Sony PCG-GRT816S Handleiding
Lees hieronder de ๐ handleiding in het Nederlandse voor Sony PCG-GRT816S (111 pagina's) in de categorie PC. Deze handleiding was nuttig voor 42 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld
Pagina 1/111

Hardware gids
Lees eerst dit
1
nN
Lees eerst dit
Opmerking
ยฉ 2003 Sony Corporation. Alle rechten voorbehouden.
Deze handleiding en de hierin beschreven software mag noch geheel noch gedeeltelijk worden gereproduceerd, vertaald of omgezet
in machinaal leesbare vorm zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.
Sony Corporation biedt geen garantie met betrekking tot deze handleiding, de software of andere hierin opgenomen informatie en
wijst hierbij uitdrukkelijk alle impliciete garanties van de hand betreffende de verkoopbaarheid of de geschiktheid voor een bepaald
doel van deze handleiding, de software of andere hierin opgenomen informatie. Sony Corporation is in geen geval aansprakelijk voor
incidentele schade, gevolgschade of bijzondere schade, hetzij als gevolg van een onrechtmatige daad, een overeenkomst of om andere
redenen, die voortvloeit uit of verband houdt met deze handleiding, de software of andere hierin opgenomen informatie of het
gebruik daarvan.
Macrovision: Dit product bevat technologie die onder het auteursrecht valt en wordt beschermd door patenten en andere intellectuele
eigendomsrechten. Het gebruik van deze door het auteursrecht beschermde technologie dient te worden geautoriseerd door
Macrovision en is uitsluitend bedoeld voor thuisgebruik of andere beperkte weergavetoepassingen, tenzij anders beschikt door
Macrovision. Het is verboden deze software te decompileren of te disassembleren.
Sony Corporation behoudt zich het recht voor op elk moment en zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan te brengen aan
deze handleiding of de hierin opgenomen informatie. Het gebruik van de hierin beschreven software is onderworpen aan de
bepalingen van een afzonderlijke gebruiksrechtovereenkomst.
De illustraties in deze handleiding zijn mogelijk niet van toepassing op uw computer. Raadpleeg het blad Specificaties
voor informatie over de exacte configuratie van uw VAIO.

Hardware gids
Lees eerst dit
2
nN
ENERGY STAR
Als ENERGY STAR-partner heeft Sony ervoor gezorgd dat dit product in overeenstemming is met de ENERGY STAR-richtlijnen voor een
zuinig energieverbruik.
Het International ENERGY STAR Office Equipment Program is een internationaal programma dat energiebesparing bij het gebruik van
computers en kantoorapparatuur bevordert. Het programma steunt de ontwikkeling en verkoop van producten die voorzien zijn van
functies om het energieverbruik effectief te reduceren. Het is een open systeem waaraan handelaars vrijwillig kunnen deelnemen. Het
programma richt zich op kantoorapparatuur, zoals computers, beeldschermen, printers, faxapparaten en kopieermachines. De
standaarden en logo's van het programma zijn dezelfde voor alle deelnemende landen.
ENERGY STAR is een Amerikaans handelsmerk.
Gegevens over de eigenaar
Het serienummer en het modelnummer bevinden zich aan de onderzijde van uw Sony computer. Noteer deze nummers en vermeld
deze wanneer u VAIO-Link belt. Zie ook het gedrukte document Specificaties.

Hardware gids
Lees eerst dit
3
nN
Veiligheidsinformatie
Algemeen
โAls u de computer voor om het even welke reden opent, kan dit leiden tot schade die niet wordt gedekt
door de garantie.
โOpen de behuizing niet om elektrische schokken te vermijden. De computer mag enkel worden
nagekeken door gekwalificeerd personeel.
โStel uw VAIO computer niet bloot aan regen of vocht om brand of elektrische schokken te vermijden.
โAls u een gaslek wilt melden, mag u nooit een modem of telefoontoestel in de buurt van het gaslek
gebruiken.
โGebruik de modem niet tijdens een zwaar onweer.
โOm de noodstroombatterij te vervangen, contacteert u uw dichtstbijzijnde Sony servicecentrum.
โSchakel de computer en alle randapparaten uit vรณรณr u een randapparaat aansluit.
โSteek het netsnoer pas in het stopcontact nadat u alle kabels hebt aangesloten.
โZet de computer pas aan nadat u alle randapparaten hebt uitgeschakeld.
โVerplaats uw computer niet terwijl het systeem zich in Standby-modus bevindt.
โSommige objecten hebben magnetische eigenschappen die ernstige gevolgen kunnen hebben voor de
harde schijf. Ze kunnen de gegevens op de harde schijf wissen en een defect of storing veroorzaken in
de computer. Plaats de computer niet in de nabijheid van of op voorwerpen die een magnetisch veld
uitstralen. Het gaat hier voornamelijk om:
โtv-toestellen,
โluidsprekers,
โmagneten en magnetische armbanden.

Hardware gids
Lees eerst dit
4
nN
Audio/video
โAls de computer zich bevindt in de nabijheid van apparatuur die elektromagnetische stralen uitzendt, is
het mogelijk dat het geluid en beeld worden vervormd.
Connectiviteit
โInstalleer modem- of telefoonbedrading nooit tijdens een zwaar onweer.
โInstalleer een telefooncontactdoos nooit op een vochtige plaats, tenzij de contactdoos specifiek
hiervoor is ontworpen.
โWees voorzichtig bij het installeren of aanpassen van telefoonlijnen.
โGebruik uw computer alleen met de bijgeleverde netadapter. Als u de netstroom naar de computer
volledig wilt verbreken, trekt u de netadapter uit.
โZorg ervoor dat het stopcontact gemakkelijk toegankelijk is.
โRaak nooit ongeรฏsoleerde telefoondraden of aansluitpunten aan, tenzij de stekker van de telefoonkabel
niet in de wandcontactdoos van de telefoon zit.

Hardware gids
Lees eerst dit
5
nN
Voorschriften
Sony verklaart hierbij dat dit product in overeenstemming is met de essentiรซle voorschriften en andere toepasselijke bepalingen van
de Europese Richtlijn 1999/5/EC (richtlijn betreffende radioapparatuur en eindapparatuur voor telecommunicatie).
Verklaring van overeenstemming
De Europese Unie streeft naar een vrij verkeer van goederen op de interne markt en naar het opheffen van technische belemmeringen
voor de handel. Dit streven heeft geleid tot verschillende EU-richtlijnen waarin van fabrikanten wordt gevraagd dat hun producten
voldoen aan een aantal essentiรซle standaarden. Fabrikanten zijn verplicht het "CE"-kenmerk te plaatsen op de producten die ze
verkopen en om een Verklaring van overeenstemming (Declaration of Conformity of DoC) op te stellen. Deze verklaringen zijn in eerste
instantie bedoeld voor de toezichthouders op de markt, als bewijs dat de producten voldoen aan de vereiste standaarden. Daarnaast
publiceert Sony als service aan onze klanten de Verklaringen van overeenstemming op de website http://www.compliance.sony.de.
U kunt in het bovenstaande tekstvak een modelnaam typen om te zoeken naar alle Verklaringen van overeenstemming voor een
specifiek product. Vervolgens wordt een overzicht weergegeven van de desbetreffende documenten, die u desgewenst kunt
downloaden. NB: de beschikbaarheid van verklaringen is afhankelijk van de inhoud van de EU-richtlijnen en de specificaties van de
afzonderlijke producten.
Dit product is in overeenstemming met EN 55022 Klasse B en EN 55024 voor thuisgebruik, voor commercieel gebruik en voor gebruik
in de lichte industrie. Dit product is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen beschreven in de EMC-richtlijn voor
gebruik van aansluitkabels met een lengte van minder dan 3 meter.
Lees de folder Modemvoorschriften voor u de ingebouwde modem activeert.
Het station voor optische schijven is geclassificeerd als een LASERPRODUCT VAN KLASSE 1 en is in overeenstemming met EN 60825-1,
een veiligheidsnorm voor laserproducten. Reparaties en onderhoudswerken mogen alleen worden uitgevoerd door erkende Sony-
technici. Slecht uitgevoerde reparaties en een verkeerd gebruik kunnen veiligheidsrisico's inhouden.

Hardware gids
Lees eerst dit
6
nN
Indien uw computer is uitgerust met Wireless LAN, leest u het informatieblad Voorschriften i.v.m. de functie draadloos LAN
voordat u de functionaliteit voor Wireless LAN activeert.
In sommige landen gelden beperkingen wat betreft het gebruik van de functie Draadloos LAN. Raadpleeg de folder Voorschriften
i.v.m. de functie draadloos LAN voor landspecifieke informatie. De draadloos LAN PC functie in deze eenheid is voorzien van het
Wi-Fi-certificaat en voldoet aan de interoperabiliteitsspecificaties die zijn vastgelegd door WECA (Wireless Ethernet Compatibility
Alliance).
CLASS 1
LASER PRODUCT
TO EN 60825-1

Hardware gids
Lees eerst dit
7
nN
Lithium-ionbatterij als afval
โRaak beschadigde of lekkende lithiumionbatterijen niet aan met de blote hand.
โGooi de batterij niet weg, maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA).
โEr bestaat explosiegevaar als de batterij wordt geplaatst. Vervang de batterij uitsluitend door hetzelfde
of een gelijkwaardig type, zoals aanbevolen door de fabrikant. Ontdoe u van gebruikte batterijen
volgens de aanwijzigingen van de fabrikant.
โDe batterij in dit apparaat kan bij onjuiste behandeling gevaar van brand of chemische ontbranding
veroorzaken. De batterij mag niet worden gedemonteerd, verhit boven 60ยฐC (140ยฐF) of verbrand.
Ontdoe u onmiddellijk van gebruikte batterijen.
โHoud batterijen uit de buurt van kinderen.
Interne memory back-up batterij als afval
โDit apparaat bevat een interne back-up batterij die niet vervangen hoeft te worden tijdens de
levensduur van het apparaat. Raadpleeg VAIO-Link indien deze batterij toch vervangen moet worden.
De batterij mag alleen vervangen worden door vakbekwaam servicepersoneel.
โGooi de batterij niet weg, maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA).
โLever het apparaat aan het einde van het levensduur in voor recycling, de batterij zal dan op correcte
wijze verwerkt worden.

Hardware gids
Welkom
8
nN
Welkom
Gefeliciteerd met de aankoop van uw Sony VAIO computer. Sony heeft speerpunttechnologie op het vlak
van audio, video, computertechnologie en communicatie gecombineerd en geรฏntegreerd in deze uiterst
geavanceerde computer.
Wat volgt is slechts een greep uit de eigenschappen van uw VAIO computer:
โUitzonderlijke prestaties.
โMobiliteit โ Dankzij de oplaadbare batterij kunt u urenlang werken zonder netstroom.
โSublieme audio- en videokwaliteit โ Dankzij het LCD-scherm met hoge resolutie kunt u optimaal
genieten van geavanceerde multimediatoepassingen, spelletjes en entertainmentsoftware.
โMultimediafuncties โ U kunt naar hartelust audio- en video-CD's afspelen.
โInterconnectiviteit โ Uw computer is Ethernet-, USB 2.0 (High-speed/Full-speed/Low-speed) en i.LINK-
compatibel. i.LINK is een bidirectionele digitale interface voor het uitwisselen van gegevens. Met de
Memory Stick kunt u gemakellijk digitale gegevens uitwisselen en delen met compatibele producten.
โTechnologie voor draadloze communicatie โ Dankzij de draadloos LAN technologie
(IEEE 802.11b/g) kunt u vrij communiceren, zonder kabels of draden*.
โWindows โ Uw computer wordt geleverd met het besturingssysteem Microsoft Windows XP
Professional of Home Edition* Service Pack 1.
โCommunicatie โ U hebt toegang tot populaire on line diensten, kunt e-mailberichten verzenden en
ontvangen, surfen op het Internet, enz.
โUitstekende klantenservice โ Als u problemen hebt met uw computer, kunt u terecht op de website
van VAIO-Link voor mogelijke oplossingen:
http://www.vaio-link.com
Alvorens contact op te nemen met VAIO-Link, wordt u verzocht eerst zelf te proberen het probleem op

Hardware gids
Welkom
11
nN
Niet-gedrukte documentatie
De documentatie die in de VAIO Info Centre beschikbaar is, bevat de volgende gidsen:
โDe Hardware gids (deze handleiding),
โDe Software gids, welke korte omschrijvingen bevat over de softwarefuncties die beschikbaar zijn met
de VAIO-systemen.
Andere bronnen
1Raadpleeg de Online Help van de gebruikte software voor gedetailleerde informatie over de functies
en het oplossen van problemen.
2Surf naar http://www.club-vaio.com voor on line interactieve handleidingen over uw favoriete VAIO-
software.

Hardware gids
Welkom
12
nN
Ergonomische overwegingen
U zult uw computer waarschijnlijk op verschillende plaatsen gebruiken. Indien mogelijk moet u rekening
houden met de volgende ergonomische overwegingen die zowel betrekking hebben op gewone als
draagbare computers:
โPositie van de computer โ Plaats de computer direct voor u (1). Houd uw onderarmen horizontaal (2),
met uw polsen in een neutrale, comfortabele positie (3) als u het toetsenbord, het touchpad of de muis
gebruikt. Houd uw bovenarmen ontspannen naast uw bovenlichaam. Las af en toe een pauze in tijdens
het gebruik van de computer. Als u te veel met de computer werkt, kunt u uw spieren of pezen
overbelasten.
โMeubilair en houding โ Gebruik een stoel met een goede rugsteun. Stel de hoogte van de stoel zo in
dat uw voeten plat op de grond staan. Gebruik een voetbankje als u daar comfortabeler mee zit. Neem
een ontspannen houding aan, houd uw rug recht en neig niet te ver naar voor (ronde rug) of naar achter.

Hardware gids
Welkom
13
nN
โGezichtshoek t.o.v. het scherm โ Kantel het scherm tot u de optimale gezichtshoek vindt. Dit is
minder belastend voor uw ogen en spieren. Stel ook de helderheid van het scherm optimaal in.
โVerlichting โ Zorg ervoor dat het zonlicht of kunstlicht niet direct invalt op het scherm om reflectie en
schittering te vermijden. Werk met indirecte verlichting om lichtvlakken op het scherm te vermijden. U
kunt ook een schermfilter kopen om de schittering te reduceren. Met de juiste verlichting werkt u niet
alleen comfortabeler, maar ook efficiรซnter.
โOpstelling van een externe monitor โ Als u een externe monitor gebruikt, plaatst u deze op een
comfortabele gezichtsafstand. Plaats het scherm op ooghoogte of iets lager als u vlak voor de monitor
zit.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
14
nN
Uw computer gebruiken
Nadat u de informatie in de gedrukte handleiding Getting Started en het blad Specificaties hebt gelezen
en opgevolgd, kunt u de computer veilig en zonder problemen in gebruik nemen.
Lees hieronder verder voor informatie over de manier waarop u optimaal gebruik kunt maken van alle
mogelijkheden van uw VAIO computer.
โEen stroombron aansluiten (pagina 15)
โUw computer instellen met Sony Notebook Setup (pagina 19)
โDe computer veilig uitschakelen (pagina 21)
โHet toetsenbord gebruiken (pagina 22)
โHet touchpad gebruiken (pagina 26)
โGebruik van het optisch station (pagina 27)
โDe compartimentbeveiliging gebruiken (pagina 34)
โPC Cards gebruiken (pagina 35)
โGebruik van de Memory Stick (pagina 38)
โDe modem gebruiken (pagina 42)
โDraadloos LAN (WLAN) gebruiken (pagina 45)
โEnergiebesparende modi gebruiken (pagina 52)
โEnergiebeheer met PowerPanel (pagina 55)

Hardware gids
Uw computer gebruiken
15
nN
Een stroombron aansluiten
De computer kan werken op netstroom (via een netadapter) of op een oplaadbare batterij.
De netadapter gebruiken
Om de netadapter te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1Steek de stekker van de netadapter (1) in de netadapterconnector (2) van de computer.
2Steek het รฉne uiteinde van het netsnoer (3) in de netadapter.
3Steek het andere uiteinde van het netsnoer in een stopcontact (4).
โGebruik uw computer alleen met de bijgeleverde netadapter.
Als u de netstroom naar de computer volledig wilt verbreken, trekt u de netadapter uit.
Zorg ervoor dat het stopcontact gemakkelijk toegankelijk is.
De batterij gebruiken
Afhankelijk van het model, kunt u een of twee batterijen gebruiken. Bijkomende batterijen zijn verkrijgbaar
als optie. Uw computer wordt geleverd met een batterij die niet volledig is opgeladen.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
16
nN
De batterij plaatsen
Om de batterij te plaatsen, gaat u als volgt te werk:
1Open de klep van het batterijcompartiment:
2Plaats de batterij met het label naar boven gericht in het batterijcompartiment van de computer.
3Duw de klep van het batterijcompartiment vast tot de klep vastklikt.
โAls de computer via de netadapter is aangesloten op de netstroom en het batterijcompartiment een batterij bevat, werkt de computer op de netstroom
en niet op de batterij.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
17
nN
De batterij opladen
Om de batterij op te laden, gaat u als volgt te werk:
1Sluit de netadapter aan op de computer.
2Plaats de batterij in het batterijcompartiment.
De computer laadt de batterij automatisch op (het batterijlampje knippert telkens twee keer kort na
elkaar terwijl de batterij wordt opgeladen).
Afhankelijk van het model beschikt de computer over een of twee indicatielampjes voor de batterij.
โAls de batterij bijna leeg is, knippert zowel het batterij- als het stroomlampje.
Laat de batterij in het batterijcompartiment terwijl de computer via de netadapter is aangesloten op de netstroom. De batterij wordt verder opgeladen
terwijl u de computer gebruikt.
Als de batterijlading minder dan 10% bedraagt, moet u de netadapter aansluiten zodat de batterij kan worden opgeladen of moet u de computer
uitschakelen en een volle batterij plaatsen.
U kunt ervoor zorgen dat de batterij minder snel leeg raakt door de energiebeheermodi te wijzigen in het hulpprogramma PowerPanel.
Uw computer wordt geleverd met een oplaadbare lithiumionbatterij. Het opladen van een batterij die nog niet volledig leeg is heeft geen invloed op
de levensduur van de batterij.
Het batterijlampje brandt als de computer op batterijstroom werkt. Als de batterij bijna leeg is, beginnen het batterijlampje en stroomlampje allebei
te knipperen.
Bij sommige toepassingen en randapparaten is het mogelijk dat uw computer niet overschakelt op de Slaap-modus, zelfs niet als de batterij bijna
leeg is. Om te vermijden dat u gegevens verliest als uw computer op batterijstroom werkt, moet u uw gegevens geregeld opslaan en handmatig een
energiebeheermodus activeren, bijvoorbeeld Standby of Slaap.
Als de computer via de netadapter is aangesloten op de netstroom en het batterijcompartiment een batterij bevat, werkt de computer op de netstroom
en niet op de batterij.
Status van het batterijlampje betekenis
Aan De computer werkt op de batterijstroom.
Enkel knipperen De batterij is bijna leeg.
Dubbel knipperen De batterij wordt opgeladen.
Uit De computer werkt op netstroom.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
18
nN
De batterij verwijderen
Om de batterij te verwijderen, gaat u als volgt te werk:
1Schakel de computer uit.
2Open de klep van het batterijcompartiment.
3Verwijder de batterij uit het compartiment.
4Sluit de klep van het batterijcompartiment.
โU kunt gegevens verliezen als u de batterij verwijdert terwijl de computer aan staat en niet is aangesloten op de netstroom, of terwijl de computer
in de Standby-modus staat.
De tweede batterij gebruiken
U kunt een tweede oplaadbare batterij kopen. Met twee batterijen kunt u langer werken op de
batterijstroom. Als u twee batterijen gebruikt, wordt de batterij die u eerst plaatst ook het eerst opgeladen.
De batterij die u vervolgens plaatst, wordt opgeladen zodra de eerste batterij voor 85 procent opgeladen is.
De batterijlampjes geven aan welke batterij wordt opgeladen.
Zie De compartimentbeveiliging gebruiken (pagina 34) voor informatie over het plaatsen of
verwijderen van een tweede batterij.
โAls u twee batterijen plaatst, kunt u รฉรฉn van beide verwijderen zonder de computer af te sluiten. Als u รฉรฉn van de twee batterijen verwijdert,
controleert u of het lampje van de andere batterij brandt. Als het lampje van de batterij die u gaat verwijderen brandt, klikt u met de rechtermuisknop
op het batterijpictogram in het systeemvak en selecteert u de optie om van batterij te veranderen.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
19
nN
Uw computer instellen met Sony Notebook Setup
Met het hulpprogramma Sony Notebook Setup kunt u systeeminformatie controleren, voorkeuren m.b.t.
de werking van het systeem instellen en uw VAIO computer beveiligen met een wachtwoord.
Om Sony Notebook Setup te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1Klik op de knop Start op de taakbalk van Windows.
2Klik achtereenvolgens op Alle programmaโs, Sony Notebook Setup en nogmaals Sony Notebook
Setup.
Het venster Sony Notebook Setup verschijnt.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
20
nN
3Selecteer het tabblad voor het item dat u wilt wijzigen.
4Als u klaar bent, klikt u op OK.
Het item is gewijzigd.
โVoor meer informatie over elke optie klikt u op Help in het venster Sony Notebook Setup om het Help-bestand weer te geven.
Als u Sony Notebook Setup opent als een gebruiker met beperkte toegangsrechten, zal enkel het tabblad Info over deze computer zichtbaar zijn.
Tabblad Beschrijving
Info over deze computer Geeft systeeminformatie weer, inclusief de geheugencapaciteit, het
serienummer en de BIOS-versie.
Oorspronkelijke instelling Op dit tabblad kunt u selecteren in welke volgorde de stations en
apparaten worden gecontroleerd voor het laden van het
besturingssysteem. U kunt zowel de harde schijf als andere stations van
uw computer specificeren. U kunt het volume wijzigen van het geluid
dat wordt afgespeeld tijdens het laden van het besturingssysteem.
Wachtwoord voor opstarten Op dit tabblad kunt u het wachtwoord instellen waarmee u uw
computer wilt beveiligen.
Als u deze optie gebruikt, mag u het wachtwoord nooit vergeten. Als u
het wachtwoord vergeet, kunt u deze instelling niet meer wijzigen en
kunt u uw computer niet opstarten.
Apparaat Schakelt poorten en apparaten uit om hulpbronnen voor het systeem
vrij te maken. Om de poortinstellingen te wijzigen selecteert u de poort
en klikt u op Instellingen... in het tabblad Apparaat.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
21
nN
De computer veilig uitschakelen
Het is belangrijk dat u de computer op de juiste manier afsluit om te vermijden dat u niet-opgeslagen
gegevens verliest.
Om de computer af te sluiten, gaat u als volgt te werk:
1Schakel alle op de computer aangesloten randapparaten uit.
2Klik op de knop Start.
3Klik op Uitschakelen.
Het dialoogvenster Computer uitschakelen verschijnt.
4Selecteer Uitschakelen.
5Antwoord op alle waarschuwingen om documenten op te slaan of rekening te houden met andere
gebruikers en wacht tot de computer zichzelf heeft uitgeschakeld.
Het stroomlampje gaat uit.
โRaadpleeg de gedrukte Probleemoplossing gids als er problemen zijn bij het afsluiten van de computer.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
22
nN
Het toetsenbord gebruiken
Het toetsenbord van uw computer is vergelijkbaar met dat van een gewone computer, maar is voorzien van
extra toetsen waarmee u specifieke taken voor een computer kunt uitvoeren.
Voor meer informatie over de standaardtoetsen bezoekt u het Windows Help and Support Center.
De VAIO-Link website (www.vaio-link.com) bevat eveneens informatie over het gebruik van het
toetsenbord.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
23
nN
Combinaties en functies met de <Fn>-toets
Combinaties / Functie Functies
<Fn> + <Esc> (ESC): Stand-by Activeert de Standby-modus, een energiebeheertoestand. Om terug te keren naar de
actieve toestand, drukt u op een willekeurige toets.
<Fn> + (F3): aan/uit-knop
van de luidspreker
Schakelt de ingebouwde luidspreker in en uit.
<Fn> + (F4):
luidsprekervolume
Hiermee regelt u het volume van de ingebouwde luidspreker.
Om het volume te verhogen, drukt u op <Fn>+<F4> en vervolgens op of .
Om het volume te verlagen, drukt u op <Fn>+<F4> en vervolgens op of .
U kunt het volume eveneens aanpassen door op de toetsen Volume luider en Volume zachter
onder aan het touchpad van uw notebook te drukken.
<Fn> + (F5):
helderheidsregeling
Hiermee regelt u de helderheid van het LCD-scherm.
Om de lichtintensiteit te verhogen, drukt u op <Fn>+<F5> en vervolgens op of .
Om de lichtintensiteit te verlagen, drukt u op <Fn>+<F5> en vervolgens op of .
<Fn> + (F7)*: schakelt
over naar de externe monitor
Schakelt tussen het LCD-scherm en het externe apparaat (monitor of TV afhankelijk van welk
apparaat aangesloten is) of geeft weer op zowel het LCD- als het externe apparaat. Enkel de
gebruiker die zich het eerst inlogt, kan deze functie gebruiken. Deze functie werkt niet meer
wanneer een andere gebruiker inlogt.
<Fn> + (F12): Slaapmodus In deze modus verbruikt de notebook het minste stroom. Als u deze opdracht uitvoert, wordt
de toestand van het systeem en de randapparaten opgeslagen op de harde schijf en wordt
de systeemstroom uitgeschakeld. Om terug te keren naar de oorspronkelijke toestand van
het systeem, schakelt u de stroom in met de aan/uit-knop.
Raadpleeg het hoofdstuk Energiebesparende modi gebruiken (pagina 52) voor meer
informatie over energiebeheer.
<Fn> + <E> Opent het CD-station.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
24
nN
!* Enkel de gebruiker die zich het eerst inlogt, kan deze functie gebruiken. Deze functie werkt niet meer wanneer een andere
gebruiker inlogt. Als een andere gebruiker wil weergeven op een externe monitor of TV, gebruik de monitorinstellingen om naar
een externe monitor of TV over te schakelen.
โSommige functies werken pas als Windows is opgestart.
Problemen met geluid oplossen
Er komt geen geluid uit mijn luidsprekers
โMogelijk is de ingebouwde luidspreker uitgeschakeld. Druk op <Fn>+<F3> om de luidspreker in te
schakelen.
โMogelijk staat het luidsprekervolume op de laagste stand. Druk op <Fn>+<F4> en druk vervolgens op
of om het volume te verhogen. U kunt eveneens de volume toetsen onder aan het touchpad van
uw computer gebruiken.
โAls de computer op de batterijstroom werkt, controleert u of de batterij juist is geplaatst en is
opgeladen.
โAls u een toepassing met een eigen volumeregeling gebruikt, controleert u of het volume aan staat.
โControleer de volumeregelingen in Windows.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
25
nN
Lampjes
Lampje Functies
Aan/Uit
Stroom aan: brandt (groen).
Standby-modus: knippert (oranje).
Batterij Geeft de status aan van de batterij.
Wireless LAN Licht op wanneer de Wireless LAN aan staat. Brandt niet als Wireless LAN niet in gebruik is.
MagicGate Memory Stick Brandt als de Memory Stick in gebruik is. Brandt niet als de Memory Stick niet in gebruik is.
Lampje Aan Uit
Harde schijf
Er worden gegevens gelezen van of geschreven naar
de harde schijf.
Er worden geen gegevens geschreven naar of
gelezen van de harde schijf.
Num Lock
Brandt als de cijfertoetsen van het numerieke
toetsenblok actief zijn.
Brandt niet als de alfanumerieke toetsen van het
numerieke toetsenblok actief zijn.
Caps Lock
Als dit lampje brandt, worden de letters die u typt in
hoofdletters weergegeven. Wanneer Caps Lock is
ingeschakeld, kunt u kleine letters typen door
<Shift> ingedrukt te houden.
Als dit lampje niet brandt, worden de ingetypte
letters als kleine letters weergegeven (tenzij u
<Shift> ingedrukt houdt).
Scroll Lock
Als dit lampje brandt, verloopt het schuiven van
informatie over het scherm op een afwijkende
manier (dit geldt alleen voor bepaalde
toepassingen).
Brandt niet als de informatie normaal over het
scherm schuift.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
26
nN
Het touchpad gebruiken
Het toetsenbord is voorzien van een touchpad (1), waarmee u de cursor kunt verplaatsen. U kunt objecten
op het scherm aanwijzen, selecteren en slepen en u kunt door een lijst van items schuiven met behulp van
het ingebouwde touchpad.
Actie Beschrijving
aanwijzen Schuif รฉรฉn vinger over het touchpad om de
aanwijzer (2) op een item of object te
plaatsen.
klikken Druk รฉรฉn keer op de linkerknop (3).
dubbelklikken Druk twee keer op de linkerknop.
klikken met de
rechtermuisknop
Druk รฉรฉn keer op de rechterknop (4). In vele
toepassingen verschijnt in dit geval een
snelmenu.
slepen Schuif รฉรฉn vinger over het touchpad terwijl u
de linkerknop ingedrukt houdt.
bladeren Schuif uw vinger langs de rechterkant van het
touchpad om verticaal te bladeren. Schuif uw
vinger langs de onderkant van het touchpad
om horizontaal te bladeren. (Dit werkt alleen
bij toepassingen die deze touchpadfunctie
ondersteunen.)

Hardware gids
Uw computer gebruiken
27
nN
Gebruik van het optisch station
Uw computer is voorzien van een optisch station. Zie het blad Specificaties voor informatie over uw model.
Om een schijf te plaatsen, gaat u als volgt te werk:
1Zet de computer aan.
2Druk op de uitwerpknop (1) om het
station te openen.
De lade schuift uit het station.
3Plaats een schijf met het label naar
boven in het midden van de lade en
duw de schijf op de lade tot ze
vastklikt.
4Sluit de lade door ze voorzichtig in het
station te duwen.
โRaadpleeg de Gids probleemoplossing als er
problemen zijn met het gebruik van discs.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
28
nN
CD's en DVD's lezen en schrijven*
Voor optimale prestaties bij het schrijven van gegevens op een optische schijf, volgt u de onderstaande
aanbevelingen:
โOm ervoor te zorgen dat een optisch station de gegevens op een schijf kan lezen, moet u de sessie sluiten
voor u de schijf uitwerpt. Hoe u daarbij te werk gaat, leest u in de aanwijzingen bij uw software.
โGebruik alleen ronde schijven. Gebruik geen schijven met een andere vorm (ster, hart, kaart, ...) omdat
deze het optisch station kunnen beschadigen.
โDe computer mag niet worden blootgesteld aan schokken tijdens het beschrijven van een schijf.
โVoor een optimale schrijfsnelheid schakelt u de schermbeveiliging uit vรณรณr u gegevens naar een schijf
schrijft.
โGeheugenresidente schijfhulpprogramma's kunnen een onstabiele werking of gegevensverlies
veroorzaken. Schakel deze hulpprogramma's uit vรณรณr u gegevens naar een schijf schrijft.
โAls u een toepassing gebruikt om CD's te branden, moet u alle andere toepassingen afsluiten.
โRaak nooit het oppervlak van een schijf aan. Vingerafdrukken en stof op het oppervlak van een schijf
kunnen schrijffouten veroorzaken.
โZet uw VAIO computer niet in een energiebesparende modus wanneer u de vooraf geรฏnstalleerde
software gebruikt en wanneer u de CD schrijfsoftware gebruikt.
โPlak nooit etiketten of labels op een schijf. Hierdoor raakt de schijf onherstelbaar beschadigd.
* Ultra Speed CD-RW wordt niet ondersteund.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
29
nN
DVD's afspelen
Voor optimale prestaties bij het afspelen van DVD-ROM's, volgt u de onderstaande aanbevelingen.
โU kunt DVD's afspelen met behulp van het optisch station en het programma WinDVD for VAIO.
Raadpleeg het Help-bestand van WinDVD for VAIO voor meer informatie.
โSluit alle geopende toepassingen vรณรณr u een DVD-ROM-film afspeelt.
โGebruik geen residente schijfhulpprogramma's of residente hulpprogramma's om de toegang tot
schijven te versnellen, omdat het systeem hierdoor onstabiel kan worden.
โZorg ervoor dat de schermbeveiliging is uitgeschakeld.
โOp elke DVD staat een regiocode vermeld om aan te geven in welke regio en op welk type speler u de
DVD kunt afspelen. Tenzij een 2 (Europa behoort tot regio '2') of alle (dit betekent dat u de DVD overal
ter wereld kunt afspelen) vermeld staat op uw DVD of op de verpakking, kunt u de DVD niet afspelen
op deze speler.
โProbeer de regiocode-instellingen van het optisch station niet te wijzigen. Problemen als gevolg van het
wijzigen van de regiocode-instellingen van het optisch station vallen niet onder de garantie.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
30
nN
Problemen met het optisch station oplossen
Ik kan niet overschakelen van LCD-scherm op TV en omgekeerd
Als het optisch station een DVD bevat, verwijdert u de DVD.
Mijn station gaat niet open
โZorg ervoor dat de computer ingeschakeld is en druk vervolgens op de ejectknop van het optisch station.
โKlik op Start en selecteer Deze computer. Klik met de rechtermuisknop op het optisch station en
selecteer Schijf uitwerpen.
โZorg ervoor dat uw computer niet in Standby of in Slaap-modus staat.
โAls de bovenstaande oplossingen niet werken, probeert u het volgende:
Zorg dat de computer UIT staat. Open de schijflade door een scherp, puntig voorwerp (bijvoorbeeld een
paperclip) in de opening naast de ejectknop te steken.
Ik kan een schijf niet afspelen
โWacht na het plaatsen van de schijf enkele seconden voordat u deze gaat gebruiken, zodat het systeem
de kans krijgt de schijf te detecteren.
โZorg ervoor dat de bedrukte kant van de schijf zich aan de bovenkant bevindt.
โAls er software vereist is voor het werken met de schijf, zorg er dan voor dat de software is geรฏnstalleerd
volgens de instructies van het programma.
โControleer het volume van de luidsprekers.
โReinig de schijf met een geschikt schoonmaakmiddel.
โZorg ervoor dat de computer uitsluitend op netstroom werkt en probeer de schijf opnieuw af te spelen.
โHet kan zijn dat er condensvocht in de computer aanwezig is. Laat de computer minimaal een uur
uitgeschakeld staan en zet hem dan weer aan. Verwijder de batterij terwijl u wacht tot het condensvocht
verdwijnt.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
31
nN
Ik kan geen DVD afspelen
โAls tijdens het gebruik van de DVD-speler een waarschuwing i.v.m. de regiocode verschijnt, is het
mogelijk dat de DVD die u tracht af te spelen incompatibel is met het DVD-station in uw computer. De
regiocode staat op de verpakking van de DVD.
โWijzig de resolutie via Configuratiescherm - Beeldscherm naar een lagere resolutie.
โAls u wel een beeld ziet maar geen geluid hoort, controleert u alle onderstaande punten:
โControleer of de functie van uw DVD-speler voor het dempen van het geluid uit staat.
โControleer de Volume instellingen bij Eigenschappen voor Geluiden en audioapparaten.
โAls u externe luidsprekers hebt aangesloten, controleert u de volume-instellingen van de luidspreker
van uw computer en controleert u de aansluitingen tussen uw luidsprekers en de computer.
โControleer in het Apparaatbeheer of de juiste stuurprogramma's correct zijn geรฏnstalleerd. Om de
Device Manager te starten, klik op Start, en vervolgens op Configuratiescherm. Dubbelklik op
het pictogram Systeem. Klik op de knop Apparaatbeheer op het tabblad Hardware.
โAls de computer tijdens het lezen van een schijf vastloopt, is het mogelijk dat dit wordt veroorzaakt
doordat de schijf vuil of beschadigd is. Indien nodig start u de computer opnieuw op, verwijdert u de
schijf en controleert u of ze niet vuil of beschadigd is.
โControleer de PG instellingen (Parental Guidance - Ouderlijke richtlijnen) in uw DVD software. Wanneer
dit actief staat, is het mogelijk dat u sommige DVDs niet kunt afspelen.
โDe standaard DVD-regiocode op uw computer is 2. Wijzig deze instelling niet via de functie Region Code Change in Windows of via een andere
softwaretoepassing. Systeemstoringen veroorzaakt doordat de gebruiker de DVD-regiocode wijzigde vallen niet onder de garantie en worden enkel
gerepareerd tegen betaling.
Als u het Beeldscherm pictogram niet onmiddellijk te zien krijgt nadat u op Configuratiescherm hebt geklikt, klik dan op Klassieke weergave
aan de linkerkant.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
32
nN
Ik kan geen DVD afspelen wanneer ik twee schermen gebruik
โWanneer u twee schermen tegelijk gebruikt (LCD en TV / LCD en CRT), doen de volgende fouten zich
voor:
โU krijgt een Hardware Overlay-foutmelding wanneer u Click to DVD probeert te starten.
โU kunt geen DVD afspelen met Windows Media Player versie 8 of 9.
โU kunt geen DVD afspelen met Real One Player. Dit komt doordat uw computer gebruikmaakt van
โvideo overlayโ wanneer er twee schermen in gebruik zijn. De softwaretoepassingen hierboven
ondersteunen deze functie niet en daarom doen deze problemen zich voor.
โU zult geen problemen ondervinden in de volgende situaties:
โWanneer u gebruikmaakt van een op zichzelf staand CRT- of een LCD-scherm.
โWanneer u MPEG-bestanden afspeelt die zijn opgenomen op de harde schijf met Windows Media
Player 9 of Real One Player.
De leessnelheid van de CD/DVD-RWโs is traag
Over het algemeen is de leessnelheid van de CD/DVD-RW trager dan die van een -ROM of een -R. De
leessnelheid kan ook afhangen van het formaattype.
Waarom neemt mijn CD/DVD-RW-station niet op tegen de hoogste snelheid?
U moet 16x CD-R- of 8x CD-RW-media of hoger gebruiken voor optimale prestaties.
Als u andere media wilt gebruiken en u problemen hebt om niet-8x CD-RW's te formatteren, wijzigt u de
schrijfsnelheid van 8x in een lagere snelheid.
Om de schrijfsnelheid te wijzigen van de standaardsnelheid in een lagere snelheid, gaat u als volgt te werk:
1Ga naar Mijn Computer in het menu Start.
2Klik met de rechtermuisknop op het optisch station-pictogram.
3Selecteer Eigenschappen.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
33
nN
4Selecteer het tabblad Instellingen.
5Wijzig de huidige schrijfsnelheid.
6Klik op OK.
De lade komt niet uit het station als ik op de uitwerpknop druk
โControleer of de computer is ingeschakeld.
โMisschien verhindert de software van het optisch station dat de CD wordt uitgeworpen.
โZorg ervoor dat uw computer niet in Standby of in Slaap-modus staat.
De lade komt eruit hoewel de blokkeringshendel is vastgeklikt
โZorg ervoor dat de schijf in de lade ligt met het label naar boven gericht.
โMaak de schijf en de lens van het optisch station schoon met een geschikt schoonmaakmiddel.
โMogelijk is de schijf bekrast. Plaats een andere schijf om na te gaan of dit de reden is.
โMogelijk bevat het station condens. Verwijder de schijf en laat het station ongeveer รฉรฉn uur open staan.
Neem de batterij uit terwijl u wacht tot het condensvocht verdwijnt.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
34
nN
De compartimentbeveiliging gebruiken
De compartimentbeveiliging beschermt het multifunctionele compartiment als het leeg is, en houdt de
tweede batterij of het optisch station vast als deze zich in het multifunctionele compartiment bevinden.
Om de compartimentbeveiliging aan te sluiten, gaat u als volgt te werk:
1Als het multifunctionele compartiment een ander apparaat bevat, verwijdert u dit apparaat.
2Schuif de compartimentbeveiliging in de richting van de pijl tot de module vastklikt.
Om de compartimentbeveiliging te verwijderen, gaat u als volgt te werk:
1Schuif het ontgrendelingsnokje van het
multifunctionele compartiment aan de
onderkant van de computer in de richting van de
pijl.
2Verwijder de compartimentbeveiliging.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
35
nN
PC Cards gebruiken
Uw computer is uitgerust met twee PC Card-sleuven. Een PC Card laat u toe draagbare externe apparaten
aan te sluiten.
U hoeft de computer niet uit te schakelen als u een PC Card inbrengt.
Een PC Card plaatsen
Om een PC Card te plaatsen, gaat u als volgt te werk:
1Steek de PC Card met het voorste label naar boven gericht in een van de PC Card-sleuven.
2Duw de PC Card voorzichtig in de connector.
De PC Card wordt automatisch gedetecteerd door het systeem.
Het pictogram Hardware veilig verwijderen verschijnt in het systeemvak.
โMogelijk werken sommige apparaten niet behoorlijk als u terug naar de Normaal-modus gaat vanuit de Standby-modus of Slaap-modus.
De computer zal terugkeren naar zijn oorspronkelijke toestand als u de computer opnieuw opstart.
De PC Card-sleuven kunnen (tegelijkertijd) twee PC Cards van type I, twee PC Cards van type II of รฉรฉn PC Card van type III bevatten. Deze sleuven
zijn compatibel met CardBus-poorten.
Gebruik de onderste sleuf voor PC Cards van type III.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
36
nN
Bij sommige PC Cards moet u niet-actieve apparaten uitschakelen als u de PC Card gebruikt. U kunt apparaten uitschakelen met het hulpprogramma
Sony computer Setup.
Gebruik het recentste softwarestuurprogramma van de fabrikant van de PC Card.
Als op het tabblad Aparaatbeheer een uitroepteken verschijnt, verwijdert u het softwarestuurprogramma en installeert u het opnieuw.
U hoeft de computer niet uit te schakelen vรณรณr u een PC Card plaatst of verwijdert.
Forceer een PC Card nooit in de sleuf. Dit zou immers de connectorpinnen kunnen beschadigen. Als u problemen hebt om een PC Card te plaatsen,
controleert u of u de kaart wel met de juiste kant in de sleuf steekt. Raadpleeg de handleiding van uw PC Card voor meer informatie over het gebruik
van de kaart.
Als de PC Card zich in de computer bevindt en u overschakelt van de normale stroommodus naar de Standby-modus of Slaap-modus (of
omgekeerd), is het bij sommige PC Cards mogelijk dat een op de computer aangesloten apparaat niet wordt herkend. Start de computer opnieuw op
om dit probleem op te lossen.
Draag uw computer niet terwijl de PC Card-sleuf een PC Card bevat, omdat druk en schokken de connectorpinnen kunnen beschadigen.
Het is aanbevolen telkens dezelfde sleuf voor een bepaalde PC Card te gebruiken omdat van sleuf wisselen problemen kan veroorzaken voor bepaalde
PC-kaarten.
Een PC Card verwijderen
Volg de onderstaande stappen om de PC Card te verwijderen terwijl de computer aan staat. Als u de kaart
niet juist verwijdert, zal uw systeem mogelijk niet meer behoorlijk werken. Als u een PC Card wilt
verwijderen terwijl de computer uit staat, slaat u stap 1 tot en met 7 over.
Om een PC Card te verwijderen, gaat u als volgt te werk:
1Dubbelklik op het pictogram Hardware veilig verwijderen in het systeemvak.
Het dialoogvenster Hardware veilig verwijderen verschijnt.
2Selecteer de hardware die u wilt ontkoppelen.
3Klik op Stoppen.
4Controleer in het dialoogvenster Hardware stopzetten of het apparaat veilig kan worden
losgekoppeld van het systeem.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
37
nN
5Klik op OK.
Er verschijnt een dialoogvenster met de melding dat het apparaat veilig kan worden verwijderd.
6Klik op OK.
7Klik op Sluiten.
8Duw de ontgrendelingsknop van de PC Card in zodat de ontgrendelingsknop uitspringt.
9Duw de ontgrendelingsknop van de PC Card nogmaals in zodat de PC Card uit de sleuf springt.
10 Neem de kaart voorzichtig vast en trek ze uit de sleuf.
11 Als de ontgrendelingsknop van de PC Card nog steeds niet ingedrukt is, druk hem in om het frontpaneel
te sluiten.
โAls u de PC Card verwijdert terwijl de computer aan staat, kan het systeem vastlopen en kunt u niet-opgeslagen gegevens verliezen.
Vรณรณr u de PC Card verwijdert, klikt u op het PC Card-pictogram op de taakbalk en sluit u de kaart. Sluit alle toepassingen die de PC Card gebruiken
af vรณรณr u de kaart verwijdert. Doet u dit niet, kunt u gegevens verliezen.
Als de kaart in de sleuf zit, mag de computer niet overschakelen op de Slaap-modus. De computer mag echter wel overschakelen op de Standby-
modus. Het verdient aanbeveling de kaart te verwijderen voordat de computer overschakelt op de Slaap-modus via <Fn>+<F12> of via het
hulpprogramma PowerPanel, en als de computer is ingesteld om automatisch over te schakelen op de Slaap-modus als de computer op de
batterijstroom werkt.
Het is mogelijk dat bepaalde PC Cards of hun functies niet compatibel zijn met deze computer.
Problemen met PC Cards
Mijn PC Card werkt niet
โControleer of de PC Card compatibel is met uw versie van Windows.
โGebruik het hulpprogramma Sony Notebook Setup om apparaten die u niet gebruikt uit te schakelen.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
38
nN
Gebruik van de Memory Stick
Uw VAIO computer ondersteunt het gebruik van Memory Sticks. Een Memory Stick is een compact,
draagbaar en veelzijdig apparaat dat speciaal is ontworpen voor het uitwisselen en delen van digitale
gegevens tussen uiteenlopende Memory Stick-compatibele producten, zoals digitale camera's, mobiele
telefoons en CLIE handheld-computers. Doordat de Memory Stick uitneembaar is, kan deze worden gebruikt
voor externe gegevensopslag.
Dankzij de flashgeheugen-technologie kunt u allerlei soorten informatie downloaden, omzetten naar
digitale gegevens en opslaan, zoals afbeeldingen, muziek, tekst, geluid, films en foto's. Er zijn Memory Sticks
met uiteenlopende capaciteit en verschillende compatibiliteit. Als u meer wilt weten over de eigenschappen
van de Memory Stick, bezoekt u het VAIO Info Centre. Klik daarna achtereenvolgens op Welcome > Cool
Sony Links en Memory Stick. Hierdoor komt u op een speciale website terecht.
Raadpleeg het blad Specificaties voor informatie over de typen Memory Sticks die met uw systeem
compatibel zijn, alsmede over eventuele beperkingen.
โU kunt Memory Sticks via de Sony Style website (www.sonystyle-europe.com) of bij uw Sony leverancier
aanschaffen.
โUitgebreide informatie over de compatibiliteit tussen verschillende CLIE handheld-computers en de
beschikbare typen Memory Sticks vindt u op deze website: www.clie-link.com.
โInformatie over de compatibiliteit tussen verschillende VAIO computers en de beschikbare typen
Memory Sticks vindt u hier: www.vaio-link.com.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
40
nN
Een Memory Stick plaatsen
Er zijn twee manieren om een Memory Stick in uw computercomputer te plaatsen:
โVia de Memory Stick-sleuf;
โVia รฉรฉn van de PC Card-sleuven. Hiervoor hebt u een optionele PC Card-adapter nodig.
U kunt slechts 1 Memory Stick tegelijk in de computer plaatsen!
Om een Memory Stick in de Memory Stick-sleuf te plaatsen, gaat u als volgt te werk:
1Nadat u uw gegevens hebt opgeslagen van uw digitaal apparaat, steekt u de Memory Stick in de
Memory Stick-sleuf. De pijl op de Memory Stick moet naar boven staan en in de richting van de sleuf
wijzen.
2Schuif de Memory Stick voorzichtig in de sleuf tot hij vastklikt.
De Memory Stick wordt automatisch gedetecteerd door uw systeem en verschijnt in het venster Mijn
Computer als een lokaal station onder de respectieve letter (afhankelijk van de configuratie van uw
computer).
โAls u de Memory Stick in de sleuf steekt, moet u erop letten dat de pijl in de juiste richting wijst. Forceer de Memory Stick nooit in de sleuf om
beschadiging van de computer of Memory Stick te vermijden.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
41
nN
Een Memory Stick verwijderen
Om een Memory Stick te verwijderen uit de Memory Stick-sleuf, gaat u als volgt te werk:
1Controleer of het toegangslampje uit is.
2Duw de Memory Stick in de sleuf.
De Memory Stick wordt uitgeworpen.
3Trek de Memory Stick uit de sleuf.
โVerwijder de Memory Stick altijd voorzichtig om te vermijden dat de kaart onverwachts uit de sleuf springt.
Het verdient aanbeveling de Memory Stick te verwijderen vรณรณr u de computer afsluit.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
42
nN
De modem gebruiken
Uw computer is uitgerust met een interne modem.
Sluit de computer aan op een telefoonlijn om toegang te krijgen tot on line diensten en het Internet, om
uw computer en software on line te registreren en om VAIO-Link te contacteren.
Om de computer aan te sluiten op een telefoonlijn, gaat u als volgt te werk:
1Steek het ene uiteinde van de telefoonkabel (1) in de telefoonconnector van de computer.
2Steek het andere uiteinde van de telefoonkabel in een telefooncontactdoos (2).

Hardware gids
Uw computer gebruiken
43
nN
Problemen met de modem oplossen
Mijn modem werkt niet of kan geen verbinding maken
โControleer of de stekker van de telefoonlijn in de computer zit.
โZorg ervoor dat de modem het enige apparaat is dat is aangesloten op uw telefoonlijn.
โControleer of de telefoonlijn werkt. U kunt de lijn controleren door een gewone telefoon aan te sluiten
op de telefoonlijn en na te gaan of u een kiestoon hoort.
โControleer of het telefoonnummer dat het programma kiest juist is. Mogelijk is de kiesmodus van de
modem niet compatibel met uw telefoonlijn.
โMogelijk werkt de modem niet behoorlijk als u zich bevindt achter een Private Automatic Branch
eXchange (PABX - automatische huistelefooncentrale).
โControleer in het dialoogvenster Telefoon - en modemopties (Configuratiescherm / Telefoon - en
modemopties of uw modem vermeld staat op het tabblad Modems en of de locatiegegevens op het
tabblad Kiesregels juist zijn.
Als u het pictogram Telefoon - en modemopties niet ziet, klik in het Configuratiescherm op
Klassieke weergave aan de linkerkant.
โUw VAIO computer wordt geleverd met een telefoonstekker voor uw land, zodat u de telefoonkabel in
een telefooncontactdoos kunt steken.
Het verdient aanbeveling de bijgeleverde stekker te gebruiken, omdat het gebruik van een andere
telefoonstekker de kwaliteit van de verbinding negatief kan beรฏnvloeden.
โU kunt uw computer niet aansluiten op een telefoontoestel dat met munten werkt. Mogelijk werkt uw
computer niet met meerdere telefoonlijnen of een huistelefooncentrale (PBX). Als u de modem aansluit
op een telefoonlijn waarop ook een ander apparaat is aangesloten, is het mogelijk dat de modem of het
andere apparaat niet behoorlijk functioneert. Sommige van deze aansluitingen kunnen leiden tot een te
hoge elektrische stroom en kunnen de interne modem beschadigen.
โAlleen DTMF-signalering (Dual Tone Multi Frequency) (toonkeuze) wordt ondersteund.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
44
nN
โVรณรณr u de modem gebruikt, moet u het land selecteren waarin u de modem gebruikt. De werkwijze voor
het selecteren van het land staat in detail beschreven onder Uw modem configureren in de Software
gids.
โTrek niet te hard aan de flexibele afscherming.
Werken met de modem gaat traag
De verbindingssnelheid van de modem wordt beรฏnvloed door vele factoren, zoals lijnruis of de compatibiliteit
met communicatieapparaten (bv. faxtoestellen of andere modems). Als u vermoedt dat uw modem geen
goede verbinding maakt met andere computermodems, faxtoestellen of uw Internet-provider, controleert u
de volgende zaken:
โLaat uw telefoonmaatschappij controleren of uw telefoonlijn vrij is van lijnruis.
โAls het probleem te maken heeft met een fax, controleert u of er geen problemen zijn met het faxtoestel
waarmee u een verbinding tracht te maken en of dit toestel compatibel is met faxmodems.
โAls u problemen hebt om een verbinding te maken met uw Internet-provider, controleert u of de
Internet-provider niet kampt met technische problemen.
โAls u beschikt over een tweede telefoonlijn, sluit u de modem aan op die lijn en probeert u opnieuw een
verbinding te maken.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
45
nN
Draadloos LAN (WLAN) gebruiken
Dankzij de functie draadloos LAN (WLAN of Wireless LAN) van Sony, kunnen al uw digitale apparaten met
ingebouwde WLAN-functionaliteit vrij met elkaar communiceren via een krachtig netwerk. Een WLAN is een
netwerk waarin een mobiele gebruiker een verbinding kan maken met een lokaal netwerk (LAN) via een
draadloze (radio)verbinding. Het is dus niet langer nodig om kabels of draden te trekken door muren en
plafonds.
Sony's WLAN ondersteunt alle normale Ethernet-activiteiten, maar biedt twee extra voordelen: mobiliteit
en roaming. U hebt nog altijd toegang tot informatie, het internet/intranet en netwerkbronnen, zelfs in
volle vergadering of terwijl u zich verplaatst.
U kunt communiceren zonder een toegangspunt. Dit betekent dat u een verbinding tot stand kunt
brengen tussen een beperkt aantal computers (ad hoc), of dat u kunt communiceren via een
toegangspunt, wat u in staat stelt een volledig infrastructuurnetwerk (infrastructuur) te creรซren.
โIn sommige landen is het gebruik van WLAN producten onderworpen aan lokale regelgeving (bijv. beperkt aantal kanalen). Lees de folder Wireless
LAN Regulations (Wireless LAN Reglementering) grondig voor je de WLAN functionaliteit inschakelt. De selectie van kanalen komt verder in de
handleiding aan bod. Kanaalselectie wordt verder in deze handleiding verklaard (zie Wireless LAN-kanalen (pagina 49)).
WLAN maakt gebruik van de standaard IEEE 802.11b/g, die specificaties voor de gebruikte technologie bevat. Deze standaard omvat ook de
coderingsmethode Wired Equivalent Privacy (WEP), die is vastgelegd in een beveiligingsprotocol. De kwetsbare draadloze verbinding tussen de
client en het Access Point wordt beveiligd door middel van codering. Er bestaan nog meer beveiligingsmechanismen om de privacy op een netwerk
te beschermen, zoals wachtwoordbeveiliging, end-to-end encryption, virtual private networks en verificatie.
Communicatie tussen Wireless LAN-apparaten die de standaard IEEE 802.11a gebruiken en apparaten die IEEE 802.11b of IEEE 802.11g gebruiken,
is niet mogelijk omdat de gebruikte frequenties verschillend zijn. Wireless LAN-apparaten op basis van de standaard IEEE 802.11g kunnen alleen
communiceren met apparaten die IEEE 802.11b gebruiken, niet met apparaten op basis van IEEE 802.11a.
IEEE 802.11b: de standaardsnelheid is 11 Mbps. Dit is 30 tot 100 maal sneller dan een normale inbelverbinding.
IEEE 802.11g: de standaardsnelheid is 54 Mbps. Dit is ongeveer 5 keer zo snel als de snelheid van een Wireless LAN-apparaat dat via IEEE 802.11b
communiceert.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
46
nN
Communiceren zonder toegangspunt (ad-hoc)
Een ad hoc-netwerk is een netwerk waarin een lokaal netwerk enkel door de draadloze apparaten zelf tot
stand wordt gebracht, zonder een andere centrale controller of een ander toegangspunt (Access Point). Elk
apparaat communiceert rechtstreeks met andere apparaten in het netwerk. U kunt thuis gemakkelijk een
ad hoc-netwerk tot stand brengen.
Om te communiceren zonder toegangspunt (ad hoc), gaat u als volgt te werk:
1Schakel de Wireless LAN knop op uw computer aan.
Het dialoogvenster Switch wireless devices verschijnt.
2Dubbelklik op het netwerkpictogram in de taakbalk, waar Wireless Network Connection
verschijnt.
Het dialoogvenster Wireless Network Connection verschijnt.
3Klik op de knop Eigenschappen.
Het dialoogvenster Eigenschappen voor Wireless Network Connection verschijnt.
4Selecteer het tabblad Draadloze netwerken.
5Klik op de knop Toe voe g enโฆ.
Het dialoogvenster Eigenschappen voor draadloos netwerk verschijnt.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
49
nN
5Voe r de Netwerksleutel in.
Als u de Sony Access Point PCWA-A320 als standaardinstelling gebruikt, hoeft u geen WEP-sleutel in
te voeren. Om te kunnen communiceren, dient u het vakje Ook als het geselecteerde draadloze
netwerk niet is beveiligd, wil ik er verbinding mee kunner maken te selecteren.
6Klik op Verbinding maken.
Na 30 seconden is de verbinding tot stand gebracht.
Meer informatie over een Access Point configureren vindt u in de documentatie van de Access Point.
Wireless LAN-kanalen
In een configuratie met IEEE 802.11b kunnen de kanalen 1 tot en met 11 worden gebruikt.
In een configuratie met IEEE 802.11g kunnen de kanalen 1 tot en met 13 worden gebruikt.
(a) Met Access Point ("infrastructuur")
โHet door het Access Point geselecteerde kanaal wordt gebruikt.
โATT: raadpleeg voor informatie over het selecteren van een kanaal voor het Access Point de
bijbehorende handleiding.
(b) Zonder Access Point ("ad hoc")
โAls de draadloze verbinding op initiatief van de VAIO computer tot stand komt, wordt kanaal 11
geselecteerd.
โATT: in Frankrijk zijn Wireless LAN-verbindingen buitenshuis alleen via bepaalde kanalen toegestaan.
Raadpleeg het informatieblad Wireless LAN Regulations voor meer informatie.
โAls de draadloze verbinding tot stand komt op initiatief van een ander Wireless LAN-apparaat, zal de
Wireless LAN-communicatie plaatsvinden via het kanaal dat door dit apparaat is geselecteerd.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
50
nN
Problemen met draadloos LAN oplossen
Ik kan de functie draadloos LAN niet gebruiken
โControleer of de schakelaar voor draadloze communicatie aan staat.
Het toegangspunt van het draadloos LAN en uw computer kunnen niet communiceren
โControleer of de schakelaar voor de draadloos communicatie aan staat.
โControleer of de stroom naar het toegangspunt is ingeschakeld.
โControleer of het toegangspunt wordt weergegeven in het venster Beschikbare draadloze
netwerken weergeven.
โOm dit te controleren, klikt u achtereenvolgens op Starten en Configuratiescherm.
โDubbelklik op het pictogram Network Connections.
โKlik met de rechtermuisknop op het pictogram Wireless Network Connection en selecteer
Eigenschappen.
โSelecteer het tabblad Draadloze netwerken.
โControleer of het toegangspunt wordt weergegeven onder Beschikbare draadloze netwerken
weergeven.
โDe beschikbaarheid van de verbinding wordt beรฏnvloed door de afstand en door obstakels. Mogelijk
moet u de computer verder weg van obstakels of dichter bij een gebruikt toegangspunt plaatsen.
De gegevensoverdracht verloopt traag
โDe maximale communicatiesnelheid hangt niet alleen af van de obstakels of de afstand tussen de
communicatieapparaten, maar ook van de kwaliteit van de radiogolven, het besturingssysteem of de
gebruikte software. Verwijder het obstakel of plaats het toegangspunt en de computer dichter bij
elkaar.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
52
nN
Energiebesparende modi gebruiken
Als u een batterij gebruikt als stroombron voor de computer, kunt u via de instellingen voor energiebeheer
ervoor zorgen dat de batterij minder snel leeg raakt. Naast de normale werkingsmodus, die u in staat stelt
specifieke apparaten uit te schakelen, heeft uw computer twee andere energiebesparende modi: De
Standby-modus en Slaap-modus. Als de computer werkt op de batterijstroom, schakelt hij automatisch
over op de Slaap-modus als de batterijlading minder dan 7% van de capaciteit bedraagt, ongeacht de
geselecteerde instelling voor energiebeheer.
โAls de batterijlading minder dan 10% bedraagt, moet u de netadapter aansluiten zodat de batterij kan worden opgeladen, of moet u de computer
uitschakelen en een volle batterij plaatsen.
De normale modus gebruiken
Dit is de normale toestand als de computer in gebruik is. In deze modus brandt het groene stroomlampje.
Om stroom te besparen, kunt u een specifiek apparaat (bv. het LCD-scherm of de harde schijf) uitschakelen.
De Standby-modus gebruiken
De Standby-stand schakelt het LCD-scherm uit en stelt de harde schijf en de CPU in op laag energieverbruik.
In deze modus knippert het stroomlampje (oranje).
Om de Standby-modus te activeren, gaat u als volgt te werk:
Ga naar Start > Uitschakelen en klikt u op Standby.
Of druk tegelijkertijd op de toetsen <Fn>+<Esc>.
Om terug te keren naar de normale modus, druk op een willekeurige toets.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
53
nN
โAls u de aan/uit-knop langer dan vier seconden ingedrukt houdt, wordt de computer automatisch uitgeschakeld.
Als de Standby-modus is geactiveerd, kunt u geen schijf plaatsen.
De computer verlaat de Standby-modus sneller dan de Slaapmodus.
In de Standby-modus verbruikt de computer meer stroom dan in de Slaap-modus.
Als de computer op het stroomnet is aangesloten en langer dan 25 minuten niet is gebruikt, komt hij terecht
in de stand Standby. Als de computercomputer batterijstroom gebruikt, komt hij na 5 minuten terecht in
de stand Standby. Om dit te vermijden, kunt u de instellingen wijzigen in het Configuratiescherm of in
PowerPanel (klik met de rechtermuisknop op het pictogram PowerPanel en selecteer Edit/Create
Profile). De instellingen van het Configuratiescherm blijven geldig totdat u uw machine opnieuw opstart.
De Slaap-modus gebruiken
De toestand van het systeem wordt opgeslagen op de harde schijf en de stroom wordt uitgeschakeld. In
deze modus brandt het stroomlampje niet.
Om de Slaap-modus te activeren, gaat u als volgt te werk:
Druk op <Fn>+<F12>.
Het venster Slaapstand verschijnt en de computer schakelt over op de Slaap-modus.
Of,
Klik op Start en selecteer Computer afsluiten.
Houd in het venster Computer afsluiten de <Shift>-toets ingedrukt en klik op Slaapstand.
Om terug te keren naar de normale modus, gaat u als volgt te werk:
Zet de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken.
De computer keert terug naar zijn vorige toestand.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
55
nN
Energiebeheer met PowerPanel
Met het hulpprogramma PowerPanel kunt u het energiebeheer van uw computer instellen en belangrijke
informatie over de activiteit van het systeem en de batterijlading weergeven. De optie voor automatisch
energiebeheer selecteert de zuinigste energiebeheerprofielen of laat u de gekozen profielen aanpassen aan
uw eigen behoeften met de bedoeling de batterij zo weinig mogelijk te belasten.
PowerPanel bevat de volgende functies:
โAutomatische profielselectie (APS) op basis van de actieve toepassing;
โDe mogelijkheid om specifieke energiebeheerprofielen handmatig te selecteren in het menu;
โDe mogelijkheid om nieuwe profielen te maken en bestaande profielen te bewerken;
โDe mogelijkheid om gedetailleerde informatie over de batterij weer te geven;
โHulpprogramma om de prestaties van de processor te controleren;
โPowerPanel werkt in harmonie met uw Windows-instellingen.
โOndersteuning voor Windows XP Theme;
โKnopinfo om wijzigingen in energiebeheerprofielen weer te geven;
โDe mogelijkheid om specifieke energiebeheerprofielen rechtstreeks in de pagina Power Profile te
selecteren;
โDe mogelijkheid om bepaalde gebruikers het recht te ontnemen profielen te wijzigen.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
56
nN
PowerPanel activeren
Als u de computer start, verschijnt standaard het PowerPanel-pictogram in het systeemvak.
Als u het huidige energiebeheerprofiel wilt weergeven, wijst u gewoon het pictogram aan. Het huidige
energiebeheerprofiel wordt weergegeven in de knopinfo.
Om een ander profiel te selecteren, gaat u als volgt te werk:
1Klik met de rechtermuisknop op het taakbalkpictogram van PowerPanel en selecteer Profiles.
2Selecteer een profiel in het menu Profiles.
De respectieve energiebeheerinstellingen worden geactiveerd.
โAls u de batterij gebruikt als stroombron, selecteert het systeem standaard het energiebeheerprofiel Maximum Battery Life. Als u een ander
energiebeheerprofiel selecteert terwijl de computer op de batterijstroom werkt, wordt hetzelfde profiel automatisch geselecteerd als u de volgende
keer op de batterijstroom werkt.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
57
nN
Energiebeheerprofielen activeren
PowerPanel laat u kiezen uit verschillende vooraf gedefinieerde energiebeheerprofielen. Elk profiel
bestaat uit een reeks energiebeheerinstellingen voor specifieke energiebeheerdoelstellingen, gaande van
maximaal energiebeheer tot geen energiebeheer.
Werken op netstroom
Werken op batterij
Pictogram Beschrijving
AC Power โ De energiebeheertoestand als de computer op netstroom werkt. PowerPanel
laadt automatisch dit profiel, tenzij u deze functie uitschakelt.
Power Management Off (Plugged in) โ Schakelt alle energiebeheerfuncties (zoals de
Standby-modus en Slaap-modus) uit.
Pictogram Beschrijving
Automatic Profile Selection โ Analyseert de prestaties van elke toepassing die u kiest en past de profielen
aan aan de behoeften van deze toepassingen.
Maximum Battery Life โ Biedt energiebesparende functies om de batterij zo weinig mogelijk te belasten en
goede prestaties te verzekeren. Dit profiel reduceert de helderheid van het scherm en activeert de Standby-
modus na een vooraf ingestelde tijdspanne.
Ultimate Battery Life โ Verlengt Maximum Battery Life.
!Als u dit profiel selecteert, wordt de stroomtoevoer naar de Memory Stick-poort volledig uitgeschakeld
om nog wat extra energie te besparen en de levensduur van de batterij verder te verlengen. De Memory
Stick-poort komt weer beschikbaar zodra er een Memory Stick wordt geplaatst.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
58
nN
Maximum Performance โ Biedt de beste systeemprestaties en bespaart toch energie.
Word Processing โ Optimaliseert het energiebeheer met langere time-outs voor het uitschakelen van de harde
schijf en het scherm. U kunt ook instellingen opgeven voor LCD (Video) Standby, Hard Disk Standby en
Standby om het energiebeheer te optimaliseren voor uw systeem.
Spreadsheet โ Reduceert de helderheid van het LCD-scherm (instelling 'Medium') omdat uw software geen
hogere prestaties vereist.
Presentation โ Schakelt het scherm nooit uit, maar bespaart toch energie. Deze optie is ideaal voor
diavoorstellingen. U kunt instellingen opgeven voor LCD (Video) Standby, Hard Disk Standby en Standby
om het energiebeheer te optimaliseren voor uw systeem.
Communications โ Spaart de batterij door een korte time-out voor het uitschakelen van het scherm in te
stellen. U kunt ook instellingen opgeven voor LCD (Video) Standby, Hard Disk Standby en Standby om het
energiebeheer te optimaliseren voor uw systeem.
Games โ Schakelt de timer voor het uitschakelen van het scherm en de harde schijf uit.
DVD โ Optimaliseert de prestaties en het stroomverbruik voor het gebruik van DVD's.
Camera โ Optimaliseert de prestaties en het stroomverbruik voor het gebruik van een camera.
Power Management Off (Running on batteries) โ Schakelt alle energiebeheerfuncties (zoals de Standby-
modus en Slaap -modus) uit.
Pictogram Beschrijving

Hardware gids
Uw computer gebruiken
59
nN
Automatische profielen selecteren als u op batterijen werkt
Een energiebeheerprofiel bestaat uit een reeks timerwaarden voor verschillende systeemapparaten.
PowerPanel selecteert automatisch het profiel dat is gekoppeld aan de toepassing die u gebruikt en schakelt
over naar een ander profiel als u naar een andere toepassing gaat.
Energiebeheer activeert energiebesparende modi door bepaalde stroomverbruikende componenten uit te
schakelen of hun stroomverbruik te reduceren (b.v. helderheid van het LCD-scherm of activiteit van de harde
schijf).
Om automatische profielen te selecteren, gaat u als volgt te werk:
1Klik met de rechtermuisknop op het PowerPanel pictogram in de taakbalk en selecteer Profiles.
2Selecteer Automatic Profile Selection.
โDe functie Automatic Profile Selection wordt uitgeschakeld wanneer u manueel een ander energieprofiel selecteert in het menu.

Hardware gids
Uw computer gebruiken
60
nN
Gedetailleerde informatie over de batterij weergeven
U kunt gedetailleerde informatie over de batterij van uw computer weergeven.
U kunt de gegevens over de batterij weergeven op drie verschillende manieren:
โKlik met de rechtermuisknop op het pictogram PowerPanel in de taakbalk en selecteer Battery
Information in het menu.
โDubbelklik op het pictogram PowerPanel in de taakbalk en selecteer het tabblad Battery. Het tabblad
bevat informatie over de geschatte levensduur van de batterij en de oplaadtijd.
โOpen de balk Battery Information op het scherm. Hier vindt u het pictogram voor de batterijstatus en
de levensduur van de batterij (uitgedrukt in percent en tijd). Om de balk Battery Information te laten
verschijnen, klikt u met de rechtermuisknop in de taakbalk, selecteert u Toolbars en dan Battery
Information in het menu.
Batterijpictogram Batterijstatus
De batterij wordt ontladen: het pictogram is blauw
De batterij is vol: het pictogram is volledig blauw met een netstroomstekker
De batterij wordt opgeladen: het pictogram is blauw met een rode klem aan de pool van de batterij
Geen batterij: het pictogram is blauw met een geel kruis erover

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
63
nN
Een port replicator aansluiten
Uw computer ondersteunt het gebruik van een optionele port replicator. Als u een port replicator aansluit,
kunt u bijkomende randapparaten (bv. een printer of een externe monitor) aansluiten op uw computer.
1 USB-poort (pagina 81) 8 Video-uitgang (pagina 70)
2 Seriรซle poort / 9 S-Video-uitgang (pagina 70)
3 Ingang audio (R โ L) (pagina 70) 10 Monitor/VGA-poort (pagina 69)
4 Netadapterpoort (pagina 15) 11 Ethernet-poort (10BASE-T/100BASE-TX) (pagina 92)
5 Optische uitgang / 12 PS2- / muis- / toetsenbordconnector (pagina 80)
6 Printerpoort (pagina 87) 13 USB-poort (pagina 81)
7 Uitgang audio (R - L) (pagina 70)

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
64
nN
โDe port replicator werkt enkel op de netadapter die werd geleverd met uw computer. Trek de netadapter niet uit de port replicator of het stopcontact
tijdens het gebruik van de port replicator. Dit kan de gegevens beschadigen of kan hardwarestoringen veroorzaken.
Als u videokabels tegelijk op de S-Video-uitgang en video-uitgang aansluit, kan enkel de S-Video-uitgang worden gebruikt.

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
65
nN
Uw computer aansluiten op de port replicator
Om uw computer aan te sluiten op de port replicator, gaat u als volgt te werk:
1Koppel alle randapparaten los.
2Steek de stekker van de netadapter (1) in de netadapterpoort (2) van de port replicator (3).
3Steek het รฉne uiteinde van het netsnoer (4) in de netadapter en het andere uiteinde in een stopcontact.
Het stroomlampje DC IN (5) van de port replicator brandt groen.
4Sluit de kantelstanders vรณรณr u de computer aansluit op
de port replicator.
5Plaats de onderste connector van de computer
tegenover de connector op de port replicator (6) en
druk de computer naar beneden tot hij vastklikt.
6Zet de computer aan.

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
66
nN
โAls u de port replicator voor de eerste keer gebruikt, worden de de netwerkstuurprogramma's automatisch geรฏnstalleerd.
Als u de computer aansluit op de port replicator, mag u de batterij niet verwijderen of plaatsen. Als u de computer optilt of draait terwijl deze is
aangesloten op de port replicator, kan een tijdelijk stroomverlies optreden.
Gebruik de netadapter die werd geleverd met uw computer of de optionele Sony-adapter.

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
67
nN
Uw computer loskoppelen van de port replicator
Om uw computer los te koppelen van de port replicator, gaat u als volgt te werk:
1Schakel de aangesloten randapparaten uit.
2Sluit de klep van de computer en trek aan de hendels aan beide kanten van de port replicator om de
computer los te koppelen van de port replicator.
3Til de computer op van de port replicator.
4Sluit de klep van de connector van de port replicator aan de onderkant van de computer.
โHet is zeer belangrijk dat u de klep van de connector van de port replicator sluit nadat u de computer hebt losgekoppeld van de port replicator. Als
de klep blijft openstaan, kan stof binnendringen en de computer beschadigen.
Als u de netstroom naar de port replicator volledig wilt verbreken, trekt u de netadapter uit.

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
69
nN
Een monitor aansluiten
U kunt een computerscherm (monitor) direct op de computer of via de (optionele) port replicator aansluiten.
Om een monitor aan te sluiten op de computer, gaat u als volgt te werk:
1Steek de monitorkabel (1) (niet meegeleverd) in de monitor/VGA-connector (2) van de computer.
2Indien nodig steekt u het ene uiteinde van het netsnoer (3) van de monitor in de monitor en het andere
uiteinde in een stopcontact.
โU kunt de monitorconnector van de computer niet gebruiken als de
computer is aangesloten op de port replicator.

Hardware gids
Randapparatuur aansluiten
70
nN
Een multimediamonitor aansluiten
U kunt de computer aansluiten op een multimediacomputerscherm met ingebouwde luidsprekers en een
microfoon.
Om een multimediacomputerscherm aan te sluiten op de
computer, gaat u als volgt te werk:
1Steek de monitorkabel (1) in de monitor/VGA-connector (2)
van de computer.
2Steek de luidsprekerkabel (3) in de hoofdtelefoonconnector
(4) van de computer.
3Steek de microfoonkabel (5) in de microfoonconnector (6)
van de computer.
Een TV aansluiten
U kunt een TV aansluiten op de computer of op de optionele
port replicator.
Om een TV aan te sluiten op de computer, gaat u als volgt te werk:
1Steek het ene uiteinde van de audio/videokabel (1)
(optioneel) in de AV-uitgang (2) (geel) en het andere
uiteinde in de TV.
2Steek het netsnoer van de TV (3) in een stopcontact.
3Stel het ingangskanaal van de TV in op de externe ingang.
4Stel het TV-configuratiesysteem in.
โRaadpleeg de handleiding van het randapparaat voor meer informatie over het gebruik
en de installatie.
Product specificaties
Merk: | Sony |
Categorie: | PC |
Model: | PCG-GRT816S |
Heb je hulp nodig?
Als je hulp nodig hebt met Sony PCG-GRT816S stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden
Handleiding PC Sony

17 December 2022

2 December 2022

27 November 2022

22 November 2022

21 November 2022

19 November 2022

17 November 2022

17 November 2022

15 November 2022

15 November 2022
Handleiding PC
Nieuwste handleidingen voor PC

3 Augustus 2022

2 Augustus 2022

19 Juli 2022

17 Juli 2022

16 Juli 2022

12 Juli 2022

11 Juli 2022

6 Juli 2022

16 Juni 2022

15 Juni 2022