Panasonic KX-TG6862 Handleiding

Panasonic Telefoon KX-TG6862

Lees hieronder de đź“– handleiding in het Nederlandse voor Panasonic KX-TG6862 (60 pagina's) in de categorie Telefoon. Deze handleiding was nuttig voor 137 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/60
Gebruiksaanwijzing
Digitale Draadloze Telefoon met Antwoordapparaat
Afgebeeld model is de KX-TG6861.
Model KX-TG6861NL
KX-TG6862NL
KX-TG6863NL
Zie “Aan de slag” op pagina 10 voordat u het
apparaat in gebruik neemt.
Bedankt dat u hebt gekozen voor een product van Panasonic.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Bewaar de handleiding voor latere naslag.
Inleiding
Modellen 3...............................................................
Aanvullende informatie 3.........................................
Algemene informatie 4............................................
Grafische symbolen voor gebruik op apparatuur en
hun beschrijvingen 5...............................................
Belangrijke informatie
Voor uw veiligheid 6................................................
Belangrijke veiligheidsinstructies 7.........................
Voor de beste prestaties 7......................................
Overige informatie 8................................................
Specificaties 9.........................................................
Aan de slag
Installatie 10............................................................
Toetsen 12..............................................................
Pictogrammen display 13........................................
Aan- en uitzetten 14................................................
Taalinstelling 14......................................................
Datum en tijd 14......................................................
De meldtekst opnemen 15......................................
Overige instellingen 15............................................
Telefoneren
Nummers kiezen 17................................................
Oproepen beantwoorden 17...................................
Handige functies tijdens een gesprek 17................
Intercom 19.............................................................
Toetsblokkering 20..................................................
Nummerblokkering
Nummerblokkering 21.............................................
Ongewenste bellers opslaan 21..............................
Automatische oproepblokkering
Automatische oproepblokkering 23.........................
Telefoonboek
Telefoonboek 26.....................................................
Snelkiesnummer 27................................................
Programmeren
Menulijst 29.............................................................
Alarm 34..................................................................
Niet storen-modus 35..............................................
Babyfoon 35............................................................
Overige programmering 37.....................................
Een apparaat registreren 38...................................
Nummerherkenningsservice
Nummerherkenningsservice gebruiken 40..............
Bellerlijst 40.............................................................
Antwoordapparaat
Antwoordapparaat 42..............................................
Het antwoordapparaat in- en uitschakelen 42.........
Meldtekst 42............................................................
Berichten afluisteren 43..........................................
Geavanceerde meldingsfuncties voor nieuwe
berichten 44............................................................
Afstandsbediening 46..............................................
Instellingen antwoordapparaat 47...........................
Handige informatie
Voicemailservice 48................................................
Tekens invoeren 48.................................................
Foutberichten 50.....................................................
Problemen oplossen 51..........................................
Garantie 55.............................................................
Index
Index 56...........................................................
2
Inhoud
Modellen
Serie Model Basisstation Handset
Artikelnr. Artikelnr. Aantal
KX-TG6861-serie KX-TG6861 KX-TG6861 KX-TGA685 1
KX-TG6862 KX-TG6861 KX-TGA685 2
KX-TG6863 KX-TG6861 KX-TGA685 3
Aanvullende informatie
Meegeleverde accessoires
Nr. Accessoire/artikelnummer Aantal
KX-TG6861 KX-TG6862 KX-TG6863
AWisselstroomadapter voor basisstation/
PNLV226CE
1 1 1
BTelefoonsnoer 1 1 1
CTelefoonplug 1 1 1
DHerlaadbare batterijen
*1 2 4 6
EBatterijklepje*2 1 2 3
FOplader – 1 2
GWisselstroomadapter voor oplader/
PNLV233CE
– 1 2
*1 Zie pagina 4 voor informatie over nieuwe batterijen.
*2 Het batterijklepje is bevestigd aan de handset.
A B C D E F
G
3
Inleiding
Aanvullende/vervangende accessoires
Raadpleeg de dichtstbijzijnde Panasonic dealer voor informatie over prijzen.
Accessoire Modelnummer/specificaties
Herlaadbare batterijen Type batterij:
– Nikkelmetaalhydride (Ni-MH)
– 2 x AAA (R03) per handset
– 1,2 V
DECT-repeater KX-A406
Overige informatie
ROntwerp en specificaties kunnen zonder waarschuwing worden gewijzigd.
RDe illustraties in deze publicatie kunnen ietwat afwijken van het eigenlijke product.
Telefoonsysteem uitbreiden
Handset (optie): KX-TGA685EX
U kunt uw telefoonsysteem uitbreiden door optione-
le handsets (maximaal 6) te registreren bij Ă©Ă©n ba-
sisstation.
ROptionele handsets kunnen een andere kleur
hebben dan de meegeleverde handsets.
Algemene informatie
RDeze apparatuur is ontworpen voor gebruik op het Nederlandse analoge telefoonnetwerk.
RNeem bij problemen in eerste instantie contact op met de leverancier van de apparatuur.
Verklaring van overeenstemming:
RPanasonic Corporation verklaart dat de radio-apparatuur type (KX-TG6861 serie: pagina 3) in
overeenstemming is met Richtlijn 2014/53/EU. De volledige text van de overeenstemmingsverklaring van
de EU is beschikbaar op het volgende internet-adres:
https://www.ptc.panasonic.eu/compliance-documents
Contactadres van de officiële vertegenwoordiging:
Panasonic Testing Centre
Panasonic Marketing Europe GmbH
Winsbergring 15, 22525 Hamburg, Germany
4
Inleiding
Ecodesign-informatie
Ecodesign-informatie onder EU-verordening (EG) nr. 1275/2008 gewijzigd in (EU)-verordening nr. 801/2013.
“ErP Free Web Product Information” is beschikbaar op de volgende URL:
https://www.ptc.panasonic.eu/compliance-documents
Stroomverbruik in standby-netwerkmodus en instructies worden vermeld op bovenstaande website.
Opmerking:
RVoor meer informatie over de energie-efficiëntie van het product kunt u op onze website,
www.panasonic.com, het modelnummer in het zoekvenster typen.
Grafische symbolen voor gebruik op apparatuur en hun
beschrijvingen
Pictogram Uitleg Pictogram Uitleg
Wisselstroom (AC) Klasse P-apparatuur (appara-
tuur waarvoor bescherming te-
gen elektrische schokken
wordt geboden door dubbele
isolatie of versterkte isolatie.)
Gelijkstroom (DC) “AAN” (stroom)
Randaarde “UIT” (stroom)
Beschermende aardverbinding Stand-by (stroom)
Waarschuwing, risico veroor-
zaakt door zichtbare straling
“AAN”/“UIT” (stroom;
druk-druk)
Alleen voor binnengebruik Waarschuwing: risico op elek-
trische schok
5
Inleiding
RWerk voorzichtig bij het installeren of aanpassen
van telefoonlijnen.
RDe wisselstroomadapter is de hoofdaansluiting.
Zorg ervoor dat er een gemakkelijk bereikbare
wandcontactdoos in de buurt van het product
aanwezig is.
RU kunt niet met dit product bellen als:
– de batterijen van de handset moeten worden
opgeladen of defect zijn;
– er een stroomstoring is.
– de toetsblokkering is ingeschakeld.
Batterij
RWij adviseren de batterijen, zoals vermeld op
pagina 4, te gebruiken. GEBRUIK ALLEEN
oplaadbare Ni-MH-batterijen van het type
AAA (R03).
RGebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar.
ROpen of beschadig de batterijen niet.
Electrolyten die uit de batterijen vrijkomen zijn
bijtend en kunnen brandwonden of letsel aan
ogen en huid veroorzaken. De elektrolyt is giftig
en kan bij inslikken schade veroorzaken.
RGa voorzichtig met de batterijen om. Raak de
batterijen niet aan met geleidende materialen,
zoals ringen, armbanden of sleutels. Dit kan
kortsluiting veroorzaken, waardoor de batterijen
en/of het geleidende materiaal heet kunnen
worden en brandwonden kunnen veroorzaken.
RLaad de batterijen meegeleverd met of bedoeld
voor gebruik met dit product alleen op volgens
de instructies en beperkingen in deze
handleiding.
RGebruik alleen een compatibel basisstation (of
oplader) voor het opladen van de batterijen.
Rommel niet aan het basisstation (of de
oplader). Als u deze aanwijzingen niet opvolgt,
kunnen de batterijen opzwellen of exploderen.
RVermijd gebruik in de volgende omstandigheden:
– Extreem hoge of lage temperaturen tijdens
gebruik, opslag of vervoer.
– Vervanging van een batterij door een onjuist
type waardoor een bescherming teniet kan
worden gedaan.
– Het weggooien van een batterij in vuur of een
hete oven, of het mechanisch pletten of
snijden van een batterij, wat kan leiden tot
een explosie.
– Extreem hoge temperatuur en/of extreem
lage luchtdruk, wat kan leiden tot een
explosie of lekkage van brandbare vloeistof
of gas.
Belangrijke
veiligheidsinstructies
Volg als u het apparaat gebruikt altijd de
veiligheidsvoorschriften ter voorkoming van brand,
elektrische schokken of persoonlijk letsel,
waaronder:
1. Gebruik het apparaat niet bij water, zoals
badkuipen, wastafels, aanrechten, in een
vochtige kelder of bij een zwembad, enzovoort.
2. Gebruik het apparaat (uitgezonderd draadloze
modellen) bij voorkeur niet tijdens onweer. Er
bestaat een kleine kans op elektrische
schokken door bliksem.
3. Gebruik de telefoon niet voor het rapporteren
van een gaslek als het daar in de buurt is.
4. Gebruik alleen het netsnoer en de batterijen die
in deze handleiding worden beschreven. Gooi
nooit batterijen in een open vuur. Deze kunnen
exploderen. Houd u bij het weggooien van
batterijen aan de lokale milieuvoorschriften.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Voor de beste prestaties
Locatie van basisstation/storing vermijden
Het basisstation en andere compatibele
Panasonic-apparaten gebruiken radiogolven voor
de onderlinge communicatie.
RVoor een maximaal bereik en storingsvrije
communicatie plaatst u het basisstation:
– op een gemakkelijk bereikbare, hoge en
centrale locatie (binnenshuis) zonder
obstakels tussen de handset en het
basisstation;
– buiten bereik van elektronische apparatuur,
zoals televisietoestellen, radio’s, computers,
draadloze apparatuur en andere telefoons;
– uit de buurt van radiofrequente zenders,
zoals buitenantennes of zendmasten van
mobiele telefoons. (Zet het basisstation niet
voor het raam of daar in de buurt.)
RHet bereik en de spraakkwaliteit zijn afhankelijk
van lokale omgevingsomstandigheden.
7
Belangrijke informatie
Informatie over het afvoeren in andere
landen buiten de Europese Unie
Deze symbolen (A, ) zijn enkel geldig in deB
Europese Unie. Indien u deze producten wilt
afvoeren, neem dan contact op met uw plaatselijke
autoriteiten of dealer, en vraag informatie over de
correcte wijze om deze producten af te voeren.
Let op: het batterij symbool
Dit symbool ( ) kan in combinatie met eenB
chemisch symbool gebruikt worden. In dit geval
volstaan de eisen, die zijn vastgesteld in de
richtlijnen van de desbetreffende chemische stof.
Opmerking over de
verwijderingsprocedure voor de batterij
Raadpleeg “De batterij verwijderen” op pagina 11.
Specificaties
RStandaard:
DECT (Digital Enhanced Cordless
Telecommunications: digitale draadloze
telecommunicatie),
GAP (Generic Access Profile: algemeen
toegangsprofiel)
RFrequentiebereik:
1,88 GHz tot 1,90 GHz
RRF-overdrachtvermogen:
Ongeveer 10 mW (gemiddeld vermogen per
kanaal)
250 mW (max.)
RStroomvoorziening:
100–240 V AC, 50/60 Hz
RHerlaadbare batterij:
AAA (R03) Ni-MH-batterij (1,2 V, 550 mAh)
RStroomverbruik:
Basisstation:
Stand-by: 0,7 W
Maximaal: 2,1 W
Oplader:
Stand-by: 0,2 W
Maximaal: 1,1 W
RBedrijfsomstandigheden:
0 °C–40 °C, 20 %–80 % relatieve
luchtvochtigheid (droog)
Opmerking:
RHet bereik van de handset onder optimale
omstandigheden is 50 meter binnenshuis en 300
meter buitenshuis. Het bereik neemt
waarschijnlijk af als de handset in de nabijheid
van betonnen obstakels, enz. wordt gebruikt.
9
Belangrijke informatie
Installatie
Aansluiten
n
n
n
nn Basisstation
Sluit het snoer van de wisselstroomadapter
aan door de stekker stevig vast te drukken.
Maak het snoer vast met het haakje.
Sluit de wisselstroomadapter aan op een
stopcontact.
Sluit het telefoonsnoer aan op de eenheid
totdat u een klik hoort.
Sluit het telefoonsnoer aan op de
telefoonwandcontactdoos totdat u een klik
hoort.
Opmerking:
RGebruik alleen de meegeleverde
Panasonic-wisselstroomadapter PNLV226CE.
RGebruik alleen het meegeleverde telefoonsnoer.
3
5
1
2
4
n
n
n
nn Oplader
Klik de stekker van de wisselstroomadapter
vast in de lader.
Sluit de wisselstroomadapter aan op een
stopcontact.
Opmerking:
RGebruik alleen de meegeleverde
Panasonic-wisselstroomadapter PNLV233CE.
2
1
Batterijen installeren
RGEBRUIK ALLEEN oplaadbare Ni-MH-batterijen
van het type AAA (R03) (
1
).
RGebruik GEEN alkalinebatterijen,
mangaanbatterijen of Ni-Cd-batterijen.
RZorg ervoor dat u de batterijen ( , ) goed in
de batterijhouder plaatst.
1
RVolg de aanwijzingen op het display om het
basisstation in te stellen.
10
Aan de slag
De batterij verwijderen
1
2
Batterij laadt op
Ongeveer 7 uur opladen.
RControleer of “Laden” wordt weergegeven (
1
).
RAls de batterijen volledig zijn opgeladen, wordt
“Laden voltd.” weergegeven.
1
Opmerkingen bij het instellen
Opmerking bij het aansluiten
RDe wisselstroomadapter moet altijd aangesloten
blijven. (Het is normaal dat de adapter tijdens
gebruik warm aanvoelt.)
RDe wisselstroomadapter moet worden
aangesloten op een verticaal of op de vloer
aangebracht stopcontact. Sluit de
wisselstroomadapter niet aan op een horizontaal
gelegen wandcontactdoos die richting de vloer is
geplaatst (bijvoorbeeld aan het plafond of onder
een tafel), omdat de stekker door het gewicht
van de adapter uit het contact kan worden
getrokken.
Stroomstoring
RDe eenheid kan niet worden gebruikt om te
bellen of gebeld te worden tijdens een
stroomstoring. We raden u aan een telefoon met
snoer, die geen wisselstroomadapter gebruikt,
aan te sluiten op uw telefoonlijn.
Opmerking bij het plaatsen van de batterij
RGebruik de meegeleverde oplaadbare batterijen.
Wij adviseren de oplaadbare Panasonic
batterijen, zoals vermeld op pagina 4 en 7, te
gebruiken als u nieuwe batterijen nodig heeft.
Opmerking bij het opladen van de batterij
RHet is normaal dat de handset tijdens het
opladen warm aanvoelt.
RMaak eens per maand de oplaadcontacten van
de handset, het basisstation en de oplader
schoon met een zachte, droge doek. Koppel
voordat u de handset gaat reinigen eerst de
voedingskabels en alle telefoonkabels los.
Reinig vaker als het apparaat wordt blootgesteld
aan vet, stof of hoge luchtvochtigheid.
Batterijniveau
Picto-
gram Batterijniveau
Hoog
Normaal
Laag
11
Aan de slag
Picto-
gram Batterijniveau
Opladen noodzakelijk
Prestaties Ni-MH-batterijen
(meegeleverde batterijen)
Bediening Bedrijfsduur
Bij continu gebruik Maximaal 18 uur
Buiten gebruik
(stand-by)
Maximaal 200 uur
Opmerking:
RDe werkelijke gebruiksduur van de batterijen is
afhankelijk van het gebruik en de omgeving
waarin dit gebeurt.
RWanneer de ecomodus is ingesteld op “Eco
Plus”, stopt het basisstation de communicatie
met de handset wanneer het zich in de
standbymodus bevindt. Het gevolg daarvan is
dat de handset meer stroom verbruikt dan
gebruikelijk om te zoeken naar het basisstation
en daardoor de gebruikstijd voor de batterij
wordt verkort (pagina 15).
Toetsen
Basisstation
Oplaadcontacten
Luidspreker
M
M
M
MM N
N
N
NN (Zoeken)
RAls u een handset kwijt bent, kunt u deze
zoeken door op te drukken.M N
M
M
M
MM N
N
N
NN (Wissen)
Berichtenteller
MjN
MjN
MjN
MjNMjN/MkN
MkN
MkN
MkNMkN (Volume omhoog/omlaag)
M
M
M
MM N
N
N
NN M
M
M
MM N
N
N
NN/ (Herhalen/overslaan)
M
M
M
MM N
N
N
NN (Afspelen/stoppen)
Berichtindicator
M
M
M
MM N
N
N
NN (Antwoordapparaat aan/uit)
Handset
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
Luidspreker
M
M
M
MM N
N
N
NN (Spreken)
Kiestoetsen
M
M
M
MM N
N
N
NN (Toetsblokkering)
MZN
MZN
MZN
MZNMZN (Handsfree telefoneren)
Microfoon
Ontvanger
12
Aan de slag
Display
M
M
M
MM N
N
N
NN (Uit/stroom)
M
M
M
MMR/ECON
N
N
NN
R: Herhalen/flash
ECO: Toets voor de ecomodus
M
M
M
MM N
N
N
NN (Gesprek blokkeren)
Indicator voor oproepblokkering
Oplaadcontacten
n
n
n
nn Type bediening
Zachte toetsen
Met een zachte toets selecteert u de functie die
er direct boven op het display wordt getoond.
Navigatietoets
De navigatietoets werkt als volgt.
– , M N
D
D
D
DD M N
C
C
C
CC , MF
F
F
FFN of M N
E
E
E
EE : Door de diverse lijsten
en items bladeren.
– of M N
D
D
D
DD MC
C
C
CCN: Het volume van de ontvanger of
luidspreker aanpassen tijdens een gesprek.
– ( : Lijst met bellers): De lijst met bellersM N
C
C
C
CC
weergeven.
– ( : Telefoonboek): Nummers in hetM N
F
F
F
FF W
telefoonboek weergeven.
– ( : Opnieuw kiezen): De lijst metM N
E
E
E
EE T
opnieuw te kiezen nummers weergeven.
Pictogrammen display
Weergegeven symbolen op handset
Symbool Betekenis
Ontvangstkwaliteit: Hoe meer
streepjes u ziet, hoe dichter de
handset bij het basisstation is.
Buiten bereik van basisstation
Beveiliging voor gesprekken is in-
gesteld op “Verhoogd”. (pagi-
na 38)
Oproep, intercom
ZHandsfree functie is ingescha-
keld. (pagina 17)
Symbool Betekenis
De lijn is in gebruik.
RLangzaam knipperen wil zeg-
gen dat het gesprek in de
wacht staat.
RSnel knipperen wil zeggen dat
nu een inkomend gesprek
wordt ontvangen.
Gemiste oproep*1 (pagina 40)
Ecomodus is ingesteld op “Eco”.
(pagina 15)
Ecomodus is ingesteld op “Eco
Plus”. (pagina 15)
Ruisonderdrukking is ingesteld.
(pagina 18)
Het display en de toetsverlichting
staan uit. (pagina 32)
RWanneer het wordt weergege-
ven naast het batterijpicto-
gram: Antwoordapparaat is
aan. (pagina 42)
RWanneer het wordt weergege-
ven met een cijfer: er zijn nieu-
we berichten opgenomen. (pa-
gina 43)
“Alleen meldt.” is geselec-
teerd. Berichten van bellers wor-
den niet opgenomen. (pagi-
na 47)
Batterijniveau
Alarm is ingeschakeld. (pagi-
na 34)
Privacymodus ingeschakeld. (pa-
gina 33)
Belvolume is uitgeschakeld. (pa-
gina 31)
Niet storen-modus is ingescha-
keld. (pagina 35)
Nummerblokkering.*1 (pagi-
na 21)
Automatische oproepblokkering
is ingesteld op “Blokkeren”.
(pagina 23)
13
Aan de slag
Symbool Betekenis
Automatische oproep geblok-
keerd.*1 (pagina 40)
Nieuw voicemailbericht ontvan-
gen.*2 (pagina 48)
Babyfoon is ingeschakeld. De
naam/het nummer naast het pic-
togram geeft de controlehandset
aan. (pagina 35)
Lijn
bezet
De lijn is in gebruik door iemand
anders.
In
Gesprek
Het antwoordapparaat wordt
door een ander apparaat ge-
bruikt.
*1 Alleen bij nummerherkenning
*2 Alleen voor voicemailabonnees
Weergegeven symbolen basisstation
Sym-
bool Betekenis
- - “Alleen meldt.” is geselecteerd.
Berichten van bellers worden niet op-
genomen. (pagina 47)
Pictogrammen zachte toetsen handset
Picto-
gram Actie
Gaat terug naar het vorige scherm of
de externe oproep.
Menu weergeven.
OK Accepteert huidige selectie.
Bellen. (pagina 27)
Beltoon tijdelijk uitschakelen voor in-
komende gesprekken. (pagina 17)
Een gesprek in de wacht plaatsen.
(pagina 17)
WNaar het telefoonboek.
Telefoonnummers bewerken. (pagi-
na 22)
Voegt een nieuw nummer toe. (pagi-
na 27, 36)
Picto-
gram Actie
Naar zoekmenu telefoonboek. (pagi-
na 26)
Schakelt toetsblokkering uit. (pagi-
na 20)
Stopt het alarm. (pagina 34)
Sluimerknop voor het alarm. (pagi-
na 34)
Selecteert items of handsets. (pagi-
na 34)
nStopt opname of weergave.
Slaat telefoonnummers op. (pagi-
na 26)
Wist het geselecteerde onderdeel.
Hiermee voert u een intercomge-
sprek. (pagina 19)
CEen nummer/teken wissen.
YHiermee schakelt u de microfoon uit
tijdens een gesprek.
Aan- en uitzetten
Druk ongeveer 2 seconden op M N.
Taalinstelling
Displaytaal
1M N#110
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de taal van uw keuze. a MOKN
a M N
Datum en tijd
1M N#101
2Voer de huidige dag, maand en jaar in. a
M NOK
Voorbeeld: 12 juli 2020
12 07 20
14
Aan de slag
3Voer de huidige tijd (uren en minuten) in.
Voorbeeld: 9:30
09 30
RU kunt de 24-uurs of 12-uurs klokweergave
(“AM” of “PM”) selecteren door op te*
drukken.
4M NOK a M N
De meldtekst opnemen
U kunt uw eigen meldtekst inspreken in plaats van
een standaardbegroeting te gebruiken. Zie
pagina 42 voor meer informatie.
1M N#302
2M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
3Een welkomstbericht opnemen. a Mn
n
n
nnN a
M N
Overige instellingen
Indicator voor oproepblokkering
De indicator voor oproepblokkering bevindt zich
onderaan op de handset en geeft met knipperen de
status van de beller aan voor het geval u de oproep
wilt afbreken (pagina 21) door op de toets M N
te drukken.
De indicator voor oproepblokkering knippert in
onderstaande omstandigheden:
– Wanneer het apparaat een oproep ontvangt van
een beller die niet is geregistreerd in het
telefoonboek (pagina 26).
– Wanneer het apparaat een oproep ontvangt van
een beller die niet is geregistreerd in de lijst met
toegestane namen (pagina 24). *1
– Wanneer het apparaat een oproep ontvangt van
een nummer dat is opgeslagen in de database
met toegestane nummers (pagina 23).
*1
*1 Wanneer de automatische oproepblokkering is
ingesteld op “Blokkeren” (pagina 23).
Ecomodus
De volgende instellingen zijn beschikbaar voor
ecomodus.
–“Eco”: verlaagt het zendvermogen van het
basisstation in standbymodus met maximaal
90 %.
Wanneer deze instelling is geselecteerd, wordt
weergegeven op het display van de
handset in plaats van .
–“Eco Plus”: verlaagt het zendvermogen van
het basisstation in standbymodus maximaal.
Wanneer deze instelling is geselecteerd, wordt
weergegeven op het display van de
handset in plaats van .
–“UIT” (standaardinstelling): schakelt ecomodus
uit.
Wanneer deze instelling is geselecteerd, worden
/ niet weergegeven op het display
van de handset.
De ecomodus instellen
1M N#725
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Opmerking:
RAls een handset niet compatibel is met Eco Plus
en geregistreerd is bij het basisstation, is “Eco
Plus” niet beschikbaar. Als die handset
geregistreerd is terwijl “Eco Plus” al
geselecteerd was, wijzigt de instelling in “UIT”.
RWanneer er een andere draadloze telefoon in de
buurt is en die telefoon is in gebruik, wordt het
zendvermogen van het basisstation mogelijk niet
verlaagd.
RWanneer ecomodus is ingesteld op “Eco
Plus”, is er een vertraging tussen de ontvangst
van de oproep en het bellen van de handset.
RAls de handset bij meerdere basisstations is
geregistreerd, kunt u met de handset mogelijk
geen oproepen plaatsen of ontvangen, of
communiceren met het basisstation in de
volgende omstandigheden.
– Ecomodus is ingesteld op “Eco Plus”
(pagina 15).
– Het basisstation is ingesteld op “Automat.”
(pagina 33).
Plaats in dat geval de handset dichter bij het
basisstation en wijzig de instelling in “Eco” of
“UIT”. Herhaal dit voor elk basisstation.
RWanneer de ecomodus is ingeschakeld, heeft
het basisstation in standbymodus minder bereik.
15
Aan de slag
RAls u de repeatermodus instelt op “AAN”
(pagina 39):
– wordt ecomodus uitgeschakeld.
– wordt “Eco-modus” niet weergegeven in het
menu op het display (pagina 32).
RWanneer ecomodus is ingesteld op “Eco
Plus”, wordt de gebruiksduur van de batterij
verlaagd (pagina 12).
Waarschuwing batterij bijna leeg
Deze functie zorgt ervoor dat het apparaat een
pieptoon geeft wanneer de batterij moet worden
opgeladen.
Als deze functie is ingeschakeld, waarschuwt het
apparaat u als volgt.
n
n
n
nn Wanneer de handset in de standbymodus
staat:
– Als de batterij moet worden opgeladen, piept
het apparaat volgens het geselecteerde
interval tot maximaal 3 keer.
Opmerking voor handset:
RAan het eind van elk gesprek geeft het apparaat
een groot pictogram weer dat het batterijniveau
aangeeft.
Waarschuwing batterij bijna leeg instellen
Schakel deze functie in door het gewenste
waarschuwingsinterval te selecteren of selecteer
“UIT” om deze functie uit te schakelen. De
standaardinstelling is “Elk uur”.
1M N#176
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
16
Aan de slag
Nummers kiezen
1Pak de handset op en toets vervolgens het
telefoonnummer in.
RDruk als u een cijfer wilt corrigeren op MCN.
2Druk op M N om de oproep te plaatsen.
RAls u wilt bellen via de luidspreker, drukt u
op MZ
Z
Z
ZZN.
3Als het gesprek is beëindigd, drukt u op M N
of plaatst u de handset op het basisstation of
de oplader.
Opmerking:
RDruk op M N
Z
Z
Z
ZZ om te schakelen naar de
luidspreker.
Druk op M N
Z
Z
Z
ZZ /M N om terug te schakelen naar
de ontvanger.
RIn stap 1 kunt u het gebelde telefoonnummer
opslaan in het telefoonboek met M N.
Ontvangstvolume of luidsprekervolume
aanpassen
Druk terwijl u spreekt meerdere keren op MD
D
D
DDN of M N
C
C
C
CC .
Telefoneren met behulp van de herhaallijst
De 10 laatst gebelde nummers worden in de
herhaallijst opgeslagen (elk maximaal 24 cijfers).
1M N
E
E
E
EE ( )T
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
3M N
Een nummer uit de herhaallijst wissen
1M N
E
E
E
EE ( )T
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a M N
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Pauze (voor huiscentrale (PBX)/
internationale gesprekken)
Soms is een pauze vereist voor het telefoneren via
huiscentrales of voor internationale gesprekken.
Ook bij het opslaan van een toegangsnummer voor
een belkaart en/of PIN in het telefoonboek is een
pauze nodig (pagina 27).
Voorbeeld: als u een “0” moet kiezen voor een
buitenlijn wanneer u via een huiscentrale belt:
10 a M N
D
D
D
DD (Pauze)
2Kies het telefoonnummer. a M N
Opmerking:
RIedere keer als u MD
D
D
DDN (Pauze) indrukt, wordt een
pauze van 3 seconden ingevoerd.
Oproepen beantwoorden
1Neem de handset op en druk op of M N MZ
Z
Z
ZZN
als de telefoon overgaat.
2Als het gesprek is beëindigd, drukt u op M N
of plaatst u de handset op het basisstation of
de oplader.
Beantwoorden met elke toets: U kunt gesprekken
aannemen door op een kiestoets te drukken.
Automatisch praten: U kunt gesprekken
aannemen door eenvoudig de handset op te
nemen (pagina 32).
Beltoon handset tijdelijk uit: u kunt de beltoon
tijdelijk uitschakelen door op M N te drukken.
Het volume van de beltoon aanpassen
Handset
Druk tijdens het bellen herhaaldelijk op M N
D
D
D
DD of M N
C
C
C
CC
tot het gewenste belvolume wordt weergegeven.
Basisstation
Druk op M N
j
j
j
jj of Mk
k
k
kkN tot het gewenste volume wordt
weergegeven.
RAls u het belsignaal wilt uitschakelen, houdt u
M N
k
k
k
kk ingedrukt tot het apparaat piept.
Opmerking:
RZie pagina 31 als u het belvolume en de
beltoon wilt wijzigen voor een externe oproep.
Handige functies tijdens een
gesprek
Wachtstand
1Druk tijdens een extern gesprek op M N.
17
Telefoneren
2M N
b
b
b
bb : “Wacht” a MOKN
3U haalt het gesprek weer uit de wacht door op
M N te drukken.
Opmerking:
RNa 10 minuten in de wacht wordt de verbinding
verbroken.
Microfoon uitschakelen
1Druk tijdens een gesprek op M N
Y
Y
Y
YY .
2Als u wilt teruggaan naar het gesprek, drukt u
op MY
Y
Y
YYN.
Opnieuw bellen/flash
Met MR/ECON kunt u speciale functies van uw
huiscentrale gebruiken, zoals een gesprek
doorverbinden of optionele telefoondiensten
gebruiken.
Opmerking:
RZie pagina 33 voor het wijzigen van de flashtijd.
Voor gebruikers van wisselgesprek
of nummerherkenning
Als u wisselgesprek of nummerherkenning wilt
gebruiken, moet u eerst een abonnement afsluiten
bij uw serviceprovider.
U kunt dan oproepen ontvangen wanneer u al in
gesprek bent. Als u een tweede oproep ontvangt op
de telefoon, hoort u een speciale toon.
Als u zich op nummerherkenningsdiensten
abonneert met zowel nummerherkenning als
wisselgesprek, wordt informatie over de tweede
beller weergegeven op de actieve handset nadat u
de toon voor de 2e oproep hoort.
1Druk op MR/ECON om de 2e oproep aan te
nemen.
2Druk op MR/ECON om van de ene naar de
andere oproep te gaan.
Opmerking:
RRaadpleeg uw serviceprovider voor meer
informatie over en beschikbaarheid van deze
dienst in uw land.
Ruisonderdrukking handset
Met deze functie kunt u de stem van de persoon
met wie u spreekt, beter horen doordat het
omgevingsgeluid van de telefoon van de andere
partij wordt beperkt.
1Druk terwijl u spreekt op .M N
2M N
b
b
b
bb : “Ruis aan” of “Ruis uit” a M NOK
Opmerking:
RAfhankelijk van de omgeving waar deze handset
wordt gebruikt, is de functie mogelijk niet altijd
even effectief.
RDeze functie kan niet worden gebruikt wanneer
u handsfree belt.
Equalizer handset
Deze functie zorgt ervoor dat de stem van uw
gesprekspartner duidelijker overkomt. Het
stemgeluid wordt natuurlijker weergegeven en is
gemakkelijker te horen en te begrijpen.
1Druk terwijl u spreekt op .M N
2M N
b
b
b
bb : “Equalizer” a MOKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling.
4Klik op M NOK om af te sluiten.
Opmerking:
RAfhankelijk van de toestand en kwaliteit van uw
telefoonlijn kan deze functie de aanwezige ruis
op de lijn versterken. Selecteer een andere
instelling als u problemen met het geluid
ondervindt.
RDeze functie kan niet worden gebruikt wanneer
u handsfree belt.
Gesprek delen
U kunt deelnemen aan een lopend extern gesprek.
Druk op M N om deel te nemen aan het gesprek
wanneer op de andere handset al een extern
gesprek wordt gevoerd.
Opmerking:
RWanneer een andere gebruiker deelneemt aan
het gesprek, hoort u de interruptietoon.
RDoor de privacymodus in te schakelen
(pagina 33) kunt u het onmogelijk maken dat
iemand anders deelneemt aan uw externe
gesprekken.
18
Telefoneren
Gesprekken doorverbinden/
vergaderen
Tussen handsets binnen dezelfde radiocel kunnen
externe gesprekken worden doorgeschakeld of kan
een conferentiegesprek worden opgezet met een
externe partij.
1Druk tijdens een extern gesprek op .M N
2M N
b
b
b
bb : “Intercom” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste unit. a MOKN
RAls u “Oproepen met stem” selecteert,
schakelt het gesprek van oorontvangst
naar de luidsprekermodus.
4Wacht tot de opgeroepen handset wordt
opgenomen.
RAls de opgeroepen partij niet antwoordt:
– druk op M N om terug te keren naar
het externe gesprek.
– als u “Oproepen met stem”
selecteert in stap 3, drukt u op enM N
vervolgens op om terug te kerenM N
naar het externe gesprek.
5Doorschakelen voltooien:
Druk op M N.
Vergadering opzetten:
M N a M N b
b
b
bb : “Vergadering” a M OKN
RDruk op M N als u de vergadering wilt
verlaten. De andere 2 personen kunnen het
gesprek voortzetten.
RHet externe gesprek in de wacht plaatsen:
M N a M N b
b
b
bb : “Wacht” a M NOK
De vergadering voortzetten: M N a M N b
b
b
bb :
“Vergadering” a M NOK
RDe vergadering annuleren: M N a Mb
b
b
bbN:
“Stop vergadering” a MOKN
U kunt het gesprek voortzetten met de
externe beller.
Intercom
Intercomoproepen kunnen worden gemaakt tussen
handsets in dezelfde radiocel.
Opmerking:
RWanneer u de handset wilt oproepen, blijft de
opgeroepen handset 1 minuut piepen.
RAls een externe oproep binnenkomt terwijl u
door de intercom praat, hoort u de
interruptietoon. U sluit de intercommodus af door
op te drukken. Druk op M N M N als u de
telefoon wilt aannemen.
RZie pagina 31 als u het belvolume en de
beltoon wilt wijzigen voor een intercomoproep.
Een gesprek voeren via de intercom
1M N a M N
2M N
b
b
b
bb : selecteer het gewenste apparaat of
“Oproepen met stem”. a MOKN
RAls u “Oproepen met stem” selecteert,
spreekt u in de microfoon na de pieptoon.
Uw stem is hoorbaar via de luidsprekers
van alle handsets, totdat een opgeroepen
partij uw oproep beantwoordt of totdat u op
M N drukt.
Nadat de andere partij heeft opgenomen,
wordt de luidsprekermodus ingeschakeld.
3Als het gesprek beëindigd is, drukt u op M N.
Opmerking:
RU kunt oproepen met stem niet gebruiken als
andere apparaten in gebruik zijn.
Een intercomoproep aannemen
1Neem op met M N.
2Als het gesprek beëindigd is, drukt u op M N.
Automatische intercom in- en
uitschakelen
Met deze functie laat u de handset
intercomoproepen automatisch aannemen. U hoeft
niet op M N te drukken. Wanneer deze functie is
ingesteld op “AAN”, neemt de controlehandset voor
de babyfoonfunctie (pagina 37) ook automatisch
oproepen van de babyfoon aan. De
standaardinstelling is “UIT”.
1M N#273
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
19
Telefoneren
Opmerking:
RDeze functie is niet beschikbaar als alle
handsets worden opgeroepen en bij oproepen
met stem, zelfs als de functie is ingeschakeld.
Toetsblokkering
De handset kan worden geblokkeerd, zodat er niet
kan worden gebeld en er geen instellingen kunnen
worden gemaakt. Binnenkomende gesprekken
kunnen worden aangenomen, maar de meeste
andere functies zijn uitgeschakeld als
toetsenblokkering is ingeschakeld.
U kunt selecteren om de handset te blokkeren met
of zonder wachtwoord. De standaardinstelling is
“zonder wachtwoord”.
Belangrijk:
REr kunnen geen noodnummers worden gebeld
als toetsblokkering is ingeschakeld.
Toetsblokkering instellen
1M N#246
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Toetsblokkering in- en uitschakelen
n
n
n
nn Zonder een wachtwoord:
De toetsblokkering inschakelen
Druk ongeveer 2 seconden op # tijdens de
standbymodus.
De toetsblokkering uitschakelen
Druk ongeveer 2 seconden op M N tijdens de
standbymodus.
n
n
n
nn Met een wachtwoord:
De toetsblokkering inschakelen
1Druk ongeveer 2 seconden op # tijdens
de standbymodus.
2Voer uw wachtwoord voor toetsblokkering
(max. 4 cijfers) in. a MOKN 2 keer
De toetsblokkering uitschakelen
1Druk ongeveer 2 seconden op M N
tijdens de standbymodus.
2Voer uw wachtwoord voor toetsblokkering
in. a M OKN 2 keer
Opmerking:
RU kunt de handset uitschakelen wanneer de
toetsblokkering is geactiveerd. Afhankelijk van
de instellingen kan de status van de handset
wijzigen wanneer u de handset weer inschakelt:
– Zonder wachtwoord: de toetsblokkering wordt
uitgeschakeld.
– Met wachtwoord: de toetsblokkering blijft
actief.
RDe volgende toetsen en functies zijn
beschikbaar wanneer de toetsblokkering actief is:
– om het alarm te stoppen.M N
– Zonder wachtwoord: tijdens een gesprek
kunnen alle beschikbare functies worden
gebruikt zoals normaal. Wanneer het gesprek
wordt beëindigd, wordt de toetsblokkering
opnieuw ingeschakeld op de handset.
RWanneer de toetsblokkering is ingesteld op
“met wachtwoord”:
– Kiestoetsen en ME
E
E
EEN (T) kunnen niet worden
gebruikt tijdens een gesprek.
– (rechter zachte toets) is nietM N
beschikbaar tijdens doorkiezen (pagina 27).
20
Telefoneren
Nummerblokkering
U kunt in de volgende situaties op de toets M N
drukken om het huidige gesprek af te breken en
een telefoonnummer toe te voegen aan de lijst met
geblokkeerde nummers:
– wanneer een binnenkomende oproep wordt
ontvangen
– wanneer een binnenkomende oproep wordt
opgenomen door het antwoordapparaat
– wanneer u een extern gesprek voert
Nadat een telefoonnummer is toegevoegd aan de
lijst met geblokkeerde nummers, blokkeert het
toestel voortaan oproepen van dat telefoonnummer.
1Druk op M N in een van bovenstaande
situaties.
2Bevestig het nummer voor oproepblokkering
en druk op MOKN.
RHet nummer voor oproepblokkering wordt
opgeslagen in de lijst met geblokkeerde
nummers, “Nr. geblok.” wordt
weergegeven en vervolgens wordt het
gesprek afgebroken.
Opmerking:
RAls bij de oproep geen telefoonnummer wordt
weergegeven, is de oproep geblokkeerd maar
niet opgeslagen in de lijst met geblokkeerde
nummers.
ROproepblokkering is niet beschikbaar voor
intercomoproepen of oproepen die worden
ontvangen via een wisselgesprek.
RGeblokkeerde oproepen worden opgeslagen in
de bellerlijst.
Ongewenste bellers opslaan
Het toestel kan ook oproepen blokkeren door de
gewenste items vooraf op te slaan in de lijst met
geblokkeerde nummers (alleen met
nummerherkenning).
–“Enkel nummer”: het toestel blokkeert
oproepen van specifieke telefoonnummers die
zijn opgeslagen in de lijst met geblokkeerde
nummers.
–“Meerdere nummers”: het apparaat blokkeert
oproepen die beginnen met een nummer dat is
opgeslagen in de lijst met geblokkeerde
oproepen, zoals de eerste cijfers van een gratis
telefoonnummer of bepaalde netnummers.
–“Onbekend”: het toestel blokkeert oproepen
zonder telefoonnummer.
Deze optie is echter mogelijk niet beschikbaar in de
volgende situaties:
– Als de beller heeft gebeld uit een plaats waar
nummerherkenning niet beschikbaar is.
– Internationale oproepen.
U kunt in de lijst met geblokkeerde nummers in
totaal maximaal 1.000 afzonderlijke
telefoonnummers en nummerreeksen opslaan.
Ongewenste bellers blokkeren:
Als nu een oproep binnenkomt, gaat het toestel niet
over op het moment waarop de beller wordt
geĂŻdentificeerd.
Als het telefoonnummer van de beller in de lijst met
geblokkeerde nummers staat, wordt er geen geluid
weergegeven en wordt vervolgens de verbinding
verbroken.
Een telefoonnummer opslaan
Belangrijk:
RU moet ook het netnummer opslaan wanneer u
telefoonnummers opslaat in de lijst met
geblokkeerde nummers.
Nummers voor oproepblokkering
toevoegen aan de bellerlijst
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het nummer dat moet worden
geblokkeerd.
3M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Nummers voor oproepblokkering
handmatig toevoegen
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Enkel nummer” a M OKN
4M N a M N
b
b
b
bb : “Toevoegen” a MOKN
5Voer het telefoonnummer in (maximaal 24
cijfers). a M NOK a M N
21
Nummerblokkering
Meerdere nummers opslaan
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Meerdere nummers” a M OKN
4M N a M N
b
b
b
bb : “Toevoegen” a M NOK
5Voer het gewenste nummer in (2-8 cijfers). a
M NOK a M N
Inkomende oproepen zonder
telefoonnummer blokkeren
U kunt oproepen blokkeren wanneer deze geen
telefoonnummer hebben, zoals bij afgeschermde
nummers.
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Onbekend” a M OKN
4M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Geblokkeerde nummers weergeven/
bewerken/wissen
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Enkel nummer” of “Meerdere
nummers” a MOKN
4M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
RKlik na het bekijken op M N om af te
sluiten.
5Nummer bewerken:
M N a Bewerk het nummer. a M OKN a
M N
Cijfers verwijderen:
M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a MOKN a M N
Opmerking:
RDruk tijdens het bewerken op de gewenste
kiestoets om cijfers toe te voegen en druk op
M NC om cijfers te wissen.
Alle geblokkeerde nummers wissen
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Enkel nummer” of “Meerdere
nummers” a MOKN
4M N a M N
b
b
b
bb : “Alles wissen” a M OKN
5M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
6M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Het aantal geblokkeerde oproepen
weergeven en wissen
Het totale aantal geblokkeerde oproepen (maximaal
65.000) wordt weergegeven.
1M N
2M N
b
b
b
bb : “Nummerblokkering” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “Aantal gebl. nummers” a M OKN
RAls u wilt stoppen, drukt u op M N.
4M NC
5M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
22
Nummerblokkering
De toegangscode wijzigen
Als het apparaat ongewenste oproepen, zoals
automatische oproepen, ook beantwoordt als
automatische oproepblokkering is ingeschakeld,
moet u de toegangscode (maximaal 3 cijfers)
wijzigen. De standaardinstelling is “ ”1 .
1M N a M NOK
2M N
b
b
b
bb : “Toegngscode” a MOKN
3M NC
4Voer de nieuwe toegangscode in. a M OKN
a M N
Het aantal geblokkeerde oproepen
weergeven en wissen
Het totale aantal geblokkeerde oproepen (maximaal
65.000) wordt weergegeven.
1M N a M NOK
2M N
b
b
b
bb : “Aantal gebl. nummers” a M OKN
R Als u wilt stoppen, drukt u op M N.
3M NC
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Toevoegen aan de lijst met
toegestane namen
U kunt voor specifieke bellers toegang toestaan
door de naam van de beller toe te voegen aan de
lijst met toegestane nummers, zelfs als u niet het
nummer van de beller weet.
U kunt maximaal 100 namen opslaan (elk maximaal
16 tekens). Als de naam in de lijst met toegestane
namen overeenkomt met de naam die door de
nummerherkenning wordt weergegeven, gaat het
apparaat over. Bellers in de lijst met toegestane
namen hoeven de toegangscode niet in te voeren.
Toegestane namen toevoegen vanuit de
bellerlijst
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a
M N
3M N
b
b
b
bb : “Toegstn nm opsl.” a M OKN
Een vermelding weergeven/wissen
1M N a M NOK
2M N
b
b
b
bb : “Namenlijst toestaan” a MOKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
R Klik na het bekijken op M N om af te
sluiten.
4M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Alle nummers wissen
1M N a M NOK
2M N
b
b
b
bb : “Namenlijst toestaan” a MOKN
3M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Meldtekst voor automatische
oproepblokkering
Als het apparaat een oproep aanneemt, wordt de
meldtekst afgespeeld.
U hebt hiervoor de volgende mogelijkheden:
– uw eigen meldtekst en een vooraf opgenomen
meldtekst
– een vooraf opgenomen meldtekst
Een aangepaste meldtekst opnemen voor
automatische oproepblokkering
Met deze functie kan het apparaat uw eigen
meldtekst en een vooraf opgenomen meldtekst
afspelen.
Voorbeeld van uw eigen meldtekst:
“Hallo, dit is het antwoordapparaat van xxxxxx
(naam).”
“Bedankt dat u contact hebt opgenomen met
xxxxxx (naam).”
“Hallo, dit is het antwoordapparaat van xxxxxx
(naam).”
1M N a M NOK
2M N
b
b
b
bb : “Automatische begr. oproep” a
M NOK
3M N
b
b
b
bb : “Begroeting opnemen” a M NOK
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
24
Automatische oproepblokkering
5Houd de handset na de toon ongeveer 20 cm
van u af en praat duidelijk in de microfoon
(maximaal 2 minuten en 30 seconden).
6Druk op M N
n
n
n
nn om het opnemen te stoppen.
7Het apparaat laat de opgenomen meldtekst
voor automatische oproepblokkering horen.
a M N
De vooraf opgenomen meldtekst voor
automatische oproepblokkering opnieuw
instellen
Met deze procedure wordt uw meldtekst voor
automatische oproepblokkering gewist en ingesteld
op de vooraf opgenomen tekst.
1M N a M OKN
2M N
b
b
b
bb : “Automatische begr. oproep” a
M NOK
3M N
b
b
b
bb : “Standaard” a MOKN 2 keer a M N
De meldtekst voor automatische
oproepblokkering afspelen
1M N a M OKN
2M N
b
b
b
bb : “Automatische begr. oproep” a
M NOK
3M N
b
b
b
bb : “Meldtoon afspelen” a MOKN
4Als u wilt stoppen, drukt u op M N.
25
Automatische oproepblokkering
Telefoonboek
U kunt 200 namen (max. 16 tekens) en
telefoonnummers (max. 24 cijfers) toevoegen aan
het telefoonboek en elke naam aan een door u
gewenste categorie toewijzen (pagina 26).
Belangrijk:
R Alle namen kunnen worden gedeeld door elke
geregistreerde handset.
Nummers in het telefoonboek
toevoegen
1M N
F
F
F
FF ( ) W a M N
2M N
b
b
b
bb : “Nieuw nummer” a M OKN
3Voer de betreffende naam in. a MOKN
R U kunt de tekeninvoermodus wijzigen door
op # te drukken (pagina 48).
4Voer het betreffende telefoonnummer in. a
M NOK
5M N
b
b
b
bb : selecteer de gewenste categorie. a
M NOK 2 keer a M N
Een nummer uit de terugbellijst in het
telefoonboek opslaan
1M N
E
E
E
EE ( )T
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a
M N
3Als u de naam wilt opslaan, gaat u verder bij
stap 3, “Namen bewerken”, pagina 26.
Bellerinfo in het telefoonboek opslaan
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a
M N
3M N
b
b
b
bb : “Opslaan Tel.boek” a M OKN
4Als u de naam wilt opslaan, gaat u verder bij
stap 3, “Namen bewerken”, pagina 26.
Categorieën
Met categorieën vindt u snel en gemakkelijk
nummers in het telefoonboek. U kunt de
categorienamen (“Familie”, “Vrienden” enzovoort)
wijzigen. Door verschillende beltonen toe te wijzen
aan verschillende categorieën bellers, kunt u
identificeren wie er belt (beltoon voor categorie) als
u bent geabonneerd op de service voor
nummerherkenning.
Categorienamen wijzigen/beltoon voor
categorie instellen
1M N
F
F
F
FF ( ) W a M N
2M N
b
b
b
bb : “Belgroep” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste categorie. a
M NOK
4Categorienamen wijzigen
M N
b
b
b
bb : “Groep Naam” a M NOK Bewerk dea
naam (max. 10 tekens). a MOKN
Categoriebeltoon instellen
M N
b
b
b
bb : Selecteer de huidige instelling voor de
beltoon van de categorie. a M NOK a Mb
b
b
bbN:
Selecteer de gewenste beltoon. a MOKN
5M N
Nummers in het telefoonboek
opzoeken en bellen
1M N
F
F
F
FF ( )W
2Door alle nummers bladeren
M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
Zoeken op het eerste teken
Druk op de kiestoets ( t/m 0 9 of )#
voor het teken waarnaar u zoekt
(pagina 48).
M N
b
b
b
bb : Blader door het telefoonboek indien
nodig.
Zoeken op categorie
M N a M b
b
b
bbN: “Belgroep” a M NOK
M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste categorie.
a M OKN
M N
b
b
b
bb : Blader door het telefoonboek indien
nodig.
3M N
Namen bewerken
1Ga naar de gewenste naam (pagina 26). a
M N
26
Telefoonboek
2M N
b
b
b
bb : “Wijzigen” a M OKN
3Bewerk indien nodig de naam. a MOKN
4Bewerk indien nodig het telefoonnummer. a
M NOK
5M N
b
b
b
bb : selecteer de gewenste categorie
(pagina 26). a M OKN 2 keer a M N
Nummers wissen
Een nummer wissen
1Ga naar de gewenste naam (pagina 26). a
M N
2M N
b
b
b
bb : “Wissen” a M NOK
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Alle nummers wissen
1M N
F
F
F
FF ( ) W a M N
2M N
b
b
b
bb : “Alles wissen” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Doorkiezen
Met behulp van deze functie kunt u een
telefoonnummer uit het telefoonboek kiezen terwijl
u in gesprek bent. U kunt deze functie bijvoorbeeld
gebruiken voor het doorgeven van
belkaarttoegangsnummers of PIN-codes die u in
het telefoonboek heeft opgeslagen, zodat u deze
niet met de hand hoeft in te voeren.
1Druk tijdens een extern gesprek op MF
F
F
FFN (W).
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
3Druk op M N (rechter functietoets) om het
nummer te kiezen.
Opmerking:
R Druk bij het opslaan van een toegangsnummer
voor een belkaart en/of PIN als Ă©Ă©n nummer in
het telefoonboek op M N
D
D
D
DD (Pauze) om zo nodig
een pauze toe te voegen na het nummer en de
PIN (pagina 17).
Snelkiesnummer
U kunt 1 telefoonnummer toewijzen aan elke
kiestoets (1 tot en met 9) op de handset.
Telefoonnummers toewijzen aan
snelkiestoetsen
n
n
n
nn Door telefoonnummers in te voeren:
1Houd de gewenste snelkiestoets (1 t/m
9) ingedrukt. a M N
2M N
b
b
b
bb : “Handmatig” a MOKN
3Voer de naam in (maximaal 16 tekens). a
M NOK
4Voer het telefoonnummer in (maximaal 24
cijfers). a M NOK 2 keer a M N
n
n
n
nn Vanuit het telefoonboek:
1Houd de gewenste snelkiestoets (1 t/m
9) ingedrukt. a M N
2M N
b
b
b
bb : “Tel.boek” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a
M NOK a M N
Opmerking:
R Als u een naam in het telefoonboek bewerkt die
is toegewezen aan een snelkiestoets, worden de
wijzigingen in de naam niet doorgevoerd in de
snelkiestoets.
Een naam bewerken
1Houd de gewenste snelkiestoets (1 t/m )9
ingedrukt. a M N
2M N
b
b
b
bb : “Wijzigen” a M OKN
3Bewerk indien nodig de naam. a MOKN
4Bewerk indien nodig het telefoonnummer. a
M NOK 2 keer a M N
Een nummer wissen
1Houd de gewenste snelkiestoets (1 t/m )9
ingedrukt. a M N
2M N
b
b
b
bb : “Wissen” a M NOK
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
27
Telefoonboek
Een naam bekijken/Een gesprek
voeren
1Houd de gewenste snelkiestoets (1 t/m )9
ingedrukt.
2U kunt bellen door op te drukken.M N
28
Telefoonboek
Submenu 1 Submenu 2 Instellingen Code
Instellingen Aantal belsignalen *1 Automat.
2-7 Belsignalen
<4 Belsignalen>
#211 47
Opnametijd *1 <3 minuten>
1 minuut
Alleen meldt. *2
#305 47
Code Afst.bed *1 – 46#306
Meeluisteren <AAN>
UIT
#310 47
Antwoordapp. AAN *1 – – 42#327
Antwoordapp. UIT *1 – – 42#328
Hoofdmenu: “TijdsInstelling”
Submenu 1 Submenu 2 Instellingen Code
Datum/tijd
instellen *1
– – 14#101
Memo Alarm Alarm1-3 <UIT>
Eenmalig
Dagelijks
Wekelijks
#720 34
Tijdsaanpass. *1,
*3 – <Beller ID>
Handmatig
#226 –
Hoofdmenu: “Intercom”
Bediening Code
De gewenste unit oproepen. 19#274
30
Programmeren
Submenu 1 Submenu 2 Instellingen Code
Automatisch blokk.
nummer *1
Blokk./Blokk. oph. Blokkeren
<Blok. oph.>
#787 23
Namenlijst toestaan – 24#794
Toegngscode < > 241 #789
Automatische begr.
oproep
Begroeting
opnemen
#791 24
Meldtoon
afspelen
#792 25
Standaard #793 25
Aantal gebl. nummers – 24#790
Nummerblokkering *1 Enkel nummer – 21#217
Meerdere nummers –
Onbekend AAN
<UIT>
#240 22
Aantal gebl. nummers – 22#177
Snelkiezn – – 27#261
Eco-modus *1, *6 – <UIT>
Eco
Eco Plus
#725 15
Beveiliging *1,
*6 – <Normaal>
Verhoogd
#729 38
Begroeting opnemen *1 – – 42#302
Display instellen LCD & toets
verlichting
<AAN>
UIT
#276 –
Contrast
(Displaycontrast)
Niveau 1–4
<2>
#145 –
Handsetnaam – 37#104
Display naam AAN
<UIT>
#105 37
Automatisch Intercom –AAN
<UIT>
#273 19
Ttstonen AAN– < >
UIT
#165 –
Toetsenslot Modus –met wachtwoord
<zonder
wachtwoord>
#246 20
Kiesrestrictie *1 – – 37#256
Auto Spreken *7 –AAN
<UIT>
#200 17
32
Programmeren
Stel eerst de datum en tijd in als u deze functie wilt gebruiken (pagina 14).
*4 De bij dit product meegeleverde melodieën (“Beltoon 3” - “Beltoon 40”) worden gebruikt met
toestemming van © 2012 - 2017 Copyrights Vision Inc.
*5 Als u geen beltoon wilt horen voordat de bellerinfo wordt ontvangen, stelt u deze optie in op “UIT”.
(Alleen bij nummerherkenning)
U kunt het eerste belsignaal alleen verwijderen als de eenheid standaard 2 of meer keer overgaat.
Deze instelling is afhankelijk van uw serviceprovider.
*6 Dit menu wordt niet weergegeven wanneer de repeatermodus is ingesteld op “AAN”.
*7 Als u zich abonneert op nummerherkenning en de gegevens van de beller wilt zien nadat u de handset
hebt opgepakt om een oproep aan te nemen, moet u deze functie uitschakelen.
*8 De flashtijd hangt af van de telefooncentrale of huiscentrale. Neem zo nodig contact op met de
leverancier van de centrale.
*9 Door deze functie in te schakelen kunt u het onmogelijk maken dat iemand anders deelneemt aan uw
externe gesprekken.
Alarm
Het alarm gaat 1 minuut af op de ingestelde tijd en
wordt 5 maal herhaald met een interval van 5
minuten (sluimerfunctie). Er kan ook een
tekstmemo worden weergegeven voor het alarm.
Per handset kunnen in totaal 3 aparte alarmtijden
worden geprogrammeerd. Per alarmtijd zijn er 3
verschillende alarmopties (eenmaal, dagelijks of
wekelijks) die u kunt instellen.
Belangrijk:
R Controleer of de datum en tijd van het toestel
goed zijn ingesteld (pagina 14).
1M N#720
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste alarm. a MOKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste alarmoptie. a
M NOK
“UIT”
Schakelt het alarm uit. Ga naar stap 9.
“Eenmalig”
Het alarm gaat Ă©Ă©n keer op de ingestelde
tijd af.
“Dagelijks”
Het alarm gaat dagelijks op de ingestelde
tijd af. Ga naar stap 5.
“Wekelijks”
Het alarm gaat wekelijks op de ingestelde tijd
(en) af.
4Ga verder met de procedure volgens de
gekozen optie in stap 3.
n
n
n
nn Eenmalig:
Voer de gewenste dag en maand in. a
M NOK
n
n
n
nn Wekelijks:
M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste dag van de
week en druk op M N a. MOKN
5Stel de gewenste tijd in. a M NOK
6Voer een tekstmemo in (max. 10 tekens). a
M NOK
7M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste alarmtoon. a
M NOK
R Wij raden u aan een andere melodie te
selecteren dan de melodie die wordt
gebruikt voor externe gesprekken.
8M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste sluimerinstelling.
a M OKN
9M NOK a M N
Opmerking:
R Druk op M N om het alarm volledig te stoppen.
R Als de handset in gebruik is, gaat het alarm pas
af wanneer de handset weer in stand-by staat.
R Druk op elke willekeurige kiestoets van M N
om het geluid te stoppen maar de sluimerfunctie
ingeschakeld te houden.
R Als u een externe oproep wilt plaatsen wanneer
de sluimerfunctie is ingeschakeld, moet u de
sluimerfunctie stoppen voordat u de oproep
plaatst.
34
Programmeren
Niet storen-modus
Met de Niet storen-modus stelt u een periode in
waarin de handset niet overgaat voor externe
gesprekken. Deze functie is handig als u niet wilt
worden gestoord als u bijvoorbeeld slaapt. De Niet
storen-modus kan per handset worden ingesteld.
Met de categoriefunctie van het telefoonboek
(pagina 26) kunt u ook bellercategorieën
selecteren, waarvoor de modus Niet storen niet
geldig is en de handset wel overgaat (alleen met
nummerherkenning).
Belangrijk:
R Controleer of de datum en tijd van het toestel
goed zijn ingesteld (pagina 14).
R Wij raden u aan het belsignaal van het
basisstation uit te schakelen (pagina 31) en
daarnaast de modus Niet storen in te schakelen.
R Als u het alarm hebt ingesteld, gaat het alarm
ook af als de modus Niet storen is ingeschakeld.
De modus Niet storen in- en uitschakelen
1M N#238
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a MOKN
R Als u “UIT” selecteert, moet u ter afsluiting
drukken op .M N
3Voer het tijdstip in waarop u de functie wilt
laten starten. a MOKN
4Voer het tijdstip (uur en minuut) in waarop u
de functie wilt laten eindigen. a M OKN a
M N
Start- en eindtijd wijzigen
1M N#237
2Ga verder vanaf stap 3, “De modus Niet
storen in- en uitschakelen”, pagina 35.
Belvertraging instellingen
Met deze instelling laat u de handset overgaan
tijdens de modus Niet storen als de beller lang
genoeg wacht. De handset gaat over nadat de
ingestelde wachttijd is verstreken. Als u “Niet
overg.” selecteert, gaat de handset tijdens de
modus Niet storen niet over.
1M N#239
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Opmerking:
R Als de oproep door de beantwoorder wordt
beantwoord, werkt deze functie niet.
Categorieën selecteren waarvoor de
modus Niet storen niet geldt
1M N#241
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste categorieën. a
M N
R “ ” wordt weergegeven naast de
geselecteerde categorieën.
R De geselecteerde categorie annuleren:
M N
b
b
b
bb : Selecteer de categorie. Druka
nogmaals op M N. “ ” verdwijnt.
3M NOK a M N
Babyfoon
Met deze functie luistert u naar een kamer waar
een andere handset staat, zodat u gemakkelijk
verschillende delen van een huis of gebouw kunt
controleren. De gecontroleerde handset (die
bijvoorbeeld in de kamer van de baby is gezet) belt
automatisch de controlehandset of een opgeslagen
telefoonnummer als er een geluid wordt
waargenomen.
Belangrijk:
R Voordat u deze functie gebruikt, raden we aan
deze te testen om eventueel de gevoeligheid
van de babyfoon aan te passen, vooral als u de
babyfoon buiten gebruikt.
R Deze functie moet niet worden gebruikt als
vervanging voor medisch of zorgverlenend
toezicht. Het is de verantwoordelijkheid van de
zorgverlener om in de buurt te blijven in geval
van onverwachte gebeurtenissen.
Opmerking:
R Zowel de gecontroleerde handset als de
controlehandset moeten hetzelfde basisstation
selecteren om de babyfoonfunctie te gebruiken
(pagina 39).
R Het batterijgebruik is hoger dan normaal in de
babyfoonmodus. We raden aan de
35
Programmeren
Een extern controlenummer wissen
1Druk op M N op de handset die wordt
gecontroleerd.
2M N
b
b
b
bb : “Aan/uit” a MOKN
3M N
b
b
b
bb : “AAN” a MOKN
4M N
b
b
b
bb : Selecteer de buitenlijn.
5M N a M N
b
b
b
bb : “Wissen” a M NOK
6M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Gevoeligheid babyfoon
U kunt de gevoeligheid van de babyfoon
aanpassen. Verhoog of verlaag de gevoeligheid
voor het bijstellen van het geluidsniveau voor het
activeren van de babyfoon.
R Deze functie kan niet worden ingesteld tijdens
een controle-oproep.
1Druk op M N op de handset die wordt
gecontroleerd.
2M N
b
b
b
bb : “Gevoeligheid” a M OKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
De babyfoon beantwoorden
n
n
n
nn Bij controle met een handset:
Druk op M N om oproepen te beantwoorden.
Druk op M N
Y
Y
Y
YY als u wilt reageren met de
controlehandset.
R De controlehandset beantwoordt oproepen
automatisch wanneer de automatische
intercomfunctie is ingesteld op “AAN”
(pagina 19).
Opmerking:
R Als u een externe oproep ontvangt wanneer u
met de gecontroleerde handset
communiceert, hoort u de interruptietoon.
Druk op M N gevolgd door M N als u de
oproep wilt aannemen.
n
n
n
nn Bij controle vanaf een buitenlijn:
Beantwoord de oproep.
Druk op #1 met toonkiezen als u wilt reageren
met de controlehandset.
U kunt de babyfoonfunctie uitschakelen door te
drukken op #0.
Opmerking:
R Het apparaat verbreekt na 2 minuten
automatisch de verbinding.
Overige programmering
De handsetnaam wijzigen
De standaardnaam van de handset is “Handset
1” tot en met “Handset 6”. U kunt de naam van
elke handset aanpassen (“Bob”, “Keuken”, enz.).
Dit is handig voor intercomgesprekken tussen
handsets. Schakel de weergavefunctie
(pagina 37) van de handsetnaam in om de
handsetnaam weer te geven in standbymodus.
1M N#104
2Voer de gewenste naam in (maximaal 10
tekens).
3M NOK a M N
De handsetnaam weergeven
U kunt instellen of de naam van de handset al dan
niet zichtbaar moet zijn in standby. De
standaardinstelling is “UIT”.
1M N#105
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Kiesrestrictie
U kunt ervoor zorgen dat vanaf bepaalde handsets
bepaalde telefoonnummers niet kunnen worden
gebeld. U kunt kiesrestrictie instellen voor maximaal
6 telefoonnummers en aangeven voor welke
handsets de restrictie geldt. Als u hier netnummers
opslaat, voorkomt u dat vanaf de beperkte
handsets een telefoonnummer met dat netnummer
kan worden gebeld.
1M N#256
2Voer de basisstation-PIN in (standaard:
“0000”).
R Raadpleeg een officieel servicecentrum als
u uw PIN bent vergeten.
37
Programmeren
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de handsets waarvoor u een
restrictie wilt instellen. a M N
R“ ” wordt weergegeven naast de
geselecteerde handsets.
RDe geselecteerde handsets annuleren:
M N
b
b
b
bb : Selecteer de handset. a Druk
nogmaals op M N. “ ” verdwijnt.
4M NOK
5M N
b
b
b
bb : Selecteer een geheugenlocatie. a M OKN
6Voer het telefoonnummer of netnummer in dat
u wilt uitschakelen (max. 8 cijfers). a MOKN
a M N
Beveiliging voor oproepen verhogen
U kunt de beveiliging voor telefoongesprekken
verhogen door deze functie in te stellen op
“Verhoogd”. Wanneer “Verhoogd” is
geselecteerd, wordt weergegeven. De
standaardinstelling is “Normaal”.
1M N#729
2M N
b
b
b
bb : na selectering gewenste instelling. a
M NOK
3M N
Opmerking:
RAls u de repeatermodus instelt op “AAN”
(pagina 39):
– wordt beveiliging ingesteld op “Normaal” en
wordt weergegeven.
– wordt “Beveiliging” niet weergegeven in
het menu op het display (pagina 32).
RWanneer verhoogde beveiliging wordt
ingeschakeld, kan het geluid tijdens gesprekken
worden onderbroken.
De PIN (Personal Identification
Number: persoonlijk
identificatienummer) van het
basisstation wijzigen
Belangrijk:
RNoteer uw nieuwe PIN (Persoonlijk
identificatienummer) als u de PIN wijzigt. De PIN
wordt niet door het toestel weergegeven.
Raadpleeg een officieel servicecentrum als u uw
PIN bent vergeten.
1M N#132
2Voer de huidige basisstation-PIN van 4 cijfers
in (standaard: “0000”).
3Voer de nieuwe basisstation-PIN van 4 cijfers
in. a M OKN
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Een apparaat registreren
Aanvullende apparaten bedienen
Extra basisstations
Handsets kunnen bij maximaal 4 basisstations
worden geregistreerd, zodat u aanvullende
basisstations kunt toevoegen om het
werkingsbereik van de handset(s) te vergroten. Als
een handset buiten bereik van zijn basisstation
komt en “Automat.” op het basisstation
(pagina 39) is geselecteerd, wordt er naar een
ander basisstation voor het opbellen en ontvangen
van gesprekken gezocht. Het basisstation en de
handsets waarmee deze communiceert vormen
een “radiocel”.
Opmerking:
RGesprekken worden afgebroken als de handset
van de ene radiocel naar de andere gaat.
Een handset bij het basisstation
registreren
De meegeleverde handset en het basisstation zijn
reeds geregistreerd. Als om de een of andere reden
de handset niet op het basisstation is geregistreerd
(als bijvoorbeeld wordt weergegeven, ook al is
de handset in de buurt van het basisstation),
registreert u de handset opnieuw.
1Handset:
M N#130
2M N
b
b
b
bb : Selecteer een nummer van het
basisstation. a M NOK
RDit nummer wordt door de handset alleen
ter referentie gebruikt.
3Basisstation:
Houd ongeveer 5 seconden ingedrukt.M N
38
Programmeren
RAls alle geregistreerde handsets overgaan,
breekt u nogmaals af met en herhaaltM N
u deze stap.
4Handset:
M NOK Wacht tot a“PIN Basis” wordt
weergegeven. Voer de basisstation-PIN ina
(standaard: basisstation “0000”). a M NOK
RRaadpleeg een officieel servicecentrum als
u uw PIN bent vergeten.
Een basisstation selecteren
Als “Automat.” is geselecteerd, gebruikt de
handset automatisch elk beschikbaar basisstation
waarop deze is geregistreerd. Als een specifiek
basisstation wordt geselecteerd, wordt met de
handset alleen via dat basisstation gebeld. Als de
handset buiten bereik van het basisstation is, kan er
niet mee worden gebeld.
1M N#137
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer van het
basisstation of “Automat.”. a M OKN
Belangrijk:
RTijdens het raadplegen van het telefoonboek, de
bellerlijst, enzovoort worden alleen nummers
weergegeven die zijn opgeslagen op het
basisstation waarmee de handset op dat
moment is verbonden.
De registratie van een handset opheffen
Een handset kan zijn eigen registratie bij het
basisstation annuleren of die van andere handsets
die zijn geregistreerd bij hetzelfde basisstation.
Hierdoor kan de handset de draadloze verbinding
met het systeem beëindigen.
1M N#131
RAlle handsets die op het basisstation zijn
geregistreerd, worden weergegeven.
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de handset die u wilt annuleren.
a M OKN
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Basisstation annuleren
Met een handset kunt u de registratie ervan bij een
basisstation opheffen. Hierdoor kan het basisstation
de draadloze verbinding met het systeem
beëindigen.
1M N#139
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het basisstation dat u wilt
annuleren. a MOKN
3M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Het bereik van het basisstation
vergroten
U kunt het signaalbereik van het basisstation
vergroten met een DECT-repeater. Gebruik alleen
de Panasonic DECT-repeater zoals vermeld op
pagina 4. Raadpleeg uw Panasonic-dealer voor
meer informatie.
Belangrijk:
RVoordat u de repeater bij dit basisstation
registreert, schakelt u de repeatermodus in.
RGebruik niet meer dan Ă©Ă©n repeater tegelijk.
De repeatermodus instellen
1M N#138
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
De DECT-repeater (KX-A406) registreren
bij het basisstation
Opmerking:
RGebruik een repeater die nog niet is
geregistreerd bij een andere unit. Als de
repeater is geregistreerd bij een andere unit,
moet u eerst de registratie opheffen. Raadpleeg
hiervoor de installatiehandleiding van de
DECT-repeater.
1Basisstation:
Houd ongeveer 5 seconden ingedrukt.M N
2DECT-repeater:
Sluit de wisselstroomadapter aan en wacht tot
de -indicator en de -indicator groen
gaan branden.
3Basisstation:
Druk op M N om de registratiemodus af te
sluiten.
39
Programmeren
Nummerherkenningsservice
gebruiken
Belangrijk:
RDit apparaat ondersteunt nummerherkenning.
Om nummerherkenning te kunnen gebruiken
moet u er wel op zijn geabonneerd. Neem voor
details contact op met uw serviceprovider.
Nummerherkennings mogelijkheden
Als u een externe oproep ontvangt, worden de
gegevens van de beller weergegeven.
De bellergegevens van de laatste 50 bellers
worden in de lijst met bellers geregistreerd,
gesorteerd van meest recent tot oudste.
RAls het apparaat geen identificatiegegevens kan
ontvangen, wordt het volgende weergegeven:
–“Geen melding”: de beller heeft gebeld uit
een plaats waar nummerherkenning niet
beschikbaar is.
–“Anon.beller” “/Anonieme beller”*1:
de beller heeft ervoor gekozen om zijn
gegevens niet te verzenden.
RAls het apparaat is aangesloten op een
huiscentrale (PBX), kunt u mogelijk de
identificatiegegevens van de beller niet
ontvangen. Neem contact op met de leverancier
van de centrale.
*1 Zichtbaar tijdens het raadplegen van de lijst
met bellers.
Gemiste oproepen
Als een oproep niet wordt aangenomen, wordt deze
door het toestel als een gemiste oproep beschouwd
en wordt weergegeven. Hierdoor weet u of u de
bellerlijst moet bekijken om te zien wie er heeft
gebeld terwijl u weg was.
Zelfs als er maar Ă©Ă©n gemiste oproep in de
bellerlijst wordt weergegeven (pagina 40),
verdwijnt van het display. Wanneer u nog een
nieuwe oproep ontvangt, wordt opnieuw
weergegeven.
Opmerking:
RZelfs als er ongeziene gemiste oproepen zijn,
verdwijnt van het stand-by display als de
volgende handeling wordt uitgevoerd met Ă©Ă©n
van de geregistreerde handsets:
– Vervanging op het basisstation of de oplader.
– Drukken op .M N
Weergave van namen uit telefoonboek
Als nummerinformatie wordt ontvangen die
overeenkomt met een nummer dat in het
telefoonboek is opgeslagen, wordt de opgeslagen
naam weergegeven en in de bellerlijst vastgelegd.
Bellerlijst
Belangrijk:
RControleer of de datum en tijd van het toestel
goed zijn ingesteld (pagina 14).
De bellerlijst weergeven en
terugbellen
1M N
C
C
C
CC ( )
2Druk op M N
C
C
C
CC om te zoeken vanaf de meest
recente oproep, of op MD
D
D
DDN om te zoeken vanaf
de oudste oproep.
3Druk op M N om terug te bellen.
Als u wilt stoppen, drukt u op M N.
Opmerking:
RAls wordt weergegeven in stap 2, is niet alle
informatie te zien. Druk op M N
E
E
E
EE voor de rest van
de informatie. Druk op MF
F
F
FFN om terug te keren
naar het vorige scherm.
RAls de vermelding al is bekeken of beantwoord,
wordt “ ” weergegeven.
– “ ” geeft aan dat de beller wordt
geblokkeerd door nummerblokkering.
– “ ” geeft aan dat de beller wordt
geblokkeerd door automatische
oproepblokkering.
Het telefoonnummer van een beller
bewerken
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer. a
M N
3M N
b
b
b
bb : “Bewerk en bel” a MOKN
40
Nummerherkenningsservice
4Bewerk het nummer.
5M N
Gegevens van geselecteerde bellers
wissen
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N
b
b
b
bb : Selecteer het gewenste nummer.
3M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Gegevens van alle bellers wissen
1M N
C
C
C
CC ( )
2M N a M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
41
Nummerherkenningsservice
Antwoordapparaat
Het antwoordapparaat kan oproepen beantwoorden
en berichten opnemen als u de telefoon niet kunt
aannemen.
U kunt het toestel zo instellen dat wel de meldtekst
wordt afgespeeld, maar dat er geen berichten
worden opgenomen. U doet dit door “Alleen
meldt.” te selecteren als opnametijd
(pagina 47).
Belangrijk:
RControleer of de datum en tijd van het toestel
goed zijn ingesteld (pagina 14).
Geheugencapaciteit (inclusief
meldtekst)
De totale opnamecapaciteit is ongeveer 40
minuten. Er kunnen maximaal 64 berichten worden
opgenomen.
Opmerking:
RAls het berichtengeheugen volraakt:
– op de display van de handset wordt
“Antw.app.Vol” weergegeven.
– De berichtenteller op het basisstation
knippert wanneer het antwoordapparaat is
ingeschakeld.
– en het totale aantal nieuwe berichten
worden niet weergegeven op de handset,
zelfs als het antwoordapparaat is
ingeschakeld.
– Als u de standaardmeldtekst gebruikt, wordt
automatisch overgeschakeld op een andere
standaardmeldtekst die de beller vraagt om
later opnieuw te bellen.
– Als u uw eigen meldtekst hebt ingesproken,
wordt deze tekst afgespeeld voor de bellers,
ook al worden geen berichten meer
opgenomen.
Het antwoordapparaat in- en
uitschakelen
Het antwoordapparaat staat standaard aan.
Basisstation
Druk op M N om het antwoordapparaat in en uit
te schakelen.
Handset
1Inschakelen:
M N#327
Uitschakelen:
M N#328
2M N
Opmerking voor basisstation en handset:
RAls het antwoordapparaat is ingeschakeld:
– de berichtenteller toont het totale aantal
berichten (oud en nieuw).
– wordt weergegeven op de handset.
Meldtekst
Als het toestel een oproep aanneemt, wordt de
meldtekst afgespeeld.
U hebt hiervoor de volgende mogelijkheden:
– uw eigen meldtekst
– een vooraf opgenomen meldtekst
De meldtekst opnemen
1M N#302
2M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK
3Houd de handset na de toon ongeveer 20 cm
van u af en praat duidelijk in de microfoon
(maximaal 2 minuten en 30 seconden).
4Druk op M N
n
n
n
nn om het opnemen te stoppen. a
M N
Een vooraf opgenomen meldtekst
gebruiken
Het toestel heeft 2 eerder opgenomen
welkomstboodschappen:
– Als u het apparaat terugzet op de
standaardmeldtekst of uw eigen meldtekst niet
opneemt, speelt het toestel een
standaardmeldtekst af, waarin de beller wordt
gevraagd een bericht achter te laten.
– Als de berichtopnametijd (pagina 47) is
ingesteld op “Alleen meldt.”, worden er
42
Antwoordapparaat
geen berichten van bellers opgenomen en laat
het toestel een ander standaardbericht horen,
dat de beller vraagt opnieuw te bellen.
Een vooraf opgenomen meldtekst
gebruiken
Gebruik deze procedure om uw meldtekst te wissen
en een vooraf opgenomen tekst te gebruiken.
1M N#304
2M NOK a M N
De meldtekst afluisteren
1M N#303
2M N
Berichten afluisteren
Belangrijk:
RWanneer het basisstation of de handset wordt
gebruikt om berichten af te luisteren, wordt
ruisonderdrukking (pagina 18) automatisch
geactiveerd ongeacht de instelling ( wordt
niet weergegeven).
Het basisstation gebruiken
Als er nieuwe berichten zijn, knippert de
berichtindicator op het basisstation.M N
Druk op M N.
RTijdens het afspelen brandt de berichtindicator
M N op het basisstation.
RAls er nieuwe berichten zijn opgenomen, worden
deze op het basisstation afgespeeld.
RAls er geen nieuwe berichten zijn, worden alle
berichten door het basisstation afgespeeld.
Werken met het antwoordapparaat tijdens
het beluisteren
Toets- combi-
natie Bediening
M N
j
j
j
jj of Mk
k
k
kkN Luidsprekervolume bijstellen
M N Bericht herhalen*1
Toets- combi-
natie Bediening
M N Bericht overslaan
M N Stop afspelen
M N Bericht dat nu wordt afge-
speeld wissen
*1 Als u dit binnen de eerste 5 seconden van een
bericht doet, wordt het voorgaande bericht
weergegeven.
Het bericht terugspoelen
Houd ingedrukt totdat het gewenste deel vanM N
het bericht wordt afgespeeld.
RTijdens het terugspoelen geeft het basisstation
continu een pieptoon weer. De
terugspoelsnelheid is afhankelijk van het
opgenomen bericht.
RAan het begin van het bericht wordt het bericht
op normale snelheid afgespeeld.
Het bericht vooruitspoelen
Houd ingedrukt totdat het gewenste deel vanM N
het bericht wordt afgespeeld.
RTijdens het vooruitspoelen geeft het basisstation
continu een pieptoon weer. De
vooruitspoelsnelheid is afhankelijk van het
opgenomen bericht.
RZelfs als u M N ingedrukt houdt wanneer het
eind van dit bericht wordt afgespeeld, wordt het
volgende bericht op normale snelheid
afgespeeld.
Alle berichten wissen
Druk 2 keer op M N wanneer het apparaat niet in
gebruik is.
De handset gebruiken
Als er nieuwe berichten zijn, wordt
weergegeven op de handset met het totaal aantal
nieuwe berichten.
1Nieuwe berichten afluisteren:
M N#323
Alle berichten afluisteren:
M N#324
2Druk na afloop op .M N
43
Antwoordapparaat
Opmerking:
RDruk op M N om naar een normaal gesprek te
schakelen.
Werken met het antwoordapparaat
M N a a M OKN
Toets- com-
binatie Bediening
M N
D
D
D
DD of MC
C
C
CCN Ontvangstvolume of luidspreker-
volume bijstellen (tijdens afluiste-
ren)
1 of Herhaal berichtM N
F
F
F
FF
(tijdens afluisteren)*1
2 of Sla bericht overM N
E
E
E
EE
(tijdens afluisteren)
3Naar het menu “Instellingen”
4Geef nieuwe berichten weer
5Geef alle berichten weer
6De meldtekst weergeven
76 Meldtekst opnemen
8Antwoordapparaat inschakelen
M N Bericht onderbreken*2
9 of Opname stoppen M N
n
n
n
nn
Afspelen stoppen
0Antwoordapparaat uitschakelen
*4*3 Bericht dat nu wordt afgespeeld
wissen
*5 Alle berichten wissen
*6 Een vooraf opgenomen meld-
tekst gebruiken
*1 Als u dit binnen de eerste 5 seconden van een
bericht doet, wordt het voorgaande bericht
weergegeven.
*2 Afspelen hervatten:
M N
b
b
b
bb : “Afspelen” a M OKN
*3 Wissen kan ook zo:
M N a M N
b
b
b
bb : “Wissen” a M NOK a Mb
b
b
bbN:
“ ”JA a MOKN
Terugbellen (alleen met
nummerherkenning)
1Druk tijdens het afspelen op .M N
2M N
b
b
b
bb : “Terugbellen” a MOKN
n
n
n
nn Het telefoonnummer bewerken vóór het
terugbellen
1Druk tijdens het afspelen op .M N
2M N
b
b
b
bb : “Bewerk en bel” a MOKN
3Bewerk het nummer. a M N
Alle berichten wissen
1M N#325
2M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
Geavanceerde
meldingsfuncties voor nieuwe
berichten
Hoorbare berichtenwaarschuwing
Met deze functie geeft het basisstation een
pieptoon om te melden wanneer er nieuwe
berichten zijn opgenomen. Het basisstation speelt
elke minuut 2 keer een pieptoon af totdat u de
berichten hebt afgeluisterd, als de instelling
“Melding basisstation” is ingeschakeld. De
standaardinstelling is “UIT”.
1M N#339
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Nieuw bericht melden door een
oproep
Bij deze functie ontvangt u een telefonische
melding als er nieuwe berichten zijn opgenomen.
Het basisstation belt een telefoonnummer dat u
opgeeft. U kunt vervolgens het antwoordapparaat
op afstand bedienen en naar het nieuwe bericht
luisteren.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u:
44
Antwoordapparaat
– een telefoonnummer opslaan waarnaar de
oproep wordt geplaatst.
– de instelling voor het melden van nieuwe
berichten inschakelen.
Nadat u de oproep voor het melden van nieuwe
berichten hebt beantwoord, kunt u de berichten via
die oproep afluisteren (pagina 45).
Belangrijk:
REen melding voor nieuwe berichten wordt na 1
minuut gestopt nadat het basisstation begint met
bellen. Het basisstation plaatst de oproep niet
opnieuw, ook niet als de oproep niet wordt
beantwoord.
Een telefoonnummer opslaan waarnaar
een meldingsoproep wordt geplaatst
n
n
n
nn Vanuit het telefoonboek:
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Sturen naar” a MOKN a M N
3M N
b
b
b
bb : “Tel.boek” a M OKN
4M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste naam in het
telefoonboek. a M NOK a M N
n
n
n
nn Door een telefoonnummer in te voeren:
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Sturen naar” a MOKN a M N
3M N
b
b
b
bb : “Handmatig” a MOKN
4Voer de gewenste naam in (max. 16
tekens). a MOKN
5Voer het gewenste nummer in (max. 24
cijfers). a M NOK 2 keer a M N
De instelling voor het melden van nieuwe
berichten in-/uitschakelen
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Aan/uit” a MOKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Het ingestelde telefoonnummer bewerken
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Sturen naar” a MOKN
3M N a M N
b
b
b
bb : “Wijzigen” a M OKN
4Bewerk indien nodig de naam (max. 16
tekens). a MOKN
5Bewerk indien nodig het telefoonnummer
(max. 24 cijfers). a MOKN 2 keer a M N
Het ingestelde telefoonnummer wissen
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Sturen naar” a MOKN
3M N a M N
b
b
b
bb : “Wissen” a M NOK
4M N
b
b
b
bb : “JA” a M NOK a M N
RDe instelling voor het melden van nieuwe
berichten is uitgeschakeld.
De afstandsbedieningscode voor het
afspelen van berichten in-/uitschakelen
Als u deze functie inschakelt, moet u de
afstandsbedieningscode (pagina 46) invoeren om
het nieuwe bericht af te spelen vanuit de oproep
voor het melden van nieuwe berichten. Op deze
manier wordt voorkomen dat anderen uw berichten
kunnen afluisteren. De standaardinstelling is
“Uitschakelen”.
–“Uitschakelen”: U kunt het bericht afluisteren
door op 4 te drukken om nieuwe berichten af te
spelen (zonder de afstandsbedieningscode in te
voeren).
–“Inschakelen”: U moet uw
afstandsbedieningscode invoeren en vervolgens
op 4 drukken om het nieuwe bericht af te
spelen.
1M N#338
2M N
b
b
b
bb : “Code Afst.bed” a MOKN
3M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Berichten afluisteren
Nadat u de oproep voor het melden van nieuwe
berichten hebt beantwoord, kunt u de berichten als
volgt afluisteren.
n
n
n
nn Wanneer de afstandsbedieningscode is
ingesteld op “Uitschakelen”:
Druk op 4 om het nieuwe bericht af te spelen
tijdens de aankondigingsoproep.
45
Antwoordapparaat
n
n
n
nn Wanneer de afstandsbedieningscode is
ingesteld op “Inschakelen”:
1Voer de afstandsbedieningscode in
(pagina 46) tijdens de aankondiging.
2Druk op 4 voor het volgende bericht.
Opmerking:
RBinnen 10 seconden nadat u de nieuwe
berichten hebt afgeluisterd, kunt u tijdens de
oproep op #9 drukken om de functie voor het
melden van nieuwe berichten via een oproep uit
te schakelen.
RZelfs als het basisstation een oproep voor het
melden van nieuwe berichten plaatst, wordt het
record niet weergegeven in de herhaallijst van
de handset.
Afstandsbediening
U kunt van buitenaf met een toetstelefoon uw
telefoonnummer bellen en het toestel benaderen
voor het beluisteren van berichten en het wijzigen
van de antwoordapparaatinstellingen. De
gesproken instructies van het toestel geven aan
welke toetsen u voor de verschillende
mogelijkheden moet indrukken.
Afstandsbedieningscode
Voor het op afstand bedienen van het
antwoordapparaat moet u een 3-cijferige
toegangscode invoeren. Deze code voorkomt dat
anderen uw berichten van buitenaf kunnen
afluisteren.
Belangrijk:
RVoor het op afstand bedienen van het
antwoordapparaat moet u eerst een
afstandsbedieningscode instellen.
1M N#306
2Als u de afstandsbediening wilt inschakelen,
voert u de gewenste 3-cijferige toegangscode
in.
3M NOK a M N
Bediening op afstand uitschakelen
Druk op * in stap 2 op “Afstandsbedieningscode”,
pagina 46.
RDe ingevoerde afstandsbedieningscode wordt
verwijderd.
Het antwoordapparaat op afstand
bedienen
1Bel uw telefoonnummer vanaf een
toetstelefoon.
2Voer de afstandsbedieningscode in terwijl de
meldtekst wordt weergegeven.
3Volg de gesproken instructies of bedien het
toestel met de afstandsbedieningsopdrachten
(pagina 46).
4Hang na afloop op.
Gesproken instructies
Tijdens bediening op afstand geven de gesproken
instructies aan dat u voor specifieke functies op 1
moet drukken of op 2 voor meer beschikbare
functies.
Opmerking:
RHet toestel stopt de oproep als u gedurende 10
seconden geen knop indrukt na een gesproken
instructie.
Antwoordapparaatopdrachten
U kunt op de toetsen voor de
antwoordapparaatfuncties drukken zonder op de
gesproken instructies te wachten.
Toets
- com-
bina-
tie
Bediening
1Herhaal bericht
(tijdens afluisteren)*1
2Sla bericht over
(tijdens afluisteren)
4Geef nieuwe berichten weer
5Geef alle berichten weer
6De meldtekst weergeven
7Meldtekst opnemen
9Stop opnemen
Stop afspelen
46
Antwoordapparaat
Toets
- com-
bina-
tie
Bediening
0Antwoordapparaat uitschakelen
*4 Bericht dat nu wordt afgespeeld wissen
*5 Alle berichten wissen
*6 Een vooraf opgenomen meldtekst ge-
bruiken (tijdens het afspelen van een
meldtekst)
*# Afstandsbediening beëindigen
(of ophangen)
*1 Als u dit binnen de eerste 5 seconden van een
bericht doet, wordt het voorgaande bericht
weergegeven.
De beantwoorder op afstand
inschakelen
1Bel uw telefoonnummer vanaf een
toetstelefoon.
2Laat de telefoon 12 keer overgaan.
REr klinkt een lange pieptoon.
3Voer de afstandsbedieningscode in binnen 10
seconden na de lange pieptoon.
RDe meldtekst wordt afgespeeld.
RU kunt ophangen of de
afstandsbedieningscode opnieuw invoeren
en met bediening op afstand starten
(pagina 46).
Instellingen antwoordapparaat
Meeluisteren
Terwijl een beller een bericht inspreekt, kunt u dit
via de handset volgen. U stelt het
luidsprekervolume bij met MD
D
D
DDN en M N
C
C
C
CC . U kunt de
oproep aannemen door op M N op de handset te
drukken. Meeluisteren kan per handset worden
ingesteld. De standaardinstelling is “AAN”.
1M N#310
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Aantal keer overgaan voordat een
oproep wordt aangenomen
Met “Aantal belsignalen” kunt u instellen hoe
vaak de telefoon overgaat, voordat het toestel de
oproep aanneemt. U kunt 2 tot 7 keer laten
overgaan of “Automat.” instellen.
De standaardinstelling is “4 Belsignalen”.
“Automat.”: het antwoordapparaat neemt op na 2
keer overgaan als er nieuwe berichten zijn
opgenomen of na 5 keer als er geen nieuwe
berichten zijn. Als u vanaf een extern toestel belt
om nieuwe berichten af te luisteren (pagina 46),
weet u dat er geen nieuwe berichten zijn als de
telefoon voor de 3e keer overgaat. U kunt dan
ophangen zonder voor een gesprek te betalen.
1M N#211
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
Opnametijd voor beller
U kunt de maximale opnametijd voor elke beller
wijzigen. De standaardinstelling is “3 minuten”.
1M N#305
2M N
b
b
b
bb : Selecteer de gewenste instelling. a
M NOK a M N
“Alleen meldt.” selecteren
Wanneer u “Alleen meldt.” selecteert, wordt
wel de meldtekst afgespeeld, maar kunnen de
bellers geen berichten inspreken.
Selecteer “Alleen meldt.” in stap 2 op
“Opnametijd voor beller”, pagina 47.
Opmerking:
RWanneer u “Alleen meldt.” selecteert:
– Als u geen eigen meldtekst opneemt, speelt
het toestel een standaardmeldtekst af waarin
de beller wordt gevraagd later opnieuw te
bellen.
– Als u uw eigen meldtekst gebruikt, spreek
dan een meldtekst in waarin de beller wordt
gevraagd later opnieuw te bellen (pagina 42).
47
Antwoordapparaat
Voicemailservice
Naast het antwoordapparaat van het apparaat biedt uw serviceprovider mogelijk ook een
voicemailservice. Voicemail is een berichtendienst die mogelijk wordt aangeboden door uw
serviceprovider. Met deze service kunnen ook oproepen worden opgenomen wanneer u niet beschikbaar
bent om de telefoon aan te nemen of wanneer uw lijn bezet is. Berichten worden in dat geval opgenomen op
het systeem van het telefoonbedrijf en niet op het antwoordapparaat van het apparaat.
RAls u liever de voicemail gebruikt dan het antwoordapparaat van het toestel, schakelt u het
antwoordapparaat uit (pagina 42).
Als u zowel het antwoordapparaat van het toestel als de voicemail hebt ingeschakeld, wordt het bericht
opgenomen door het systeem waarbij het toestel het minst aantal keren overgaat.
Voorbeeld:
Als het antwoordapparaat van het toestel is ingesteld op 4 keren overgaan (pagina 47) en de
voicemailservice van uw telefoonbedrijf is ingesteld op 6 keren overgaan (vraag uw serviceprovider), wordt
de inkomende oproep het eerst opgenomen door het antwoordapparaat van het toestel.
Wanneer er nieuwe berichten voor u zijn, wordt weergegeven op de handset als berichtindicatie
beschikbaar is. Neem contact op met de serviceprovider voor meer informatie over deze dienst.
Belangrijk:
RAls ook na het beluisteren van de nieuwe berichten op de display wordt weergegeven, schakelt u dit
uit door 3 seconden M N ingedrukt te houden.
Tekens invoeren
Tekens en cijfers voert u in met de kiestoetsen. Elke kiestoets heeft meerdere tekens. Welke tekens u kunt
invoeren, hangt van de invoermodus af (pagina 48).
– Verplaats de cursor met M N
F
F
F
FF of ME
E
E
EEN naar links of rechts.
– Druk op de kiestoetsen voor het invoeren van tekens en cijfers.
– Druk op M NC voor het wissen van het teken of cijfer dat door de cursor wordt gemarkeerd. Houd M NC
ingedrukt als u alle tekens en cijfers wilt wissen.
– Druk op * (Aaa) voor hoofdletters of kleine letters.
– Als u met dezelfde kiestoets een volgend teken wilt invoeren, drukt u op M N
E
E
E
EE om de cursor naar de
volgende positie te verplaatsen en drukt u op de bijbehorende kiestoets.
– Als u niet binnen 2 seconden na het invoeren van een teken op een cijfertoets drukt, blijft dat teken staan
en gaat de cursor naar de volgende positie.
Tekeninvoermodi
De beschikbare tekeninvoermodi zijn Alfabetisch (ABC), Numeriek (0-9), Grieks ( ), Uitgebreid 1
( ), Uitgebreid 2 ( ) en Cyrillisch ( ). Voor tekens uit deze invoermodi, met uitzondering van
Numeriek, selecteert u het teken door de kiestoets meerdere keren in te drukken.
Als het tekeninvoerscherm door het toestel wordt weergegeven:
# a M N
b
b
b
bb : Selecteer een tekeninvoermodus. a MOKN
Opmerking:
R in de volgende tabel betekent Ă©Ă©n spatie.
48
Handige informatie
Alfabetische tekentabel (ABC)
z1 2 3 4 5 6 7 8 9
Tabel cijferinvoer (0-9)
z1 2 3 4 5 6 7 8 9
Tabel Griekse tekens ( )
z1 23456789
Tabel uitgebreide tekenset 1 ( )
z1 23456789
RHet volgende wordt voor zowel hoofdletters als kleine letters gebruikt:
Tabel uitgebreide tekenset 2 ( )
z1 23456789
49
Handige informatie
RHet volgende wordt voor zowel hoofdletters als kleine letters gebruikt:
Tabel Cyrillische tekens ( )
z1 2 3 4 5 6 7 8 9
Foutberichten
Melding Oorzaak/oplossing
Geen stroom
of
Geen verbind.
AC adapt.op-
nieuw aansl.
RControleer of de wisselstroomadapter van het basisstation correct is
aangesloten op het apparaat en het stopcontact.
RDe handset heeft geen verbinding met het basisstation meer. Ga dich-
ter bij het basisstation staan en probeer het opnieuw.
RTrek de stekker van de wisselstroomadapter van het basisstation uit
het stopcontact om het apparaat te resetten. Steek de stekker weer
in het stopcontact en probeer het opnieuw.
RMisschien is de handset niet meer geregistreerd. Registreer de hand-
set opnieuw (pagina 38).
Telefoonlijn
controleren
RHet meegeleverde telefoonsnoer is nog niet aangesloten of is niet
goed aangesloten. Controleer de aansluitingen (pagina 10).
Controleren RDe functie voor automatische oproepblokkering is actief. Probeer het
later opnieuw.
Error ROpname te kort. Probeer het opnieuw.
Geheugen Vol RHet telefoonboekgeheugen is vol. Wis ongewenste nummers (pagi-
na 27).
RHet geheugen met geblokkeerde nummers is vol. Wis ongewenste
nummers (pagina 22).
RDe handset is al geregistreerd bij het maximum aantal basisstations
(4). Annuleer ongebruikte basisstationaanmeldingen van de handset
(pagina 39).
Gebruik
oplaadbare
batterij
REr is een verkeerde soort batterij geĂŻnstalleerd (bijvoorbeeld alkaline
of mangaan). Gebruik alleen de oplaadbare Ni-MH-batterijen van pa-
gina 4, 7.
U moet eerst
abonn.nemen
op nr.weerg.
RU moet een abonnement nemen op nummerherkenning. Als u belle-
rinfo ontvangt nadat u een abonnement heeft genomen op nummer-
herkenning, zal dit bericht niet meer worden weergegeven.
50
Handige informatie
Probleem Oorzaak/oplossing
Ik kan de ecostand niet active-
ren.
RU kunt de ecomodus niet instellen als u de repeatermodus op “AAN”
zet. Zet de repeatermodus, indien nodig, op “UIT” (pagina 39).
Ik kan een handset niet bij
een basisstation registreren.
RDe handset is al geregistreerd bij het maximum aantal basisstations
(4). Annuleer ongebruikte basisstationaanmeldingen van de handset
(pagina 39).
RU hebt de verkeerde PIN ingevoerd. Raadpleeg een officieel service-
centrum als u uw PIN bent vergeten.
Ik weet het wachtwoord voor
toetsblokkering niet meer.
RRaadpleeg een officieel servicecentrum als u uw wachtwoord bent ver-
geten.
Batterij opladen
Probleem Oorzaak/oplossing
De handset piept en/of
knippert.
RBatterijen bijna leeg. Laad de batterijen volledig op (pagina 11).
Ik heb de batterijen opgela-
den, maar
– knippert nog steeds of
– de gebruiksduur lijkt korter.
RMaak de plus- ( ) en minzijde ( ) van de batterijen en de contact-
punten van de eenheid met een droge doek schoon en probeer het
opnieuw.
RHet is tijd de batterijen te vervangen (pagina 10).
Telefoneren, intercom
Probleem Oorzaak/oplossing
wordt weergegeven. RDe handset is te ver van het basisstation. Ga dichterbij staan.
RDe wisselstroomadapter van het basisstation is niet goed aangeslo-
ten. Sluit de wisselstroomadapter opnieuw aan op het basisstation.
RDe handset is niet bij het basisstation geregistreerd. Registreer dit ap-
paraat (pagina 38).
RWanneer u de Ă©Ă©ntoets-ecomodus inschakelt, neemt het bereik van
het basisstation in stand-by af. Schakel zo nodig de ecomodus uit
(pagina 15).
Er is ruis hoorbaar, wisselend
geluid.
RU gebruikt de handset of het basisstation in een gebied met veel elek-
trische interferentie. Plaats het basisstation en gebruik de handset bui-
ten bereik van storingsbronnen.
RGa dichter bij het basisstation staan.
De geluidskwaliteit lijkt min-
der te worden.
RU hebt een handset geregistreerd die niet wordt aanbevolen. De bes-
te geluidskwaliteit is alleen mogelijk door registratie van de meegele-
verde handset.
52
Handige informatie
Probleem Oorzaak/oplossing
De handset gaat niet over. Het belvolume is uitgeschakeld. Stel het belvolume bij (pagina 17, 31).R
RDe Niet storen-modus is ingeschakeld. Schakel deze uit (pagina 35).
RAls de handset bij meerdere basisstations is geregistreerd, kunt u met
de handset mogelijk geen oproepen plaatsen of ontvangen, of commu-
niceren met het basisstation in de volgende omstandigheden.
– Ecomodus is ingesteld op “Eco Plus” (pagina 15).
– Het basisstation is ingesteld op “Automat.” (pagina 33).
Plaats in dat geval de handset dichter bij het basisstation en wijzig de
instelling in “Eco” of “UIT”. Herhaal dit voor elk basisstation.
Het basisstation gaat niet
over.
RHet belvolume is uitgeschakeld. Stel het belvolume bij (pagina 17, 31).
Ik kan niet bellen. U hebt een kiesrestrictienummer gekozen (pagina 37).R
RDe toetsblokkering is ingeschakeld. Schakel deze uit (pagina 20).
Nummerherkenning
Probleem Oorzaak/oplossing
De bellerinfo wordt niet weer-
gegeven.
RU moet een abonnement nemen op nummerherkenning. Neem voor
details contact op met uw serviceprovider.
RAls uw toestel is aangesloten op extra telefoonapparatuur, maak deze
apparatuur dan los en steek het toestel rechtstreeks in de wandcon-
tactdoos.
RAndere telefoonapparatuur kan storing veroorzaken op dit toestel.
Maak de andere apparatuur los en probeer het opnieuw.
De bellerinfo wordt erg lang-
zaam weergegeven.
RAfhankelijk van uw serviceprovider wordt de bellerinfo mogelijk pas bij
de 2e keer overgaan of later weergegeven. Stel de eerste keer over-
gaan in op “UIT” (pagina 31).
RGa dichter bij het basisstation staan.
De tijd op het toestel is ver-
sprongen.
RWanneer de verkeerde tijd wordt meegegeven bij gebruik van num-
merherkenning, verspringt de tijd. Stel de functie Tijdsaanpassing in
op “Handmatig” (uit) (pagina 31).
De naam die in het telefoon-
boek is opgeslagen, wordt
niet volledig weergegeven bij
een inkomende externe op-
roep.
RPas de naam in het telefoonboek aan zodat de naam op 1 regel past
(pagina 26).
53
Handige informatie
Antwoordapparaat
Probleem Oorzaak/oplossing
Het antwoordapparaat neemt
geen nieuwe berichten op.
RHet antwoordapparaat is uitgeschakeld. Schakel deze in (pagina 42).
RHet berichtengeheugen is vol. Wis ongewenste berichten (pagina 43).
RDe opnametijd is ingesteld op “Alleen meldt.”. Wijzig de instelling
(pagina 47).
RMogelijk beantwoordt de voicemaildienst van uw serviceprovider uw
oproepen eerder dan het antwoordapparaat van het toestel. Verlaag
het aantal keren overgaan van het apparaat (pagina 47) of raadpleeg
uw serviceprovider.
Ik kan het antwoordapparaat
niet op afstand bedienen.
RDe afstandsbedieningscode is niet ingesteld. Stel de afstandsbedie-
ningscode in (pagina 46).
RU voert de verkeerde afstandsbedieningscode in. Als u de afstandsbe-
dieningscode niet meer weet, ga dan naar de instelling voor deze co-
de en kijk wat de code is (pagina 46).
RHet antwoordapparaat is uitgeschakeld. Schakel deze in (pagina 47).
Schade door vloeistof
Probleem Oorzaak/oplossing
Er is vloeistof of vocht in de
handset of het basisstation
gekomen.
RTrek de wisselstroomadapter en het telefoonsnoer uit het basisstati-
on. Haal de batterijen uit de handset en laat het toestel ten minste 3
dagen drogen. Wanneer de handset of het basisstation weer hele-
maal droog is, sluit u de wisselstroomadapter en het telefoonsnoer
weer aan. Plaats de batterijen en laad deze volledig op vóór gebruik.
Raadpleeg een officieel servicecentrum als het apparaat niet goed
werkt.
Let op:
RVoorkom permanente schade en gebruik geen magnetron om het droogproces te versnellen.
54
Handige informatie
Garantie
Onze producten zijn met uiterste zorg geproduceerd en van zeer hoge kwaliteit. Wij garanderen de
ongestoorde werking van het apparaat gedurende twee jaar na aankoopdatum, mits het apparaat
werd gebruikt zoals in de handleiding is aangegeven.
Op verbruiksmaterialen,op accu’s of batterijen en op beschermingsmiddelen wordt géén garantie
verleend.
De garantie vervalt indien er door anderen wijzigingen zijn aangebracht in of aan het apparaat of
indien het defect is ontstaan door ondeugdelijke verbruiksmaterialen of accessoires of ten gevolge van
invloeden van buiten af.
Garantie wordt uitsluitend verleend aan de hand van dit originele garantiebewijs en de gedateerde
aankoopbon.
Afwijkende bepalingen
1. Voor V.P.S.projectiebuizen, (thermische)printerkoppen, fotokopieerapparatuur en elektronische
whiteboards geldt een garantieperiode van 6 maanden op materiaal en arbeidsloon.
2. Voor reparatie aan telefoonapparatuur, telefooncentrales, professionele magnetronovens,
fotokopieerapparatuur, elektronische whiteboards, facsimileapparatuur en laserbeamprinters dient u
altijd eerst uw dealer te raadplegen.
3. Voor mobiele service aan videoprojectie systemen, professionele magnetronovens, elektronische
whiteboards,en fotokopieerapparatuur, worden na 3 maanden na aankoopdatum van het apparaat
voorrijkosten berekend.
4. Voor magnetronbuizen geldt een garantieperiode van 2 jaar op het materiaal en van 12 maanden
op het arbeidsloon.
5. Het reinigen van videokoppen valt niet onder garantie. Raadpleeg altijd uw gebruiksaanwijzingen of
uw dealer.
6. De volgende onderdelen vallen buiten garantie: snoeren, fluorescentiebuizen, stofkappen,
glasplaten, keramiekplaten en antennes.
7. a)Voor videokoppen geldt een garantieperiode van 3 maanden of (indien eerder)500 uur.
b)Voor videokoppen van het DVCPRO systeem geldt een garantieperiode van 12 maanden of
(indien eerder)1000 uur.
8. Voor de bronlamp van de LCD videoprojectoren geldt een garantieperiode van 30 dagen resp.tot
500 uur.
9. De software updates van de professionele non-lineaire videomontage systemen vallen buiten deze
garantiebepalingen.
Meer informatie omtrent het repareren van apparatuur in Nederland vindt u op www.panasonic.nl.
GARANTIEBEWIJS
Zorgvuldig door koper te bewaren
tezamen met gedateerde koopbon
Dealerstempel
Type no.
Datum
aankoop
Serie no.
55
Handige informatie
Index
AAan- en uitzetten: 14
Alarm: 34
Antwoordapparaat: 42
Aantal keren overgaan: 47
Afstandsbediening: 46
Afstandsbedieningscode: 46
Alleen meldtekst: 47
Berichten beluisteren: 43 46,
Berichten wissen: 43, , 44 47
In-/uitschakelen: 42
Meeluisteren: 47
Meldtekst: 42
Nieuwe berichten melden: 44
Opnametijd: 47
Automatisch opnemen: , 17 32
Automatische intercom: 19
Automatische oproepblokkering: 23
BBabyfoon: 35
Basisstation
Annuleren: 39
Selecteren: 39
Batterij: 10, 11
Bellerlijst: 40
Bellerlijst bewerken: 40
Beveiliging voor oproepen: 38
CCategorie: 26
DDatum en tijd: 14
Directe opdrachtcode: 29
Display
Contrast: 32
Taal: 14
Doorkiezen: 27
EEcomodus: 15
Eerste keer overgaan: 31
Equalizer: 18
Extra basisstations: 38
FFoutberichten: 50
GGemiste oproepen: 40
Gesprek delen: 18
Gesprekken doorverbinden: 19
HHandset
Naam: 37
Registratie: 38
Registratie opheffen: 39
Herhalen: 17
IIntercom: 19
KKiesrestrictie: 37
LLuidspreker: 17
MMicrofoon uitschakelen: 18
NNiet storen-modus: 35
Nummerblokkering: 21
Nummerherkenning: 18
Nummerherkenningsservice: 40
Nummers kiezen: 17
OOpnieuw bellen/flash: 18
Oproepen beantwoorden: 17
PPauze: 17
PIN: 38
Privacymodus: 33
Problemen oplossen: 51
RRepeater: 39
Ruisonderdrukking: 18
SSnelkiesnummer: 27
Stroomstoring: 11
TTekens invoeren: 48
Telefoonboek: 26
Tijdsaanpassing: 31
Toetsblokkering: 20
Toetstonen: 32
Type bediening: 13
VVergaderen: 19
Voicemail: 48
Volume
Beltoon (basisstation): , 17 31
Beltoon voor externe oproep
(handset): 17 31,
Beltoon voor intercomoproep (handset): 31
Luidspreker: 17
Ontvangst: 17
WWaarschuwing batterij bijna leeg: 16
Wachtstand: 17
Wisselgesprek: 18
56
Index
57
Notities
58
Notities
59
Notities
Voor naslag
Wij raden u aan om de volgende gegevens te noteren. Dit is handig voor reparaties die vallen onder de
garantie.
Serienummer Aankoopdatum
(aanwezig op onderzijde basisstation)
Naam en adres dealer
Koop online via onze eShop: https://www.panasonic.eu/eshops.html
Reparaties:
www.panasonic.com/nl/support
Of neem contact op met uw dealer.
© Panasonic Corporation 2021
PNQP1721ZA PP0221NP0


Product specificaties

Merk: Panasonic
Categorie: Telefoon
Model: KX-TG6862
Kleur van het product: Zwart, zilver
Ingebouwd display: Ja
Soort: DECT-telefoon
Gebruikershandleiding: Ja
Beeldscherm: LCD
Beeldschermdiagonaal: 1.8 "
Resolutie: 103 x 65 Pixels
Montagewijze: Bureau
Luidspreker: Ja
Nummerherkenning: Ja
Conferentiegesprek mogelijk: Ja
Snelstartgids: Ja
Ondersteund aantal accu's/batterijen: 2
Beeldscherm, aantal kleuren: Monochroom
Gewicht basisstation: 120 g
Inclusief basisstation: Ja
Aansluiting voor netstroomadapter: Ja
Plug and play: Ja
Ruisonderdrukking: Ja
Accu/Batterij oplaadtijd: 7 uur
Oproepblokkering: Ja
Wekker: Ja
Standby tijd: 200 uur
Backlight toetsen: Ja
Backlight-kleur: Wit
ECO mode: Ja
Blokkering van toetsenpaneel: Ja
Handset type: Handset met snoer
Intercom: Ja
Gesprekstijd: 18 uur
Capaciteit telefoonboek: - entries
Opnieuw bellen: Ja
Capaciteit nummerherhalingslijst: 10
Afmetingen basisstation: 77 x 107 x 86 mm
Gewicht handset: 130 g
Any key answer: Ja
Aantal handsets inclusief: 2
Navigatietoets: Ja
Draadloze verbindingen: Ja
Antwoordapparaat: Ja
Aantal handsets mogelijk: 6
Opnametijd: 40 min
Afmetingen handset (BxDxH): 48 x 29 x 164 mm
Telefoonboek delen: Ja
Batterijtechnologie: Nikkel-Metaalhydride (NiMH)
Type batterij: AAA
Display met achtergrondverlichting: Ja
Schermgrootte (display): 45 x 45 mm
Geintegreerde voicemail: Ja

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Panasonic KX-TG6862 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden




Handleiding Telefoon Panasonic

Handleiding Telefoon

Nieuwste handleidingen voor Telefoon