Nikon Coolpix S10 Handleiding
Nikon
Digitale camera
Coolpix S10
Lees hieronder de š handleiding in het Nederlandse voor Nikon Coolpix S10 (103 pagina's) in de categorie Digitale camera. Deze handleiding was nuttig voor 54 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld
Pagina 1/103
.L
$Eī.IKONīGIDSīVOORīDIGITALEīFOTOGRAFIE
METīDE
DIGITALEīCAMERA
Handelsmerkinformatie
Macintosh, Mac OS en QuickTime zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. Microsoft en
Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Het SD-logo is een handelsmerk
van de SD Card Association. Adobe en Acrobat zijn gedeponeerde handelsmerken van Adobe Systems
Inc. Pictmotion wordt geleverd door muvee Technologies. PictBridge is een handelsmerk. De D-Lighting-
technologie wordt geleverd door Apical Limited. De technologie voor AF met gezichtprioriteit wordt
geleverd door IdentixĀ®. Alle andere handelsnamen die in deze handleiding of in andere documentatie bij
uw Nikon-product worden vermeld, zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun res-
pectieve eigenaars.
i
Symbolen en conventies
De volgende symbolen worden gebruikt om u in
staat te stellen snel de informatie te vinden die u
zoekt:
Dit pictogram staat bij tips. Deze aanvullen-
de informatie kan van pas komen tijdens het
gebruik van de camera.
Dit pictogram staat bij waarschuwingen.
Deze informatie moet u vooraf lezen om
schade aan de camera te voorkomen.
Dit pictogram staat bij opmerkingen. Deze
informatie moet u lezen voordat u de came-
ra in gebruik neemt.
Dit pictogram geeft aan dat elders in deze
handleiding of in de Snelhandleiding meer
informatie over dit onderwerp is te vinden.
Geheugenkaarten
De fotoās die met deze camera worden genomen,
kunnen worden opgeslagen in het interne geheu-
gen van de camera of op een verwisselbare ge-
heugenkaart. Als een geheugenkaart is geplaatst,
worden alle nieuwe fotoās opgeslagen op de geheu-
genkaart. Bewerkingen zoals wissen, weergeven en
formatteren worden vervolgens uitsluitend toege-
past op de fotoās op de geheugenkaart. De geheu-
genkaart moet worden verwijderd voordat u het in-
terne geheugen kunt formatteren of kunt gebruiken
om fotoās op te slaan, te wissen of te bekijken.
Notatie
Namen van menuopties op de monitor van de ca-
mera en namen van knoppen of berichten op de
monitor van de computer worden aangegeven met
vierkante haken ([ ]).
Inleiding
Onderwerpsstand
Basisstappen voor fotoās
maken en weergeven
Aansluiting op een televisie,
computer of printer
Eerste stappen
Fotoās weergeven op de
camera
Menugids
Films
Spraakopnamen
Technische opmerkingen
Cameragebruik
ii
Lees om schade aan het Nikon-product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen
de volgende veiligheidsvoorschriften goed door alvorens dit product in gebruik te
nemen. Bewaar deze veiligheidsaanwijzingen op een plaats waar alle gebruikers
van dit product er kennis van kunnen nemen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de in dit hoofdstuk ver-
melde veiligheidsvoorschriften worden door middel van het volgende symbool
aangeduid:
Dit symbool staat bij waarschuwingen die moeten worden gelezen voordat dit
Nikon-product in gebruik wordt genomen, zodat mogelijk letsel wordt voorkomen.
WAARSCHUWINGEN
Zet de camera bij storing uit
Als er rook of een ongewone geur uit de
camera of de lichtnetadapter komt, kop-
pelt u de lichtnetadapter los en verwijdert
u de batterij onmiddellijk. Let hierbij op dat
u geen brandwonden oploopt. Als u de ca-
mera blijft gebruiken, kan dit tot letsel lei-
den. Nadat de batterij is verwijderd, moet
het toestel worden nagekeken door een
door Nikon erkende servicedienst.
Demonteer het toestel niet
Het aanraken van de inwendige delen van
de camera of lichtnetadapter kan leiden tot
letsel. Reparaties mogen uitsluitend door
bevoegde technici worden uitgevoerd. Als
de camera of de lichtnetadapter door een
val of ander ongeluk openbreekt, haalt u
de stekker uit het stopcontact en/of ver-
wijdert u de batterij en laat u het product
nakijken door een door Nikon erkende
servicedienst.
Gebruik de camera of lichtnetadapter niet in de
buurt van ontvlambare gassen.
Gebruik de camera of lichtnetadapter niet
in de buurt van ontvlambare gassen
U mag elektronische apparatuur niet ge-
bruiken in de buurt van ontvlambare gas-
sen, omdat dit kan leiden tot ontploļ¬ ngen
of brand.
Wees voorzichtig met de camerariem
Hang de camerariem niet om de nek van
een baby of kind.
Buiten bereik van kinderen houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen geen bat-
terijen of andere kleine onderdelen in hun
mond kunnen stoppen.
Ga voorzichtig te werk bij het gebruik van batte-
rijen
Bij onjuist gebruik kunnen batterijen gaan
lekken of ontploļ¬ en. Let op de volgende
punten bij het gebruik van batterijen in
combinatie met dit product:
ā¢ Zet het toestel uit voordat u de batterij
gaat verwisselen. Als u de lichtnetadapter
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcon-
tact.
ā¢ Gebruik uitsluitend oplaadbare Nikon EN-
EL5 lithium-ion batterijen (meegeleverd).
Gebruik de meegeleverde MH-61 batterij-
lader om de batterijen op te laden.
ā¢ Probeer de batterij niet ondersteboven of
achterstevoren in de camera te plaatsen.
ā¢ Sluit de batterij niet kort en probeer deze
niet te demonteren.
ā¢ Stel de batterij niet bloot aan vuur of bo-
venmatige hitte.
ā¢ Dompel de batterij niet onder in water en
zorg dat deze niet vochtig wordt.
Voor uw veiligheid
iii
ā¢ Zorg dat de beschermkap op de contact-
punten is geplaatst wanneer u de batterij
vervoert. Vervoer of bewaar de batterij niet
bij metalen voorwerpen, zoals halskettin-
gen of haarspelden.
ā¢ Een volledig ontladen batterij kan gaan
lekken. Om schade aan het product te
voorkomen, moet de batterij worden ver-
wijderd wanneer deze leeg is.
ā¢ Stop onmiddellijk met het gebruik van
de batterij wanneer zich een verandering
voordoet, zoals verkleuring of vervorming.
ā¢ Spoel kleding of huid die in contact is ge-
komen met vloeistof uit beschadigde bat-
terijen, onmiddellijk af met ruim water.
Neem bij het gebruik van de batterijlader de on-
derstaande voorzorgsmaatregelen in acht
ā¢ Gebruik uitsluitend batterijladers die zijn
bedoeld voor gebruik met dit product.
ā¢ Houd de adapter droog. Als u deze voor-
zorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit
leiden tot brand of een elektrische schok.
ā¢ Verwijder stof op of bij de metalen onder-
delen van de stekker met een droge doek.
Als u het product in dit geval blijft gebrui-
ken, kan dit tot brand leiden.
ā¢ Raak het netsnoer niet aan en blijf uit de
buurt van de adapter tijdens onweer. Als
u deze voorzorgsmaatregel niet in acht
neemt, kan dit leiden tot een elektrische
schok.
ā¢ Voorkom beschadigingen of veranderin-
gen aan het netsnoer. Trek de kabel niet
met kracht los en buig deze niet. Plaats
geen zware voorwerpen op de kabel en
stel de kabel niet bloot aan hitte of vuur.
Als de isolatie beschadigd raakt en de dra-
den bloot komen te liggen, laat de kabel
dan door een door Nikon erkende service-
dienst nakijken. Als u deze voorzorgsmaat-
regelen niet in acht neemt, kan dit brand of
een elektrische schok veroorzaken.
ā¢ Raak de stekker of de batterijlader niet met
natte handen aan. Als u deze voorzorgs-
maatregel niet in acht neemt, kan dit lei-
den tot een elektrische schok.
Gebruik de juiste kabels
Gebruik voor aansluitingen uitsluitend de
voor dit doel meegeleverde of bij Nikon
verkrijgbare kabels, zodat wordt voldaan
aan de productvoorschriften.
Wees voorzichtig met bewegende delen
Pas op dat uw vingers of andere voorwer-
pen niet bekneld raken tussen het objec-
tief en de camerabehuizing of andere be-
wegende delen.
Cd-romās
De cd-romās die bij dit toestel worden ge-
leverd, mogen niet worden afgespeeld
op een audio-cd-speler. Als u de cd-romās
afspeelt op een audio-cd-speler, kan dit lei-
den tot gehoorverlies of beschadiging van
de apparatuur.
Wees voorzichtig met gebruik van de ļ¬ itser
Als u de ļ¬ itser dicht bij de ogen van een te
fotograferen persoon gebruikt, kan dit lei-
den tot tijdelijke schade aan het gezichts-
vermogen. Wees extra voorzichtig bij het
fotograferen van kleine kinderen. De ļ¬ itser
mag niet dichterbij worden gehouden dan
Ć©Ć©n meter.
Flits niet als de ļ¬ itser met een persoon of voor-
werp in aanraking komt
Dit kan leiden tot brandwonden en/of het
ontvlammen van kleding door de hitte van
de ļ¬ its.
Vermijd contact met vloeibare kristallen
Mocht het LCD-scherm breken, pas dan op
voor letsel door gebroken glas en voorkom
dat de vloeibare kristallen uit de monitor
in aanraking komen met uw huid, ogen of
mond.
iv
ā¢ Geen enkel onderdeel van de bij dit product
geleverde handleidingen mag worden gere-
produceerd, overgedragen, getranscribeerd,
worden opgeslagen in een archiefsysteem of
in enige vorm worden vertaald naar enige taal,
met enig middel, zonder voorafgaande schrif-
telijk toestemming van Nikon.
ā¢ Nikon behoudt zich het recht voor zonder voor-
afgaande aankondiging de speciļ¬ caties van de
hard- en software die in deze gebruikshandlei-
dingen worden beschreven, op elk gewenst
moment te wijzigen.
ā¢ Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade
die voortkomt uit het gebruik van dit product.
ā¢ Nikon heeft alles in het werk gesteld om te zor-
gen dat de informatie in deze handleidingen
juist en volledig is en stelt er prijs op dat de
Nikon-importeur op de hoogte wordt gebracht
van eventuele onjuistheden of omissies (zie de
overige documentatie voor de adresgegevens).
Opmerkingen
v
ā¢ Voorwerpen die niet mogen worden gekopieerd of gere-
produceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, mun-
ten, waardepapieren of obligaties van (plaat-
selijke) overheden, zelfs niet als dergelijke
kopieƫn of reproducties zijn voorzien van een
stempel āVoorbeeldā of āSpecimenā.
Het kopiƫren of reproduceren van papiergeld,
munten of waardepapieren die in het buiten-
land in circulatie zijn, is verboden.
Tenzij vooraf door de overheid toestemming is
verleend, is het kopiƫren of reproduceren van
ongebruikte, door de overheid uitgegeven
postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiƫren of reproduceren van door de
overheid uitgegeven (post)zegels en gecertiļ¬ -
ceerde wettelijke documenten is verboden.
ā¢ Waarschuwingen met betrekking tot bepaalde kopieĆ«n
en reproducties
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaar-
digd met betrekking tot het kopiƫren of re-
produceren van waardepapieren uitgegeven
door commerciƫle instellingen (aandelen, wis-
sels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke),
vervoerspassen of coupons, behalve wanneer
het gaat om een minimaal benodigd aantal
kopieƫn voor zakelijk gebruik door een bedrijf.
Eveneens niet toegestaan is het kopiƫren of
reproduceren van door de overheid uitgege-
ven paspoorten, door overheidsinstanties en
andere instellingen afgegeven vergunningen,
identiteitsbewijzen en kaartjes, zoals pasjes en
maaltijdbonnen.
ā¢ Auteursrechten
Het kopiƫren of reproduceren van auteurs-
rechterlijk beschermde creatieve werken, zoals
boeken, muziek, schilderijen, houtgravures,
kaarten, tekeningen, ļ¬ lms en fotoās, wordt
gereguleerd door de nationale en internatio-
nale auteurswetgeving. Gebruik dit product
niet voor het maken van illegale kopieƫn of
voor andere activiteiten die het auteursrecht
schenden.
Symbool voor gescheiden inzameling in Europese landen
Dit symbool geeft aan dat dit product via gescheiden inzameling moet worden afge-
voerd.
Het volgende is uitsluitend van toepassing voor gebruikers in Europese landen:
ā¢ Dit product dient apart te worden ingeleverd bij een aangewezen inzamelingspunt.
Werp dit product niet weg als huishoudelijk afval.
ā¢ Neem voor meer informatie contact op met de verkoper of de lokale instellingen voor afvalbe-
heer.
Mededelingen aangaande het verbod op kopiƫren of reproduceren
Houd er rekening mee dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereprodu-
ceerd met behulp van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Wegwerpen van media voor gegevensopslag
Houd er rekening mee dat bij het wissen van fotoās of formatteren van opslagmedia, zoals geheu-
genkaarten of het interne camerageheugen, de oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig wor-
den verwijderd. Met behulp van in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde
bestanden op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, hetgeen misbruik van persoonlijke
beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de privacybe-
scherming van dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software alvorens een opslagmedium weg te werpen
of aan een ander over te doen. U kunt het medium ook eerst formatteren en vervolgens geheel
vullen met beelden die geen persoonlijke informatie bevatten (bijvoorbeeld fotoās van de lucht).
Vergeet niet ook de beelden voor het welkomstscherm te vervangen. Wees voorzichtig bij het fysiek
vernietigen van opslagmedia en voorkom letsel en beschadiging van eigendommen.
vi
Inhoudsopgave
Voor uw veiligheid .............................................................................................................................................. ii
Opmerkingen ...................................................................................................................................................... iv
Inleiding 1
Onderdelen van de camera ............................................................................................................................. 1
De monitor ............................................................................................................................................................4
Eerste stappen 6
De batterij opladen ............................................................................................................................................6
De batterij plaatsen ............................................................................................................................................7
Een geheugenkaart plaatsen .........................................................................................................................8
Cameragebruik 10
De camera aan- en uitzetten ........................................................................................................................10
Het objectief instellen .....................................................................................................................................11
Zoom .....................................................................................................................................................................11
Scherpstelling en ontspanknop ..................................................................................................................12
Werken met menuās .........................................................................................................................................13
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven 14
De stand .........................................................................................................................................................14
Fotoās weergeven ..............................................................................................................................................15
De ļ¬ itser gebruiken ..........................................................................................................................................16
Fotoās maken met de zelfontspanner ........................................................................................................18
Macro close-upstand .......................................................................................................................................19
Vibratiereductie (VR) .......................................................................................................................................20
One-touchportretten ......................................................................................................................................21
Onderwerpsstand 23
Standen met compositie-assistentie .........................................................................................................24
Onderwerpsstanden ........................................................................................................................................26
Films 31
Films opnemen ..................................................................................................................................................31
Het ļ¬ lmmenu .....................................................................................................................................................31
Films afspelen .....................................................................................................................................................33
Spraakopnamen 34
Fotoās weergeven op de camera 37
Meerdere fotoās weergeven: miniatuurweergave ................................................................................................37
Fotoās wissen ................................................................................................................................................................................37
Fotoās van dichtbij bekijken: zoomweergave ..........................................................................................................38
Een uitgesneden kopie maken ........................................................................................................................................38
Contrast verbeteren: D-Lighting .....................................................................................................................................39
Spraakmemoās: opnemen en afspelen ........................................................................................................................40
Fotoās weergeven op datum ..............................................................................................................................................41
Pictmotion by muvee ............................................................................................................................................................43
vii
Aansluiting op een televisie, computer of printer 47
Fotoās weergeven op een televisie ..............................................................................................................47
Fotoās weergeven op een computer ..........................................................................................................47
Fotoās afdrukken ................................................................................................................................................50
Menugids 55
Opnameopties: het opnamemenu .............................................................................................................55
Beeld kwal/form ........................................................................................................................................................................55
Witbalans .......................................................................................................................................................................................56
+/- Correctie ................................................................................................................................................................................57
Continu ...........................................................................................................................................................................................57
Best Shot Selector (BSS) ........................................................................................................................................................59
Gevoeligheid ...............................................................................................................................................................................59
Kleuropties ....................................................................................................................................................................................60
AF-veld stand ..............................................................................................................................................................................60
Weergaveopties: het weergavemenu .......................................................................................................61
Printopdracht ..............................................................................................................................................................................61
Diashow ..........................................................................................................................................................................................62
Wissen .............................................................................................................................................................................................62
Beveiligen ......................................................................................................................................................................................62
Overspeelmarkering ...............................................................................................................................................................62
Beeld roteren ...............................................................................................................................................................................63
Kleine kopie .................................................................................................................................................................................63
Kopiƫren .........................................................................................................................................................................................64
Basisinstellingen: het setup-menu .............................................................................................................65
Menuās .............................................................................................................................................................................................65
Welkomstscherm ......................................................................................................................................................................66
Datum ..............................................................................................................................................................................................66
Monitorinstellingen ................................................................................................................................................................68
Datum afdrukken ......................................................................................................................................................................69
AF-hulplicht .................................................................................................................................................................................70
Geluid instellen ..........................................................................................................................................................................70
Opname-Oriƫntatie ...............................................................................................................................................................70
Automatisch uit .........................................................................................................................................................................70
Geheugen formatteren/Geh.-krt format. ...................................................................................................................71
Taal/Language ............................................................................................................................................................................71
Interface .........................................................................................................................................................................................71
Standaardwaarden ..................................................................................................................................................................71
Firmware-versie .........................................................................................................................................................................71
Technische opmerkingen 72
Optionele accessoires .....................................................................................................................................72
Behandeling van uw camera ........................................................................................................................74
Foutmeldingen ..................................................................................................................................................76
Problemen oplossen ........................................................................................................................................79
Bijlage ...................................................................................................................................................................82
Speciļ¬ caties ........................................................................................................................................................87
Index ......................................................................................................................................................................90
viii
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon
Nikon COOLPIX-cameraās zijn ontwikkeld volgens de hoogste technologische standaards
en bevatten complexe elektronische circuits. Alleen elektronische accessoires van het merk
Nikon (inclusief batterijladers, batterijen en lichtnetadapters), die door Nikon speciaal zijn
gecertiļ¬ ceerd voor gebruik met deze digitale camera, zijn ontwikkeld om binnen de opera-
tionele eisen en veiligheidseisen van deze elektronische circuits te werken en zijn met het
oog daarop getest en goedgekeurd.
HET GEBRUIK VAN ELEKTRONISCHE ACCESSOIRES DIE NIET DOOR NIKON ZUN VERVAARDIGD, KAN DE CAMERA BESCHADIGEN
EN DE NIKON-GARANTIE DOEN VERVALLEN.
Neem voor meer informatie over originele Nikon-accessoires contact op met een door
Nikon goedgekeurde leverancier.
EN-EL5
oplaadbare
batterij
* Holograļ¬ sch zegel: dit zegel
duidt aan dat het toestel een
origineel Nikon-product is.
Voordat u belangrijke opnamen maakt
Voordat u fotoās gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt
u het beste enkele proefopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon
is niet aansprakelijk voor schade of gederfde inkomsten als gevolg van een defect aan de
camera.
Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van het streven van Nikon naar permanente kennisoverdracht via continue
productondersteuning en -informatie, is er altijd nieuwe, bijgewerkte on line informatie be-
schikbaar op de volgende websites:
ā¢ Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
ā¢ Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support
ā¢ Voor gebruikers in AziĆ«, OceaniĆ« en het Midden-Oosten: http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites voor de laatste productinformatie, tips, antwoorden op veelgestelde vragen
(FAQās) en voor algemeen advies over digitale beeldverwerking en fotograļ¬ e. Neem contact
op met de dichtstbijzijnde Nikon-vertegenwoordiger voor meer informatie. Zie de volgende
URL voor de contactgegevens:
http://nikonimaging.com/
1
Inleiding
Inleiding
Gefeliciteerd met de aanschaf van deze Nikon COOLPIX S10 digitale camera. Deze
gebruikshandleiding is geschreven om u maximaal plezier te geven bij het fotogra-
feren met uw digitale camera van Nikon. Lees alle instructies grondig door, zodat
u optimaal gebruik van uw camera kunt maken, en bewaar ze op een plaats waar
iedereen die ermee werkt ze kan lezen.
Onderdelen van de camera
Zoomknop ( 11). Zie ook:
ā¢ (miniatuurweergave): 37
ā¢ (zoomweergave): 38
ā¢ (help): 13
Zelfontspannerlampje ( 18)
AF-hulpverlichting (LED; 17, 74)
Ingebouwde ļ¬ itser ( 16)
Objectief
( 11, 74, 75)
Camera-aan-lampje ( 10)
Luidspreker
( 33, 35, 40, 44, 46)
Microfoon
( 31, 34, 40)
Ontspanknop ( 12)
Hoofdschakelaar ( 10)
Objectief in
opbergstand
Voedingsaansluiting voor
optionele lichtnetadapterkit
( 72)
(One-touchportret)
knop ( 21). Zie ook
(D-Lighting; 39)
Vibratiereductie-
knop (VR)
( 20, 32)
Oogje voor polskoord
Bevestig het
polskoord zoals hier
rechts is
aangegeven.
Het polskoord bevestigen
ķ“
ķ“
ķ²
ķ²
ķ³
ķ³
2
Inleiding
(opname/weergave)
knop ( 15, 37)
Klepje over batterijruimte/geheugenkaartsleuf ( 7, 8)
Flitserlampje ( 16)
(wissen) knop
( 15, 37)
Multi-selector
(keuzeknop) ( 3, 13)
(menu) knop
( 13, 55, 61, 65)
Monitor
( 4ā5, 74, 75)
Batterijruimte ( 7)
Geheugenkaartsleuf
( 8)
Batterijvergrendeling
( 7)
(midden) knop ( 13)
(overspelen) knop ( 48)
Duw naar links, rechts,
omhoog of omlaag
ā¢ Menunavigatie: Terugkeren naar vorig
menu of cursor naar links verplaatsen.
ā¢ Fotograferen ( ): Menu voor zelfont-
spannerstand weergeven ( 18).
ā¢ Menunavigatie: Cursor omlaag verplaatsen.
ā¢ Fotograferen ( ): Menu voor macrostand
weergeven ( 19).
Menunavigatie: Submenu
weergeven, cursor naar
rechts verplaatsen.
ā¢ Menunavigatie: Cursor omhoog verplaatsen.
ā¢ Fotograferen ( ): Menu voor ļ¬ itsstand weergeven ( 16).
Druk op het
midden ( ) om
selectie te maken
De multi-selector
Klepje over kabelaansluiting
( 47, 48, 51)
Kabelaansluiting
( 47, 48, 51)
Statiefaan-
sluiting
3
Inleiding
Als u tijdens opname of weergave op de knop drukt, wordt een menu met standen
weergegeven ( 13).
Druk de zoomknop naar T ( ; 13) wanneer u hulp over het huidige menu of de huidige
menuoptie wilt weergeven.
Menuhulp
De knop (stand)
Dummy
Standaardstanden
Als u op de hoofdschakelaar drukt om de camera aan te zetten of als u op de knop drukt
om te schakelen van weergave naar opname, wordt de laatst geselecteerde opnamestand
toegepast (behalve in de standen en ). Als u op drukt om weergave te activeren,
wordt automatisch de stand (weergave) geselecteerd. Als u naar de opnamestand schakelt
vanuit (spraakweergave), wordt (spraakopname) geselecteerd. Als u op drukt om
weergave te activeren in de stand (spraakopname), wordt automatisch (spraakweer-
gave) geselecteerd.
Opnamestanden
Onder-
werp
( 23)
Spraakopname ( 34)
Film
( 31)
Automatisch ( 14)
Weergavestanden
Pictmotion ( 43)
Spraakweergave ( 35)
Sorteer
op
datum
( 41)
Weergave ( 37)
ķ²
ķ²
De lensdop kan worden geopend (
ķ²
ķ²) en gesloten (
ķ³
ķ³) terwijl deze aan de camera is
bevestigd. Om de lensdop te verwijderen opent u deze, vervolgens trekt en draait u het
scharnier terwijl u de lensdop optilt (
ķ“
ķ“).
ķ“
ķ“
ķ³
ķ³
De lensdop
4
Inleiding
De monitor
De volgende aanduidingen kunnen tijdens het fotograferen en afspelen worden
weergegeven (de werkelijke informatie hangt af van de camera-instellingen):
Opname
Weergave
0h00m00s
0h00m00s
9999
9999
9999
0h00m00s
1
24
8
3
9
20
5
7
13
14
10
11
19
12
15
6
16
18
22
23
21
17
01.09.2006
01.09.2006
01.09.2006
00:00
00:00
00:00
100NIKON
100NIKON
100NIKON
9999.JPG
9999.JPG
9999.JPG
9999
9999
/
9999
9999
9999
/
9999
4
1
23
5
6
7
9
10
11
12
13
18
17
16
15
14
Start
Start
Start
0h00m00s
0h00m00s
0h00m00s
8
5
Inleiding
1 Opnamestand .................................3, 14, 23, 31
2 Belichtingsvergrendeling .............................. 28
3 Macro close-upstand ...............................19, 27
4 Zoomaanduiding ....................................... 11, 19
5 Scherpstelaanduiding .....................................12
6 Flitsstand .................................................................16
7 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaar t ....................................................10
8 Aanduiding van het batterijniveau .........10
9 Gevoeligheid ................................................17, 59
10 Vibratiereductiestand (VR) ...........................20
11 Aanduiding elektronische VR .....................32
12 Aanduiding voor
zelfontspanner/aftellen ..................................18
13 Aanduiding ādatum niet ingesteldā ..........76
14 Tijdzoneaanduiding .........................................66
15 Datum afdrukken/dagenteller ...................69
16 Aantal resterende opnamen ...............10, 84
Lengte ļ¬ lmclip .............................................31, 84
17 Scherpstelvelden .......................................12, 60
18 Beeld kwal/form .................................................55
19 Belichtingscorrectie ..........................22, 30, 57
20 Kleuroptie ...............................................................60
21 Witbalans ................................................................56
22 Best Shot Selector (BSS) .................................59
23 Continu-opnamestand ..................................57
1 Huidige map * ........................................................85
2 Bestandsnummer en -type * .........................85
3 Aanduiding intern geheugen/
geheugenkaar t ....................................................10
4 Aanduiding van het batterijniveau .........10
5 Volumeaanduiding ...........................33, 35, 40
6 Spraakmemo-opnamehulp ........................40
7 Spraakmemo-weergavehulp ......................40
8 Huidig opnamenummer/
totaal aantal beelden
Lengte ļ¬ lmclip .....................................................84
9 D-Lighting-pictogram .....................................39
10 Filmweergaveaanduiding ............................. 33
11 Beeld kwal/form .................................................55
12 Filmaanduiding ...................................................33
13 Aanduiding kleine kopie ...............................63
14 Beveiligingspictogram .................................... 62
15 Pictogram printopdracht ..............................54
16 Overdrachtspictogram ...................48, 62, 71
17 Opnametijdstip * ..................................................66
18 Opnamedatum * ..................................................66
* Weergave verschilt in datumsorteerstand ( 41).
6
Eerste stappen
Eerste stappen
De batterij opladen
De camera gebruikt een oplaadbare EN-EL5 Li-ion batterij (meegeleverd). Laad met
de meegeleverde MH-61 batterijlader de batterij op voordat u deze voor het eerst
gebruikt of wanneer de batterij bijna leeg is.
1 Sluit de lader aan op het stopcontact
Sluit het netsnoer aan op de lader (
ķ²
ķ²) en steek
de stekker in een stopcontact (
ķ³
ķ³). Het CHARGE-
lampje brandt (
ķ“
ķ“).
3 Laad de batterij op
Het CHARGE-lampje knippert terwijl de batterij
wordt opgeladen. (Als het lampje snel knippert,
ligt de temperatuur niet binnen het door de lader
ondersteunde bereik van 5 ā 35 Ā°C of is de batterij
defect. Als de batterij defect is, haalt u de stekker
van de lader onmiddellijk uit het stopcontact en
laat u de batterij en de lader nakijken door een
door Nikon erkende servicedienst.) Het duurt
circa twee uur om een volledig lege batterij op
te laden.
De batterij is volledig opgeladen als het CHARGE-
lampje niet meer knippert. Verwijder de batterij
en haal de stekker van de lader uit het stopcon-
tact.
2 Plaats de batterij
Verwijder het beschermkapje en plaats de batterij
zoals aangegeven, waarbij de uitstekende onder-
delen op de batterij overeenkomen de uitsparin-
gen in de lader.
De batterijlader
Lees de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op de paginaās ii-iii van deze handleiding
en volg ze op. Alleen gebruiken met compatibele batterijen.
ģ¹ķ²
ķ²
ģ¹ķ³
ķ³
ģ¹ķ“
ķ“
7
Eerste stappen
Batterijen
Lees de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op de paginaās iiāiii en 75 van deze hand-
leiding en volg ze op. De camera kan uitsluitend worden gebruikt met EN-EL5 batterijen. Pro-
beer in geen geval andere typen te gebruiken. De optionele EH-62A lichtnetadapterkit kan
desgewenst worden gebruikt om de camera gedurende langere perioden van stroom te
voorzien ( 72). Maak in geen geval gebruik van een lichtnetadapter van een ander merk of
model. Als u deze waarschuwing negeert, kan dit leiden tot oververhitting van of schade aan
de camera.
De batterij verwijderen
Zet de camera uit voordat u batterijen plaatst of verwijdert. U
verwijdert de batterij door het klepje van de batterijruimte/
geheugenkaartsleuf te openen en de batterijvergrendeling in
de aangegeven richting te schuiven. U kunt de batterij vervol-
gens met de hand verwijderen. Let erop dat de batterij warm
kan worden tijdens gebruik. Wees daarom voorzichtig wan-
neer u de batterij verwijdert.
De batterij plaatsen
Plaats na het laden de batterij zoals hieronder wordt beschreven.
1 Open het klepje van de batterijruimte/geheu-
genkaartsleuf
2 Plaats de batterij
Bij het plaatsen van de batterij wordt de oranje
batterijvergrendeling opzij geduwd. De batterij
is volledig geplaatst als de vergrendeling op zijn
plaats terugklikt.
De batterij plaatsen
Als u probeert de batterij ondersteboven of achterste-
voren te plaatsen, kan dit schade aan de camera veroor-
zaken. Controleer of de batterij correct is geplaatst.
3 Sluit het klepje van de batterijruimte/geheu-
genkaartsleuf
ģ¹ķ²
ķ²
ģ¹ķ³
ķ³
ģ¹ķ²
ķ²
ģ¹ķ³
ķ³
8
Eerste stappen
2 Plaats de geheugenkaart
Open het klepje van de batterijruimte/geheugen-
kaartsleuf en schuif de geheugenkaart in de sleuf
tot deze op zijn plaats klikt. Sluit het klepje van de
geheugenkaartsleuf.
Een geheugenkaart plaatsen
Controleer of de kaart correct is geplaatst. Als u de kaart
ondersteboven of achterstevoren probeert te plaatsen,
kan dit schade aan de camera of de kaart veroorzaken.
3 Druk op de hoofdschakelaar om de camera aan
te zetten
Als er geen bericht op de monitor wordt weerge-
geven, is de camera klaar voor gebruik.
Als het bericht rechts wordt weergegeven, moet
u de geheugenkaart formatteren voordat u deze
kunt gebruiken. Houd er rekening mee dat tijdens
het formatteren alle fotoās en andere gegevens
op de geheugenkaart permanent worden verwij-
derd. Maak daarom kopieĆ«n van fotoās die u wilt bewaren voordat u de kaart
formatteert.
Om het formatteren te starten duwt u de multi-selector omhoog om [For-
matteren] te markeren en drukt u op de knop . Er verschijnt een bevesti-
gingsscherm; selecteer [Formatteren] en druk op . Zet de camera niet uit
en verwijder de batterijen of de geheugenkaart niet voordat het formatteren
is voltooid.
1 Zet de camera uit
Als het camera-aan-lampje brandt, drukt u op de
hoofdschakelaar om de camera uit te zetten.
Een geheugenkaart plaatsen
Fotoās worden opgeslagen in het interne geheugen van de camera (circa 16 MB) of
op een verwisselbare SD-geheugenkaart (Secure Digital) ( 73). Het interne ge-
heugen wordt uitsluitend gebruikt om fotoās op te nemen en te verwijderen als er
geen geheugenkaart is geplaatst.
Een geheugenkaart plaatsen:
9
Eerste stappen
Een geheugenkaart verwijderen
Voordat u een geheugenkaart verwijdert, zet u de camera uit
en controleert u of het camera-aan-lampje uit is. Open het
klepje van de batterijruimte/geheugenkaartsleuf en druk op
de geheugenkaart, zodat deze gedeeltelijk uitspringt. U kunt
de kaart daarna met de hand uit de camera halen.
Schrijfbeveiliging
SD-kaarten bevatten een schuiī e voor schrijfbeveiliging. Als
dit schuiī e in de vergrendelde stand staat, is het niet mogelijk
om fotoās op te slaan of te wissen en kan de geheugenkaart
niet worden geformatteerd.
Schrijfbeveiliging
ģ¹ķ²
ķ²
ģ¹ķ³
ķ³
10
Cameragebruik
Cameragebruik
De camera aan- en uitzetten
U zet de camera aan door op de hoofdschakelaar te drukken. Het camera-aan-
lampje gaat brandenā¦
10
10
10
U zet de camera uit door te drukken op de hoofdschakelaar en te wachten tot het
camera-aan-lampje uitgaat.
Automatisch uitschakelen (stand-by)
In de opnamestand wordt de monitor donkerder om de batterij te sparen als er gedurende
circa vijf seconden geen handelingen worden uitgevoerd. De monitor wordt lichter wanneer
de cameraknoppen worden gebruikt. Bij de standaardinstellingen wordt de monitor uitge-
schakeld als er gedurende ongeveer een minuut geen handelingen worden uitgevoerd in de
opname- en weergavestand (stand-by; 70). De camera wordt automatisch uitgeschakeld
als gedurende nog eens drie minuten geen handelingen worden uitgevoerd.
ā¦en de monitor wordt ingeschakeld.
Hoofdschakelaar
Aanduiding intern geheugen/geheugenkaart ( 8)
Fotoās worden opgeslagen in het interne geheugen.
Fotoās worden opgeslagen op de geheugenkaart.
Opnamestand
( 3, 14, 23, 31)
Aantal resterende opnamen ( 84)
Beeld kwal/form
( 55)
Flitsstand ( 16)
Batterijaanduiding
GEEN
PICTOGRAM Batterij is volledig opgeladen.
Batterij bijna leeg; u moet de batterij opladen of ver-
vangen.
LET OP! BATTERIJ
BIJNA LEEG
Batterij is leeg. Laad de batterij op of vervang de
batterij.
Vibratiereductie (VR; 20)
Camera-aan-lampje
AanCamera staat aan.
Knippert Monitor is uitgeschakeld om energie te besparen (zie hierna).
Knippert
snel Batterij is leeg. Laad de batterij op of vervang de batterij.
Uit Camera staat uit.
11
Cameragebruik
Het objectief instellen
Het objectief kan tot 180Ā° naar voren worden gedraaid
vanuit de opbergstand (0Ā°) of 90Ā° in de richting van de
gebruiker, zodat u snel een zelfportret op armlengte
kunt maken. Als het objectief naar de gebruiker is ge-
draaid, toont de monitor een spiegelbeeld van wat op
de uiteindelijke foto zal verschijnen.
Een statief gebruiken
Draai het objectief naar de opnamestand voordat u de ca-
mera op een statief plaatst. Het objectief kan beschadigen als
dit het statief raakt.
Zoom
De zoomknop wordt gebruikt om onderwerpen op
de monitor te kadreren. Druk op W om uit te zoomen,
zodat de ruimte rondom het onderwerp groter wordt.
Druk op T om tot maximaal 10 Ć in te zoomen, zodat het
onderwerp een groter deel van het beeld vult. De hoe-
veelheid zoom wordt weergegeven op de monitor.
Digitale zoom
In tegenstelling tot bij optische zoom, worden bij digitale zoom de details in de foto niet
duidelijker. In plaats daarvan worden details die bij 10 Ć zoom zichtbaar zijn eenvoudigweg
vergroot, waardoor een ietwat ākorreligā beeld ontstaat.
Aanduiding wordt weer-
gegeven wanneer u op de
zoomknop drukt
Optische zoom (tot 10 Ć) Aanduiding wordt geel
wanneer digitale zoom is
ingeschakeld
10
10
10
Als u de knop naar T drukt bij 10 Ć zoom, wordt de digitale zoom ingeschakeld.
U kunt nu tot maximaal 4 Ć verder op het onderwerp inzoomen, wat een totale
vergroting van 40 Ć oplevert.
Draaibereik
Naar achteren
(naar monitor)
Naar voren
Uitzoomen Inzoomen
12
Cameragebruik
1 Scherpstellen: druk de ontspanknop half in. Als de
camera kan scherpstellen op het onderwerp in
het scherpstelveld in het midden van het beeld,
worden de scherpstelaanduiding (AFā) en het
scherpstelveld groen weergegeven. Als deze
onderdelen rood knipperen, kan de camera niet
scherpstellen. Wijzig de compositie en probeer
het opnieuw.
2 Afdrukken: druk de ontspanknop rustig helemaal in.
(Als de camera beweegt terwijl u de ontspanknop
indrukt, kan de foto onscherp worden.) De ļ¬ itser
kan worden geactiveerd als er weinig licht op het
onderwerp valt.
Scherpstelling en ontspanknop
De camera heeft een ontspanknop die werkt in twee fasen. Eerst drukt u de ont-
spanknop half in, waarbij u stopt als u weerstand voelt. Zodra de camera heeft
scherpgesteld, drukt u de ontspanknop helemaal in om de sluiter te ontspannen
en de foto te maken.
Tijdens de opname
Het pictogram of knippert terwijl fotoās worden opgeslagen. Als u de geheugenkaart of
de batterijen verwijdert terwijl deze aanduidingen knipperen of het pictogram (wachten)
te zien is, kan dit een nadelig eļ¬ ect op de fotoās hebben of de camera of kaart beschadigen.
1. Zet de camera uit.
2. Draai het objectief naar de opbergstand.
De camera opbergen
3. Plaats en sluit de lensdop.
101010
13
Cameragebruik
Werken met menuās
Als u een optie wilt selecteren in het opname- of weergavemenu, drukt u op de
knop en voert u de volgende stappen uit:
2
Geef het submenu weer. *
* In sommige gevallen kunt u menuopties ook selecteren door de multi-selector naar rechts
te drukken.
Als u een optie wilt selecteren in het menu van de opname- of weergavestand,
drukt u op de knop en voert u de volgende stappen uit:
4
Selecteer de optie en ga terug naar het
vorige menu. *
1
Markeer een menuonderdeel.
3
Markeer de optie.
2
10
10
10
Ga naar de gemarkeerde stand.
1
Markeer de stand.
Druk de zoomknop naar T ( ) als u hulp over het huidige
menu wilt weergeven. Druk op de knop om de opties
voor het geselecteerde item weer te geven. U keert terug
naar het oorspronkelijke menu door de zoomknop naar T
() te drukken. Druk op de knop om terug te keren
naar de opname of weergave.
Hulpnodig?
14
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
De stand
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u fotoās maakt in de stand (automatisch).
Deze automatische stand voor ārichten en schietenā wordt aanbevolen als u voor het
eerst een digitale camera gebruikt.
1
10
10
10
Zet de camera aan.*
2
Geef het menu voor de opnamestand weer.
3
Markeer .
4
10
10
10
Selecteer de optie en ga naar de stand .
6
10
10
10
Stel scherp.
5
10
10
10
Kadreer het onderwerp in het middelste
scherpstelveld.
7Maak de foto. Bij weinig licht kan de AF-
hulpverlichting gaan branden wanneer de
camera scherpstelt en kan de ļ¬ itser afgaan
wanneer de foto wordt gemaakt ( 16, 17).
Houd de camera met beide handen stevig vast. Zorg ervoor dat
zich geen vingers of andere objecten voor het objectief, het ļ¬ its-
venster, de microfoon of de AF-hulpverlichting bevinden, omdat
dit leidt tot donkere of gedeeltelijk afgedekte opnamen of ge-
dempt geluid. Als de lensdop is bevestigd, moet deze volledig zijn
geopend om te voorkomen dat deze het objectief blokkeert.
De camera vasthouden
* Als op de monitor wordt weergegeven, staat de camera al in de stand . Ga verder met stap 5.
15
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Fotoās weergeven
Druk op de knop om een foto op de monitor
weer te geven. (Als de foto is gemaakt terwijl de ca-
mera 90 Ā° is gedraaid, wordt de foto rechtopstaand
weergegeven.) Gebruik de multi-selector om andere
fotoās te bekijken: duw de multi-selector omlaag of
naar rechts om fotoās te bekijken in de volgorde waarin
ze zijn opgeslagen. Duw omhoog of naar links om fo-
toās in omgekeerde volgorde weer te geven. Houd de
multi-selector ingedrukt als u snel naar de gewenste
foto wilt bladeren. Fotoās kunnen kort met een lage
resolutie worden weergegeven terwijl deze uit het ge-
heugen worden gelezen.
Druk nogmaals op de knop om terug te gaan
naar de opnamestand.
Ongewenste fotoās wissen
Druk op de knop om de foto te wissen die op de mo-
nitor wordt weergegeven. Er wordt een bevestigings-
scherm weergegeven. Markeer een van de volgende
opties en druk op de knop :
ā¢ [Nee]: afsluiten zonder de foto te wissen.
ā¢ [Ja]: de foto wissen.
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
/
11
/
1
Nee
Ja
Ja
Ja
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
Als u de laatste foto wilt wissen, drukt u op de knop terwijl de camera in de opna-
mestand staat. Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Markeer [Ja] en druk op
om de laatst gemaakte foto te wissen.
De laatst gemaakte opname wissen
Standaardstanden
Als u op de hoofdschakelaar drukt om de camera in te schakelen of als u op de knop
drukt om te schakelen van weergave naar opname, wordt de laatst geselecteerde opna-
mestand toegepast (behalve in de stand ). Als u op drukt om weergave te activeren,
wordt automatisch de stand (weergave) geselecteerd. Als u naar de opnamestand schakelt
vanuit (spraakweergave), wordt (spraakopname) geselecteerd. Als u op drukt om
weergave te activeren in de stand (spraakopname), wordt automatisch (spraakweer-
gave) geselecteerd.
16
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
De ļ¬ itser gebruiken
De ļ¬ itser heeft een bereik van 0,3ā5,4 m wanneer de camera helemaal is uitge-
zoomd. Het bereik bij maximale zoom is 1,0ā5,4 m. De volgende ļ¬ itsstanden zijn
beschikbaar:
Stand Omschrijving
Automatisch Bij weinig licht wordt automatisch de ļ¬ itser gebruikt.
Automatisch met
rode-ogencorrectie
Vermindert ārode ogenā in portretten (zie volgende bladzijde).
Flitser uit De ļ¬ itser wordt niet gebruikt, ook niet bij weinig licht.
Altijd ļ¬ itsen
(invulļ¬ its)
De ļ¬ itser wordt bij elke foto gebruikt. Gebruik deze stand om schadu-
wen en onderwerpen met tegenlicht āin te vullenā (te verlichten).
Lange sluitertijd De ļ¬ itser verlicht het hoofdonderwerp. De lange sluitertijd wordt ge-
bruikt om ās nachts of bij weinig licht de achtergrond vast te leggen
3
10
10
10
Maak een selectie. (Als u het menu wilt sluiten
zonder de stand te wijzigen, wacht u vijf se-
conden). De selectie wordt aangegeven door
een pictogram op de monitor. De selectie voor
de stand wordt opgeslagen in het geheu-
gen, zelfs als de camera wordt uitgeschakeld.
2
Flitser
Selecteer de stand.
1
Flitser
Geef het menu voor de ļ¬ itsstand weer.
Het ļ¬ itserlampje geeft de ļ¬ itsstatus aan wanneer de ont-
spanknop half wordt ingedrukt.
ā¢ Aan (rood): ļ¬ itser wordt gebruikt wanneer de foto wordt ge-
maakt.
ā¢ Knippert rood: ļ¬ itser wordt opgeladen. Wacht enkele secon-
den en probeer het opnieuw.
ā¢ Uit: ļ¬ itser uitgeschakeld of niet nodig.
Het ļ¬ itserlampje
17
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
De camera gebruikt geavanceerde rode-ogencorrectie. Zwakke lichtļ¬ itsen zorgen ervoor
dat de pupillen van de gefotografeerde persoon zich samentrekken voordat de daadwer-
kelijke ļ¬ its wordt gebruikt. Als de camera nog steeds rode ogen detecteert, wordt de foto
bewerkt om het eļ¬ ect verder te verminderen. (Door deze āingebouwde rode-ogencorrec-
tieā kan het langer duren om de foto op te slaan.) Deze stand wordt niet aanbevolen als
een snelle sluiterrespons is vereist. Als niet het gewenste resultaat wordt verkregen, pro-
beer het dan opnieuw met een andere ļ¬ itsinstelling.
Rode-ogencorrectie
Wanneer er weinig licht is
ķ² De AF-hulpverlichting kan gaan branden
Als er weinig licht is, kan de AF-hulpverlichting gaan bran-
den, zodat de camera beter kan scherpstellen wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt. De AF-hulpverlichting
heeft een maximaal bereik van circa 2,0 m (W) tot 2,0 m (T).
De AF-hulpverlichting is niet beschikbaar in bepaalde stan-
den ( 23) en kan ook handmatig worden uitgeschakeld ( 70), hoewel de camera in
dit geval mogelijk niet kan scherpstellen bij weinig licht.
ķ³ Fotoās kunnen door beweging onscherp worden.
Bij uitgeschakelde ļ¬ itser kunnen de fotoās door de langere
sluitertijden onscherp zijn. Gebruik vibratiereductie (VR) om
onscherpte te voorkomen ( 20). Als een ISO-pictogram
wordt weergegeven, is de gevoeligheid verhoogd ter com-
pensatie van de geringe hoeveelheid licht en kunnen fotoās
āruisā bevatten in de vorm van her en der verspreide, felge-
kleurde puntjes ( 59).
101010
18
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Fotoās maken met de zelfontspanner
De camera is uitgerust met een zelfontspanner van tien of drie seconden, die kan
worden gebruikt voor zelfportretten en om onscherpte door camerabewegingen
te voorkomen. Plaats bij gebruik van de zelfontspanner de camera op een statief
(aanbevolen) of op een vlakke, horizontale ondergrond.
1
Zelfontspanner
Open het zelfontspannermenu.
2
Zelfontspanner
Markeer de optie.
[3 s] (3 sec): Gebruik deze optie om onscherpte
te voorkomen.
[10 s] (10 sec): Gebruik deze optie voor zelfpor-
tretten.
3
10
10
10
Bevestig de selectie. (Als u het menu wilt
sluiten zonder de zelfontspanner in te stel-
len, wacht u vijf seconden). Het pictogram
wordt weergegeven.
Het lampje van de zelfontspanner knippert tot Ć©Ć©n se-
conde voordat de foto wordt genomen en blijft tijdens
de laatste seconde branden om aan te geven dat de
foto bijna wordt genomen.
4
10
10
10
Kadreer het beeld en start de zelfontspanner.
Het aantal resterende seconden voordat de
sluiter wordt geactiveerd, wordt weergege-
ven op de monitor. Als u de zelfontspanner
wilt stoppen voordat de foto is genomen,
drukt u nogmaals op de ontspanknop.
19
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Macro close-upstand
De Macro close-upstand wordt gebruikt om fotoās van voorwerpen te maken tot op
een afstand van slechts 4 cm.
Stel scherp en druk af. Houd er rekening mee dat de ļ¬ itser bij afstanden van min-
der dan 30 cm mogelijk niet het gehele onderwerp kan verlichten. Als de ļ¬ itser
wordt gebruikt, controleert u het resultaat na elke opname.
5
3
10
10
10
Maak een selectie. (Als u het menu wilt slui-
ten zonder de stand te wijzigen, wacht u vijf
seconden). De selectie wordt aangegeven
door een pictogram op de monitor.
2
Macro close-up
Markeer [ON] (AAN).
1
Macro close-up
Geef het menu van de
macro close-upstand weer.
4
10
10
10
Kadreer de foto. De minimale scherpstelaf-
stand hangt af van de zoompositie. Als de
zoom wordt aangepast naar de positie ā²
en het pictogram groen wordt, kan de
camera scherpstellen tot op een afstand van
slechts 4 cm. De camera stelt voortdurend
scherp tot de ontspanknop half wordt inge-
drukt om de scherpstelling te vergrendelen.
De laatste optie die is geselecteerd voor macro close-up in de stand (automa-
tisch), wordt toegepast wanneer de stand opnieuw wordt gebruikt.
20
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Vibratiereductie (VR)
Vibratiereductie corrigeert voor kleine handbewegin-
gen die fotoās onscherp kunnen maken wanneer de
camera is ingezoomd of wanneer u in het donker foto-
grafeert zonder ļ¬ its. Druk op de knop VR om vibratiere-
ductie in of uit te schakelen:
10
10
10
ā¢ (Vibratiereductie aan): vibratiereductie wordt uitgevoerd terwijl u de ontspan-
knop half ingedrukt houdt. Het eļ¬ ect van vibratiereductie is zichtbaar op de
monitor. Wacht totdat het beeld stabiel is voordat u de ontspanknop helemaal
indrukt om de foto te maken.
ā¢ Uit (geen weergave): vibratiereductie uit.
Vibratiereductie
Schakel VR uit wanneer u een statief gebruikt.
Het kan enkele seconden duren voordat vibratiereductie is geactiveerd nadat de camera uit
stand-by is gekomen ( 10) of is ingeschakeld. Wacht totdat het beeld stabiel is voordat u
afdrukt.
Het is mogelijk dat vibratiereductie bij lange sluitertijden niet de gewenste resultaten geeft.
21
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Gezichtprioriteit-AF
Of de camera gezichten detecteert, hangt af van diverse factoren, waaronder het feit of het
gezicht van de persoon naar de camera is gericht. De camera kan gezichten die worden ver-
borgen door een zonnebril of andere voorwerpen of die een te groot of te klein deel van het
beeld vullen, mogelijk niet detecteren. Als er geen gezicht wordt gedetecteerd wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt, stelt de camera scherp op het midden van het beeld.
De camera stelt voortdurend scherp tot een gezicht wordt gedetecteerd. Als de dubbele rand
geel knippert wanneer u de ontspanknop half indrukt, kan de camera niet scherpstellen. Laat
de knop los en probeer het opnieuw.
2
Kadreer de foto, waarbij u het pictogram
als hulpmiddel gebruikt.*
1
Druk op de knop . Het pictogram
wordt weergegeven.
* Wanneer de camera een gezicht detecteert, verandert in een dubbele gele rand. Als
de camera meerdere gezichten detecteert, wordt scherpgesteld op de dichtstbijzijnde
persoon. Andere personen worden aangegeven met een enkele rand. Als de camera geen
gezichten meer kan detecteren (bijvoorbeeld omdat de persoon wegkijkt van de camera),
worden de randen niet meer weergegeven. Ga terug naar stap 2.
3
Stel scherpstelling en belichting in.
De dubbele rand wordt groen.
4
Maak de foto.
One-touchportretten
Voor portretten drukt u op de knop wanneer de camera in de opnamestand
staat. Hierdoor worden automatisch de volgende instellingen toegepast:
ā¢ Portret: The portrait subject stands out clearly.
ā¢ Gezichtprioriteit-AF: The camera automatically detects and focuses on faces.
ā¢ Geavanceerde rode-ogencorrectie: Geavanceerde rode-ogencorrectie: vermindert
ārode ogenā die door de ļ¬ its worden veroorzaakt ( 17).
Macro close-up is niet beschikbaar in de stand voor one-touchportret. Als u wilt
terugkeren naar de vorige geselecteerde opnamestand, drukt u nogmaals op de
knop .
22
Basisstappen voor fotoās maken en weergeven
Het menu voor one-touchportretten
Als u op de knop drukt in de stand voor one-touchportretten, wordt het menu
voor one-touchportretten weergegeven. Met uitzondering van belichtingscorrec-
tie worden de opties die in dit menu worden ingesteld, weer toegepast wanneer
deze stand later opnieuw wordt gekozen.
Optie Omschrijving
Set-up Geef het setup-menu weer ( 65).
Beeld kwal/
form Kies beeldkwaliteit en -formaat ( 55).
+/- Correctie
Wijzig belichting ten opzichte van de waarde die de camera selecteert.
Kies een waarde tussen ā2,0 LW en +2,0 LW. Negatieve waarden pro-
duceren donkerder fotoās, terwijl positieve waarden lichtere fotoās op-
leveren.
Portreteļ¬ ect Kies uit [Normaal], [Helderder] (vermindert de intensiteit van huidtin-
ten) en [Zachter] (verzacht de foto).
23
Onderwerpsstand
Onderwerpsstand
De camera biedt een keuze uit vijftien onderwerpsstanden. De camera-instellingen
worden automatisch geoptimaliseerd voor het geselecteerde onderwerp. U geeft
als volgt het menu met onderwerpsstanden weer:
Menuās kunnen worden weergegeven als tekst of als pictogrammen. Gebruik de optie
[Menuās] in het setup-menu om te bepalen hoe menuās worden weergegeven ( 65).
Menuās
Tekst Pictogrammen
Duw de multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en druk op
om de optie te selecteren. U kunt kiezen uit vier ācompositie-assistentiestandenā
en elf āonderwerpsstandenā.
Standen met compositie-assistentie: deze standen bieden hulpsjablonen die u helpen
fotoās te kadreren.
Stand Omschrijving
PortretVoor portretten.
Landschap Voor landschappen.
Stand Omschrijving
Sport
Voor bewegende onderwerpen.
Nachtportret Voor portretten met een
nachtelijke achtergrond.
1
Geef het menu voor de opnamestand weer.
2
Markeer .
4
Geef het onderwerpmenu weer.
3
10
10
10
Selecteer de optie en ga terug naar het
laatst gebruikte onderwerp.
Let op: behalve de compositie-assistentie- en onderwerpsstanden die op deze paginaās wor-
den beschreven, biedt het menu met onderwerpsstanden ook opties voor (setup; 65),
(beeldkwaliteit/-formaat; 55), en (belichtingscorrectie; 30).
24
Onderwerpsstand
Onderwerpsstanden: de volgende onderwerpsstanden zijn beschikbaar:
Kopie
Tegenlicht
Panorama assist
Nachtlandschap
Close-up
Museum
Vuurwerk
Party/binnen
Strand/sneeuw
Zonsondergang
Schemering
Standen met compositie-assistentie
Als u , , , of in het onderwerpmenu selecteert, wordt een menu met compo-
sitietypen weergegeven. Voer de onderstaande stappen uit om fotoās te maken in deze
compositie-assistentiestanden.
1
Markeer een compositietype.*
2
Selecteer de optie en keer terug naar de
opnamestand.
10
10
10
3
10
10
10
Maak de fotoās. Als hulpsjablonen worden
weergegeven, plaatst u het onderwerp bin-
nen de sjabloon voordat u de foto maakt.
* Selecteer als u het menu voor beeldkwaliteit/-formaat wilt weergeven ( 55).
Portret-assistentie: gebruik deze stand voor natuurlijk uit-
ziende portretten.
Portret
Er wordt geen hulpsjabloon weergegeven. De ca-
mera stelt de scherpstelling en belichting in op
het onderwerp in het middelste scherpstelveld.
Portret links
Kadreer de foto zodanig dat de persoon zich in
de linker- of rechterhelft van het beeld bevindt.
ā
Portret rechts
Portret close-up Kadreer de foto zodanig dat het gezicht zich in
de bovenste helft van het beeld bevindt.ā
Dubbelportret
Kadreer een opname met twee personen naast elkaar.ā
Staand portret Kadreer een opname in de portretstand (90
graden gedraaid).ā
* AF-hulpverlichting is beschikbaar in de stand [PORTRET].
ā Camera stelt scherpstelling en belichting in op de persoon binnen de hulpsjabloon.
OFF OFF OFF
*
Pictogrammen
Zie pagina 26 voor een uitleg van de pictogrammen boven de voorbeeldfotoās.
25
Onderwerpsstand
Landschap-assistentie:
gebruik deze stand voor levendige land-
schappen of portretten met een interessante achtergrond.
Landschap
Er wordt geen hulpsjabloon weergegeven. Gebruik
deze stand om scherp te stellen op verre onder-
werpen via onderwerpen op de voorgrond, zoals
vensters of gebladerte.ā
Landschaps-
weergave
Kadreer de foto zodanig dat de lucht zich in het bo-
venste gedeelte (eenderde) van het beeld bevindt.
Stem de horizon af op de golvende gele hulplijn.
ā
Architectuur Voor gebouwen. Het raster helpt om de verticale
en horizontale lijnen uit te lijnen op het beeld.ā
Groep rechts
Kadreer de foto met een interessant object links of
rechts van de personen. De camera stelt de scherp-
stelling en belichting in voor een portret.
Groep links
* In de standen [Groep rechts] en [Groep links] wordt de ļ¬ itsstand automatisch ingesteld op AUTOļŗ
MATISCH. Andere standen kunnen worden geselecteerd.
ā De camera stelt scherp op oneindig. De scherpstelaanduiding ( 12) wordt altijd groen weerge-
geven wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Onderwerpen op de voorgrond zijn echter
mogelijk niet altijd scherp.
Sport-assistentie: gebruik deze stand om beweging vast te
leggen in een reeks snelle opnamen. Er wordt geen hulpsja-
bloon weergegeven. De camera stelt continu scherp, zelfs
wanneer de ontspanknop niet wordt ingedrukt. De scherp-
stelling, belichting en witbalans voor alle fotoās worden be-
paald door de eerste opname in elke reeks.
OFF OFF OFF OFF
*
OFF OFF OFF OFF
Sport Terwijl u de ontspanknop ingedrukt houdt, legt de camera circa 1,6 beelden
per seconde (bps) vast totdat het pictogram wordt weergegeven.
Sport
multi-shot
16
Telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt,
maakt de camera 16 opnamen in ongeveer 2 seconden
en plaatst ze in Ć©Ć©n foto van 1600 Ć 1200 pixels.
Nachtportret-assistentie: gebruik deze stand voor een natuur-
lijke balans tussen de hoofdpersoon en de achtergrondver-
lichting in portretten die ās nacht worden gemaakt. Deze stand
biedt dezelfde assistentieopties als de stand portret-assistentie.
Plaats de camera op een statief of laat deze op een plat, stabiel
oppervlak rusten om onscherpe beelden te voorkomen.
* Invulļ¬ its met lange sluitertijd en rode-ogencorrectie.
ā AF-hulpverlichting is beschikbaar in de stand [Nachtportret].
OFF OFF OFF
*ā
26
Onderwerpsstand
Onderwerpsstanden
Om fotoās te nemen in de volgende standen kiest u de optie uit het menu met
onderwerpsstanden, kadreert u het beeld en drukt u af.
Party/binnen
Party/binnen
Gebruik deze stand voor opnamen die details van de achtergrond
bevatten, of om het eļ¬ ect van kaarslicht en andere achtergrondver-
lichting binnenshuis vast te leggen.
Strand/sneeuw
Strand/sneeuw
Voor heldere onderwerpen, zoals sneeuwvlakten, stranden en water-
vlakten.
Zonsondergang
Zonsondergang
Behoudt de diepe kleuren van zonsondergangen en zonsopgangen.
De pictogrammen rechts van de naam van het onderwerp geven respectievelijk (van links
naar rechts) de instellingen voor standaardļ¬ itsstand ( 16), zelfontspanner ( 18), ma-
cro close-up ( 19), scherpstelling (zie hieronder) en AF-hulpverlichting ( 17) voor dat
onderwerp aan. Witte vierkantjes ( ) duiden op instellingen die kunnen worden gewij-
zigd, terwijl gevulde vierkantjes ( ) instellingen weergeven die vast zijn ingesteld op de
weergegeven waarden. Standaardwaarden voor het huidige onderwerp worden terugge-
zet als de camera wordt uitgeschakeld of een andere onderwerpsstand of opnamestand
wordt gekozen. De scherpstelling wordt als volgt weergegeven:
De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van het beeld
De camera stelt scherp op oneindig. De scherpstelaanduiding wordt altijd groen
weergegeven wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Onderwerpen op de
voorgrond zijn echter mogelijk niet altijd scherp.
De volgende pictogrammen duiden op voorzorgsmaatregelen die u kunt nemen om onscherpte te voorkomen:
Houd de camera stevig vast Gebruik een statief
Het pictogram geeft aan dat fotoās kunnen worden verwerkt om ruis te verminderen,
waardoor de opslagtijd toeneemt.
Pictogrammen
U kunt vibratiereductie (VR) gebruiken om onscherpte te voorkomen ( 20). Schakel vi-
bratiereductie uit wanneer u een statief gebruikt.
Vibratiereductie (VR)
OFF OFF AUTO
AUTO OFF OFF AUTO
AUTO
OFF OFF OFF
27
Onderwerpsstand
Schemering
Schemering
Behoudt de kleuren van het zwakke, natuurlijke licht vĆ³Ć³r zonsop-
gang en na zonsondergang.
Nachtlandschap
Nachtlandschap
Er wordt een lange sluitertijd gebruikt om fraaie nachtelijke land-
schapsfotoās te maken.
Close-up
Close-up
Voor het fotograferen van bloemen, insecten en andere kleine objecten
op afstanden tot 4 cm, waarbij de achtergrond onscherp wordt gehouden.
Camera zoomt in tot macro close-upstand. Macro close-up-pictogram ( )
wordt groen, wat aangeeft dat de camera tot op 4 cm van het objectief kan
scherpstellen. De camera stelt voortdurend scherp tot de ontspanknop half
wordt ingedrukt om de scherpstelling te vergrendelen.
Museum
Museum
Gebruik deze stand binnen als ļ¬ itsen verboden is (bijvoorbeeld in
musea en galeries) of in andere gevallen waarin u geen ļ¬ itser wilt ge-
bruiken. BSS ( 59) wordt automatisch ingeschakeld.
Vuurwerk
Vuurwerk
Lange sluitertijden worden gebruikt om de lichtsporen van vuurwerk
vast te leggen. Belichtingscorrectie kan niet worden gebruikt ( 30).
Kopie
Kopie
Voor heldere opnamen van teksten of tekeningen op een whiteboard
of van drukwerk, zoals een visitekaartje. Gebruik macro close-up (
19) om scherp te stellen op korte afstand. Gekleurde tekst en tekenin-
gen worden mogelijk niet goed weergegeven.
Tegenlicht
Tegenlicht
Gebruik deze stand wanneer het licht bij een portret van achter de
persoon komt, zodat diens gezicht in de schaduw ligt. De ļ¬ itser wordt
automatisch gebruikt om schaduwen āin te vullenā (te verlichten).
OFF OFF OFF OFF
OFF OFF OFF OFF
AUTO OFF ON AUTO
OFF OFF ON OFF
OFF OFF OFF OFF
OFF OFF ON AUTO
OFF OFF AUTO
28
Onderwerpsstand
Panorama assist
Panorama assist
Gebruik deze stand als u een aantal fotoās maakt die later in PictureProject worden samen-
gevoegd tot een panorama.
Fotoās maken voor een panorama
1
Markeer (Panorama assist) in het menu
met onderwerpsstanden ( 23).
2
10
10
10
Standaardbewegingsrichting verschijnt.
3
1010
Geef aan hoe de beelden in het voltooide
panorama worden samengevoegd. In deze
richting moet u de camera na elke opname
bewegen.
Van boven
naar beneden
Van rechts
naar links
Van links
naar rechts
Van beneden
naar boven
4
10
10
10
Maak een selectie (als u wilt terugkeren naar
stap 3, drukt u nogmaals op de knop ). De
bewegingsrichting wordt wit weergegeven.
5
9
9
9
Maak de eerste foto. Ongeveer een derde
deel van het beeld wordt getoond over het
beeld dat door het objectief te zien is (als de
bewegingsrichting van links naar rechts is, is
het beeld aan de zijkant van de monitor te
zien). Het pictogram AE-L verschijnt om aan
te geven dat de witbalans en belichting voor
deze foto worden toegepast op alle fotoās in
de reeks.
OFF OFF OFF AUTO
29
Onderwerpsstand
6
9
9
9
Bepaal de compositie voor de volgende
foto die de vorige foto moet overlappen.
7
Maak de volgende foto. Herhaal stap 6 en
7 totdat alle opnamen in de reeks
zijn gemaakt.
888
8Beƫindig de reeks. De opname eindigt ook
als een nieuwe stand wordt geselecteerd of
als de camera stand-by gaat ( 10).
De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van het beeld. Gebruik
een statief voor een beter resultaat.
Panorama assist
De ļ¬ itsstand ( 16), macro close-up ( 19), en de zelfontspanner ( 18) kunnen niet wor-
den ingesteld nadat de eerste foto is gemaakt. Fotoās kunnen niet worden gewist en de zoom
en de beeldkwaliteit ( 55) kunnen niet worden gewijzigd tot de opnamen zijn voltooid. Zie
pagina 85 voor informatie over het opslaan van panoramaās.
30
Onderwerpsstand
Gebruik belichtingscorrectie in onderwerpstand
Belichtingscorrectie wordt gebruikt om de belichting aan te passen ten opzichte
van de waarde die de camera selecteert. Kies een waarde tussen ā2,0 LW en +2,0
LW. Negatieve waarden produceren donkerder fotoās, terwijl positieve waarden lich-
tere fotoās opleveren. Om een waarde voor de belichtingscorrectie te kiezen selec-
teert u een onderwerpsstand ( 23) en volgt u onderstaande stappen.
1
Markeer [+/ā Correctie] in het menu
met onderwerpsstanden ( 23).
2
Menu voor belichtingscorrectie
weergeven.
3
Kies waarde voor belichtingscorrectie.
4
Selecteer en ga terug naar onderwerpmenu.
De belichtingscorrectie voor het huidige onderwerp wordt teruggezet op 0 als
de camera wordt uitgeschakeld of een andere onderwerpsstand of opnamestand
wordt gekozen.
5
10
10
10
Keer terug naar eerder geselecteerde onder-
werpsstand.
31
Films
Films
Films opnemen
Als u ļ¬ lms wilt opnemen waarbij geluid wordt opgenomen via de ingebouwde mi-
crofoon, selecteert u de opnamestand en voert u de volgende stappen uit (er wordt
geen geluid opgenomen voor intervalļ¬ lms). Films die met de standaardinstelling
[Film 320] worden opgeslagen in het interne geheugen, hebben een maximale
opnameduur van 56 seconden. Op een geheugenkaart van 256 MB kan maximaal
14 minuten en 15 seconden ļ¬ lm worden opgeslagen.
1
Geef het menu voor de opnamestand weer.
2
Markeer .
4
48s
48s
48s
Druk de ontspanknop helemaal in om de
opname te starten. De voortgangsbalk geeft
de resterende hoeveelheid geheugen aan.
Druk de ontspanknop Ć©Ć©n seconde hele-
maal in om de opname te beƫindigen.
3
56s
56s
56s
Selecteer de optie en ga naar de ļ¬ lmstand.
De opnameteller geeft de maximale totale
opnameduur voor ļ¬ lms aan.
Het ļ¬ lmmenu
Als u in de ļ¬ lmstand op de knop drukt, wordt het ļ¬ lmmenu weergegeven. De
opties die u in dit menu kiest, worden weer toegepast wanneer u later opnieuw de
ļ¬ lmstand selecteert.
Optie Omschrijving
Set-up Geef het setup-menu weer ( 65).
Filmopties Kies het type ļ¬ lm dat u wilt opnemen ( 32).
Scherpstel-
stand
Met deze optie bepaalt u hoe de camera scherpstelt in de ļ¬ lmstand.
ā¢ [Enkelvoudige AF]: de camera stelt scherp wanneer de ontspanknop
half wordt ingedrukt en wordt tijdens de opname op deze positie ver-
grendeld. Zo wordt voorkomen dat het geluid van de camerascherp-
stelling de opname verstoort.
ā¢ [Fulltime-AF]: de camera stelt voortdurend scherp, zelfs als de ont-
spanknop niet wordt ingedrukt.
32
Films
Filmopties
De volgende opties zijn beschikbaar:
Optie Formaat (pixels) Beelden per seconde
TV-ļ¬ lm 640ā
640 Ć 480 30
Film 320ā
320 Ć 240 30
Film 320 320 Ć 240 15
Pictmotion 320 * 320 Ć 240 15
Film 160 160 Ć 120 15
Interval-ļ¬ lmā
640 Ć 480 30
* De maximale duur is 60 seconden, zodat de ļ¬ lm geschikt is voor gebruik met Pictmotion-
diashows ( 43).
Interval-ļ¬ lm: maak opnamen van bloemen die opengaan of van vlinders die zich
ontpoppen. De camera maakt maximaal 1800 fotoās met het ingestelde interval en
voegt deze samen tot een ļ¬ lm zonder geluid van maximaal 60 seconden. Laad de
batterij op voordat u de opname start.
Als u [Interval-ļ¬ lmā
] selecteert, wordt het menu uit stap 1 hierna weergegeven.
Films opnemen
De ļ¬ itser ( 16) wordt uitgeschakeld in alle standen behalve [Interval-ļ¬ lmā
]. De zelfont-
spanner ( 18) kan niet worden gebruikt. Optische zoom kan niet worden gebruikt tijdens
de opname; er is wel maximaal 2 Ć digitale zoom beschikbaar ( 11). In andere standen dan
[Interval-ļ¬ lmā
], kan elektronische vibratiereductie (VR; 20) worden gebruikt om het ef-
fect van cameratrillingen te verminderen. Op de monitor verschijnt een aanduiding wanneer
elektronische VR is ingeschakeld ( 4ā5).
Als de camera tijdens de opname naar de zon of een andere felle lichtbron wordt gericht,
kunnen in de ļ¬ lm komeetachtige lichtsporen (āsmearā) zichtbaar zijn. Richt de camera niet op
felle lichtbronnen bij het opnemen van ļ¬ lms.
3
170
170
170
Druk de ontspanknop helemaal in om de
opname te starten. De camera maakt fotoās
met het ingestelde interval tot de ontspan-
knop opnieuw wordt ingedrukt, het geheu-
gen vol is of 1800 beelden zijn opgenomen.
De monitor wordt uitgeschakeld en het ļ¬ it-
serlampje knippert tussen de opnamen.
1
Kies het interval tussen de opnamen.
2
Selecteer en ga terug naar menu met ļ¬ lmop-
ties. Druk op om het menu te verlaten.
33
Films
Als u een ļ¬ lm wilt afspelen, geeft u deze schermvul-
lend weer en drukt u op de knop . Boven in het
beeld worden afspeelknoppen weergegeven. Druk de
multi-selector naar links of naar rechts om een knop te
markeren en druk op de knop om de geselecteerde
bewerking uit te voeren.
Functie Omschrijving
De ļ¬ lm wordt teruggespoeld zolang u de knop indrukt.
De ļ¬ lm wordt vooruitgespoeld zolang u de knop indrukt.
Weergave onderbreken.
EĆ©n beeld vooruit gaan. De ļ¬ lm wordt vooruitgespoeld zolang u de knop indrukt.
EĆ©n beeld achteruit gaan. De ļ¬ lm wordt teruggespoeld zolang u de knop indrukt.
Weergave hervatten.
Film beƫindigen en terugkeren naar de schermvullende weergave.
Volume wordt weergegeven wanneer u op de zoomknop drukt. Druk op W om het
volume te verlagen of op T om het volume te verhogen. Als u een ļ¬ lm wilt wissen,
geeft u deze schermvullend weer of selecteert u de ļ¬ lm in de lijst met miniaturen
en drukt u op de knop . Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven.
Films afspelen
In de schermvullende weergave ( 37), worden ļ¬ lms
aangeduid met het pictogram .
StartStart
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:20
10:20
10:20
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.MOV
0001.MOV
48s
48s
48s
Meer over ļ¬ lms
Zie de bijlage voor informatie over de wijze waarop ļ¬ lms worden opgeslagen ( 85), de
maximale totale lengte van de ļ¬ lmclip die kan worden opgenomen bij verschillende instel-
lingen ( 84), en de standaardwaarden van het ļ¬ lmmenu ( 83).
5s5s
5s
5s
5s
e
V
o
l
um
e
e
e
e
F
i
lm
o
n
d
er
b
r
o
ken
i
i
34
Spraakopnamen
Spraakopnamen
U kunt spraakopnamen maken met de ingebouwde microfoon en afspelen via de inge-
bouwde luidspreker.
Een spraakopname maken
Als u een spraakopname wilt maken, selecteert u de opnamestand en voert u de vol-
gende stappen uit:
1
Geef het menu voor de opnamestand weer.
2
Markeer .
3Bevestig de selectie en ga terug naar de stand
voor spraakopname. De duur van de opname
die u kunt maken wordt aangegeven.
4
Druk de ontspanknop helemaal in om de opname te starten. *
1 Opnameaanduiding
2 Bestandsnummer
3 Opnameduur
4 Opnamedatum
5 Resterende tijd
6 Indexnummerā
7 Voortgangsaanduiding
5Druk de ontspanknop Ć©Ć©n seconde hele-
maal in om de opname te beƫindigen. De
opname eindigt automatisch na vijf uur of
als er geen geheugen meer beschikbaar is.
1
1
2
2
3
3
7
7
6
6
5
5
4
4
Standaardstanden
Als (spraakweergave) de laatst geselecteerde stand was, wordt automatisch de stand (spraak-
opname) geselecteerd wanneer de camera wordt aangezet of wanneer op de knop wordt
gedrukt. Als u op drukt in de stand (spraakopname), wordt automatisch (spraakweer-
gave) geselecteerd.
* De camera gaat stand-by ( 10); druk op om de monitor weer in te schakelen. Druk op
de knop om de opname te onderbreken; de lampjes van de zelfontspanner en de ļ¬ itser gaan
knipperen. Druk nogmaals om te hervatten.
ā Als u een index wilt maken, drukt u de multi-selector tijdens de opname omhoog, omlaag, naar
links of naar rechts. De camera kan tijdens het afspelen naar een indexnummer springen. De op-
name begint met indexnummer 01. De volgende nummers worden in oplopende volgorde toe-
gewezen met een maximum van 98.
35
Spraakopnamen
Het menu voor spraakopname
Als u op de knop drukt in de stand voor spraakopname, worden de volgen-
de opties weergegeven. De optie die wordt geselecteerd voor [Geluidskwaliteit],
wordt toegepast wanneer u de stand voor spraakopname opnieuw selecteert.
Optie Omschrijving
Set-up Geef het setup-menu weer ( 65).
Geluidskwaliteit
Selecteer [Hoog] voor een hoge kwaliteit of [Normaal] voor een kleiner bestand.
Spraakopnamen afspelen
Als u een spraakopname wilt afspelen, selecteert u de weergavestand en voert u
de volgende stappen uit:
ā Duw de multi-selector naar links of naar rechts om een functieknop te markeren en druk op de
knop om deze functie te selecteren.
Weergave onderbreken.
Weergave hervatten.
Opname vooruitspoelen. De weergave wordt hervat wanneer u de multi-selector loslaat.
Opname achteruitspoelen. De weergave wordt hervat wanneer u de multi-selector loslaat.
Terug naar het begin van de huidige index.
Naar volgende index.
Weegave beƫindigen en terugkeren naar de lijst met spraakopnamen.
ā”
Met de zoomknop regelt u het volume. Druk op W om het volume te verlagen of op T om het volume te verhogen.
3
Speel de opname af. Om de opname te wissen drukt u op de knop . Druk op om
de weergave te verlaten en terug te keren naar de opnamestand.
1 Bedieningspictogrammenā
2 Bestandsnummer
3 Afspeelduur
4 Indexnummer
5 Voortgangsaanduiding
6 Opnamedatum
7 Opnameduur
8 Volumeā”
9 Index
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8
9
9
1
Geef een lijst met spraakopnamen weer.*
2
Selecteer de opname.
* Spraakopnamen kunnen ook worden geselecteerd in het weergavemenu.
Spraakopnamen
Zie de bijlage voor informatie over de wijze waarop spraakopnamen ( 85) worden opgesla-
gen en informatie over de maximale totale opnameduur van spraakopnamen ( 84).
De COOLPIX S10 kan mogelijk geen geluidsbestanden afspelen of kopiƫren die met andere
apparaten zijn gemaakt.
36
Spraakopnamen
Spraakopnamen kopiƫren
Als u spraakopnamen wilt kopiƫren tussen het interne geheugen en een geheugen-
kaart, geeft u de lijst met spraakopnamen weer, zoals wordt uitgelegd in stap 3 op de
vorige pagina, en drukt u op de knop . Deze optie is uitsluitend beschikbaar als er
een geheugenkaart is geplaatst.
1Markeer een optie:
ā¢
: Opnamen kopiƫren van het interne
geheugen naar de geheugenkaart
ā¢ : Opnamen kopiĆ«ren van de geheu-
genkaart naar het interne geheugen
3
Markeer [Geselecteerde bestanden]. *
2
Geeft een menu met kopieeropties weer.
* Als u alle spraakopnamen wilt kopiƫren, markeert u [Kopieer alle bestanden] en drukt u op . Er
wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Markeer [Ja] en druk op .
5
Markeer een bestand.
4
Geef de lijst met spraakopnamen weer.
6
Geselecteerde bestanden worden aange-
geven met . Herhaal stap 5 en 6 als u
meer bestanden wilt selecteren.ā
7
Er wordt een bevestigingsscherm weer-
gegeven. Als u bestanden wilt kopiƫren,
selecteert u [Ja] en drukt u op de knop .
ā Als u een selectie wilt opheļ¬ en, markeert u deze en duwt u de multi-selector naar rechts.
Spraakopnamen kopiƫren naar een computer
PictureProject kan niet worden gebruikt voor het overspelen of afspelen van spraakopnamen. Se-
lecteer [Interface] > [Mass Storage] voor [USB], kopieer de bestanden handmatig en speel ze af met
QuickTime of een andere WAV-compatibele audiospeler. Houd er rekening mee dat indexpunten
die met de camera zijn gemaakt, niet kunnen worden gebruikt wanneer spraakopnamen op een
ander apparaat worden afgespeeld.
37
Fotoās weergeven op de camera
Fotoās weergeven op de camera
Als u fotoās schermvullend op de monitor wilt weergeven
(schermvullende weergave), drukt u op de knop (als de ca-
mera uitstaat, wordt de camera aangezet in de weergavestand
wanneer u de knop gedurende ongeveer een seconde
ingedrukt houdt). U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren:
Beelden in het interne geheugen bekijken
Beelden in het interne geheugen kunnen uitsluitend worden weergegeven als er geen ge-
heugenkaart is geplaatst.
Standaardstanden
Als (spraakopname) de laatst geselecteerde stand was, wordt automatisch (spraakweer-
gave) geselecteerd wanneer op de knop wordt gedrukt. Druk op en selecteer om
de fotoās weer te geven ( 3).
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
/
11
/
1
Actie Indrukken
Andere fotoās weergeven 15
Foto wissen ā
Inzoomen T ( )38
Miniaturen weergeven W ( )ā
Menu van de weergavestand openen
3
Actie Indrukken
Weergavemenu openen 61
Spraakmemo opnemen/
afspelen
Ontspan-
knop
40
Contrast verbeteren 39
Film: ļ¬ lm afspelen 33
Terug naar de opnamestand ā
Fotoās wissen
Als u in de schermvullende weergave of de miniatuur-
weergave op de knop drukt, wordt het scherm rechts
weergegeven. Markeer [Ja] en druk op de knop om
het geselecteerde beeld te wissen.
Nee
Ja
Ja
Ja
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
Meerdere fotoās weergeven: miniatuurweergave
Als u de zoomknop in de schermvullende weergave
naar W ( ) drukt, worden fotoās weergegeven in een
overzicht van vier, negen of zestien miniaturen. U kunt
de volgende bewerkingen uitvoeren wanneer minia-
turen worden weergegeven:
Actie Indrukken
Foto markeren 15
Aantal weergegeven fotoās
wijzigen
W ( )/
T ( ) ā
Gemarkeerde foto wissen ā
Actie Indrukken
Terug naar schermvullende
weergave ā
Menu van de weergavestand
openen 3
Weergavemenu openen 61
Contrast verbeteren 39
Terug naar de opnamestand ā
38
Fotoās weergeven op de camera
Fotoās van dichtbij bekijken: zoomweergave
Door de zoomknop tijdens schermvullende weergave
naar T te duwen zoomt u 3 Ć op het huidige beeld in,
waarbij het midden van de opname de monitor vult
(Snelle Zoomweergave). U kunt de volgende bewer-
kingen uitvoeren terwijl u de zoomfunctie gebruikt:
Actie Indrukken
Inzoomen (maximaal 10 Ć) T ( )ā
Uitzoomen W ( )ā
Andere delen van het beeld bekijken ā
Foto wissen 37
Terug naar schermvullende weergave 37
Menu van de weergavestand openen 3
Weergavemenu openen 61
Uitgesneden kopie maken (zie hierna) Ontspanknop ā
Terug naar de opnamestand ā
Een uitgesneden kopie maken
Als het pictogram tijdens de zoomweergave op
de monitor wordt weergegeven, kunt u het deel van
de foto dat momenteel zichtbaar is op de monitor
opslaan in een apart bestand. Als u de ontspanknop
indrukt, wordt het scherm rechts weergegeven. Mar-
keer [Ja] en druk op de knop om een nieuwe foto te
maken die alleen het gebied bevat dat zichtbaar is op de monitor.
Uitgesneden kopieƫn worden opgeslagen als JPEG-bestanden met een com-
pressieverhouding van 1 : 8. Afhankelijk van de grootte van het origineel en
de zoomverhouding op het moment dat de kopie werd gemaakt, zijn ko-
pieĆ«n 2592 Ć 1944 ( ), 2048 Ć 1536 ( ), 1600 Ć 1200 ( ), 1280 Ć 960 ( ),
1024 Ć 768 ( ), 640 Ć 480 ( ), 320 Ć 240 ( ) of 160 Ć 120 ( ) pixels groot.
Nee
Ja
Ja
Ja
Dit beeld opslaan als
Dit beeld opslaan als
getoond?
getoond?
Dit beeld opslaan als
getoond?
Uitgesneden kopieƫn
Raadpleeg de bijlage voor meer informatie over uitgesneden kopieƫn ( 85).
Automatisch uitschakelen (stand-by)
Bij de standaardinstellingen wordt de monitor uitgeschakeld als er gedurende ongeveer een
minuut geen handelingen worden uitgevoerd in de weergavestand (stand-by; 70). De ca-
mera wordt automatisch uitgezet als gedurende nog eens drie minuten geen handelingen
worden uitgevoerd.
Zoomweergave. Houd er
rekening mee dat āstaandeā
fotoās āliggendā worden
weergegeven wanneer
hierop wordt ingezoomd.
Selecteer eenmaal T om de
foto liggend weer te geven,
nogmaals op het beeld 3 Ć
in te zoomen.
:
:
Schuiven
Schuiven
:Schuiven
Schuiven
:Zoomen
Zoomen
:Zoomen
Zoomen
39
Fotoās weergeven op de camera
Contrast verbeteren: D-Lighting
Als u tijdens de schermvullende of mi-
niatuurweergave op de knop drukt,
wordt er een kopie van de huidige foto
gemaakt met een verbeterde helder-
heid en contrast, zodat donkere onder-
werpen en onderwerpen met tegenlicht
lichter worden.
D-Lighting
Raadpleeg de bijlage voor meer informatie over kopieƫn met D-Lighting ( 85).
Tijdens de weergave worden kopieƫn die met D-Lighting zijn gemaakt, aangeduid
met het pictogram ( 4ā5).
1
Er wordt een bevestigingsscherm weer-
gegeven.
2
Markeer [Uitvoeren].
3Maak de kopie.
Voor Na
40
Fotoās weergeven op de camera
Spraakmemoās: opnemen en afspelen
Met de ingebouwde microfoon ( 1) kunt u spraak-
memoās opnemen voor fotoās die in de schermvullende
weergave worden aangeduid met het pictogram
( 37).
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
/
11
/
1
Spraakmemoās opnemen
Als u een spraakmemo wilt opnemen, houdt u de ontspanknop ingedrukt. De
opname eindigt na ongeveer twintig seconden of nadat de ontspanknop wordt
losgelaten. Raak de microfoon tijdens de opname niet aan. Als er reeds een spraak-
memo voor de huidige foto bestaat, moet u die spraakmemo wissen voordat u een
nieuwe spraakmemo kunt opnemen.
Spraakmemoās afspelen
Tijdens de weergave worden fotoās waaraan een spraakmemo is toegevoegd, aan-
geduid met het pictogram ( 4ā5). Druk op de ontspanknop om de weer-
gave te starten en te stoppen. U regelt het volume met de zoomknop. Druk op W
om het volume te verlagen of op T om het volume te verhogen.
Spraakmemoās wissen
Druk op de knop als u de spraakmemo voor de hui-
dige foto wilt wissen. Het scherm rechts wordt weerge-
geven. Duw de multi-selector omhoog of omlaag om
een optie te markeren en druk op de knop om die
optie te selecteren.
ā¢ [Nee]: afsluiten zonder de foto of de spraakmemo te
wissen.
ā¢ : uitsluitend de spraakmemo wissen.
ā¢ [Ja]: de foto en de spraakmemo wissen.
Spraakmemoās
Spraakmemoās kunnen niet worden toegevoegd aan beelden die met een ander type ca-
mera zijn gemaakt. Spraakmemoās die zijn opgenomen met een ander type camera kunnen
niet worden afgespeeld op de COOLPIX S10. Raadpleeg de bijlage voor meer informatie over
spraakmemoās ( 85).
Nee
Ja
Ja
Ja
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
Wis 1 beeld?
41
Fotoās weergeven op de camera
Fotoās weergeven op datum
Bij schermvullende weergave en miniatuurweergave kunnen beelden die op be-
paalde datums zijn gemaakt, worden geselecteerd voor bekijken, wissen, afdruk-
ken, beveiliging en overspelen.
Als u op de knop drukt in de datumlijst, worden
de opties rechts weergegeven. Deze opties zijn van
toepassing op alle fotoās die zijn gemaakt op de gese-
lecteerde datum.
Optie
Printopdracht 54
Diashow 62
Wissen 62
Beveiligen 62
Overspeelmar-
kering 62
1
Geef het menu van de weergavestand
weer ( 3).
2
Markeer (SORTEER OP DATUM).
3Geef de datums weer waarop fotoās zijn ge-
maakt. U kunt de volgende bewerkingen
uitvoeren:
Actie Indruk-
ken
Datum markeren ā
Fotoās weergeven die op deze
datum zijn gemaakt 42
Alle fotoās wissen die op deze da-
tum zijn gemaakt 37
Menu van de weergavestand
openen
3
Weergavemenu openen ā
Terug naar de opnamestand ā
* Camera somt maximaal 30 datums op. Zijn
er fotoās van meer dan 30 datums, dan wor-
den alle beelden die eerder dan de meest
recente 29 datums werden opgenomen,
opgesomd onder [Overige].
Printopdracht/Overspeelmarkering
Als u [Printopdracht] of [Overspeelmarkering] in het menu voor de datumlijst selecteert, ver-
schijnt een bevestigingsscherm. Als u [Ja] selecteert, worden bestaande print- en overspeel-
markeringen van alle beelden in het interne geheugen of op de geheugenkaart verwijderd,
waardoor u er zeker van bent dat alleen beelden worden geselecteerd voor afdrukken of
overspelen die op de geselecteerde datum werden gemaakt.
42
Fotoās weergeven op de camera
Fotoās weergeven
Als u de fotoās wilt weergeven die op een geselec-
teerde datum zijn gemaakt, markeert u de datum en
drukt u op . De eerste foto van die datum verschijnt
schermvullend, met het pictogram (datumsor-
teerstand) in de linker bovenhoek, en de datum en tijd
van opname op de plaats van mapnaam, bestands-
nummer en ātype ( 4ā5). U kunt de volgende be-
werkingen uitvoeren:
Als u op de knop drukt in de schermvullende
weergave, worden de opties rechts weergegeven.
Deze opties zijn alleen van toepassing op het huidige
schermvullende beeld, hoewel andere beelden die op
dezelfde datum zijn opgenomen, kunnen worden ge-
selecteerd.
Optie
Printopdracht 54
Diashow 62
Wissen 62
Beveiligen 62
Overspeelmar-
kering 62
Beeld roteren 63
Kleine kopie 63
Actie Indrukken
Andere fotoās weergeven
die op dezelfde datum zijn
gemaakt
15
Foto wissen 37
Inzoomen T ( )38
Menu van de weergave-
stand openen 3
Actie Indrukken
Weergavemenu openen ā
Spraakmemo opnemen/
afspelen Ontspanknop 40
Contrast verbeteren 39
Film: ļ¬ lm afspelen 33
Terugkeren naar datumlijst
W ( ) ā
Terug naar de opnamestand
ā
16.10.2006
16.10.2006
16.10.2006
15:10
15:10
1
/
11
/
1
: datumsorteerstand
Datum/
tijd
Sorteer op datum
De camera vermeldt maximaal 9.000 fotoās voor elke datum. Datums met meer dan 9.000
fotoās worden aangegeven met een sterretje (ā*ā). Fotoās die werden gemaakt terwijl de came-
raklok niet was ingesteld, worden niet weergegeven.
43
Fotoās weergeven op de camera
Pictmotion by muvee
Pictmotion maakt diashows met aangepaste overgangen en achtergrondmuziek. Pict-
motion is uitsluitend beschikbaar als er een geheugenkaart in de camera is geplaatst.
Pictmotion ļ¬ lm maken
Zo maakt u een eenvoudige ļ¬ lm, met daarin de tien meest recente beelden van
schermvullende of miniatuurweergave:
1
Geef het menu van de weergavestand
weer ( 3).
2
Markeer (Pictmotion).
3
Geef de opties weer.
4
Markeer .
5
Geef de opties weer.
6
Markeer [Alle beelden].
7
Bekijk Pictmotion.
8
Nee
Nee
Instell. veranderen
Instell. veranderen
Nee
Pictmotion opslaan?
Pictmotion opslaan?
Pictmotion opslaan?
Instell. veranderen
Ja
Wanneer venster verschijnt, markeert u [Ja].
9Sla Pictmotion op en keer terug naar stap 3.
Pictmotion wordt geleverd door muvee Technologies.
44
Fotoās weergeven op de camera
* Plaats hand achter luid-
spreker voor beter geluid.
Een aangepaste Pictmotion-ļ¬ lm maken:
Om beelden voor ļ¬ lm
te selecteren markeert
u [Bevestigen] en drukt
u op om het selec-
tievakje in te schakelen.
Geef de opties weer
( 43, stap 3).
Selecteer
[Alle beelden] ([Bevestigen] aan)
Duw de multi-selector
omhoog of omlaag om een
datum te markeren en druk
op om de datum te selec-
teren. Druk op de ontspan-
knop wanneer u klaar bent.
Gebruik de multi-se-
lector om beelden te
markeren, druk op .
om te selecteren (max.
30). Druk de zoom-
knop naar T om gemar-
keerd beeld volledig
te zien, selecteer W om
terug te keren naar mi-
niatuurweergave. Druk
op de ontspanknop
wanneer u klaar bent.
[Bevestigen] uit
[Alle beelden]
([Bevestigen] uit)
Bekijk
Pictmotion.*
[Datum kiezen]
Instellingen aanpassen
( 45).
[Bevestigen] aan
Nee
Nee
Instell. veranderen
Instell. veranderen
Nee
Pictmotion opslaan?
Pictmotion opslaan?
Pictmotion opslaan?
Instell. veranderen
Ja
Er wordt een bevestigings-
scherm weergegeven.
[Instell. veranderen]
Pictmotion opslaan
Terug naar
stap 1
Kies een stijl, achtergrondmuziek,
weergavevolgorde en het aantal diaās
voor nieuwe ļ¬ lm door op de knop
te drukken en opties te selecte-
ren voor de Pictmotion-instellingen (
45). Druk op wanneer u klaar bent.
Druk op
[Nee]
[Ja]
45
Fotoās weergeven op de camera
Andere opties (Stappen 1 en 7 op blz. 44)
Duw de multi-selector omhoog of omlaag om de opties te markeren en naar links
of rechts om de optie te wijzigen. Druk op de knop om te stoppen.
Weergavevolgorde: kies de volgorde van de fotoās in de ļ¬ lm.
Willekeurig Geeft fotoās in willekeurige volgorde weer.
Afspelen Geeft fotoās weer in de volgorde waarin deze zijn
opgeslagen.
Passend maken: kies of u het achtergrondmuziekbestand een-
maal wilt afspelen of herhaald wilt afspelen totdat alle beelden
minimaal eenmaal zijn vertoond.
Fotoās
herhalen
De achtergrondmuziek wordt eenmaal afgespeeld,
waarbij zo nodig fotoās worden herhaald of weggelaten.
Muziek
herhalen
Het achtergrondmuziekbestand wordt herhaald tot-
dat alle beelden minimaal eenmaal zijn vertoond
(een aantal beelden kan herhaald worden vertoond).
Autoselectie: deze optie is uitsluitend beschikbaar als in stap 1 op de knop wordt
gedrukt ( 44). Kies uit 10, 20 en 30, of [Geen autoselectie]. Dit zal het aantal beelden in de
diashow zijn indien [Bevestigen] niet is geselecteerd in stap 2. Is [Bevestigen] geselecteerd in
stap 2, dan wordt het aantal beelden geselecteerd in stap 4, beginnend bij het meest recente
beeld. Volg de aanwijzingen in stap 4 om de selectie te wijzigen.
Pictmotion
Als de huidige geheugenkaart twintig Pictmotion-ļ¬ lms bevat, kunnen er geen extra ļ¬ lms worden aan-
gemaakt voordat er een bestaande ļ¬ lm is verwijderd.
De beelden in een Pictmotion-ļ¬ lm worden automatisch beveiligd wanneer een ļ¬ lm wordt opgesla-
gen( 62). Beveiliging wordt niet opgeheven wanneer de Pictmotion wordt gewist. Beveiligde beelden
worden gemarkeerd met het pictogram in schermvullende en miniatuurweergave ( 4ā5).
Pictmotion ondersteunt zowel fotoās als ļ¬ lmbestanden. Houd er echter rekening mee dat er in geval van
ļ¬ lms alleen een klein gedeelte uit de eerste zestig seconden van elke ļ¬ lm zullen worden opgenomen.
Stijl: kies uit [Bewegend],
[Rustig], [Langzaam], [Snel]
en [Klassiek]. Druk de zoom-
knop naar T om de geselec-
teerde stijl te bekijken.
Muziek: maak keuze uit Pachelbel, Scarborough Fair, de mars Pomp and
Circumstance, Turkse mars en Grandfatherās Clock. Druk zoomknop naar
T om het geselecteerde muziekbestand te horen (alleen voorgeĆÆnstal-
leerde muziekbestanden). U kunt maximaal drie aangepaste muziekbe-
standen toevoegen via PictureProject (uitsluitend Windows, zie hierna).
Met de meegeleverde PictureProject-software kunnen Pictmotion-ļ¬ lms worden overgespeeld
naar een computer om de ļ¬ lms te bekijken en om eigen geluidsbestanden van maximaal drie
minuten naar een geheugenkaart te kopiƫren (alleen Windows, niet beschikbaar op Macintosh-
computers). Als u Windows 2000 gebruikt, dient u de optie [Interface] > [USB] in het setup-menu
van de camera in te stellen op [Mass Storage] ( 71), voordat u geluidsbestanden naar de com-
puter kopieert. Zie de handleiding van PictureProject (op cd-rom) voor meer informatie.
PictureProject
46
Fotoās weergeven op de camera
Pictmotion-ļ¬ lms bekijken
Als u Pictmotion-ļ¬ lms wilt bekijken, geeft u het Pictmotion-menu weer zoals wordt
beschreven in stap 1 tot 3 op pagina 44 en voert u de volgende stappen uit:
Pictmotion
Raadpleeg de bijlage voor informatie over de wijze waarop Pictmotion-ļ¬ lms worden opge-
slagen ( 85).
1
Markeer de ļ¬ lm. *
2
Geef het Pictmotion-afspeelscherm weer.
3
Markeer [Afspelen]. ā
4
Bekijk de ļ¬ lm. ā”
5
Herstarten
Herstarten
Einde
Herstarten
Markeer [Einde]. **
6
Ga terug naar de ļ¬ lmlijst.
* Druk op de knop als u de gemarkeerde ļ¬ lm wilt wissen. Er wordt een bevestigingsscherm
weergegeven. Markeer [Ja] en druk op .
ā Als de optie [Herhalen] is geselecteerd, wordt de ļ¬ lm automatisch herhaald. Om de optie
[Herhalen] te selecteren of te deselecteren, markeert u [Herhalen] en druk u op .
ā”
Met de zoomknop regelt u het volume. Als u de weergave wilt onderbreken, drukt u op .
** Als u het afspelen wilt hervatten, markeert u [Herstarten] en drukt u op .
47
Aansluiting op een televisie, computer of printer
Aansluiting op een televisie, computer of printer
U kunt beelden niet alleen op de camera weergeven, maar u kunt ook:
ā¢ Beelden weergeven op een tv en ļ¬ lms opnemen op video (zie hierna).
ā¢
Beelden naar een computer kopiĆ«ren waar u ze kunt opslaan en bewerken ( 47ā49).
ā¢
Fotoās afdrukken op een printer ( 50) of afdrukken bestellen bij een fotocentrale.
Voordat u de camera op een ander apparaat aansluit, moet u mogelijk de instelling voor
[Interface] in het setup-menu wijzigen ( 49, 71). Gebruik volledig geladen batterijen
of een optionele EH-62A lichtnetadapterkit om te voorkomen dat de camera onver-
wacht wordt uitgeschakeld terwijl deze op een apparaat is aangesloten.
Fotoās weergeven op een televisie
1
Controleer of de optie voor [Interface] > [Videostand]
overeenstemt met het apparaat waarop u de ca-
mera wilt aansluiten ( 71) en zet vervolgens de
camera uit.
4 Houd de knop ongeveer twee seconden ingedrukt om de camera in te
schakelen. De monitor van de camera blijft uit en de televisie geeft het beeld
weer dat anders op de cameramonitor te zien zou zijn geweest.
Fotoās weergeven op een computer
Voordat u fotoās naar de computer kunt overspelen (kopiĆ«ren), moet u PictureProject
installeren. Zie de referentie-cd en de Snelhandleiding voor meer informatie over de in-
stallatie en het gebruik van PictureProject. Fotoās overspelen naar een computer:
1 Start een computer waarop PictureProject is geĆÆnstalleerd.
2 Kies de optie [Interface] > [USB], zoals wordt beschreven in āEen USB-optie kie-
zen voor aansluiting op een computerā ( 49), en zet de camera uit.
2
Sluit de camera op de tv aan met de meegeleverde
A/V-kabel. Sluit de zwarte plug aan op de camera,
de gele plug op de video-in-aansluiting van de tv
en de witte plug op de audio-in-aansluiting.
3 Stem de televisie af op het videokanaal. Zie bij twijfel de documentatie bij de
televisie.
48
Aansluiting op een televisie, computer of printer
4 Zet de camera aan.
5 Druk op de knop ( ) * om alle gemarkeerde
fotoās naar de computer te kopiĆ«ren. De volgende
berichten worden weergegeven:
Als u zowel gemarkeerde als niet-gemarkeerde fotoās naar
de computer wilt kopiƫren, klikt u in PictureProject op de
knop [Overspelen] in plaats van in stap 5 op de knop te
drukken. Zie de Snelhandleiding of de naslaghandleiding
van PictureProject (op cd-rom) voor meer informatie.
De knop Overspelen van PictureProject
Fotoās die zijn gemarkeerd voor overdracht worden tijdens
de weergave aangeduid met het pictogram . Standaard
worden alle fotoās automatisch gemarkeerd voor overdracht.
De overspeelmarkering wordt bepaald door twee opties:
ā¢
[Interface] > [Auto-overdracht] (setup-menu): kies [Aan]
als u alle nieuwe fotoās wilt markeren voor overdracht ( 71).
ā¢
[Overspeelmarkering] (weergavemenu): wijzig de markering voor bestaande fotoās ( 62).
Fotoās markeren voor overdracht
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
/
1
3 Sluit de camera op de computer aan met de mee-
geleverde USB-kabel.
Overdragen beelden naar
computerā¦
Overdracht voltooid
Overdracht wordt
voorbereid
6 Nadat de overdracht is voltooid, worden de fotoās weergegeven in PicturePro-
ject. Koppel de camera los zoals wordt beschreven in āDe camera loskoppelenā
( 49).
* De knop kan niet worden gebruikt om fotoās over te spelen als de geheugenkaart is ver-
grendeld ( 9), of als [Mass Storage] is geselecteerd voor [USB] en er geen geheugenkaart
is geplaatst. Speel in dat geval fotoās over met de knop [Overspelen] in PictureProject (zie
hierna). Pictmotion-ļ¬ lms kunnen worden overgespeeld in PictureProject ( 45).
49
Aansluiting op een televisie, computer of printer
Als [PTP] is geselecteerd voor [USB], zet u de camera uit en koppelt u de USB-kabel los.
Als [Mass Storage] is geselecteerd voor [USB], verwijdert u de camera uit het systeem, zoals
hierna wordt beschreven, voordat u de camera uitzet en de USB-kabel loskoppelt.
ā¢ Windows XP Home Edition/Windows XP Professional:
klik op het pictogram āHardware veilig verwijderenā ( ) op
de taakbalk en selecteer [USB-apparaat voor massaopslag
veilig verwijderen].
ā¢ Windows 2000 Professional: klik op het pictogram āHard-
ware ontkoppelen of uitwerpenā ( ) op de taakbalk en se-
lecteer [USB-apparaat voor massaopslag stoppen].
ā¢ Macintosh: sleep het naamloze cameravolume (āNO
NAMEā) naar de Prullenmand.
De camera loskoppelen
Besturingssysteem
Fotoās overspelen met:
Knop op
camera * Knop in PictureProject
Windows XP Kies [Mass Storage] of [PTP].
Windows 2000 Professional Kies [Mass Storage]. ā
Mac OS X 10.3.9 of hoger Kies [PTP]. Kies [Mass Storage] of [PTP].
* Kan niet worden gebruikt om fotoās over te spelen als de geheugenkaart is vergren-
deld ( 9), of als [Mass Storage] is geselecteerd voor [USB] en er geen geheugenkaart
is geplaatst. Gebruik de knop [Overspelen] in PictureProject. Pictmotion-ļ¬ lms kunnen
worden overgespeeld in PictureProject ( 45).
ā Selecteer NIET [PTP]. Als [PTP] is geselecteerd wanneer de camera wordt aangesloten,
wacht u totdat de hardwarewizard van Windows wordt weergegeven. Vervolgens klikt u
op [Annuleren] en koppelt u de camera los. Selecteer [Mass Storage] in het menu [USB]
van de camera voordat u de camera opnieuw aansluit.
Een USB-optie kiezen voor aansluiting op een computer
Raadpleeg de volgende tabel wanneer u een USB-optie
kiest voor aansluiting van de camera op een computer
( 48). De standaardoptie is [PTP]. Zie āWerken met menuāsā
( 13) voor meer informatie over het gebruik van menuās.
50
Aansluiting op een televisie, computer of printer
U kunt fotoās ook als volgt afdrukken:
ā¢ Plaats een geheugenkaart in de printer.
Als de printer een kaartsleuf bevat, kunt u een geheu-
genkaart in de printer plaatsen en fotoās rechtstreeks vanaf de kaart afdrukken. Als de printer
DPOF ondersteunt, kunt u de fotoās die u wilt afdrukken, selecteren via de optie [Printop-
dracht] van de camera ( 54). Zie de handleiding van de printer voor meer informatie.
ā¢ Breng geheugenkaarten naar een digitale afdrukservice. Als de service DPOF ondersteunt,
kunt u de fotoās die u wilt afdrukken, selecteren via de optie [Printopdracht] van de ca-
mera ( 54).
ā¢ Speel fotoās over naar een computer. Nadat de fotoās zijn overgespeeld naar een computer
( 47ā49), kunt u deze afdrukken met behulp van beeldbewerkingssoftware. Zie de
handleiding van de toepassing en de printer voor meer informatie.
Andere manieren om fotoās af te drukken
Er zijn twee opties beschikbaar waarmee u de opnamedatum op fotoās kunt afdrukken:
[Datum afdrukken] ( 69) en [Printopdracht] > [Datum] ( 54).
Datum afdrukken Printopdracht > Datum
Moet zijn ingesteld voordat de foto wordt gemaakt Instellen nadat de foto is gemaakt
Datum wordt permanent op de foto weergegeven Datum wordt apart opgeslagen
Datum wordt altijd weergegeven wanneer de foto
wordt afgedrukt
Datum wordt uitsluitend weergege-
ven wanneer de foto wordt afgedrukt
op een DPOF-compatibele printer
De datum wordt slechts eenmaal afgedrukt. [Printopdracht] > [Datum] kan niet worden
gebruikt om twee datums af te drukken op fotoās waarvoor de optie Datum afdrukken is
geselecteerd.
De opnamedatum op fotoās afdrukken
Fotoās afdrukken
Gebruikers van een PictBridge-compatibele printer kunnen de camera rechtstreeks op
de printer aansluiten en fotoās afdrukken zonder gebruik te maken van een computer.
Maak fotoās
Sluit de USB-kabel aan op een PictBridge-printer ( 51)
Selecteer met [Printopdracht] de
fotoās die u wilt afdrukken ( 54)
Druk de fotoās een voor
een af ( 52)
Druk meerdere fotoās af
( 53)
Druk de huidige printop-
dracht af ([DPOF prin-
ten]; 53)
Koppel de USB-kabel los
51
Aansluiting op een televisie, computer of printer
4 Zet de camera aan. Het PictBridge-opstartscherm
wordt weergegeven. De camera schakelt over
naar de schermvullende weergave terwijl het
PictBridge-logo wordt weergegeven.
1
1
/
41
/
4
De printer aansluiten
3 Zet de printer aan.
2 Sluit de camera op de printer aan met de meege-
leverde USB-kabel.
1 Zet de camera uit.
USB
[PTP] (de standaardoptie) moet zijn geselecteerd voor [Interface] > [USB] in het setup-
menu voordat de camera op een printer kan worden aangesloten ( 71).
52
Aansluiting op een televisie, computer of printer
Fotoās een voor een afdrukken
Markeer optie en druk op :
Optie Omschrijving
Start
print
Start het afdrukken. Als u wilt annuleren voordat alle fotoās zijn afgedrukt,
drukt u op . Nadat het afdrukken is voltooid, keert de camera terug naar
het PictBridge-scherm. Herhaal stap 1 als u nog meer fotoās wilt afdrukken.
Kopieƫn Kies het aantal afdrukken (maximaal 9).
Kopieƫn
2
Papier-
formaat
Kies uit [Standaard] (het standaardpapierformaat
voor de huidige printer), [3.5" x 5"], [5" x 7"], [An-
sichtkaart], [100 x 150mm], [4" x 6"], [8" x 10"],
[Letter], [A4] en [A3]. Uitsluitend de formaten die
door de huidige printer worden ondersteund,
worden weergegeven.
Papierformaat
Standaard
4" x 6"
Letter
A3
A4
3
* Als u de foto wilt selecteren in de miniatuurweergave, drukt u de
zoomknop naar W ( ) en selecteert u de gewenste foto met de
multi-selector. Druk de zoomknop naar T ( ) om terug te keren naar
de schermvullende weergave.
Printen
Papierformaat
U kunt geen papierformaat in de camera selecteren als de printer de papierformaten die door
de camera worden gebruikt, niet ondersteunt of als de printer automatisch het papierformaat
selecteert. Gebruik de printer om het paginaformaat te selecteren.
1
1
1
/
41
/
4
Selecteer de foto. *
2
āā
ā
Start print
Kopieƫn
Papierformaat
PictBridge
Geef de afdrukopties weer.
53
Aansluiting op een televisie, computer of printer
Meerdere fotoās afdrukken
Als u meerdere fotoās wilt afdrukken, drukt u op de
knop terwijl het PictBridge-scherm wordt weer-
gegeven ( 51). Het rechts weergegeven menu ver-
schijnt, markeer een optie en druk op de knop .
āā
Print selectie
Print alle beelden
āā
DPOF-printen
Papierformaat
ā
ā
Printmenu
āāāāā
ā
Optie Omschrijving
Print selectie Hiermee drukt u de geselecteerde fotoās af (zie hierna).
Print alle
beelden Drukt elke foto eenmaal af.
DPOF-printen
Het menu rechts wordt weergegeven. Markeer
optie en druk op :
ā¢ [Start print]: hiermee drukt u de huidige
printopdracht af ( 54).
ā¢ [Bevestigen]: bekijk de printopdracht ( 54,
stap 4). Druk op om het afdrukken te starten,
of druk op om te stoppen.
ā¢ [Annuleren]: afsluiten zonder af te drukken.
DPOF-printen
002 prints
Start print
Bevestigen
Annuleren
Papierformaat Kies het papierformaat ( 52, stap 3).
Geselecteerde fotoās afdrukken
Als u [Print selectie] kiest, wordt het menu uit stap 1 weergegeven.
1
16. 10. 2006
15 : 10 3/ 4
Print selectie
Terug
Blader door de fotoās. De huidige foto
wordt in het midden van de monitor
weergegeven.
2
16. 10. 2006
15 : 10 3 / 4
Print selectie
Terug
Selecteer de foto en stel het aantal afdruk-
ken in op 1. Geselecteerde fotoās worden
aangeduid met het pictogram .
3
16. 10. 2006
15 : 10 3/ 4
Print selectie
Terug
Kies het aantal afdrukken (maximaal 9). Als u
de selectie van een foto wilt opheļ¬ en, drukt
u de multi-selector omlaag wanneer het
aantal afdrukken op 1 staat. Herhaal stap
1 ā 3 als u meer fotoās wilt selecteren.
54
Aansluiting op een televisie, computer of printer
* Druk nogmaals op om te stoppen voordat het afdrukken is voltooid.
Een DPOF-printopdracht maken: Printopdracht
U gebruikt de optie [Printopdracht] in het weergavemenu ( 61) om digitale
āprintopdrachtenā te maken voor afdrukken met DPOF-compatibele apparaten
( 82). Als u [Printopdracht] kiest wordt het menu uit stap 1 weergegeven.
Selecteer fotoās zoals wordt beschreven in de stappen 1-3 in āGeselecteerde fotoās
afdrukkenā ( 53).
3
* Om de huidige printopdracht te wissen markeert u [Printopdracht wissen] en drukt u op .
Printopdracht
De standaardwaarden voor [Datum] en [Info] worden hersteld telkens wanneer het menu uit
stap 4 wordt weergegeven.
4
003 prints
Terug Printen
ā
Bevestig de selectie (druk op de knop
om terug te keren naar stap 1 als u
de selectie wilt wijzigen).
5
Printen
001/007
Annuleren
Start het afdrukken. Nadat het afdrukken
is voltooid, wordt het PictBridge-menu
weergegeven. *
1
Markeer [Print selectie].
2
Geef het selectiescherm weer.
4Markeer optie en druk op :
ā¢ [Datum]: hiermee drukt u de opnameda-
tum af op alle fotoās in de printopdracht.
ā¢ [Info]: hiermee drukt u de sluitertijd en het
diafragma af op alle fotoās in de printop-
dracht.
ā¢ [Gereed]: hiermee voltooit u de printop-
dracht en sluit u het venster. Fotoās in
printopdracht worden tijdens weergave
met pictogram weergegeven ( 4ā5).
55
Het opnamemenu
Menugids
In dit gedeelte worden de menuās voor opname, weergave en camera-instellingen be-
schreven. Zie pagina 13 voor informatie over het werken met de menuās.
Opnameopties: het opnamemenu
Als u het opnamemenu wilt weergeven, selecteert u de stand ( 14) en drukt u op de
knop . Met uitzondering van [Beeld kwal/form] zijn de volgende opties uitsluitend
beschikbaar in de stand . Tenzij [Standaardwaarden] ( 71) wordt gebruikt om alle
instellingen terug te zetten op hun standaardinstelling ( 83), worden de instellingen
in dit menu hersteld bij de volgende gelegenheid dat de stand wordt geselecteerd.
Optie Omschrijving
SET-UP Geeft het setup-menu weer. 65
Beeld kwal/
form Kies beeldkwaliteit en -formaat. 55
Witbalans*Kies een witbalans die bij de lichtbron past. 56
+/ā Correctie
Pas de belichting aan voor zeer lichte of donkere onderwerpen.
57
Continu*Maak Ć©Ć©n foto tegelijk of maak een reeks fotoās achter elkaar. 57
BSS*Bij BSS wordt de scherpste foto gekozen. 59
Gevoeligheid Stel de lichtgevoeligheid van de camera in. 59
Kleuropties*Kleurinstellingen. 60
AF-veld stand Met deze optie bepaalt u waar de camera scherpstelt. 60
*
Zie de bijlage voor informatie over de beperkingen die voor deze instellingen kunnen gelden ( 84).
Beeld kwal/form
Fotoās die met een digitale camera worden gemaakt, worden opgeslagen als afbeel-
dingsbestanden. De grootte van deze bestanden, alsmede het aantal fotoās dat kan
worden opgeslagen ( 84), hangt af van het formaat en de kwaliteit van de fotoās. Kies
voordat u gaat fotograferen het beeldformaat en de beeldkwaliteit die passen bij het
doel en het gebruik van de fotoās.
Optie
Formaat
(pixels) Omschrijving
Hoog (2816ā
)2816 Ć 2112 Fotoās worden minder gecomprimeerd dan bij [Nor-
maal], wat beelden van hogere kwaliteit oplevert.
Normaal (2816) 2816 Ć 2112 Dit is in de meeste omstandigheden de beste keuze.
Normaal (2048) 2048 Ć 1536 Door het kleinere formaat kunnen meer fotoās wor-
den opgeslagen.
PC-scherm
(1024) 1024 Ć 768 Geschikt voor weergave op een computer.
TV-scherm (640) 640 Ć 480 Geschikt voor e-mail of weergave op een televisie.
De huidige instelling wordt aangeduid met een pictogram op de monitor ( 4ā5).
Instellingen in het opnamemenu
Zie de bijlage voor informatie over standaardinstellingen voor het opnamemenu ( 83).
56
Het opnamemenu
Witbalans
Hiermee bepaalt u hoe fotoās worden verwerkt, zodat natuurlijke kleuren worden
geproduceerd bij verschillende soorten licht.
Optie Omschrijving
Automatisch Witbalans wordt automatisch aan de lichtomstandigheden aange-
past. Dit is in de meeste omstandigheden de beste keuze.
Witbalans Preset
Voorwerp met neutrale kleur wordt als referentie gebruikt om witbalans
onder ongewone lichtomstandigheden in te stellen (zie hierna).
Daglicht Witbalans afgestemd op direct zonlicht.
Gloeilamp-licht Voor opnamen bij gloeilamplicht.
TL-licht Voor opnamen bij de meeste soorten TL-licht.
Bewolkt Voor opnamen bij bewolkt weer.
Flitser Voor opnamen met ļ¬ itslicht.
Bij andere instellingen dan [Automatisch] wordt de huidige instelling weergegeven op de
monitor ( 4ā5).
Vooraf ingestelde witbalans
U kunt de vooraf ingestelde witbalans gebruiken als u fotografeert bij verschillende soorten
licht of als correctie voor lichtbronnen met een duidelijke kleurzweem (bijvoorbeeld om fotoās
die zijn gemaakt bij licht met een rode gloed eruit te laten zien alsof ze bij normaal licht zijn
gemaakt).
Plaats een wit of grijs referentievoorwerp onder de verlichting die voor de foto
wordt gebruikt. U kunt geen vooringestelde witbalans meten met de ļ¬ itser.
1
2
Markeer [Witbalans Preset].
3
De camera zoomt in.
* Als u de meest recente waarde voor de vooringestelde witbalans wilt herstellen, markeert u
[Annuleren] en drukt u op .
4
Markeer [Meten]. *
5
Kadreer het referentievoorwerp.
Kadreer hier
het referen-
tievoorwerp
6Stel de vooringestelde witbalans in op de nieuwe
waarde en keer terug naar het opnamemenu.
57
Het opnamemenu
+/- Correctie
Belichtingscorrectie wordt gebruikt om de belichting aan te passen ten opzichte
van de waarde die de camera selecteert. Kies een waarde tussen -2,0 LW en +2,0
LW, in stappen van ļ¢
/
ļ LW. Negatieve waarden produceren donkerder fotoās, terwijl
positieve waarden lichtere fotoās opleveren. Het eļ¬ ect kan vooraf op de monitor
worden bekeken. Bij andere instellingen dan nul wordt de huidige waarde voor
belichtingscorrectie eveneens weergegeven ( 4ā5).
Continu
Hiermee kunt u een vluchtige uitdrukking van een persoon in een portret vast-
leggen, een onderwerp fotograferen dat onvoorspelbare bewegingen maakt, of
beweging vastleggen in een reeks fotoās. Bij de instellingen [Continu] en [Multi-shot
16] wordt de ļ¬ itser uitgeschakeld en worden scherpstelling, belichting en witba-
lans vastgezet op de waarden voor de eerste foto in de reeks.
Optie Omschrijving
Enkelvoudig Er wordt Ć©Ć©n foto gemaakt wanneer de ontspanknop wordt in-
gedrukt.
Continu Terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, maakt de camera fo-
toās met een snelheid van 1,6 beelden per seconde (bps).
Multi-shot 16
Telkens wanneer de ontspanknop wordt
ingedrukt, maakt de camera 16 fotoās
met een snelheid van ongeveer 1,9 bps,
waarna de fotoās tot Ć©Ć©n beeld worden
samengevoegd, zoals rechts wordt weer-
gegeven. Beeld kwal/form wordt inge-
steld op [Normaal (2816)].
Intervalopnamen De camera maakt automatisch fotoās met het ingestelde inter-
val ( 58).
Behalve bij [Enkelvoudig] wordt de huidige instelling aangeduid met een picto-
gram op de monitor ( 4ā5).
58
Het opnamemenu
1Kies het interval tussen de opnamen. Druk
op de knop om de selectie te maken,
druk daarna op de knop om terug te ke-
ren naar de opnamestand.
2
10
10
10
Druk de ontspanknop helemaal in om de
opname te starten. De camera maakt fotoās
met het ingestelde interval tot de ontspan-
knop opnieuw wordt ingedrukt, het geheu-
gen vol is of 1800 beelden zijn opgenomen.
De monitor tussen de opnamen wordt uit-
geschakeld en het ļ¬ itserlampje knippert.
Intervalfotograļ¬ e
Als u het intervalmenu wilt weergeven, markeert u [Intervalopnamen] in het menu
CONTINU ( 57) en drukt u op de knop . Om te voorkomen dat de stroom uit-
valt, moet u de batterij opladen voordat u de opname start.
Intervalfotograļ¬ e
Zie de bijlage voor meer informatie over de wijze waarop fotoās die tijdens een intervalop-
name worden gemaakt, worden opgeslagen ( 85).
59
Het opnamemenu
Best Shot Selector (BSS)
BSS wordt aanbevolen voor situaties waarin fotoās bewogen kunnen zijn door onop-
zettelijke camerabewegingen of waarin de kans groot is dat delen van de foto zijn on-
der- of overbelicht. Dit levert mogelijk niet het beste resultaat op als het onderwerp
beweegt of als de compositie bij het indrukken van de ontspanknop verandert.
Optie Omschrijving
Aan
De camera maakt fotoās (maximaal tien) zolang de ontspanknop wordt
ingedrukt. Deze opnamen worden vergeleken waarna de scherpste foto
(met de meeste details) wordt opgeslagen. De ļ¬ itser wordt automatisch
uitgeschakeld en de scherpstelling, belichting en witbalans voor alle fotoās
worden bepaald op basis van de eerste foto in de reeks.
Uit BSS uit.
Belichting
BSS
Als u deze optie selecteert, wordt het submenu
rechts weergegeven. U hebt de keuze uit:
ā¢ [Hoge lichten BSS]: de foto met het kleinste
overbelichte gebied wordt geselecteerd.
ā¢ [Schaduw BSS]: de foto met het kleinste onder-
belichte gebied wordt geselecteerd.
ā¢ [Histogram BSS]: de camera kiest de foto met de beste algemene be-
lichting uit fotoās met de minste onder- en overbelichting.
Telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, maakt de camera vijf
opnamen, waarbij alleen de foto die het meest aan het geselecteerde
criterium voldoet, wordt opgeslagen. De ļ¬ itser wordt automatisch uit-
geschakeld en de scherpstelling en witbalans voor alle fotoās worden be-
paald op basis van de eerste foto in de reeks. Dit wordt aanbevolen voor
onderwerpen met een hoog contrast waarbij het moeilijk is de juiste
belichting in te stellen.
Bij andere instellingen dan [Uit] verschijnt de huidige instelling voor BSS ( 4ā5).
Gevoeligheid
De gevoeligheid is een maatstaf voor de wijze waarop de camera op licht reageert.
Hoe hoger de gevoeligheid, hoe minder licht nodig is om een foto te maken. Net
zoals ļ¬ lm met een hoge ISO ākorreligeā beelden oplevert, kan een hoge gevoeligheid
echter āruisā veroorzaken: her en der verspreide, helder gekleurde pixels in donkere
delen van het beeld. Kies waarden tussen ISO 50- en 800-equivalent. [Automatish]
is gelijk aan ISO 50 onder normale omstandigheden; bij weinig licht en als de ļ¬ itser
is uitgeschakeld, corrigeert de camera dit door de ISO-gevoeligheid te verhogen
tot het equivalent van maximaal ISO 800.
Bij een andere instelling dan [Automatish] ( 4ā5) wordt de huidige gevoelig-
heid op de monitor weergegeven. Als [Automatish] is geselecteerd, wordt een ISO
-pictogram weergegeven wanneer de gevoeligheid wordt verhoogd tot het equi-
valent van meer dan ISO 50.
60
Het opnamemenu
Kleuropties
Maak kleuren levendiger of sla fotoās op in monochroom.
Optie Omschrijving
Kleur Natuurlijke kleuren.
Levendig Levendige kleuren voor afdrukken.
Zwart-wit Maakt zwartwitfotoās.
Sepia Maakt sepiafotoās.
Koelblauw Maakt monochrome fotoās met blauwe tinten.
Het eļ¬ ect van de geselecteerde optie kan vooraf op de monitor worden bekeken. Bij andere
instellingen dan [Kleur] wordt de huidige instelling ook aangegeven door een pictogram op
de monitor ( 4ā5).
AF-veld stand
Met deze optie bepaalt u waar de camera scherpstelt.
Optie Omschrijving
Centrum De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van het beeld.
Handmatig
Duw de multi-selector omhoog, omlaag, naar links of naar
rechts om een van de 99 scherpstelvelden te selecteren in
het rechts getoonde grote kader. U kunt fotoās maken ter-
wijl het scherm voor selectie van het scherpstelveld wordt
weergegeven. Druk op de knop om de selectie van het
scherpstelveld te beĆ«indigen en de instellingen voor ļ¬ it-
ser, macro close-up en zelfontspanner aan te passen. Druk
opnieuw op de knop om de selectie te wijzigen.
Voer de volgende stappen uit om scherp te stellen op onderwerpen buiten het midden van het
beeld terwijl [Centrum] is geselecteerd voor [AF-veld stand]:
Scherpstelvergrendeling
1
10
10
10
Plaats het onderwerp in het midden van
het beeld.
2
10
10
10
Druk de ontspanknop half in en contro-
leer de scherpstelling.
3
10
10
10
Kadreer het beeld opnieuw terwijl u de
ontspanknop half ingedrukt houdt.
4
Maak de foto.
Scherpstelveld
61
Het weergavemenu
Weergaveopties: het weergavemenu
U opent het weergavemenu door op de knop te drukken om de weergavestand te
selecteren ( 15) en door vervolgens op de knop te drukken. Zie pagina 13 voor meer
informatie over het werken met de menuās.
Optie Omschrijving
Set-up Hiermee wordt het setup-menu weergegeven. 65
Printopdracht Selecteer fotoās die u wilt afdrukken. 54
Diashow Bekijk fotoās in een automatische diashow. 62
Wissen*Deze optie wist alle of geselecteerde fotoās. 62
Beveiligen*Hiermee beveiligt u geselecteerde fotoās tegen ongewild
wissen. 62
Overspeelmarkering*Wijzig de overspeelmarkering voor bestaande fotoās. 62
Beeld draaien Fotoās roteren. 63
Kleine kopie Hiermee maakt u een kleine kopie van de huidige foto. 63
Kopiƫren*Kopieer bestanden tussen de geheugenkaart en het in-
terne geheugen. 64
* Voer de volgende stappen uit als u meerdere fotoās wilt selecteren voor wissen, beveiligen,
overzetten of kopiƫren:
Printopdracht
Hiermee maakt u digitale āafdrukopdrachtenā voor PictBridge-compatibele printers
en apparaten die DPOF ondersteunen ( 54).
3Herhaal de stappen 1ā2 als u nog
meer fotoās wilt selecteren. Als u
een selectie wilt opheļ¬ en, markeert
u de foto en duwt u de multi-selec-
tor omlaag.
2
Selecteer de huidige foto. De selectie
wordt met een pictogram aangegeven.
1
Blader door de fotoās. De huidige foto wordt
in het midden van de monitor weergegeven.
4
Voltooi de bewerking. Er kan een bevesti-
gingsbericht worden weergegeven.
62
Het weergavemenu
Diashow
Wanneer u [Diashow] selecteert, worden de volgende opties weergegeven. Duw de
multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en druk op de knop om
de optie te selecteren.
Optie Omschrijving
Start Start de diashow.
Tussenpauze Geef aan hoe lang elke dia wordt weergegeven.
Herhalen Als deze optie is geselecteerd, wordt de diashow her-
haald tot op de knop wordt gedrukt.
Als de diashow wordt vertoond, duwt u de multi-selector naar
rechts om naar de volgende foto te gaan, en naar links om naar
de vorige foto te gaan. Druk op de knop als u de diashow wilt
onderbreken.
Als de diashow eindigt of wordt onderbroken, wordt het menu
rechts weergegeven. Markeer [Herstarten] en druk op de knop
om de diashow opnieuw te starten of selecteer [Einde] om de dia-
show te beƫindigen en terug te keren naar het weergavemenu.
Herstarten
Herstarten
Herstarten
Pauze
Pauze
Pauze
Einde
Diashows
Films ( 31) worden weergegeven als foto, waarbij het eerste beeld van de ļ¬ lm wordt
weergegeven. De camera wordt automatisch uitgeschakeld ( 70) als tijdens een dia-
show gedurende 30 minuten geen handelingen worden uitgevoerd, ook als [Herhalen]
is geselecteerd.
Wissen
Kies [Wis alle beelden] als u alle fotoās wilt wissen. Kies [Geselecteerde beeld(en)] als u fo-
toās wilt selecteren en wissen ( 61). Fotoās met het pictogram worden niet gewist.
Beveiligen
Hiermee beveiligt u geselecteerde fotoās tegen ongewild wissen. Beveiligde fotoās wor-
den aangeduid met het pictogram ( 4ā5) en kunnen niet worden gewist met de
knop of de optie [Wissen]. Houd er echter rekening mee dat bij formatteren bevei-
ligde bestanden wel worden gewist ( 71).
Overspeelmarkering
Markeer bestaande fotoās voor overdracht naar een computer ( 48).
Optie Omschrijving
Alles aan Hiermee markeert u alle fotoās voor overspelen.
Alles uit Hiermee verwijdert u de overspeelmarkering voor alle fotoās.
Kies beeld(en) Hiermee markeert u geselecteerde fotoās voor overspelen ( 61).
Fotoās die voor overspelen zijn geselecteerd, worden aangeduid met het pictogram
( 4ā5).
63
Het weergavemenu
Beeld roteren
Geselecteerde fotoās roteren.
Denk erom dat de plaats van de datum die is aangebracht met de optie [Datum
afdrukken] niet verandert als fotoās worden geroteerd ( 69). Films kunnen niet
worden geroteerd.
Kleine kopie
Hiermee maakt u een kleine kopie van de huidige foto. Markeer een formaat en druk op .
Optie Omschrijving
640 Ć 480 Geschikt voor weergave op televisie.
320 Ć 240 Geschikt voor weergave op webpaginaās.
160 Ć 120 Geschikt voor e-mail.
Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Markeer [Ja] en
druk op de knop om een kopie in het gekozen formaat te ma-
ken.
Kleine kopieƫn worden opgeslagen als JPEG-bestanden met een
compressieverhouding van 1:16 (zie blz. 85 voor meer informatie).
Tijdens de weergave worden kopieƫn aangegeven met een grijze
rand. Het pictogram , of wordt weergegeven als een kopie
schermvullend wordt bekeken ( 4ā5).
Nee
Ja
Ja
Ja
Kleine kopie maken?
Kleine kopie maken?
Kleine kopie maken?
2
Geef de opties voor het roteren van beelden weer.
1
Selecteer de foto.
3Duw de multi-selector naar rechts om de foto
met de klok mee te roteren en naar links om de
foto tegen de klok in te roteren. Elke keer dat u
op de multi-selector duwt, roteert de foto 90 Ā°.
Als de foto rechtopstaand is genomen met
[Opname-oriƫntatie] ( 70) ingesteld op [Au-
tomatisch], kan de foto hooguit 180 Ā° linksom
of rechtsom roteren.
4Roteer de foto. Herhaal de stappen 1ā4 om nog
meer fotoās te roteren of druk op de knop
om terug te keren naar het weergavemenu.
64
Het weergavemenu
Kopiƫren
Beelden tussen intern geheugen en geheugenkaart kopiƫren. Deze optie is alleen
beschikbaar wanneer er een geheugenkaart is geplaatst.
Optie Omschrijving
Fotoās kopiĆ«ren van het interne geheugen naar de geheugenkaart.
Fotoās kopiĆ«ren van de geheugenkaart naar het interne geheugen.
Als u een van de bovenstaande opties selecteert, verschijnt
het menu rechts. Kies [Geselecteerde beelden] om de beelden
te selecteren die u wilt kopiƫren ( 61) of kies [Alle beelden]
als u alle beelden wilt kopiƫren.
Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Markeer [Ja]
en druk op de knop om de fotoās te kopiĆ«ren.
Kopiƫren
Spraakmemoās ( 40) worden gekopieerd samen met de bijbehorende foto. Dit geldt ech-
ter niet voor spraakopnamen ( 34). Zie āSpraakopnamen kopiĆ«renā voor informatie over het
kopiĆ«ren van spraakopnamen ( 36). De camera kan mogelijk geen fotoās kopiĆ«ren die zijn
gemaakt met een camera van een ander merk of die op een computer zijn bewerkt. Zie pa-
gina 85 voor informatie over het opslaan van kopieƫn.
65
Het setup-menu
Basisinstellingen: het setup-menu
Als u het setup-menu wilt weergeven, selecteert u [SET-UP] of in het opname-
( 55), weergave- ( 61), onderwerp- ( 23) of ļ¬ lmmenu ( 31), in het menu
voor one-touchportretten ( 22) of in de spraakopnamemenuās ( 35). Zie pagina
13 voor meer informatie over het werken met de menuās. De instellingen blijven
van kracht tot u deze wijzigt ( 71).
Optie Omschrijving
Menuās Hiermee bepaalt u hoe menuās worden weergegeven. 65
Welkomstscherm Selecteer het scherm dat moet worden weergegeven
wanneer de camera wordt ingeschakeld. 66
Datum Stel de klok in en kies uw eigen tijdzone en een tijdzone
voor uw bestemming. 66
Monitorinstelling Pas de helderheid van de monitor aan en kies een weer-
gavestijl. 68
Datum afdrukken Geef een datum of dagenteller weer op fotoās. 69
AF-hulplicht Schakel de AF-hulpverlichting in of uit. 70
Geluid instellen Pas geluids- en volume-instellingen aan. 70
Opname-Oriƫntatie Kies of u de oriƫntatie wilt opslaan. 70
Automatisch uit Stel in of de monitor wordt uitgeschakeld om energie te
besparen. 70
Geheugen formatte-
ren/Geheugenkaart
format.
Formatteer het interne geheugen of de geheugenkaart. 71
Taal/Language Kies een taal voor cameramenuās en berichten. 71
Interface Pas instellingen voor aansluiting op een televisie of com-
puter aan. 71
Standaardwaarden
Herstel de standaardwaarden van de camera-instellingen.
71
Firmware-versie Geef de ļ¬ rmwareversie van de camera weer. 71
Menuās
Hiermee bepaalt u hoe menuās worden weergegeven.
Standaardinstellingen
Zie de bijlage voor informatie over standaardinstellingen voor het setup-menu ( 83).
Tekst Pictogrammen
66
Het setup-menu
De klokbatterij
De klokbatterij wordt opgeladen wanneer de hoofdbatterij is geplaatst of als een licht-
netadapter is aangesloten, en de klokbatterij kan na ongeveer 10 uur laden gedurende enkele
dagen als reservevoeding worden gebruikt.
Welkomstscherm
Kies het welkomstscherm dat verschijnt wanneer de camera wordt ingeschakeld.
Optie Omschrijving
Geen
Welkom
Er verschijnt geen welkomstscherm. De camera is gereed voor opname op het
moment dat deze wordt ingeschakeld.
Nikon COOLPIX-logo wordt weergegeven bij het opstarten.
Animatie Animatie wordt weergegeven bij het opstarten.
Selecteer
beeld
Selecteer een foto in het interne geheugen of op de geheugenkaart. Er wordt
een kopie van de geselecteerde foto gemaakt voor gebruik op het welkomst-
scherm. Deze kopie blijft bewaard wanneer het origineel wordt gewist of de
geheugenkaart wordt verwijderd.
Datum
Hiermee stelt u de cameraklok in en kiest u uw eigen tijdzone en de tijdzone van
uw bestemming.
Optie Omschrijving
Datum Stel de cameraklok in op de huidige datum en tijd (zie hierna).
Tijdzone Kies uw eigen tijdzone ( ) of de tijdzone ( 67) van uw bestemming ( ).
Schakel de zomertijd in of uit.
Als u [Datum] kiest, wordt het menu uit stap 1 weergegeven. Voer de volgende
stappen uit om de cameraklok in te stellen op de huidige datum en tijd:
2
Selecteer [M] aand. Herhaal stap 1 en 2 om
Maand, Jaar, uren en minuten te wijzigen.
1
Stel de [D] ag in. (De volgorde van Dag,
Maand en Jaar kan verschillen.)
4
Selecteer de gewenste datumnotatie. Druk
op en keer terug naar het setup-menu.
3
Selecteer [D M J].
67
Het setup-menu
2
Stel de klok in op de tijd in de tijdzone van
de bestemming.
1
Markeer .
Als u de eigen tijdzone wilt wijzigen, selecteert u in stap 1 en voert u stap 2 tot
5 uit.
4
Markeer de tijdzone van de bestemming.
3
Geef een wereldkaart met tijdzones weer.
5Stel de klok in op de tijd in de nieuwe tijdzone.
wordt weergegeven als de camera wordt
ingesteld op de opnamestand. Als u de oor-
spronkelijke tijdzone voor de klok wilt herstel-
len, selecteert u in het tijdzonemenu (stap
1). Als u de zomertijd in de geselecteerde zone
wilt in- of uitschakelen, markeert u [Zomertijd]
en drukt u op . De klok wordt automatisch
Ć©Ć©n uur vooruit gezet. Druk op de knop
om terug te keren naar de opname- of weerga-
vestand.
Als u [Tijdzone] kiest in het menu [Datum], wordt het scherm uit stap 1 weergege-
ven. Voer de volgende stappen uit om de klok in te stellen op de tijd in een nieuwe
tijdzone:
68
Het setup-menu
Monitorinstellingen
De volgende opties zijn beschikbaar:
Optie Omschrijving
Foto-informatie Kies de informatie die op de monitor wordt weergegeven.
Helderheid Kies uit vijf instellingen voor de helderheid van de monitor (standaard is 4).
Foto-informatie
De volgende weergaveopties zijn beschikbaar:
Optie Omschrijving
Weergave
Opnamestand Weergavestand
Info tonen
Aanduidingen worden weer-
gegeven op de monitor
( 4ā5).
10
10
10
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
1
/
11
/
1
Automat.
info Aanduidingen worden weergegeven gedurende 5 sec.
Info
verbergen
Aanduidingen worden niet
weergegeven op de monitor.
Raster
Aanduidingen worden weer-
gegeven op de monitor. In
de stand wordt een raster
weergegeven dat u helpt fo-
toās te kadreren; andere aan-
duidingen worden gedurende
5 sec. weergegeven.
10
10
10
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
10:15
10:15
10:15
100NIKON
100NIKON
100NIKON
0001.JPG
0001.JPG
1
1
/
11
/
1
69
Het setup-menu
Datum afdrukken
Hiermee drukt u datuminformatie af op fotoās terwijl ze worden gemaakt.
Optie Omschrijving
Uit Datum en tijd worden niet op fotoās weergegeven.
Datum
Datum of datum en tijd worden weergegeven
op fotoās die worden gemaakt terwijl deze optie
is geselecteerd.
15.10.2006
15.10.2006
15.10.2006
Datum en tijd
Dagenteller Het aantal dagen tussen de opnamedatum en de geselecteerde datum
wordt weergegeven (zie hierna).
Bij andere instellingen dan [Uit] wordt de geselecteerde optie tijdens het fotograferen
aangegeven met een pictogram op de monitor ( 4ā5).
Dagenteller
Op fotoās die worden genomen terwijl deze optie is ingeschakeld,
wordt het aantal dagen tot een bepaalde datum of het aantal dagen
dat is verstreken sinds een bepaalde datum, in het beeld weergegeven.
U kunt deze functie bijvoorbeeld gebruiken om de ontwikkeling van
een kind te volgen of om af te tellen tot een verjaardag of bruiloft.
Opge-
slagen
dagen
U kunt maximaal drie datums opslaan.
U stelt een datum in door een datum
te markeren, de multi-selector naar
rechts te drukken en de datum in te
voeren ( 66). Om de selectie te ma-
ken markeert u de optie en drukt u op
de knop .
Opties
tonen
Markeer [Aantal dagen], [Jaren en dagen] of [Jren, mndn, dgn]
en druk op de knop .
Hieronder ziet u voorbeelden van de weergave van de dagenteller.
Datum afdrukken
De datum wordt vastgelegd in de volgorde die is geselecteerd in het menu Datum ( 66).
Met deze optie kunt u geen datuminformatie afdrukken op bestaande fotoās. Zie pagina 50
voor een vergelijking tussen datum afdrukken en [Printopdracht] > [Datum].
Datums die worden afgedrukt bij de instelling [TV-scherm (640)] kunnen moeilijk leesbaar
zijn. Kies [PC-scherm (1024)] of groter wanneer u de datum afdrukt.
02/15.10.2006
02/15.10.2006
02/15.10.2006
Datum in de toekomst
(resterende dagen)
02/19.10.2006
02/19.10.2006
02/19.10.2006
Datum in het verleden
(verstreken dagen)
Druk op de knop
om de laatst
opgeslagen datums
te bekijken.
Druk op knop om
de weergaveopties
te bekijken.
15.10.200615.10.200615.10.2006
70
Het setup-menu
AF-hulplicht
Als [Automatish] is geselecteerd, wordt de AF-hulpverlichting gebruikt, zodat de
camera beter kan scherpstellen bij weinig licht. (De AF-hulpverlichting is niet be-
schikbaar in sommige standen; 23). Kies [Uit] als u de AF-hulpverlichting wilt
uitschakelen. (Houd er rekening mee dat de camera mogelijk niet kan scherpstellen
bij weinig licht.)
Geluid instellen
U kunt de volgende geluidsinstellingen aanpassen:
Optie Omschrijving
Knop-
geluid
Als [Aan] is geselecteerd, klinkt er Ć©Ć©n pieptoon wanneer bewerkingen correct
worden uitgevoerd. Bij een fout worden drie pieptonen weergegeven.
Sluiter-
geluid
Kies het volume van het geluid dat wordt afgespeeld wanneer de sluiter ontspant.
(Houd er rekening mee dat het sluitergeluid mogelijk niet altijd wordt weergege-
ven; 80.) Kies [Uit] als u het sluitergeluid wilt uitschakelen.
Op-
startge-
luid
Kies het volume van het geluid dat wordt weergegeven als de camera wordt inge-
schakeld. Als [Uit] is geselecteerd, wordt geen opstartgeluid afgespeeld wanneer
u de camera aanzet. Het opstartgeluid wordt niet afgespeeld als de USB-kabel is
aangesloten ( 47, 51).
Opname-Oriƫntatie
Fotoās die worden genomen terwijl [Automatisch] (de standaardinstelling) is inge-
steld, bevatten informatie over de oriƫntatie van de camera , waardoor ze automa-
tisch kunnen worden geroteerd tijdens weergave of wanneer ze worden bekeken
in PictureProject.
De oriƫntatie wordt niet opgeslagen als [Uit] is ingesteld.
Automatisch uit
Kies de tijdsduur waarna de monitor automatisch wordt uitgeschakeld om stroom
te besparen. U hebt de keuze uit 30 seconden, 1 minuut (de standaardinstelling), 5
minuten en 30 minuten. Ongeacht de gekozen optie blijft de monitor gedurende
3 minuten ingeschakeld als er menuās worden weergegeven, en gedurende 30 mi-
nuten als [Herhalen] is geselecteerd tijdens weergave van een Pictmotion of een
diashow of als de camera stroom krijgt via een optionele EH-62A AC lichtnetadap-
terkit. Het camera-aan-lampje knippert terwijl de monitor is uitgeschakeld. De ca-
mera wordt automatisch uitgeschakeld als gedurende nog eens drie minuten geen
handelingen worden uitgevoerd.
71
Het setup-menu
Interface
Pas de instellingen voor aansluiting op een computer of videotoestel aan.
Optie Omschrijving
USB
Selecteer een USB-optie voor aansluiting op een computer ( 47) of printer
( 51).
Videostand Kies NTSC of PAL ( 47).
Auto-overdracht Kies [Aan] als u alle nieuwe fotoās wilt markeren voor overdracht naar de com-
puter ( 48).
Standaardwaarden
Selecteer [Standaard] als u de standaardwaarden voor de camera-instellingen wilt her-
stellen ( 83).
Firmware-versie
Geef de huidige ļ¬ rmwareversie van de camera weer.
ÄeÅ”tina Tsjechisch
Dansk Deens
Deutsch Duits
English Engels
EspaƱol Spaans
FranƧais Frans
Indonesia Indonesisch
Svenska Zweeds
Vereenvoudigd
Chinees
Traditioneel Chinees
Japans
Koreaans
Thais
Italiano Italiaans
Nederlands Nederlands
Norsk Noors
Polski Pools
PortuguĆŖs Portugees
Š ŃŃŃŠŗŠøŠ¹ Russisch
Suomi Fins
Geheugen formatteren/ Geh.-krt format.
Als er geen geheugenkaart is geplaatst, heet deze optie [Geh.-krt format.] en wordt hier-
mee het interne geheugen geformatteerd. Als er wel een kaart aanwezig is, heet de op-
tie [Geheugenkaart format.] en wordt hiermee de geheugenkaart geformatteerd voor
gebruik in de camera. Houd er rekening mee dat bij formatteren alle fotoās en andere
gegevens voorgoed worden verwijderd. Maak daarom zo nodig kopieƫn voordat u het
geheugen of de kaart formatteert. Als u een geheugenkaart formatteert, wordt eventu-
eel aanwezige Pictmotion-achtergrondmuziek ook verwijderd. Nadat het formatteren is
voltooid, kunnen muziekbestanden weer naar de kaart worden gekopieerd.
Er zijn twee formatteringsopties beschikbaar als een geheugenkaart is geplaatst: [Snel
formatteren] (formatteert alleen delen van de kaart waarop gegevens zijn opgeslagen)
en [Formatteren] (formatteert de hele kaart). [Formatteren] is niet beschikbaar als de bat-
terijen bijna leeg zijn.
Formatteren
Tijdens het formatteren mag u de camera niet uitschakelen, de lichtnetadapter niet loskoppelen en
de batterij of de geheugenkaart niet verwijderen. Gebruik de optie [Formatteren] om geheugenkaar-
ten te formatteren voordat u ze voor het eerst gebruikt en formatteer ze later regelmatig opnieuw.
Als u kaarten niet regelmatig formatteert, nemen de prestaties ervan af.
Taal/Language
Kies een taal voor de cameramenuās en berichten uit de volgende opties:
72
Technische opmerkingen
Technische opmerkingen
3 Bevestig de EP-62A voedingsaansluiting
Bij het bevestigen van de voedingsaansluiting
wordt de oranje batterijvergrendeling opzij ge-
duwd. De aansluiting is volledig bevestigd als de
vergrendeling op zijn plaats terugklikt.
De aansluiting bevestigen
Als u probeert de aansluiting ondersteboven of achterstevo-
ren te bevestigen, kan dit schade aan de camera veroorza-
ken. Controleer of de aansluiting correct is geplaatst.
1 Zet de camera uit
Zet de camera uit voordat u de lichtnetadapter
aansluit of loskoppelt.
2 Verwijder de batterij
Open het klepje van de batterijruimte/geheugen-
kaartsleuf en verwijder de batterij.
4 Sluit het klepje
Sluit de batterijruimte/geheugenkaartsleuf en
zorg er hierbij voor dat de voedingskabel door de
opening in het klepje wordt geleid.
Raadpleeg de handleiding van de EH-62A voor meer informatie over het gebruik
van de lichtnetadapterkit.
Optionele accessoires
Op het moment dat deze documentatie werd geschreven, waren de volgende optione-
le accessoires en vervangingsartikelen beschikbaar voor deze camera. Neem voor meer
informatie contact op met de leverancier of landelijke Nikon-vertegenwoordiging.
Oplaadbare batterij Oplaadbare EN-EL5 Li-ion batterijen
Batterijlader MH-61 batterijlader
Lichtnetadapter EH-62A lichtnetadapterkit
USB-kabel UC-E6 USB-kabel
A/V-kabel EG-CP14 audio-/videokabel
De optionele EH-62A lichtnetadapterkit aansluiten
De optionele EH-62A lichtnetadapterkit kan worden gebruikt om de camera van stroom
te voorzien voor langere weergave of voor aansluiting van de camera op een computer
of printer.
73
Technische opmerkingen
Geheugenkaarten
ā¢ Gebruik uitsluitend SD-geheugenkaarten (Secure Digital).
ā¢ Formatteer geheugenkaarten voordat u ze voor het eerst gebruikt ( 71).
ā¢ U mag de geheugenkaart niet verwijderen, de camera niet uitzetten, de batterijen niet ver-
wijderen en de lichtnetadapter niet loskoppelen terwijl de kaart wordt geformatteerd of ter-
wijl gegevens worden geschreven naar of verwijderd van de kaart. Als u deze waarschuwing
negeert, kan dit leiden tot gegevensverlies of beschadiging van de camera of de kaart.
ā¢ Haal geheugenkaarten niet uit elkaar en breng geen wijzigingen aan.
ā¢ Laat geheugenkaarten niet vallen, verbuig deze niet en stel deze niet bloot aan water of
sterke fysieke schokken.
ā¢ Raak de metalen contactpunten niet aan met uw vingers of metalen voorwerpen.
ā¢ Plak geen labels of stickers op een geheugenkaart.
ā¢ Voorkom blootstelling aan hoge temperaturen en laat geheugenkaarten niet in direct zon-
licht of een gesloten auto liggen.
ā¢ Voorkom blootstelling aan een hoge vochtigheid of corrosieve gassen.
Goedgekeurde geheugenkaarten
De volgende geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd voor gebruik met de COOL-
PIX S10:
Panasonic 64 MB, 128 MB, 256 MB, 256 MB*, 512 MB, 512 MB*, 1 GB, 1 GB*
SanDisk 64 MB, 128 MB, 256 MB, 256 MB*, 512 MB, 512 MB*, 1 GB, 1 GB*
Toshiba 64 MB, 128 MB, 128 MB*, 256 MB, 256 MB*, 512 MB, 512 MB*, 1 GB
* High speed (10 MB/s)
Andere kaarten zijn niet getest. Neem voor meer informatie over de bovenstaande
kaarten contact op met de fabrikant.
74
Technische opmerkingen
Opmerkingen over de monitor
ā¢ De monitor bevat mogelijk enkele pixels die permanent branden of helemaal niet branden. Dit komt
voor bij praktisch alle TFT-LCD-schermen en duidt niet op een defect. Dit is niet van invloed op fotoās die
met de camera worden gemaakt.
ā¢ Als u een foto maakt van heldere onderwerpen, kunnen verticale komeetachtige lichtsporen op de mo-
nitor te zien zijn. Dit verschijnsel, āsmearā genaamd, is niet zichtbaar in de uiteindelijke foto en is niet het
gevolg van een defect. In ļ¬ lmopnamen kan wel enige āsmearā zichtbaar zijn.
ā¢ Bij helder licht zijn de beelden op de monitor mogelijk niet goed te zien.
ā¢ De monitor wordt verlicht via een LED-verlichting. Neem contact op met de servicedienst van Nikon als
de monitor zwakker gaat branden of begint te ļ¬ ikkeren.
Behandeling van uw camera
Als u lang plezier van dit Nikon-product wilt hebben, is het belangrijk dat u de volgende voor-
zorgsmaatregelen in acht neemt wanneer u het apparaat gebruikt of opbergt.
Wees voorzichtig bij het hanteren van het objectief en
alle bewegende onderdelen
Oefen geen kracht uit op het objectief, de mo-
nitor en de klepjes over de aansluitingen, de
kaartsleuf of de batterijruimte. Als de monitor
beschadigd raakt, dient u erop te letten dat u
zich niet verwondt aan de glassplinters en te
zorgen dat de vloeibare kristallen in de monitor
niet in aanraking komen met uw huid, ogen of
mond.
Richt het objectief niet gedurende langere tijd op een
sterke lichtbron
Richt de camera niet gedurende langere tijd op
de zon of een andere sterke lichtbron wanneer u
de camera gebruikt of opbergt. Blootstelling aan
intens licht kan beschadiging van de beeldsen-
sor tot gevolg hebben, waardoor er een witte
zweem op de fotoās ontstaat.
Schakel de camera uit voordat u de batterij verwijdert
of de lichtnetadapter loskoppelt
Haal de stekker van de camera niet uit het stop-
contact en verwijder de batterij niet terwijl de
camera aanstaat of terwijl beelden worden op-
geslagen of gewist. Een stroomonderbreking kan
leiden tot gegevensverlies of beschadiging van
het geheugen of de schakelingen. Om te voor-
komen dat de stroomtoevoer per ongeluk wordt
onderbroken, mag u het product niet verplaatsen
terwijl de lichtnetadapter is aangesloten.
Houd de camera droog
Als de camera in water wordt ondergedompeld
of aan vocht wordt blootgesteld, zal deze defect
raken.
Laat de camera niet vallen
Als de camera wordt blootgesteld aan sterke
schokken of trillingen, kan deze defect raken.
Houd de camera uit de buurt van sterke magnetische
velden
U mag deze camera niet gebruiken of opbergen
in de buurt van apparatuur die een sterke elek-
tromagnetische straling of magnetische velden
produceert. Sterke statische ladingen en sterke
magnetische velden die worden geproduceerd
door bijvoorbeeld een radio of televisie, kunnen
storingen veroorzaken in de monitor en gege-
vens op de geheugenkaart of de interne scha-
kelingen van de camera beschadigen.
Stel de camera niet bloot aan plotselinge temperatuur-
schommelingen
Plotselinge temperatuurverschillen, die bijvoor-
beeld kunnen optreden als u op een koude dag
een verwarmd gebouw binnengaat of verlaat,
kunnen condensatie in de camera veroorzaken.
U voorkomt condensatie door de camera in de
cameratas of in een plastic tas te doen voordat
u deze aan plotselinge temperatuurverschillen
blootstelt.
De LED van de AF-hulpverlichting
De LED (Light Emitting Diode; 1, 17) die
wordt gebruikt in de AF-hulpverlichting voldoet
aan de volgende IEC-norm:)
IEC60825-1 Edition 1.2-2001
CLASS 1 LED PRODUCT
Houd de camera nooit bij de lensdop vast
De lensdop kan losraken, waardoor de camera
valt en de apparatuur beschadigt.
75
Technische opmerkingen
Reinigen
Objectief Raak glazen onderdelen niet met uw vingers aan. Verwijder stof of pluisjes met
een blaasbalgje (gewoonlijk een rubberen balletje met een spuitmondje waaruit
de lucht wordt geblazen). Vingerafdrukken en ander vuil dat niet met een blaas-
balgje kan worden verwijderd, kunt u wegvegen met een zachte doek, waarbij u
een ronddraaiende beweging maakt vanuit het midden naar de randen toe. Als u
de lens op deze manier niet kunt reinigen, veegt u deze schoon met een doek die
licht is bevochtigd met lensreiniger.
Monitor Verwijder vuil en stof met behulp van een blaasbalgje. Verwijder vingerafdrukken
en andere vlekken van de monitor met een zachte, droge doek, waarbij u erop let
dat u geen druk op de monitor uitoefent.
Behuizing Verwijder vuil, stof of zand met behulp van een blaasbalgje en veeg de behuizing
voorzichtig af met een zachte, droge doek. Na gebruik van de camera aan het
strand dient u zand en zout te verwijderen met een droge doek die licht is be-
vochtigd met water. Droog de camera daarna grondig af. Let erop dat vuil of stof
in de camera schade kan veroorzaken die niet door de garantie wordt gedekt.
Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige chemicaliƫn.
Batterijen
ā¢ Controleer het batterijniveau als u de camera gaat gebruiken en laad de batterij zo nodig op
( 6). Verwijder de batterij uit de lader zodra deze volledig is geladen. Doet u dat niet, dan
is dit nadelig voor de prestaties van de batterij. Neem zo mogelijk een volledig opgeladen
reservebatterij mee als u fotoās maakt van belangrijke gelegenheden.
ā¢ Gebruik de batterij niet bij een omgevingstemperatuur van minder dan 0 Ā°C of meer dan
40 Ā°C. Tijdens het opladen moet de temperatuur tussen 5 en 35 Ā°C liggen. Tijdens het ge-
bruik kan de batterij heet worden. Laat de batterij eerst afkoelen voordat u deze oplaadt. Als
u deze voorzorgsmaatregelen niet in acht neemt, kan de batterij beschadigd raken, kunnen
de prestaties afnemen of wordt de batterij mogelijk onvoldoende opgeladen.
ā¢ Bij koud weer neemt de capaciteit van batterijen gewoonlijk af. Zorg ervoor dat de batterij
volledig is geladen voordat u bij koud weer naar buiten gaat om te fotograferen. Houd reser-
vebatterijen bij de hand op een warme plaats en verwissel ze zo nodig. Een koude batterij
die weer op temperatuur is gekomen, kan soms een deel van zijn lading terugkrijgen.
ā¢ Vuil op de contactpunten kan ertoe leiden dat de camera niet werkt.
ā¢ Verwijder de batterij uit de camera of batterijlader als u de batterij niet gebruikt en plaats
het beschermkapje op de contactpunten. Ook als ze uitstaan, onttrekken de camera en de
batterijlader kleine hoeveelheden energie aan de batterij. Als u de batterij niet verwijdert,
kan de batterij zo leeg raken dat deze niet meer kan worden gebruikt. Als u de camera aan-
of uitzet terwijl de batterij leeg is, kan dit de gebruiksduur van de batterij verkorten. Als u
de batterij gedurende langere tijd niet gebruikt, berg deze dan op een koele (15 tot 25 Ā°C),
droge plaats op. Laad de batterij ten minste eenmaal per jaar op en maak de batterij leeg
voordat u deze weer opbergt.
ā¢ Vervang de batterij als deze niet meer kan worden opgeladen. Lever gebruikte batterijen
in voor hergebruik. Recycle gebruikte batterijen volgens de plaatselijke regels voor klein
chemisch afval.
76
Technische opmerkingen
Opslag
Zet de camera uit wanneer u deze niet gebruikt. Controleer of het camera-aan-
lampje uit is voordat u de camera opbergt en verwijder de batterijen als u de ca-
mera gedurende langere tijd niet gebruikt. Berg de camera niet op bij nafta- of
kamfermottenballen of in ruimten:
ā¢ in de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische velden genereren,
zoals televisie- of radiotoestellen
ā¢ waar het kouder wordt dan ā10 Ā°C of warmer dan 50 Ā°C
ā¢ die slecht geventileerd zijn of een luchtvochtigheid van meer dan 60% hebben
Haal de camera minstens eenmaal per maand uit de opslag om schimmel te voor-
komen. Schakel de camera in en druk een aantal malen op de ontspanknop alvo-
rens de camera weer op te bergen.
Foutmeldingen
In de volgende tabel vindt u een overzicht van de foutmeldingen en andere waarschu-
wingen die op de monitor kunnen verschijnen, en wordt uitgelegd wat u moet doen.
Weergave Probleem Oplossing
(knippert) Klok niet ingesteld. Stel de klok in.
66
Batterij is bijna leeg. Wees gereed om batterij te herladen of te
verwisselen.
6, 7
LET OP! BATTERIJ BIJNA
LEEG! Batterij is bijna leeg. Laad de batterij op of vervang de batterij.
6, 7
(ā knippert rood)
Camera kan niet scherp-
stellen.
Gebruik de scherpstelvergrendeling om
scherp te stellen op een ander onderwerp
op dezelfde afstand en pas daarna de ka-
drering aan.
60
WAARSCHUWING! WACHT
TOT CAMERA KLAAR IS MET
OPNEMEN
Camera kan geen andere
bewerkingen uitvoeren
voordat de opname is vol-
tooid.
Dit bericht verdwijnt automatisch nadat de
opname is voltooid.
ā
GEHEUGENKAART
BESCHERMD TEGEN
OVERSCHRIJVEN
Beveiligingsschuif is ver-
grendeld.
Schuif de beveiligingsschuif in de āschrijf-
standā.
9
GEEN KAART AANWEZIG Geen geheugenkaart aan-
wezig in Pictmotion-stand. Plaats geheugenkaart.
8
DEZE KAART KAN NIET
GEBRUIKT WORDEN
Fout bij toegang tot ge-
heugenkaart.
ā¢ Gebruik een goedgekeurde kaart.
ā¢ Controleer of de contactpunten schoon
zijn.
ā¢ Controleer of de geheugenkaart correct is
geplaatst.
73
ā
8
WAARSCHUWING! DEZE
GEHEUGENKAART KAN
NIET GELEZEN WORDEN!
77
Technische opmerkingen
Weergave Probleem Oplossing
ONGEFORMATTEERDE
KAART
FORMATTEREN
NEE
Geheugenkaart is niet ge-
formatteerd voor gebruik
in de camera.
Volg de instructies die op de monitor wor-
den weergegeven en formatteer de kaart of
schakel de camera uit en vervang de kaart.
8
BEELD KAN NIET WORDEN
OPGESLAGEN
of
Er heeft zich een fout voor-
gedaan tijdens het opslaan
van de foto.
Formatteer het interne geheugen of de ge-
heugenkaart.
71
Camera kan geen nieuwe
bestandsnummers gene-
reren.
ā¢ Plaats nieuwe geheugenkaart.
ā¢ Selecteer [Standaardwaarden] na plaat-
sing nieuwe geheugenkaart of na format-
teren intern geheugen of geheugenkaart.
8
71
Er kan geen uitgesneden,
D-Lighting- of kleine kopie
worden gemaakt.
Selecteer een foto die uitsnijden, D-Ligh-
ting of kleine kopie ondersteunt.
85
Foto kan niet worden ge-
bruikt voor welkomst-
scherm.
Kies een foto van 640 Ć 480 pixels of gro-
ter.
ā
Foto kan niet worden ge-
kopieerd. Verwijder fotoās van de bestemming.
62
Het beeld is al
aangepast.
D-Lighting kan niet worden
gebruikt.
Origineel ondersteunt D-
Lighting niet.
D-Lighting kan niet worden gebruikt voor
kopieƫn.
85
GELUIDSBESTAND KAN
NIET WORDEN
OPGESLAGEN
of
Camera kan geen nieuwe
bestandsnummers gene-
reren.
Selecteer [Standaardwaarden] na plaatsing
nieuwe geheugenkaart of na formatteren
intern geheugen of geheugenkaart.
71
KAN FILM NIET OPNEMEN Time-out tijdens opname
van ļ¬ lm. Gebruik een snellere geheugenkaart.
73
GEEN GEHEUGEN MEER
of
Het interne geheugen of
de geheugenkaart is vol.
ā¢ Kies een kleiner beeldformaat.
ā¢ Wis beelden of spraakopnamen.
ā¢ Plaats nieuwe geheugenkaart.
ā¢ Verwijder de geheugenkaart en gebruik
het interne geheugen.
55
15, 35,
37, 62
8
9
GEHEUGEN BEVAT GEEN
BEELDEN Er zijn geen fotoās aanwezig om weer te geven.
ā
GEEN GELUIDSBESTAND Er is geen geluidsbestand dat kan worden afgespeeld.
ā
ER ZIJN GEEN
INDEXPUNTEN MEER
Geluidsopname bevat geen
indexen.
Voeg een index toe voordat u de optie
of gebruikt.
34
BESTAND BEVAT GEEN
BEELDGEGEVENS Bestand is niet gemaakt
met de COOLPIX S10.
Bekijk het bestand op een computer of an-
der apparaat.
ā
DIT BESTAND KAN NIET
WEERGEGEVEN WORDEN
78
Technische opmerkingen
Weergave Probleem Oplossing
ALLE BEELDEN ZIJN
VERBORGEN
Er zijn geen fotoās beschikbaar voor weergave op welkomstscherm of in
diashow.
ā
PICTMOTION KAN NIET
GECREĆERD WORDEN
Geen fotoās geselecteerd
voor Pictmotion-ļ¬ lm Selecteer fotoās. 44
PICTMOTION KAN NIET
AFGESPEELD WORDEN
Pictmotion-bestanden zijn
gewist of verwijderd. Wis aangetaste Pictmotion ļ¬ lm.
46
DIT BEELD KAN NIET
GEWIST WORDEN Foto is beveiligd. Verwijder de beveiliging.
62
NIEUWE STAD IS IN DE
HUIDIGE TIJDZONE
Bestemming ligt in dezelf-
de tijdzone als de eigen
tijdzone.
U hoeft de tijdzone niet te wijzigen als uw
bestemming in uw eigen tijdzone ligt.
66
LENSFOUT Fout met lens.
Zet de camera uit en weer aan. Als de fout
zich blijft voordoen, neemt u contact op
met de leverancier of Nikon-vertegenwoor-
diging.
10
COMMUNICATIEFOUT
USB-kabel is losgekoppeld
tijdens overspelen of af-
drukken.
Als PictureProject een foutbericht weer-
geeft, klikt u op [OK] om dit te sluiten. Her-
vat de bewerking nadat u de camera hebt
uitgezet en de kabel opnieuw hebt aange-
sloten.
47ā49,
51
Onjuiste [USB]-optie. Selecteer de juiste [USB]-optie.
49
PictureProject is niet
gestart.
Raadpleeg de handleiding van
PictureProject (op cd-rom) voor meer in-
formatie.
ā
GEEN BEELDEN
GESELECTEERD VOOR
OVERDRACHT
Er zijn geen beelden ge-
selecteerd voor de over-
dracht.
Selecteer de beelden die u wilt overspelen
en probeer het opnieuw.
62
OVERDRACHTSFOUT Overdrachtsfout. ā¢ Controleer het batterijniveau.
ā¢ Controleer of de USB-kabel is aangesloten.
10
47ā48
SYSTEEMFOUT
Er is een fout opgetreden
in de interne schakelingen
van de camera.
Zet de camera uit, verwijder de batterijen
en plaats ze weer terug, en zet de camera
aan. Als de fout zich blijft voordoen, neemt
u contact op met de leverancier of Nikon-
vertegenwoordiging.
7
PRINTERFOUT CONTROLEER
STATUS Printerfout.
Controleer de printer. Als u het afdrukken
wilt hervatten, markeert u [Hervatten] (in-
dien beschikbaar) en drukt u op .
ā
In zeer uitzonderlijke gevallen kunnen er ongewone tekens op de monitor verschijnen en func-
tioneert de camera niet meer. Meestal is dit het gevolg van een sterke externe statische lading.
Zet de camera uit, verwijder de batterijen en plaats ze terug, en zet de camera weer aan. Neem
contact op met de leverancier of Nikon-vertegenwoordiging als de storing zich blijft voordoen.
Als u de stroomvoorziening van de camera onderbreekt, zoals hierboven wordt beschreven,
kan dit ertoe leiden dat gegevens verloren gaan die nog niet in het interne geheugen of op de
geheugenkaart waren opgeslagen op het moment dat de storing optrad. Dit is niet van invloed
op gegevens die al zijn opgeslagen.
Elektronisch gestuurde cameraās
79
Technische opmerkingen
Problemen oplossen
Als de camera niet naar behoren functioneert, raadpleeg dan eerst de volgende
algemene problemen voordat u zich tot de leverancier of tot Nikon wendt. Raad-
pleeg de paginanummers in de rechterkolom voor meer informatie.
Probleem Oplossing
Camera gaat
zonder waarschu-
wing uit
ā¢ Batterij is bijna leeg.
ā¢ Camera is automatisch uitgeschakeld om energie te besparen.
ā¢ Batterij is koud.
10
10, 70
89
Monitor is leeg
ā¢ Camera staat uit.
ā¢ Batterij is leeg.
ā¢ Stand-by: monitor wordt ingeschakeld wanneer bedieningsknop-
pen worden gebruikt.
ā¢ Flitserlampje knippert rood: wacht tot de ļ¬ itser is opgeladen.
ā¢ USB-kabel is aangesloten:
ā¢ AV-kabel is aangesloten.
ā¢ Er wordt een intervalļ¬ lm of er worden intervalfotoās gemaakt: de
monitor schakelt automatisch uit tussen opnamen.
ā¢ Lensdop is gesloten: open de lensdop.
10
10
10
16
48, 51
47
32, 58
3
Er zijn geen aandui-
dingen op de monitor
te zien
[Info verbergen] is geselecteerd voor [Foto-informatie]. Selecteer [Info
tonen].
68
Beeld op monitor is
niet goed zichtbaar
ā¢ Monitor is gedimd om energie te besparen: monitor wordt helder-
der wanneer de bedieningsknoppen worden gebruikt.
ā¢ Hiermee past u de helderheid van de monitor aan.
ā¢ Monitor is vuil: reinig de monitor.
10
68
75
Cameraklok is niet
correct
Controleer af en toe de tijdaanduiding van uw camera en stel zo no-
dig de tijd bij.
66
Standaardwaarden
zijn hersteld
Klokbatterij is bijna leeg: laad de klokbatterij opnieuw op. Fotoās die zijn
opgeslagen voordat de klok is ingesteld, krijgen een tijd aanduiding
van ā00.00.0000 00:00ā. Films worden gedateerd op ā01.09.2006 00:00ā.
66
Er wordt geen foto ge-
maakt als de ontspan-
knop wordt ingedrukt
ā¢ Camera staat in de weergavestand: druk op de knop .
ā¢ Menuās worden weergegeven: druk op de knop .
ā¢ Batterij is leeg.
37
13
10
Camera kan niet
scherpstellen met au-
tofocus
ā¢ Het onderwerp heeft te weinig contrast, wordt overheerst door her-
halende geometrische patronen of neemt een te klein deel van het
beeld in beslag. Het is ook mogelijk dat het onderwerp veel kleine
details bevat of voorwerpen met een zeer verschillende helderheid
of op verschillende afstanden van de camera. Gebruik de scherp-
stelvergrendeling om scherp te stellen op een ander onderwerp op
dezelfde afstand.
ā¢ [Uit] is geselecteerd voor de optie AF-hulplicht in setup-menu van
camera.
ā¢ Scherpstelfout. Zet de camera uit en weer aan.
60
70
10
Fotoās zijn onscherp
ā¢ Gebruik vibratiereductie (VR) of gebruik een statief en de zelfont-
spanner.
ā¢ Gebruik de ļ¬ itser.
ā¢ Gebruik BSS.
2, 18,
20, 32
16
59
80
Technische opmerkingen
Probleem Oplossing
Fotoās zijn te donker
(onderbelicht)
ā¢ Flitser staat uit.
ā¢ Flitsvenster is afgedekt. Als de lensdop het ļ¬ itsvenster afdekt, opent
u de lensdop volledig.
ā¢ Onderwerp bevindt zich buiten ļ¬ itsbereik.
ā¢ Te sterke negatieve belichtingscorrectie.
ā¢ Onderwerp is gefotografeerd met tegenlicht: selecteer (onder-
werpsstand) of gebruik een invulļ¬ its.
16
14
16
22, 30,
57
16, 27
Fotoās zijn te licht
(overbelicht) Te sterke positieve belichtingscorrectie. 22, 30,
57
Willekeurig geplaatste
pixels (āruisā) verschij-
nen in beeld
Sluitertijd te lang. U kunt ruis verminderen door:
ā¢ de ļ¬ itser te gebruiken
ā¢ de gevoeligheid in te stellen op 50
ā¢ een onderwerpsstand met ruisonderdrukking te kiezen
16
59
26
Fotoās zijn vlekkerig Lens is vuil. Reinig de lens. 75
Kleuren zijn onna-
tuurlijk Witbalansinstelling komt niet overeen met lichtbron. 56
Flitser treedt niet in
werking
Flitser staat uit. Houd er rekening mee dat de ļ¬ itser automatisch
wordt uitgeschakeld in de stand (met uitzondering van [Interval-
ļ¬ l m ā
]) en in sommige onderwerpsstanden, als een andere optie dan
[Enkelvoudig] of [Intervalopnamen] is geselecteerd voor [Continu] of
als BSS is ingeschakeld.
16, 23,
31, 57,
59
AF-hulpverlichting
brandt niet.
ā¢ [Uit] is geselecteerd voor de optie AF-hulplicht in setup-menu van
camera.
ā¢ AF-hulpverlichting wordt automatisch uitgeschakeld in sommige
standen.
70
23
Heldere vlekken in
fotoās die zijn gemaakt
met ļ¬ its
Flits wordt weerkaatst door deeltjes in de lucht. Zet de ļ¬ itser uit. 16
Geen geluid wanneer
de sluiter ontspant
Geluid wordt niet weergegeven als [Uit] is geselecteerd voor [Geluid
instellen] > [Sluitergeluid], als BSS is ingeschakeld, als een andere op-
tie dan [Enkelvoudig] is geselecteerd voor [Continu] of als de stand
of is geselecteerd.
25, 31,
57, 59,
70
Optische zoom kan
niet worden gebruikt Optische zoom kan niet worden gebruikt wanneer u ļ¬ lms opneemt. 32
Digitale zoom kan
niet worden gebruikt
Digitale zoom is niet beschikbaar als [Multi-shot 16] is geselecteerd
voor [Continu]. 57
Onverwachte resul-
taten wanneer ļ¬ itser
is ingesteld op
(Auto met rode-ogen-
correctie).
Geavanceerde rode-ogencorrectie kan in zeer zeldzame gevallen
worden toegepast op beeldpartijen waarin zich geen rode ogen
voordoen. Stel de ļ¬ itser in op (auto) of (invulļ¬ its) en probeer
het opnieuw. Rode-ogencorrectie is de standaardinstelling voor one-
touchportret, en .
16, 17,
24, 25
[Beeld kwal/form] is
niet beschikbaar
[Beeld kwal/form] kan niet worden aangepast als [Multi-shot 16] is ge-
selecteerd voor [Continu] of als āSport multi-shot 16ā is geselecteerd
als onderwerpsstand.
25, 57
[Datum afdrukken] is
niet beschikbaar Cameraklok is niet ingesteld. 66
81
Technische opmerkingen
Probleem Oplossing
Datum wordt niet
weergegeven op
beelden
De datum wordt niet weergegeven in ļ¬ lms of op fotoās die zijn ge-
maakt met , , (met uitzondering van [Sport multi-shot 16]),
[Continu] of BSS.
25 27,
28, 57,
59
Fotoās kunnen niet
worden weergegeven
ā¢ Er wordt een intervalļ¬ lm of er worden intervalfotoās gemaakt: fotoās
kunnen pas worden weergegeven nadat de opname is voltooid.
ā¢ Het bestand is overschreven of de naam is gewijzigd door een com-
puter of een camera van een ander merk.
32, 58
ā
Kan niet op beeld in-
zoomen
Weergavezoom kan niet worden gebruikt bij ļ¬ lms, kleine kopieĆ«n of
fotoās die zijn bijgesneden tot minder dan 320 Ć 240.
33, 38,
63
Kan geen spraakme-
mo opnemen Spraakmemoās kunnen niet worden toegevoegd aan ļ¬ lms. 40
Kan de opties voor
uitsnede, D-Lighting
of kleine kopie niet
gebruiken
Deze opties kunnen niet worden gebruikt voor ļ¬ lms en zijn moge-
lijk niet beschikbaar voor fotoās die met een andere camera zijn ge-
maakt. Selecteer een foto die uitsnijden, D-Lighting of kleine kopie
ondersteunt.
85
Kan geen nieuwe
Pictmotion-ļ¬ lm
maken.
Camera kan mogelijk geen Pictmotion-ļ¬ lms maken met beelden die
met andere cameraās zijn opgenomen. Andere cameraās zijn mogelijk
niet in staat om Pictmotion-ļ¬ lms af te spelen die met de COOLPIX
S10 zijn gemaakt.
43
Kan geen beelden mar-
keren voor overspelen
Maximaal 999 beelden kunnen voor overspelen worden gemarkeerd.
Gebruik de knop [Overdracht] in PictureProject om beelden over te
zetten.
48
Overspeelmarkering
verschijnt niet
Beelden zijn gemarkeerd voor overspelen met een ander cameramo-
del. Markeer fotoās voor overspelen met de S10. 62
PictureProject wordt
niet gestart wanneer
de camera wordt aan-
gesloten
ā¢ Camera staat uit.
ā¢ Batterij is leeg.
ā¢ USB-kabel is niet goed aangesloten.
ā¢ Juiste [USB]-optie is niet geselecteerd.
ā¢ Computer kan camera niet detecteren.
Raadpleeg de handleiding van PictureProject (op cd-rom) voor meer
informatie.
10
10
48
49
ā
Kan geen beelden
overspelen
De knop kan niet worden gebruikt om beelden uit het interne ge-
heugen over te zetten als [Mass Storage] is geselecteerd voor [USB]
of als de geheugenkaart is vergrendeld. Speel beelden over met de
overdrachtsknop van PictureProject.
48ā49
Beelden worden niet
weergegeven op een
televisie
Kies de juiste videostand. 71
[Geheugenkaart for-
mat.] > [Formatteren]
is niet beschikbaar
Batterijen zijn bijna leeg. 10
82
Technische opmerkingen
Bijlage
Overzichtsschema voor bewerkingen
Overzichtsschema voor bewerkingen
In het volgende schema worden de basisbewerkingen van de camera toegelicht.
Menuās
Opname
Druk op om te selecteren
(automatische stand) ( 14)
Onderwerpsstand ( 23)
Filmstand ( 31)
Menu voor one-touchportret ( 21)
Opnamemenu ( 55)
Onderwerpmenu ( 23)
Menu voor spraakopname ( 35)Stand voor spraakopname ( 34)
Filmmenu ( 31)
Menu voor one-touchportret ( 22)
Setup-menu ( 65)
Ondersteunde standaards
Ondersteunde standaards
ā¢ DCF: DCF (Design Rule for Camera File System) is een algemeen erkende standaard voor
digitale cameraās waarmee de compatibiliteit tussen de verschillende cameramerken wordt
gewaarborgd.
ā¢ DPOF: DPOF (Digital Print Order Format) is een industriestandaard die het mogelijk maakt
fotoās af te drukken op basis van een afdrukopdracht die is opgeslagen op de geheugen-
kaart.
ā¢ Exif versie 2.2: deze camera ondersteunt Exif (Exchangeable Image File Format for Digi-
tal Still Cameras) versie 2.2, een standaard die het mogelijk maakt gegevens bij fotoās op te
slaan. Deze gegevens leveren een optimale kleurreproductie op bij afdrukken met Exif-com-
patibele printers.
ā¢ PictBridge: een standaard die is ontwikkeld in samenwerking met fabrikanten van digitale
cameraās en printers en die het mogelijk maakt fotoās rechtstreeks vanuit de camera naar een
printer te sturen zonder de camera op een computer aan te sluiten.
Weergave
Druk op om te selecteren
Weergavestand ( 37)
Pictmotion-stand ( 43)
Datumsorteerstand ( 41)
D-Lighting ( 39)
Weergave spraakopname( 35)
Weergavemenu ( 61)
Pictmotion-menu ( 45)
Menu voor sorteren op datum ( 41)
Setup-menu ( 65)
Menu voor kopiƫren geluidsbestan-
den ( 36)
83
Technische opmerkingen
Standaardinstellingen (
Standaardinstellingen (
55, 61, 65)
55, 61, 65)
Als u [Standaard] kiest voor [Standaardwaarden], worden de volgende standaardinstellingen hersteld:
Optie Standaard
Opnamestand ( 14ā22)
Flitsstand Automatisch
Zelfontspanner Uit
Macro close-up Uit
Vibratiereductie Aan
One-touchportret
+/- Correctie 0
Portreteļ¬ ect Normaal
Onderwerpsstand ( 23ā30)
Portret
compositie-assistentie Portret
compositie-assistentie Landschap
compositie-assistentie Sport
compositie-assistentie Nachtportret
+/- Correctie 0
Filmstand ( 31ā32)
Filmopties Film 320
Interv instellen 30 sec
Scherpstel-stand
Enkelvoudig AF
Elektronische VR Uit
Pictmotion-instellingen ( 45)
Muziek Pachelbel
Stijl Bewegend
Weergavevolgorde Willekeurig
Passend maken Fotoās herhalen
Autoselectie 10 beelden
Opnamemenu ( 55ā60)
Beeld kwal/form Normaal (2816)
Witbalans Automatisch
+/- Correctie 0
Continu Enkelvoudig
Interv instellen 30 sec
Optie Standaard
Opnamemenu (vervolg)
BSS Uit
Belichting BSS Hoge lichten BSS
Gevoeligheid Automatisch
Kleuropties Kleur
AF-veld stand Centrum
Weergavemenu ( 61ā64)
Diashow
Tussenpauze 3 sec
Setup-menu ( 65ā71)
Menuās Tekst
Welkomstscherm Geen Welkom
Monitorinstelling
Foto-informatie Info tonen
Helderheid 4
Datum afdrukken Uit
AF-hulplicht Automatisch
Geluid instellen
Knopgeluid Aan
Sluitergeluid Normaal
Opstartgeluid Uit
Oriƫntatie opslaan Automatisch
Automatisch uit 1 min.
Auto-overdracht Aan
Diversen
Geluidskwaliteit ( 35) Hoog
Papierformaat ( 52, 53) Standaard
Als u [Standaard] kiest, wordt ook het huidige bestandsnummer ( 85) uit het geheugen gewist.
De nummering gaat verder vanaf het laagste beschikbare nummer. (Als u de bestandsnumme-
ring wilt terugzetten op 0001, verwijdert u alle fotoās voordat u [Standaard] selecteert.) Alle ande-
re instellingen blijven ongewijzigd, met inbegrip van [Datum] ( 66), [Dagenteller] ( 69), [Taal]
( 71), [USB] ( 71) en [Videostand] ( 71).
84
Technische opmerkingen
Beeld kwal/form (
Beeld kwal/form (
55), Filmopties (
55), Filmopties (
32), en Geluidskwaliteit (
32), en Geluidskwaliteit (
35)
35)
De volgende tabel vermeldt het aantal fotoās, de maximale duur per ļ¬ lm, of de maximale
spraakopnameduur die kan worden opgeslagen in het interne geheugen of op een geheu-
genkaart van 256 MB. Daarnaast wordt het formaat vermeld van fotoās die worden afgedrukt
op 300 dpi.
Instelling Intern geheugen (16 MB) Geheugenkaart van
256 MB
Afdrukformaat
(cm)
Beeld kwal/form
Hoog (2816ā
) 5 83 24 Ć 18
Normaal (2816) 10 164 24 Ć 18
Normaal (2048) 20 302 17 Ć 13
PC-scherm (1024) 68 1.028 9 Ć 7
TV-scherm (640) 128 1.928 5 Ć 4
Filmopties
TV-ļ¬ lm 640ā
14 s 3 min. 35 sec ā
Film 320ā
28 s 7 min. 15 sec ā
Film 320 56 s 14 min. 15 sec ā
Pictmotion 320 56 s 1 min. ā
Film 160 3 min. 7 sec 47 min. 5 sec ā
Interval-ļ¬ lmā
170 beelden 1800 beelden ā
Sound
quality
Normaal 34 min. 52 sec 5 uur. ā
Hoog 12 min. 39 sec 3 uur. 11 min. ā
* Alle getallen zijn benaderingen. Werkelijke capaciteit varieert met fabrikaat geheugenkaart
en, in geval van JPEG-beelden, met het opgenomen onderwerp. Als er ruimte is voor meer
dan 9999 fotoās, geeft de opnameteller 9999 aan.
Beperkingen voor camera-instellingen (
Beperkingen voor camera-instellingen (
55)
55)
Er gelden beperkingen voor de volgende instellingen in de stand :
Flitsstand Flitser wordt uitgeschakeld bij de [Continu]-instellingen [Continu] of [Multi-shot
16] of wanneer [BSS] ingeschakeld is. De oorspronkelijke stand wordt hersteld
als [Enkelvoudig] of [Intervalopnamen] wordt geselecteerd of als [BSS] wordt uit-
geschakeld.
Zelfont-
spanner
Als de zelfontspanner is ingeschakeld, wordt slechts Ć©Ć©n foto gemaakt wanneer
de sluiter ontspant, ongeacht de gekozen instellingen voor [Continu] en [BSS].
De oorspronkelijke instellingen voor [Continu] en [BSS] worden hersteld nadat
de foto is gemaakt of als de zelfontspanner wordt uitgeschakeld.
Continu Als u [Continu] of [Multi-shot 16] selecteert, wordt [BSS] uitgeschakeld. De oor-
spronkelijke instelling voor [BSS] wordt niet hersteld wanneer [Enkelvoudig]
wordt geselecteerd.
BSS Continu wordt ingesteld op [Enkelvoudig] als [BSS] is [ingeschakeld]. De oor-
spronkelijke instelling wordt niet hersteld wanneer [BSS] wordt uitgeschakeld.
Witbalans De witbalans wordt ingesteld op [Automatisch] en kan niet worden gewijzigd als
[Zwart-wit], [Sepia] of [Koelblauw] wordt geselecteerd voor [Kleuropties]. De oor-
spronkelijke witbalans wordt hersteld als [Kleur] of [Levendig] wordt ingesteld.
85
Technische opmerkingen
Namen voor beeldbestanden en -mappen
Namen voor beeldbestanden en -mappen
Fotoās, ļ¬ lms en spraakmemoās worden opgeslagen met een bestandsnaam die uit drie delen
bestaat: een identiļ¬ catie van vier letters, een bestandsnummer van vier cijfers dat automa-
tisch in oplopende volgorde door de camera wordt toegewezen, en een extensie van drie
letters (bijvoorbeeld DSCN0001.JPG).
Origineel Identiļ¬ catie Extensie
Foto DSCN .JPG
Film DSCN .MOV
Intervalļ¬ lm INTN .MOV
Spraakopname DSCN .WAV
Spraakmemo Gelijk aan foto .WAV
Kopie Identiļ¬ catie Extensie
Uitgesneden kopie RSCN .JPG
Kleine kopie SSCN .JPG
D-Lighting-kopie FSCN .JPG
Fotoās en geluidsbestanden worden opgeslagen in mappen waarvan de naam bestaat uit
een mapnummer van drie cijfers, gevolgd door een identiļ¬ catiecode van vijf tekens: āP_ā plus
een driecijferig volgnummer voor fotoās die zijn gemaakt met panorama assist (bijvoorbeeld
ā101P_001ā; 28ā29), āINTVLā voor intervalopnamen (bijvoorbeeld ā101INTVLā; 58), āSOUNDā
of āSOUNEā voor spraakopnamen (bijvoorbeeld ā101SOUNDā; 34) en āNIKONā voor alle andere
beelden (bijvoorbeeld ā100NIKONā). Een map kan maximaal 200 fotoās bevatten. Als de huidige
map 200 fotoās bevat, wordt bij het maken van de volgende foto een nieuwe map gemaakt
met een nummer dat volgt op het huidige mapnummer. Als een foto wordt gemaakt terwijl
de huidige map nummer 999 heeft en 200 fotoās bevat of een foto met nummer 9999, kunt u
geen fotoās meer maken tot het medium wordt geformatteerd ( 71) of een nieuwe geheu-
genkaart wordt geplaatst.
Bestanden die worden gekopieerd met [Kopiƫren] > [Geselecteerde beelden] of [Kopieer
geluidsbestanden] > [Geselecteerde bestanden] worden naar de huidige map gekopieerd,
waar deze een nieuw bestandsnummer krijgen in oplopende volgorde vanaf het hoogste
bestandsnummer in het geheugen. Met [Kopiƫren] > [Alle beelden] en [Kopieer geluidsbe-
standen] > [Kopieer alle bestanden] worden alle mappen van het bronmedium gekopieerd.
Bestandsnamen veranderen niet, maar er worden nieuwe mapnummers toegekend in oplo-
pende volgorde vanaf het hoogste mapnummer op het doelmedium ( 36, 64).
Pictmotion ļ¬ lms ( 43) worden opgeslagen onder de āNKSSā-map in mappen genaamd met
een driecijferig mapnummer gevolgd door āPRJCTā (bijvoorbeeld ā101PRJCTā). Elke map bevat
de beeld- en geluidsbestanden voor Ć©Ć©n enkele Pictmotion-ļ¬ lm.
Kopieƫn (
Kopieƫn (
38, 39, 63, 64)
38, 39, 63, 64)
Kopieƫn die zijn gemaakt met behulp van uitsnijden ( 38), D-Lighting ( 39) en kleine ko-
pie ( 63) krijgen dezelfde overspeelmarkering als het origineel, maar worden niet gemar-
keerd voor afdrukken of beveiliging. Kopieƫn die zijn gemaakt met [Kopiƫren] ( 64), krijgen
dezelfde beveiligingsmarkering als het origineel, maar worden niet gemarkeerd voor afdruk-
ken of overspelen. De opties voor uitsnijden en kleine kopie kunnen niet worden gebruikt
voor uitgesneden kopieƫn en kleine kopieƫn. D-Lighting is niet beschikbaar voor kopieƫn die
zijn gemaakt met uitsnijden, D-Lighting of kleine kopie.
86
Technische opmerkingen
GMT +/ā Locatie
ā11 Midway, Samoa
ā10 Hawaii, Tahiti
ā9 Alaska, Anchorage
ā8 PST (PDT): Los Angeles, Seattle, Vancouver
ā7 MST (MDT): Denver, Phoenix, La Paz
ā6 CST (CDT): Chicago, Houston, Mexico City
ā5 EST (EDT): New York, Toronto, Lima
ā4 Caracas, Manaus
ā3 Buenos Aires, SĆ£o Paulo
ā2 Fernando de Noronha
ā1 Azores
Ā±0 London, Casablanca
GMT +/ā Locatie
+1 Madrid, Paris, Berlin
+2 Athens, Helsinki
+3 Moscow, Nairobi
+4 Abu Dhabi, Dubai
+5 Islamabad, Karachi
+6 Colombo, Dhaka
+7 Bangkok, Jakarta
+8 Beijing, Hong Kong (HK), Singapore
+9 Tokyo, Seoul
+10 Sydney, Guam
+11 New Caledonia
+12 Auckland, Fiji
Tijdzones (
Tijdzones (
66ā67)
66ā67)
De camera ondersteunt de onderstaande tijdzones. Stappen van minder dan een uur kun-
nen niet worden ingesteld. Reist u van of naar een bestemming waar het verschil ten opzich-
te van Greenwich Mean Time (GMT) geen hele uren bedraagt, zoals Afghanistan, Centraal-
Australiƫ, India, Iran, Nepal of Newfoundland, stel de cameraklok dan in op de plaatselijke tijd
( 66ā67).
87
Technische opmerkingen
Speciļ¬ caties
Nikon COOLPIX S10 digitale camera
Type Digitale compactcamera
Eļ¬ ectieve pixels 6,0 miljoen
f/-waarde f/3.5
Constructie 12 elementen in 9 groepen
Brandpuntsafstand
6,3 ā 63 mm (35 mm [135]kleinbeeldequivalent: ca. 38 ā 380 mm)
Objectief 10 Ć Zoom-Nikkor-objectief
CCD 12,5-inch CCD; totaal aantal pixels: 6,18 miljoen
Beeldformaat (pixels) ā¢
2.816 Ć 2.112 (2816
ā
, 2816)
ā¢
2.048 Ć 1.536 (2048)
ā¢
1.024 Ć 768 (1024)
ā¢ 640 Ć 480 (640)
Vibratiereductie CCD-shift
Belichting
Lichtmeting 256 segments matrixmeting, centrumgericht, spot, spot AF-veld
Bereik
Belichtingsregeling Geprogrammeerde automatische belichting met belichtingscorrec-
tie (ā2,0 ā +2,0 LW in stappen van 13 LW )
+3,7 ā +17,5 LW
Diafragma
Bereik f/3.5, f/4.0, f/5.6, f/6.8, en f/13.6
Elektronisch gestuurde diafragma- en grijsļ¬ lterselectie
Sluiter
Sluitertijden
Mechanische en charge-coupled elektronische sluiter
2 ā 11000 sec
Beelddekking (onge-
veer)
Opnamestand: 97% horizontaal en 97% verticaal
Weergave: 100% horizontaal en 100% verticaal
Monitor 2,5-inch low-temperature polysilicon TFT-LCD met 230.000 pixels, bre-
de kijkhoek en helderheidsaanpassing met vijf niveaus
Opslag
Media Intern geheugen (circa 16 MB); SD-geheugenkaarten (Secure Digital)
Bestandsindelingen Gecomprimeerd: JPEG-baseline-compatibel
Films: QuickTime
Bestandssysteem DCF-, Exif 2.2- en DPOF-compatibel
Geluidsbestanden: WAV
Autofocus (AF)
Selectie scherpstelveld Midden; handmatig met 99 scherpstelvelden
AF met contrastdetectie met AF-hulpverlichting
Scherpstelbereik
(afstand tot objectief)
30 cm ā ā
Macrostand: 4 cmā ā (W)
AF-hulpverlichting Klasse 1 LED-product (IEC 60825-1 Editie 1.2-2001); max. sterkte: 1.500 ĀµW
Digitale zoom Maximaal 4 Ć (35 mm [135] kleinbeeldequivalent: 1520 mm)
ISO-gevoeligheid 50, 100, 200, 400, 800; Auto (automatische versterking tot ISO 800)
88
Technische opmerkingen
Ingebouwde ļ¬ itser
Bereik (ongeveer) W: 0,3ā5,4 m
Synchronisatiemethode Sensorļ¬ itssysteem
Speciļ¬ caties
Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in deze handleiding. Het
uiterlijk en de speciļ¬ caties van dit product kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Interface USB
Video-uitgang Keuze tussen NTSC en PAL
In-/uitgangen Audio/video-uit; digitale IO (USB)
Voedingsbronnen ā¢ EĆ©n oplaadbare Nikon EN-EL5 lithium-ionbatterij (meegeleverd)
ā¢ EH-62A lichtnetadapterkit (apart verkrijgbaar)
Gebruiksduur batterij Circa 300 opnamen (EN-EL5) *
Afmetingen
Circa 112,5 Ć 74,5 Ć 40,5 mm (B Ć H Ć D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht Circa 220 gram (zonder lensdop, batterij en geheugenkaart)
Gebruiksomstandigheden
Temperatuur 0 ā 40 Ā°C
Luchtvochtigheid Minder dan 85% (geen condens)
* Gebaseerd op de CIPA-standaard (Camera and Imaging Products Association), waarmee de gebruiksduur voor
camerabatterijen wordt gemeten. Gemeten bij 25 Ā°C; zoom is aangepast bij elke opname, ļ¬ itser is gebruikt om
de andere opname, beeldformaat en -kwaliteit ingesteld op NORMAAL.
Tenzij anders wordt vermeld, hebben alle getallen betrekking op een camera met een volledig opgeladen EN-EL5
batterij bij een omgevingstemperatuur van 25 Ā°C.
Ondersteunde talen Chinees (Vereenvoudigd en Traditioneel), Tsjechisch, Deens, Neder-
lands, Engels, Fins, Frans, Duits, Indonesisch, Italiaans, Japans, Kore-
aans, Pools, Portugees, Noors, Russisch, Spaans, Zweeds, Thais
Zelfontspanner Kan worden geselecteerd met een duur van circa 10 of 3 seconden
T: 1,0ā5,4 m
89
Technische opmerkingen
MH-61 batterijlader
Input 100ā240 V AC, 50/60 Hz, 0,12ā0,08 A
Capaciteit 11ā16 VA
Output 4,2 V gelijkstroom / 950 mA
Ondersteunde batterijen Oplaadbare EN-EL5 Li-ion batterijen van Nikon
Afmetingen Circa 67 Ć 26 Ć 67 mm (B Ć H Ć D, exclusief uitstekende delen)
Lengte van snoer Circa. 1.800 mm
Gewicht Circa 70 gram, exclusief netsnoer
EN-EL5 oplaadbare lithium-ion batterij
Type Oplaadbare lithium-ion batterij
Capaciteit 3,7 V / 1100 mAh
Gebruikstemperatuur 0 ā 40 Ā°C
Afmetingen Circa 36 Ć 54 Ć 8 mm (B Ć H Ć D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht Circa 30 gram, zonder afdekkapje
Gebruikstemperatuur 0 ā 40 Ā°C
Oplaadtijd Ongeveer 2 uur als de batterij volledig ontladen is
90
Index
Symbolen
(auto) stand, 14
(D-Lighting) knop, 1, 39
(keuzeknop) 2, 2, 13
(ļ¬ lm) stand, 31
(MENU) knop, 2, 13, 55,
61, 65
(one-touchportret) knop 1, 21
(opname/weergave) knop,
2, 15, 37
(Pictmotion) stand, 43
(spraakopname) stand, 34
(spraakopname) weergaves-
tand, 35
(wachten) pictogram, 12, 76
(weergave) stand, 37
(wissen) knop, 15, 37
, , , , zie Assistentiestan-
den
, zie Vibratiereductie
[+/- Correctie], 22, 30, 57
A
A/V-kabel, 47
Aan/uit, zie Hoofdschakelaar
Aanduiding batterijniveau, 4ā5,
10
Accessoires, 72
AEļŗL, 28
AFā, zie Scherpstelling, aandui-
ding
[AF-hulplicht], 70
[AF-veld stand], 60
Assistentiestanden, 24ā25
Landschap ( ), 25
Nachtportret ( ), 25
Portret ( ), 24
Sport ( ), 25
Autofocus, zie Scherpstelling
[Automatisch uit], 70
[Auto-overdracht], zie [Interface]
B
Batterijen, 6, 7
[Beeld draaien], 63
[Beeld kwal/form], 55
Beeldformaat, zie [Beeld kwal/
form]
Belichtingscorrectie, 22, 30, 57
onderwerpsstand, 30
opnamestand, 57
Best Shot Selector, 59
Beveiligde beelden, 4ā5, 62, 71
[Beveiligen], 62
Bewegende onderwerpen, 25, 57
Bewegingsonscherpte, 17, 20
Binnenfotograļ¬ e, 16, 26
[BSS], zie Best Shot Selector
C
Camera-aan-lampje, 1, 10
Close-ups, 19, 27
Compositie, 12, 14, 21, 24
hulpsjablonen, 24
Computer, 47
beelden kopiƫren naar, 47
[Continu], 57
D
[Dagenteller], zie [Datum afdruk-
ken]
[Datum afdrukken], 69
Datum en tijd, zie [Datum]
afdrukken, 50, 54, 69
[Datum], 66
DCF, zie Design rule for Camera
File system
Design rule for Camera File
system 82
[Diashow], 62
Digital Print Order Format, 53,
54, 82
Direct Print, zie PictBridge
D-Lighting, 39
DPOF, zie Digital Print Order
Format
Draagkoord, 1
E
Elektronische VR, 32
E-mail, 55, 63
Enkelvoudige AF, zie Scherpstel-
ling, stand
Exif 2.2, 82
Exif Print, zie Exif 2.2
Extensie, 85
F
FILM-menu, 31ā32
Films, 31ā33
opnemen, 31ā32
weergeven, 37
Firmware, 71
[Firmware-versie], 71
Flitsen met lange sluitertijd, zie
Flitsen, stand
Flitsen, 16
ļ¬ itsstand, 16
Formatteren, 8, 71
intern geheugen, zie [Geheu-
gen formatteren]
geheugenkaarten, zie [Geheu-
genkaart format.]
[Formatteren], zie [Geheugen-
kaart format.], 71
Fotoās printen, 50ā54. Zie ook
Datum en tijd, printen; [Datum
afdrukken]; Digital Print Order
Format; PictBridge; [Printop-
dracht]
[Foto-informatie], zie [Monitor-
instelling]
Foutmeldingen, 76ā78
Full-time AF, zie Scherpstelling,
scherpstelstand
G
[Geheugenkaart format.], 71
Geheugenkaarten, 8ā9, 71, 73, 84
capaciteit, 84
formatteren, 8, 71
goedgekeurd, 73
plaatsen en verwijderen, 8ā9
Geheugenkaartsleuf, 2, 8ā9
[Geluid instellen], 70
Geluid, 31, 34ā36, 40 ,43, 70
Groothoek, zie Zoom
Grootte, zie [Beeld kwal/form]
H
[Helderheid,], zie [Monitorinstel-
ling]
Help, 13
Hoofdschakelaar, 1 ,10
I
[Interface], 47ā49, 51, 71
Intern geheugen, 8, 10
Invulļ¬ its, 16
J
JPEG, 85
JPG, 85
K
[Kleine kopie], 63
[Kleuropties], 60
Klok, zie [Datum]
[Knopgeluid], zie [Geluid instellen]
Koelblauw, 60
[Kopie] (weergavemenu), 64
Kopieƫn, 38, 39, 63, 64, 85. Zie ook
[Kopiƫren] (weergavemenu);
Index
91
Index
Uitsnijden van beelden; D-Ligh-
ting; [Kleine kopie].
L
Landschappen, 25
Lensdop, 3, 12, 14
Levendige kleuren, 60
M
Macro-close-up, 19, 27
Menuās, 3, 13, 55
[Menuās], 65
Miniatuurweergave, 37
Monitor, 2, 4ā5, 68, 74
aanduidingen op, 4ā5
helderheid, 68
[Monitorinstelling], 68
MOV, 85
Multi-selector, 2, 13
N
Nachtopnamen, 16, 23
NTSC, zie Videostand
O
Objectief, 1, 11, 75
Onderwerpsstand, 23ā30
Close-up ( ), 27
Kopie ( ), 27
Museum ( ), 27
Nachtlandschap ( ), 27
Panorama assist ( ), 28ā29
Party/binnen ( ), 26
Schemering ( ), 27
Strand/sneeuw ( ), 26
Tegenlicht ( ), 27
Vuurwerk ( ), 27
Zonsondergang ( ), 26
One-touchportretten, 21ā22
knop, 1
menu, 22
Ontspanknop, 1, 12
OPNAMEMENU, 55ā60
[Opname-Oriƫntatie ], 70
[Opstartgeluid], zie [Geluid
instellen]
[Overspeelmarkering], 62
P
PAL, zie Videostand
Panorama, 28ā29
PictBridge, 50ā54, 82
Pictmotion, 43ā46
PictureProject, 45, 47ā49
Portretten, 21ā22, 24, 25
Printgrootte, 52ā53
[Printopdracht], 54
Q
QuickTime, 87
R
Resterend aantal opnamen, 10, 84
Rode-ogencorrectie, zie Flitsen,
ļ¬ itsstand
Ruisonderdrukking, 26
S
Scherpstelling, 12, 60
aanduiding, 12
AF-veld, 12, 60
gezichtprioriteit, 21
scherpstelstand, 31 ,60
vergrendeling, 60
[Scherpstel-stand], 31
, zie Onderwerpsstand, As-
sistentiestanden
Secure Digital (SD), zie Geheu-
genkaarten
Sepia, 60
Serie-opname, zie [Continu];
Compositie-assistentie, Sport
()
SETUP-MENU, 65ā71
[Sluitergeluid], zie [Geheugen-
kaart format.]
Smear, 74
[Snel formatteren], zie [Gehegun-
kaart format.]
Sorteer op datum, 41
Spraakmemo, 40
Spraakopname, 34ā36
Standaardinstellingen, 83
instellen, zie [Standaardwaar-
den]
[Standaardwaarden], 71, 83
Stand-by, zie Automatisch uit
Statief, 2, 18, 26, 28ā29
Support-informatie, viii
T
Taal, kiezen, 71
[Taal/ Language], 71
Tegenlicht, onderwerpen in,
16, 27
Tele, zie Zoom
Televisie, 32, 47, 55, 71
aansluiten op, 47
Tijd, zie [Datum]
Tijdzone, 66ā67, 86
Timer, zie Zelfontspanner
beelden markeren voor, 48,
62, 71
markeren, 4ā5, 48
Overspelen, 47ā49
T-knop, zie Zoomschakelaar
U
Uitsnijden van beelden, 38
USB, 47ā49, 51, 71
aansluiting, 2, 48, 51
kabel, 48, 49, 51
verbinding, 47ā49, 51
[USB], 47ā49, 51, 71. Zie ook
[Interface]
V
Vibratiereductie, 20
Videorecorder, 47
[Videostand], 47, 71. Zie ook
[Interface]
Volume, 33, 35, 40, 46, 70
VR, zie Vibratiereductie
W
WAV, 85
Weergave, 15, 37
ļ¬ lms, 33
menu, 61ā64
miniatuur, 37
op TV, 47
Pictmotion, 46
schermvullend, 15, 37
sorteren op datum, 41ā42
spraakmemo, 40
zoom, 38
WEERGAVEMENU, 61ā64
[Welkomstscherm], 66
Wissen van beelden, 15, 37, 62
geselecteerde fotoās, 62
in schermvullende weergave,
15, 37
[Wissen], 62
Witbalans, 56
vooringesteld, 56
[Witbalans], 56
W-knop, zie Zoomschakelaar
Z
Zelfontspanner, 18
Zelfontspannerlampje, 1, 18
Zomertijd, zie [Datum]
Zoom, 11
aanduiding, 4ā5, 11
digitale, 11, 32
optische, 11
weergave, 38
Zoomschakelaar, 1
Zwart-wit, 60
92
.IETSīUITīDEZEīUITGAVEīMAGīWORDENīOVERGENOMENīīINī
WELKEīVORMīOOKīī VOLLEDIGī OFī GEDEELTELIJKīī ZONDERīDEī
SCHRIFTELIJKEī TOESTEMMINGī VANī .)+/.ī #/20/2!4)/.ī
īMETī UITZONDERINGī VANī KORTEī CITATENī INī ARTIKELSī OFī
BESPREKINGENīī
3"ī(īīīī&ī
ī-!īīīī&īī
Product specificaties
Merk: | Nikon |
Categorie: | Digitale camera |
Model: | Coolpix S10 |
Kleur van het product: | Zilver |
Gewicht: | 220 g |
Breedte: | 112.5 mm |
Diepte: | 40.5 mm |
Hoogte: | 74.5 mm |
Beeldscherm: | LCD |
Beeldschermdiagonaal: | 2.5 " |
Video recording: | Ja |
Compatibele geheugenkaarten: | sd |
Brandpuntbereik: | 6.3 - 63 mm |
Megapixels: | 6 MP |
Type beeldsensor: | CCD |
Beeldsensorformaat: | 1/2.5 " |
Digitale zoom: | 4 x |
Optische zoom: | 10 x |
35 mm cameralens equivalent: | 38 - 380 mm |
Ingebouwde flitser: | Ja |
ISO-gevoeligheid: | Auto |
Flitser-modi: | Rode-ogen-reductie |
Maximale videoresolutie: | 640 x 480 Pixels |
Framerate Motion JPEG: | 30 fps |
Beeldschermresolutie (numeriek): | 230000 Pixels |
Intern geheugen: | 16 MB |
Lenssysteem: | 10x Zoom-Nikkor |
Type batterij: | EN-EL5 |
Heb je hulp nodig?
Als je hulp nodig hebt met Nikon Coolpix S10 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden
Handleiding Digitale camera Nikon
16 Augustus 2022
15 Augustus 2022
16 Augustus 2022
17 Augustus 2022
15 Augustus 2022
16 Augustus 2022
15 Augustus 2022
7 Februari 2022
23 November 2021
22 November 2021
Handleiding Digitale camera
- Digitale camera Braun
- Digitale camera Bosch
- Digitale camera HP
- Digitale camera Sony
- Digitale camera Samsung
- Digitale camera Xiaomi
- Digitale camera Casio
- Digitale camera Panasonic
- Digitale camera Epson
- Digitale camera Canon
- Digitale camera JVC
- Digitale camera Motorola
- Digitale camera Medion
- Digitale camera Olympus
- Digitale camera Quintezz
- Digitale camera Toshiba
- Digitale camera VTech
- Digitale camera A-Rival
- Digitale camera AEE
- Digitale camera Agfa
- Digitale camera Agfaphoto
- Digitale camera Aiptek
- Digitale camera Albrecht
- Digitale camera Apeman
- Digitale camera Argus
- Digitale camera Beha-Amprobe
- Digitale camera BenQ
- Digitale camera BlackVue
- Digitale camera BML
- Digitale camera Bolyguard
- Digitale camera Brinno
- Digitale camera Bushnell
- Digitale camera Denver
- Digitale camera Digital Blue
- Digitale camera Dnt
- Digitale camera Drift
- Digitale camera Easypix
- Digitale camera Ematic
- Digitale camera Envivo
- Digitale camera Fisher Price
- Digitale camera Flir
- Digitale camera Fuji
- Digitale camera Fujifilm
- Digitale camera GE
- Digitale camera Gembird
- Digitale camera General Electric
- Digitale camera Genius
- Digitale camera Geonaute
- Digitale camera Goclever
- Digitale camera GoPro
- Digitale camera Guardo
- Digitale camera HTC
- Digitale camera Ingo
- Digitale camera Insta360
- Digitale camera Ion
- Digitale camera Kodak
- Digitale camera Kompernass - Lidl
- Digitale camera Konica
- Digitale camera Konig Electronic
- Digitale camera Kyocera
- Digitale camera Lamax
- Digitale camera Leica
- Digitale camera Lexibook
- Digitale camera Liquid Image
- Digitale camera Maginon
- Digitale camera Magpix
- Digitale camera Minolta
- Digitale camera Minox
- Digitale camera Mustek
- Digitale camera Nytech
- Digitale camera Pentax
- Digitale camera Plawa
- Digitale camera Polaroid
- Digitale camera Powerfix
- Digitale camera Praktica
- Digitale camera Pulsar
- Digitale camera Qware
- Digitale camera RadioShack
- Digitale camera Red
- Digitale camera Renkforce
- Digitale camera Revue
- Digitale camera Ricoh
- Digitale camera Rollei
- Digitale camera Sakar
- Digitale camera SeaLife
- Digitale camera Sigma
- Digitale camera Silvercrest
- Digitale camera Sipix
- Digitale camera Somikon
- Digitale camera Spypoint
- Digitale camera Storex
- Digitale camera Targa
- Digitale camera Technaxx
- Digitale camera Tevion
- Digitale camera TomTom
- Digitale camera Traveler
- Digitale camera Trust
- Digitale camera Umax
- Digitale camera Veho
- Digitale camera Vivitar
- Digitale camera Voigtlaender
- Digitale camera Wanscam
- Digitale camera WASPcam
- Digitale camera Yakumo
- Digitale camera Jobo
- Digitale camera Odys
- Digitale camera Oregon Scientific
- Digitale camera Duramaxx
- Digitale camera Guide
Nieuwste handleidingen voor Digitale camera
22 Oktober 2024
14 Februari 2024
4 Februari 2024
25 December 2023
25 December 2023
16 Oktober 2023
16 Oktober 2023
16 Oktober 2023
16 Oktober 2023
16 Oktober 2023