Niko 350-20055 Handleiding

Niko Smarth home 350-20055

Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Niko 350-20055 (32 pagina's) in de categorie Smarth home. Deze handleiding was nuttig voor 36 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/32
350-20054 / 350-20055
1NL
Lees de volledige handleiding vóór installatie en ingebruikname.
1. BESCHRIJVING
De aanwezigheidsmelder voor plafondmontage werkt volgens de (PIR) en is geschikt voor Passief InfraRoodtechnologie
gebruik binnenshuis. Lichtsturing via bewegingsmelding is nuttig voor kleine en grote kantoorruimten, ontspanningsruimten,
kleedkamers en grotere opslagruimten.
De aanwezigheidsmelder met één kanaal enkel binnenverlichting (350-20054) stuurt . De aanwezigheidsmelder met
twee kanalen ook ventilatie (350-20055) heeft een extra potentiaalvrij relaiscontact om naast binnenverlichting te sturen.
2. INSTALLATIE
2.1. Plaatsing
De aanwezigheidsmelder reageert op beweging en warmte in zijn omgeving.
Installatietips:
- Plaats de aanwezigheidsmelder met de lichtopening naar het invallende licht om de ideale hoeveelheid daglicht te verkrijgen
(fig. 1.A).
- Gebruik de openingsafstand van 105 mm als je de aanwezigheidsmelder rechtstreeks op het plafond monteert. De kabelingang
moet 45° gedraaid zijn ten opzichte van de bevestigingsgaten (fig. 1.B).
- Als de aanwezigheidsmelder op een inbouwdoos gemonteerd is, gebruik dan de voorziene gaten en stans het grondluik uit
(fig. 1.C). Installeer de kabel op een correcte en voorzichtige manier volgens de instructies voor een vaste installatie.
- Installeer de aanwezigheidsmelder niet op plaatsen waar hij wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht of in de buurt van
warmtebronnen of luchtstromen (zoals airconditioning).
- De aanbevolen montagehoogte is 2,5 tot 3 m.
- plaatsing boven een bureau bevestig je de aanwezigheidsmelder op ongeveer 1 m afstand van de zitplaats. De sensor heeft
een optiek met twee detectiezones: een zone voor kleine afstanden (A + B) om kleine lichaamsbewegingen te registreren en
een zone voor grotere afstanden (C + D) om lichaamsbewegingen te registreren. Deze combinatie garandeert een uitstekende
lichtsturing en een optimale energiebesparing (fig. 2).
Opgelet: Installeer de aanwezigheidsmelder niet onder spanning. Sluit het toestel pas na volledige installatie aan op de netspanning.
2.2. Montage
De sensor monteren (fig. 3)
- Plaats de sensor in de klemstrook in de onderste laag van het sokkelgedeelte en monteer de veiligheidsschroef (Pozidriv
(PZ) 0/Philips (PH) 1).
- Stel de aanwezigheidsmelder in zoals beschreven in rubriek 3.2.
Je kunt ook het detectiegebied beperken volgens de instructies in rubriek 3.2.4.
- Monteer het deksel van de sensor.
350-20054 / 350-20055
2 NL
De aanwezigheidsmelder aansluiten (fig. 4 en 5)
- Schakel de stroom volledig uit.
De stroom van de netspanning wordt geleverd via klemmen L1 en N.
- Sluit het licht aan via klemmen N en (fig. 5.1).
Sluit een drukknop aan tussen klemmen L en als je de aanwezigheidsmelder ook manueel moet kunnen bedienen (fig. 5.2).
- Sluit de aardleiding aan op klem .
3. WERKING EN INSTELLINGEN
3.1. Werking
3.1.1. Algemeen
Na aansluiting op de netspanning is de aanwezigheidsmelder na drie tot vijf minuten gebruiksklaar (opwarmtijd). Zodra het
toestel gebruiksklaar is, wordt de aangesloten verlichting uitgeschakeld.
3.1.2. Automatisch aanschakelen
De geïntegreerde lichtsensor meet voortdurend het lichtniveau in de detectiezone en vergelijkt dit niveau met de waarde
die je vooraf ingesteld hebt met de LUX-knop. Dankzij de lichtsensor springt het licht enkel automatisch aan als de melder
beweging detecteert binnen het detectiebereik en als het daglichtniveau daalt tot onder de vooraf ingestelde luxwaarde. De
verlichting blijft aangeschakeld zolang er beweging gedetecteerd wordt.
De ventilatoruitgang van de tweekanaalsmelder wordt geactiveerd ongeacht het daglichtniveau.
3.1.3. Automatisch uitschakelen
De verlichting schakelt automatisch uit zodra het vooraf ingestelde daglichtniveau bereikt is.
Je gebruikt de TIME-knop om de gewenste uitschakelvertraging in te stellen. Zo blijft de verlichting gedurende de ingestelde
vertragingstijd aangeschakeld nadat de laatste beweging gedetecteerd is. Zodra de uitschakelvertraging verlopen is, schakelt
de verlichting uit.
Opgelet: De uitschakelvertraging op kanaal 1 moet op minimaal 5 minuten ingesteld zijn om de verhoging van 25% op
kanaal 2 te activeren. Bedraagt de uitschakelvertraging op kanaal 1 minder dan 5 minuten, dan schakelen kanaal 1 en
kanaal 2 gelijktijdig.
3.1.4. Manueel aan- en uitschakelen
Je kunt de verlichting ook manueel aan- en uitschakelen met een NO-drukknop van 230 Vac, onafhankelijk van het gemeten
daglichtniveau.
Lang drukken wanneer het licht uitgeschakeld is (> 2 s) op de drukknop , schakelt het . De verlichting blijft licht aan
ook aangeschakeld. Druk kort (< 2 s) op de drukknop om het licht uit te schakelen. De automatische mode is nu geactiveerd.
Kort drukken wanneer het licht automatisch aangeschakeld is (< 2 s) op de drukknop , schakelt het . Na licht uit
tien seconden wordt de automatische mode opnieuw geactiveerd, zodat je de tijd hebt om het detectiegebied te verlaten.
Lang drukken wanneer het licht automatisch aangeschakeld is (> 2 s) op de drukknop , schakelt het licht
permanent uit. De aanwezigheidsmelder is nu geblokkeerd. Druk kort (< 2 s) op de drukknop om het licht opnieuw aan
te schakelen. De automatische mode is nu geactiveerd.
350-20054 / 350-20055
3NL
3.2. Instellingen
3.2.1. Algemeen
Bij levering zijn de parameters van de lichtsensor als volgt ingesteld (fabrieksinstellingen):
sensormode automatisch
gevoeligheid hoog
indicatieled voor beweging uit
Met dipswitches 1 en 2 indicatieled voor zet je de aanwezigheidsmelder in de gewenste testmode en activeer je de
beweging.
Om de in te stellen, gebruik je . Figuur 7 toont hoe je deze dipswitches moet instellen gevoeligheid dipswitches 3 en 4
voor de gewenste gevoeligheid van de lichtsensor (minimaal, laag, hoog, maximaal).
3.2.2. Testmodes
De aanwezigheidsmelder heeft : een testmode voor de luxwaarde en een testmode voor de werking van twee testmodes
de bewegingsmelder.
a) Testmode voor de luxwaarde: daglichtniveau meten
Zet dipswitches 1 en 2 aan. De verlichting is nu uitgeschakeld.
Draai de LUX-knop langzaam naar rechts (richting maximumwaarde) tot de indicatieled brandt. De luxinstelling is op
dit moment gelijk aan het daglichtniveau dat de lichtsensor meet. Als er voldoende daglicht in de kamer is, draai je de
LUX-knop naar links tot de indicatieled uitgeschakeld is. Laat de LUX-knop in deze positie staan.
Als je de LUX-knop naar links draait, schakelt de verlichting uit als er minder daglicht is.
Als je de LUX-knop naar rechts draait, schakelt de verlichting uit als er meer daglicht is.
Zet ten slotte de dipswitches 1 en 2 weer uit.
b) Testmode voor de werking van de bewegingsmelder
Zet dipswitch 1 uit en dipswitch 2 aan. De verlichting wordt gedurende vijf seconden aangeschakeld. De indicatieled
voor beweging geeft aan dat de bewegingsmelder geactiveerd is.
Opgelet: De wandeltest wordt niet beïnvloed door daglicht.
Zet ten slotte dipswitch 2 weer uit.
3.2.3. Indicatieled voor beweging
Zet dipswitch 1 aan en dipswitch 2 uit om de indicatieled voor beweging te activeren. De indicatieled blijft branden zolang
er beweging gedetecteerd wordt.


Product specificaties

Merk: Niko
Categorie: Smarth home
Model: 350-20055

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Niko 350-20055 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden




Handleiding Smarth home Niko

Handleiding Smarth home

Nieuwste handleidingen voor Smarth home