschakeld. Controleer
of het indicatielampje op het toetsenbord niet
brandt. Dit betekent dat het product is
uitgeschakeld. Zie
Indicatielampje in het
laadstation op pagina 47
.
3. Draag het product aan de hendel met de
maaischijf uit de buurt van uw lichaam.
2.3.4 Onderhoud
2.3.4 Onderhoud
2.3.4 Onderhoud
2.3.4 Onderhoud2.3.4 Onderhoud
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Zet het product
op OFF voordat u onderhoud aan het
product uitvoert. Het product wordt
uitgeschakeld wanneer de led-indicator op
het toetsenblok van het product uitgaat.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Ontkoppel de
voeding naar het laadstation voordat u
reinigings- of onderhoudswerkzaamheden
verricht aan het laadstation of de lusdraad.
1298 - 016 - 24.09.2021 Veiligheid - 13
13
13
1313
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Reinig het product niet met
een hogedrukspuit. Gebruik geen
oplosmiddelen om het product te reinigen.
Inspecteer het product elke week en vervang
beschadigde of versleten onderdelen. Zie
Onderhoud op
pagina 36
.
2.3.5 Bij onweer
2.3.5 Bij onweer
2.3.5 Bij onweer
2.3.5 Bij onweer2.3.5 Bij onweer
Om het risico op schade aan de elektrische
componenten in het product en het laadstation te
beperken, adviseren we om alle aansluitingen op het
laadstation (voeding, begrenzingsdraad en
geleidingsdraad) los te koppelen als er kans op onweer
is.
1. Markeer de draden om eenvoudig opnieuw
verbinding te maken. De aansluitingen op het
laadstation zijn gemarkeerd met R, L en GUIDE.
2. Koppel alle aangesloten kabels en de voeding los.
3. Sluit alle kabels en de voeding weer aan als er
geen onweer meer dreigt. Het is belangrijk dat elke
draad op de juiste plaats wordt aangesloten.
14
14
14
1414 - Veiligheid 1298 - 016 - 24.09.2021
3 Installatie
3 Installatie
3 Installatie
3 Installatie3 Installatie
3.1 Inleiding - installatie
3.1 Inleiding - installatie
3.1 Inleiding - installatie
3.1 Inleiding - installatie3.1 Inleiding - installatie
Zie www.gardena.com voor meer informatie over de
installatie en instructievideo's.
Wij raden u aan de firmware bij te werken voordat u het
product installeert, om er zeker van te zijn dat het
product de nieuwste firmware heeft. Zie
Firmware-
update op pagina 37
.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING: WAARSCHUWING: Zorg dat u het
hoofdstuk over veiligheid hebt gelezen en
begrepen voordat u het product monteert.
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Gebruik originele
reserveonderdelen en origineel
installatiemateriaal.
3.2 Belangrijkste onderdelen voor de
3.2 Belangrijkste onderdelen voor de
3.2 Belangrijkste onderdelen voor de
3.2 Belangrijkste onderdelen voor de3.2 Belangrijkste onderdelen voor de
installatie
installatie
installatie
installatieinstallatie
De installatie bestaat uit de volgende onderdelen:
• Een robotmaaier die het gazon automatisch maait.
• Een laadstation met 3 functies:
• Controlesignalen door de begrenzingsdraad
verzenden.
• Controlesignalen langs de geleidingsdraad
sturen, zodat het product de geleidingsdraad
naar specifieke afgelegen gebieden in de tuin
kan volgen en terug kan keren naar het
laadstation.
• Het product opladen.
• Een voeding, die is aangesloten tussen het
laadstation en een stopcontact van 100-240 V.
• De lusdraad, die langs de randen van het
werkgebied wordt gelegd en ook rondom
voorwerpen en planten die de robotmaaier niet
mag raken. De lusdraad dient als
begrenzingsdraad en ook als geleidingsdraad.
3.3 Algemene voorbereidingen
3.3 Algemene voorbereidingen
3.3 Algemene voorbereidingen
3.3 Algemene voorbereidingen3.3 Algemene voorbereidingen
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Gaten met water in het
gazon kunnen schade aan het product
veroorzaken.
Let op:
Let op:
Let op:
Let op: Let op: Lees het hoofdstuk Installatie volledig door
voordat u met de installatie begint. De wijze waarop de
installatie is uitgevoerd, bepaalt hoe goed het product
functioneert. Het is daarom belangrijk om de installatie
zorgvuldig te plannen.
• Maak een blauwdruk van het werkgebied en neem
hierin alle obstakels op. Zo vindt u eenvoudiger de
beste posities voor het laadstation, de
begrenzingsdraad en de geleidingsdraad.
• Breng een markering aan op de blauwdruk waar
het laadstation, de begrenzingsdraad en de
geleidingsdraad moeten worden geplaatst.
• Breng een markering op de blauwdruk aan waar
de geleidingsdraad aansluit op de
begrenzingsdraad. Zie
De geleidingsdraad
installeren op pagina 22
.
• Vul de gaten in het gazon.
• Maai het gras voordat u het product installeert.
Zorg ervoor dat het gras maximaal 4 cm/1.6 inch
is.
Let op:
Let op:
Let op:
Let op: Let op: De eerste weken na installatie kan het
waargenomen geluidsniveau bij het maaien van het gras
hoger zijn dan verwacht. Wanneer het product het gras
enige tijd heeft gemaaid, is het waargenomen
geluidsniveau veel lager.
3.4 Vóór de installatie van de draden
3.4 Vóór de installatie van de draden
3.4 Vóór de installatie van de draden
3.4 Vóór de installatie van de draden3.4 Vóór de installatie van de draden
U kunt kiezen om de draden met staken te bevestigen of
om ze in te graven. U kunt de 2 procedures voor
hetzelfde werkgebied gebruiken.
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET:
OPGELET: OPGELET: Graaf de begrenzingsdraad
en de geleidingsdraad in indien u een
verticuteermachine gebruikt in het
werkgebied om te voorkomen dat ze
beschadigd raken.
3.4.1 Onderzoeken waar het laadstation
3.4.1 Onderzoeken waar het laadstation
3.4.1 Onderzoeken waar het laadstation
3.4.1 Onderzoeken waar het laadstation3.4.1 Onderzoeken waar het laadstation
moet worden geplaatst
moet worden geplaatst
moet worden geplaatst
moet worden geplaatstmoet worden geplaatst
• Zorg voor minimaal 2 m/6.6 ft vrije ruimte vóór het
laadstation. Zie
Onderzoeken waar de
geleidingsdraad moet worden gelegd op pagina
20
.
• Houd een minimum aan van 30 cm / 12 inch vrije
ruimte rechts en links van het midden van het
laadstation.
1298 - 016 - 24.09.2021 Installatie - 15
15
15
1515


Product specificaties

Merk: Gardena
Categorie: Robotmaaier
Model: Sileno life 1500

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Gardena Sileno life 1500 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden