Sharp MX-M182D Handleiding
Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Sharp MX-M182D (125 pagina's) in de categorie Printer. Deze handleiding was nuttig voor 43 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld
Pagina 1/125

MODEL: MX-M182
MX-M182D
MX-M202D
MX-M232D
DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL SYSTEEM
BEDIENINGSGIDS

1
INHOUD
INLEIDING ......................................................... 4
DE HANDLEIDING GEBRUIKEN ...................... 4
VERSCHILLEN TUSSEN MODELLEN ............. 5
1INSTALLATIE
VOORDAT U DE SOFTWARE INSTALLEERT. 6
●SOFTWARE......................................................6
●HARDWARE- EN SOFTWAREVEREISTEN ....6
●DE MACHINE INSCHAKELEN .........................7
DE SOFTWARE INSTALLEREN....................... 7
MET EEN COMPUTER VERBINDEN.............. 10
●EEN USB-KABEL AANSLUITEN....................10
●DE MACHINE ALS EEN GEDEELDE PRINTER
GEBRUIKEN...................................................11
HET PRINTERSTUURPROGRAMMA
CONFIGUREREN ............................................ 12
TOETSENBEHEER INSTELLEN..................... 13
PROBLEEMOPLOSSING................................ 15
2
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES . 17
●BEDIENINGSPANEEL....................................19
●BEDIENING IN KOPIEER-, AFDRUK-, SCAN-
EN FAXFUNCTIES .........................................21
STROOM IN- EN UITSCHAKELEN................. 22
●INSCHAKELEN...............................................22
●UITSCHAKELEN ............................................22
PAPIER BIJVULLEN ....................................... 23
●PAPIER...........................................................23
●PAPIER BIJVULLEN.......................................24
●PAPIERFORMAATINSTELLING VAN EEN
LADE WIJZIGEN ............................................26
CONTROLEMODUS ........................................ 28
●AANTAL ACCOUNTS IN
ACCOUNTREGELING....................................28
●ACCOUNTREGELING GEBRUIKEN .............28
3KOPIEERFUNCTIES
NORMAAL KOPIËREN ................................... 29
●DE KOPIE DONKERDER OF LICHTER
MAKEN .......................................................... 33
●PAPIERLADEKEUZE .................................... 34
●AANTAL KOPIEËN INSTELLEN ................... 34
●HET ORIGINEELFORMAAT SELECTEREN
....................................................................... 35
●DE HANDINVOERLADE GEBRUIKEN OM EEN
SPECIAAL FORMAAT ORIGINEEL TE
KOPIËREN .................................................... 36
EEN KOPIE VERKLEINEN OF VERGROTEN 37
●AUTOMATISCHE KOPIEERFACTORKEUZE37
●HANDMATIGE KOPIEERFACTORKEUZE
(VOORGEPROGRAMMEERDE
KOPIEERFACTOR/ZOOM) ........................... 38
●HET AFZONDERLIJK SELECTEREN VAN DE
HORIZONTALE EN VERTICALE
KOPIEERFACTOREN(XY ZOOM kopiëren)
....................................................................... 39
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIEREN (MX-
M182D/MX-M202D/MX-M232D) ...................... 41
●
2-ZIJDIG KOPIËREN VAN 1-ZIJDIGE
ORIGINELEN
.................................................. 42
●2-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE
ORIGINELEN (ALLEEN MET DE RSPF)
.........44
●1-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE
ORIGINELEN (ALLEEN MET DE RSPF)
......................................................... 45
DUBBELZIJDIG KOPIEREN MET
HANDINVOERLADE ....................................... 46
BOEKKOPIE.................................................... 47
EEN KOPIEERPROCES ONDERBREKEN
(Kopiëren onderbreken)................................. 48
HANDIGE KOPIEERFUNCTIES...................... 49
●BEELDDRAAIING VAN 90 GRADEN
(Beelddraaiing)............................................... 49
●KOPIE SORTEREN/KOPIE GROEPEREN ... 49
●HET KOPIËREN VAN MEERDERE
ORIGINELEN OP EEN ENKELZIJDIG VEL
PAPIER(2-IN-1 / 4-IN-1 kopie) ....................... 51
●HET INSTELLEN VAN KANTLIJNEN TIJDENS
HET KOPIËREN (Kantlijnverschuiving) ......... 53
●SCHADUWEN RONDOM DE KANTLIJNEN
VAN EEN KOPIE WISSEN (Kopie wissen).... 54
KAARTFORMAAT........................................... 56
ID-KAARTKOPIE............................................. 58

2
4PRINTERFUNCTIES
EENVOUDIG PRINTEN ................................... 60
●
ALS DE PAPIERLADE OPRAAKT TIJDENS HET
AFDRUKKEN.........................................................61
●
EEN AFDRUKTAAK ONDERBREKEN
................
61
●
VERSCHILLEN "HANDVOERINLADE" EN
"HANDMATIGE INVOER" IN DE INSTELLINGEN
“PAPIERBRON".....................................................61
●HET PRINTERSTUURPROGRAMMA VANAF
DE "Start" TOETS OPENEN...........................62
INSTELLINGENSCHERM
PRINTERSTUURPROGR ................................ 63
●MEERDERE PAGINA'S OP EEN PAGINA
AFDRUKKEN..................................................64
●HET AFGEDRUKTE BEELD PASSEND
MAKEN (Passend maken aan papierformaat)
........................................................................65
●HET AFDRUKBEELD 180 GRADEN DRAAIEN
(180 graden draaien) ......................................65
●HET AFDRUKBEELD VERGROTEN/
VERKLEINEN (Zoom).....................................66
●VAGE TEKST EN LIJNEN ZWART
AFDRUKKEN (Tekst naar zwart/Vector naar
zwart) ..............................................................66
●HELDERHEID EN CONTRAST VAN HET
BEELD AANPASSEN (Beeldaanpassing) ......67
●
EEN WATERMERK AFDRUKKEN ..................67
●
DUBBELZIJDIG AFDRUKKEN ...............................68
REGELMATIG GEBRUIKTE
AFDRUKINSTELLINGEN OPSLAAN ............. 69
●INSTELLINGEN OP HET MOMENT VAN
AFDRUKKEN OPSLAAN
(Gebruikersinstellingen) ..................................69
SAMENVATTING VAN PRINTSTATUSVENSTER
. 70
5SCANNERFUNCTIES
SCANOVERZICHT........................................... 71
SCANNEN VIA DE TOETSEN OP HET
APPARAAT...................................................... 72
TOETSENBEHEER.......................................... 73
●TOETSENBEHEER INSTELLINGEN .............74
SCANNEN VANAF UW COMPUTER.............. 75
●
SCANNEN VANAF EEN TWAIN-COMPATIBELE
TOEPASSING...................................................75
●SCANNEN VANAF EEN WIA-COMPATIBELE
TOEPASSING (Windows XP/Vista/7).............79
●SCANNEN VANAF DE "Scanner en camera
wizard" (Windows XP).....................................80
6PROBLEEMOPLOSSING
PROBLEEMOPLOSSING................................ 82
●MACHINE- EN KOPIEERPROBLEMEN........ 83
●PRINT- EN SCANPROBLEMEN.................... 87
INDICATORS EN DISPLAYMELDINGEN....... 91
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN
............ 92
●PAPIERSTORING IN DE SPF/RSPF ............ 92
●PAPIERSTORING IN DE HANDINVOERLADE
....................................................................... 93
●PAPIERSTORING IN DE MACHINE ............. 94
●PAPIERSTORING IN DE BOVENSTE
PAPIERLADE ................................................ 97
●PAPIERSTORING IN DE ONDERSTE
PAPIERLADE ................................................ 98
TONERCARTRIDGE VERVANGEN................ 99
7ROUTINEONDERHOUD
CONTROLE VAN DE TOTALE
UITVOERTELLING ........................................ 100
ROUTINEONDERHOUD................................ 101
●REINIGING VAN DE GLASPLAAT EN SPF/
RSPF/ORIGINEELKLEP.............................. 101
●DE SCANPLAAT REINIGEN (ALLEEN
WANNEER ER EEN SPF/RSPF IS
GEÏNGESTALLEERD)................................. 101
●REINIGING VAN DE PAPIERINVOERROL
VAN DE HANDINVOERLADE ..................... 102
●REINIGING VAN DE TRANSPORTLADE ... 102
CONTRAST DISPLAY AFSTELLEN............. 103
8BIJLAGE
SPECIFICATIES (PRINTER EN SCANNER) 104
●
PRINTERFUNCTIE
.........................................104
●SCANNERFUNCTIE.................................... 105
OPTIONELE APPARATUUR ........................ 106
●EENMALIG DOORVOERENDE
ORIGINEELINVOER/ZELFOMKERENDE
EENMALIG INVOERENDE
ORIGINEELINVOER.................................... 107
●ORIGINEELKLEP ........................................ 107
●250-VEL PAPIERINVOEREENHEID/2 X 250-
VEL PAPIERINVOEREENHEID .................. 108
OPSLAG VAN VERBRUIKSARTIKELEN..... 109
●CORRECTE OPSLAG VAN
VERBRUIKSARTIKELEN ............................ 107

3
9
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN
DOEL VAN DE SYSTEEMINSTELLINGEN.............. 110
●
PROGRAMMA'S DIE BETREKKING HEBBEN OP
ALLE FUNCTIES VAN DE MACHINE (KOPIEER-
EN PRINTERFUNCTIES)
................................110
●PROGRAMMA'S VOOR DE
KOPIEERFUNCTIE ......................................110
●WACHTWOORD VOOR DE BEHEERDER
PROGRAMMEREN ......................................110
WACHTWOORD VOOR DE BEHEERDER
PROGRAMMEREN........................................ 111
LIJST MET SYSTEEMINSTELLINGEN......... 112
SYSTEEMINSTELLINGEN GEBRUIKEN ..... 113
●ACCOUNTCONTROLE ................................114
●APPARAATBEHEER ....................................117
●BEDIENINGS INSTEL ..................................118
●ENERGIE BESPAREN .................................120
●KOPIEER-INSTELLINGEN...........................121

4
INLEIDING
Deze handleiding beschrijft de kopieer-, printer- en scannerfuncties van het MX-M182/MX-M182D/MX-M202D/MX-
M232D digitaal multifunctioneel systeem.
DE HANDLEIDING GEBRUIKEN
Deze machine werd ontworpen om in een klein bemeten kantoorruimte en met een groot bedieningsgemak handige
kopieerfuncties te verschaffen. Zorg dat u vertrouwd raakt met deze handleiding en de machine om volledig gebruik te
kunnen maken van alle machinefuncties. Om deze handleiding als snelle referentie te gebruiken tijdens machinegebruik,
raadt SHARP aan deze handleiding uit te printen en te bewaren op een eenvoudig te bereiken plaats.
OVER DE HANDLEIDINGEN
De handleidingen voor de machine zien er als volgt uit:
Startgids
Deze handleiding geeft uitleg over:
• Specificaties
• Waarschuwingen voor veilig gebruik van de machine
Bedieningsgids (op de accessoire-CD-ROM)
Deze handleiding geeft uitleg over:
• Het installeren van de software die ervoor zorgt dat de machine als printer en scanner voor uw computer wordt gebruikt
• Onderdeelnamen van de machine
• Beschikbaar papiertype voor deze machine
• Eenvoudige kopieerprocedure en geavanceerde kopieerfuncties
(bijvoorbeeld: de afbeelding 90 graden draaien, meerdere originelen op een enkel vel papier kopiëren)
• Eenvoudige printprocedure en andere veelgebruikte printfuncties
(bijvoorbeeld: de geprinte afbeelding passend maken voor het papier, vergroten/verkleinen van de printafbeelding)
• Scannen op de machine en vanaf een computer
• Tonercartridge vervangen en randapparatuur
• Probleemoplossing voor het gebruik van de machine
DE BETEKENIS VAN "R" IN HET ORIGINEEL EN
PAPIERFORMAATINDICATIES
Een “R” onderaan het origineel of papierformaat (A4R, enz.) betekent dat
het origineel of het papier in de liggende afdrukstand is geplaatst, zoals
rechts aangegeven.
Formaten die uitsluitend in de horizontale (liggende) afdrukstand kunnen
worden geplaatst (B4, A3) bevatten geen "R" in de formaatindicatie.
• Indien "MX-XXXX" in deze handleiding verschijnt, vervangt u de naam van uw model voor "XXXX". Voor de
naam van uw model, zie "VERSCHILLEN TUSSEN MODELLEN" (p.5).
• De schermafbeeldingen en procedures die in deze handleiding vermeld staan zijn hoofdzakelijk bedoeld voor
Windows Vista. Voor andere versies van Windows kunnen sommige schermen verschillen van de schermen in
deze handleiding.
• Raadpleeg de handleiding van uw besturingssysteem of online help voor informatie over het gebruik van uw
besturingssysteem.
De in de handleiding getoonde weergaveschermen, berichten en toetsnamen kunnen verschillen van die op de
huidige machine vanwege productverbeteringen en -wijzigingen.
Opmerking
<Horizontale (liggende) afdrukstand>

5
GEBRUIKTE CONVENTIES IN DEZE HANDLEIDING
SPF
Deze handleiding verwijst naar de eenmalig doorvoerende origineelinvoer als "SPF".
RSPF
Deze handleiding verwijst naar de zelfomkerende eenmalig doorvoerende origineelinvoer als "RSPF".
VERSCHILLEN TUSSEN MODELLEN
Deze handleiding omvat de volgende modellen.
Waarschuwt de gebruiker voor letsel wanneer de inhoud van de waarschuwing niet correct wordt
opgevolgd.
Waarschuwt de gebruiker voor beschadigingen aan de machine of onderdelen als gevolg van het
verkeerd uitvoeren van de veiligheidsmaatregelen.
De opmerkingen geven nuttige informatie over de specificaties, functies, prestaties, bediening e.d.
van de machine.
Waarschuwing
Let op
Opmerking
Model
MX-M202D/MX-M232D MX-M182/MX-M182D
Uiterlijk
(Met optionele installatie van SPF/RSPF) (Met optionele installatie van SPF/RSPF)
Kopieersnelheid 20 kopieën per minuut /23 kopieën per
minuut
18 kopieën per minuut
Papierlades Twee (250 x 2) Eén (250 x 1)
De bovenstaande afbeelding
wordt gebruikt in gevallen
waarbij een functie en/of werking
van de machine hetzelfde is voor
beide modellen.

6
1Hoofdstuk 1
INSTALLATIE
VOORDAT U DE SOFTWARE
INSTALLEERT
Dit hoofdstuk geeft uitleg over het installeren en configureren van de software die is vereist voor de printer- en
scannerfuncties van de machine.
SOFTWARE
De meegeleverde CD-ROM bevat de volgende software:
MFP-stuurprogramma
Printerstuurprogramma
Het printerstuurprogramma zorgt ervoor dat u de printerfunctie van de machine kunt gebruiken.
Het printerstuurprogramma bevat het printstatusvenster. Dit is een toepassing die de machine bewaakt en u informatie
verschaft over de printstatus, de naam van het document dat momenteel wordt afgedrukt en foutberichten.
Scannerstuurprogramma
Het scannerstuurprogramma zorgt ervoor dat u de scannerfunctie van de machine met TWAIN-compatibele en
WIA-compatibele toepassingen kunt gebruiken.
Toetsenbeheer
De Toetsenbeheer zorgt ervoor dat u de scannermenu’s kunt gebruiken om een document te scannen.
Sharpdesk
Sharpdesk is een geïntegreerde software-omgeving waarmee u op eenvoudige wijze document- en beeldbestanden
kunt hanteren en toepassingen starten.
PC-Fax-stuurprogramma
Dit maakt het versturen van een fax vanaf uw computer naar een faxmachine via de machine (indien de faxoptie is
geïnstalleerd) mogelijk.
HARDWARE- EN SOFTWAREVEREISTEN
Controleer, voor het installeren van de software, de volgende hardware- en softwarevereisten.
*1Alleen als het Microsoft USB 2.0 stuurprogramma op de computer is voorgeïnstalleerd of als het USB 2.0 stuurprogramma voor
Windows 2000 Professional/XP/Vista/7 is geïnstalleerd dat vanaf de Microsoft "Windows-update" pagina beschikbaar is,
verzendt de USB 2.0 poort van de machine gegevens met de snelheid die door de USB 2.0 (Hoge snelheid) is gespecificeerd.
*2Compatibel met Windows 2000 Professional, Windows XP Professional, Windows XP Home Edition, Windows Vista of
Windows 7 vooraf geïnstalleerde modellen die zijn uitgerust met een standaard USB-interface.
*3• De machine ondersteunt geen afdrukmogelijkheden vanuit een Macintosh omgeving.
• Beheerderrechten zijn vereist om de software met behulp van het installatieprogramma te installeren.
Deze handleiding verwijst naar de CD-ROM die gewoon als “CD-ROM” bij de machine is meegeleverd.
Opmerking
Computertype
IBM PC/AT
of compatibele computer voorzien van een USB 2.0*1/1.1*2 poort
Besturingssysteem*3
Windows 2000 Professional, Windows XP Professional, Windows XP Home Edition, Windows
Vista, Windows 7
Overige hardwarevereisten
Een omgeving waarin één van de hierboven vermelde besturingssystemen volledig kan functioneren

7
INSTALLATIE
DE MACHINE INSCHAKELEN
De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linkerzijde van de machine.
Draai de hoofdschakelaar naar de "AAN" positie.
DE SOFTWARE INSTALLEREN
1De USB-kabel moet niet met de
machine verbonden zijn. Zorg ervoor
dat de kabel niet verbonden is voordat
u verdergaat.
Als de kabel verbonden is, verschijnt er een
plug-and-play venster. Als dit zich voordoet, klik
op de toets "Annuleren" om het venster te sluiten
en koppel de kabel los.
2Plaats de CD-ROM in uw CD-ROM
drive.
3Klik op de toets "Start", klik op
"Computer" en dubbelklik vervolgens
op het pictogram van de CD-ROM
( ).
• In Windows XP, klik op de toets "start", klik op
"Mijn computer" en dubbelklik vervolgens op
het pictogram van de CD-ROM.
• In Windows 2000, dubbelklik op "Mijn
computer" en dubbelklik vervolgens op het
pictogram van de CD-ROM.
4Dubbelklik op het pictogram "Setup"
( ).
• In Windows 7, klik op "Ja" indien er
schermbericht verschijnt dat om uw bevestiging
vraagt.
• In Windows Vista, klik op "Toestaan" indien er
schermbericht verschijnt dat om uw bevestiging
vraagt.
5Het venster "SOFTWARELICENTIE"
verschijnt. Zorg ervoor dat u de
inhoud van de softwarelicentie
begrijpt en klik vervolgens op de toets
"Ja".
6Lees het bericht in het venster
"Welkom" en klik vervolgens op de
toets "Volgende".
7
Om de software te installeren met
behulp van de meest algemene opties,
klik op de knop "Standaard" van het
menu "Verbonden met deze computer"
en ga naar stap 11.
Om bepaalde pakketten te installeren,
klik op de toets "Aangepast" en ga naar
de volgende stap.
• De schermafbeeldingen in deze handleiding zijn hoofdzakelijk voor Windows Vista. Bij andere Windows versies
kunnen bepaalde schermafbeeldingen verschillen van die in deze handleiding.
• Als er een foutbericht verschijnt, volgt u de instructies op het scherm om het probleem op te lossen. Nadat het
probleem is opgelost, wordt de installatieprocedure voortgezet. Afhankelijk van het probleem, moet u mogelijk
op de toets "Annuleren" klikken om het installatieprogramma af te sluiten. Installeer in dit geval, na het oplossen
van het probleem, de software opnieuw.
Opmerking
De kabel wordt in stap 12 verbonden.
Opmerking
U kunt de "SOFTWARELICENTIE" in een
andere taal bekijken door de gewenste taal uit
het taalmenu te selecteren. Zet de installatie
voort met de geselecteerde taal om de software
in de geselecteerde taal te installeren.
Opmerking

8
INSTALLATIE
1
8Klik op de toets
"MFP-stuurprogramma".
Klik op de toets "Geef Leesmij weer" om
informatie over geselecteerde pakketten te tonen.
9Selecteer "Verbonden met deze
computer" en klik op de toets
"Volgende".
Volg de instructies op het scherm.
Wanneer "De installatie van de SHARP software
is voltooid." verschijnt, klik op de toets "OK".
10
U keert terug naar het venster van
stap 8. Klik op de toets
"Hulpprogramma's" als u
hulpprogramma's wilt installeren.
Ga naar stap 11 als u de hulpprogramma's niet
wilt installeren.
Volg de instructies op het scherm.
11
Klik op de toets "Sluiten" wanneer het
installeren is voltooid.
Er verschijnt een bericht met het verzoek de
machine met uw computer te verbinden. Klik op de
toets "OK".
12
Zorg ervoor dat de machine
ingeschakeld is en sluit vervolgens de
USB-kabel (p.10) aan.
Windows detecteert de machine en een
plug-and-play venster zal verschijnen.
• Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een
venster met een beveiligingswaarschuwing
verschijnt, klik op "Het stuurprogramma
toch installeren".
• Als u Windows 2000/XP gebruikt en er een
waarschuwingsbericht verschijnt met
betrekking tot de Windows logotest of
digitale handtekening, klik op "Toch
doorgaan" of "Ja".
Let op
Na de installatie is het mogelijk dat u middels
een bericht het verzoek krijgt uw computer
opnieuw te starten. Klik in dit geval op de toets
"Ja" om uw computer opnieuw te starten.
• Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een
venster met een beveiligingswaarschuwing
verschijnt, klik op "Het stuurprogramma
toch installeren".
• Als u Windows 2000/XP gebruikt en er een
waarschuwingsbericht verschijnt met
betrekking tot de Windows logotest of
digitale handtekening, klik op "Toch
doorgaan" of "Ja".
Na de installatie is het mogelijk dat u middels
een bericht het verzoek krijgt uw computer
opnieuw te starten. Klik in dit geval op de
toets "Ja" om uw computer opnieuw te
starten.
Opmerking
Let op
Opmerking

9
INSTALLATIE
13
Volg de instructies in het
plug-and-play venster om het
stuurprogramma te installeren.
Volg de instructies op het scherm.
Dit voltooit de installatie van de software.
• Nadat u Toetsenbeheer hebt geïnstalleerd, stel
Toetsenbeheer in zoals uitgelegd in
"TOETSENBEHEER INSTELLEN" (p.13)
• Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een
venster met een beveiligingswaarschuwing
verschijnt, klik op “Het stuurprogramma
toch installeren".
• Als u Windows 2000/XP gebruikt en er een
waarschuwingsbericht verschijnt met
betrekking tot de Windows logotest of
digitale handtekening, klik op "Toch
doorgaan" of "Ja".
Let op

10
1
MET EEN COMPUTER VERBINDEN
Volg de onderstaande procedure om de machine met uw computer te verbinden.
Een USB-kabel voor het verbinden van de machine met uw computer is niet bij de machine inbegrepen. Koop de
juiste kabel voor uw computer.
Interfacekabel
USB-kabel
Afgeschermde twisted-pairkabel, hoge snelheid transmissie-equivalent (max. 3 m)
Koop een USB-kabel met ondersteuning voor USB 2.0 als de machine met een USB 2.0 interface wordt
verbonden.
EEN USB-KABEL AANSLUITEN
1
Steek de kabel in de USB-aansluiting op
de machine.
2Steek het andere einde van de kabel in
de USB-aansluiting van uw computer.
• USB is beschikbaar met PC/AT-compatibele computers die standaard met een USB-poort zijn uitgerust en
waarop Windows 2000 Professional, Windows XP Professional, Windows XP Home Edition, Windows Vista of
Windows 7 vooraf is geïnstalleerd.
• Sluit de USB-kabel niet aan voordat het MFP-stuurprogramma is geïnstalleerd. De USB-kabel moet tijdens het
installeren van het MFP-stuurprogramma worden aangesloten.
Let op
Systeemvereisten voor USB 2.0 (Hoge snelheid modus)
• Alleen als het Microsoft USB 2.0 stuurprogramma op de computer is voorgeïnstalleerd of als het USB 2.0
stuurprogramma voor Windows 2000 Professional/XP/Vista/7 is geïnstalleerd dat vanaf de Microsoft
"Windows-update" pagina beschikbaar is, verzendt de USB 2.0 aansluiting van de machine gegevens met de
snelheid die door de USB 2.0 (Hoge snelheid) is gespecificeerd.
• Zelfs wanneer het Microsoft USB 2.0 stuurprogramma wordt gebruikt, kan het zijn dat het onmogelijk is de
volledige USB 2.0 snelheid te verkrijgen als een PC-kaart met ondersteuning voor USB 2.0 wordt gebruikt.
Neem contact op met de fabrikant van uw PC-kaart om het nieuwste stuur gelijk een hogere programma (die mo
snelheid tot stand brengt) te verkrijgen.
• Een verbinding is ook mogelijk met behulp van een USB 1.1-poort op uw computer. De specificaties zullen
echter USB 1.1. specificaties zijn (Volledige snelheid).

11
INSTALLATIE
DE MACHINE ALS EEN GEDEELDE PRINTER
GEBRUIKEN
Als de machine als een gedeelde printer in een Windows netwerk wordt gebruikt, volg deze stappen om het
printerstuurprogramma op de cliëntcomputer te installeren.
1Voer stap 2 tot en met 6 uit in "DE
SOFTWARE INSTALLEREN" (p.7).
2Klik op de toets "Aangepast".
3Klik op de toets
"MFP-stuurprogramma".
Klik op de toets "Geef Leesmij weer" om
informatie over geselecteerde pakketten te tonen.
4Selecteer "Verbonden via het
netwerk" en klik op de toets
"Volgende".
5Selecteer de printernaam
(geconfigureerd als een gedeelde
printer op een printserver) uit de lijst.
In Windows 2000/XP kunt u ook op de toets
"Voeg netwerkpoort toe" klikken die onder de lijst
wordt weergegeven en blader door het netwerk in
het venster dat verschijnt om de te delen printer
te selecteren.
6Klik op de toets "Volgende".
Volg de instructies op het scherm.
7
U keert terug naar het venster van stap
3. Klik op de toets "Sluiten".
Dit voltooit de installatie van de software.
Zie de bedieningshandleiding of het helpbestand van uw besturingssysteem om de juiste instellingen in de
printerserver te configureren.
Opmerking
Controleer de instellingen op de printserver
als de gedeelde printer niet in de lijst
verschijnt.
• Indien u Windows Vista/7 gebruikt en er een
venster met een beveiligingswaarschuwing
verschijnt, klik dan op "Het stuurprogramma
toch installeren".
• Als u Windows 2000/XP gebruikt en een
waarschuwingsbericht verschijnt met
betrekking tot de Windows logotest of
digitale handtekening, klik dan op "Toch
doorgaan" of "Ja".
Na de installatie is het mogelijk dat u middels
een bericht het verzoek krijgt uw computer
opnieuw te starten. Klik in dit geval op de
toets "Ja" om uw computer opnieuw te
starten.
Opmerking
Let op
Opmerking

12
1
HET PRINTERSTUURPROGRAMMA
CONFIGUREREN
Na het installeren van het printerstuurprogramma moet u de instellingen voor het printerstuurprogramma juist
configureren voor het aantal papierlades op de machine en het papierformaat dat in elke lade wordt geplaatst.
1Klik op de toets "Start", klik op
"Bedieningspaneel" en klik
vervolgens op "Printer".
• In Windows 7, klik op de toets "Start" en klik
vervolgens op de toets "Apparaten en printers".
• In Windows XP, klik op de toets "start" en klik
op "Printers en faxen".
•
In Windows 2000, klik op de toets "Start", selecteer
"Instellingen" en klik vervolgens op "Printers".
2Klik op het pictogram van het "SHARP
MX-XXXX" printerstuurprogramma en
selecteer "Eigenschappen" uit het
menu "Organiseren".
• In Windows 7, rechtsklik op het pictogram van
het "SHARP MX-XXXX" printerstuurprogramma
en klik vervolgens op "Printereigenschappen".
• In Windows XP/2000, selecteer
"Eigenschappen" uit het menu "Bestand".
3
Klik op het tabblad "Configuratie" en
stel de printerconfiguratie in op basis
van de opties die werden geïnstalleerd.
Stel de printerconfiguratie correct in. Anders
wordt het afdrukken mogelijk onjuist uitgevoerd.
4Klik op de toets "Stel ladestatus in" en
selecteer het papierformaat dat in elke
lade is geplaatst.
Selecteer een lade in het menu "Papierbron" en
selecteer het papierformaat dat in de lade is
geplaatst uit het menu "Stel papierformaat in".
Herhaal voor elke lade.
5Klik op de toets "OK" in het venster
"Stel ladestatus in".
6Klik op de toets "OK" in het venster
van de printereigenschappen.
Als in Windows XP "Printers en faxen" niet in
het menu "start" verschijnt, selecteer
"Bedieningspaneel", selecteer "Printers en
overige hardware", en selecteer vervolgens
"Printers en faxen".
Klik op de toets “Automatische configuratie” om
de instellingen gebaseerd op de gedetecteerde
machinestatus automatisch te configureren.
Opmerking
Opmerking

13
TOETSENBEHEER INSTELLEN
Toetsenbeheer is een softwareprogramma dat werkt met het scannerstuurprogramma om scannen vanaf de
machine mogelijk te maken.
Om te scannen met behulp van de machine moet Toetsenbeheer met het scanmenu op de machine worden gelinkt.
Volg de onderstaande stappen om Toetsenbeheer te linken.
Windows XP/Vista/7
1Klik op de toets "Start", klik op
"Bedieningspaneel", klik op
"Hardware en geluid" en klik
vervolgens op "Scanners en
camera’s".
• In Windows 7, klik op de toets "Start" en klik
vervolgens op de toets "Apparaten en printers".
• In Windows XP, klik op de toets "start",
selecteer "Bedieningspaneel" en klik op
"Printers en overige hardware" en klik
vervolgens op "Scanners en camera’s".
2Klik op het pictogram "SHARP
MX-XXXX" en selecteer
"Eigenschappen".
• In Windows 7, rechtsklik op het pictogram
"SHARP MX-XXXX" en selecteer
"Scaneigenschappen".
• In Windows XP, selecteer "Eigenschappen" uit
het menu "Bestand".
3In het scherm "Eigenschappen", klik
op het tabblad "Activiteiten".
4Selecteer "SC1:" uit de "Selecteer een
activiteit" vervolgkeuzelijst.
5Selecteer "Start dit programma" en
selecteer vervolgens "Sharp
Toetsenbeheer AA" uit de
vervolgkeuzelijst.
6Herhaal stap 4 en 5 om Toetsenbeheer
met "SC2:" via "SC6:" te linken.
Selecteer "SC2:" uit de "Selecteer een activiteit"
vervolgkeuzelijst. Selecteer "Start dit
programma", selecteer "Sharp Toetsenbeheer
AA" uit de vervolgkeuzelijst. Doe hetzelfde voor
elk scanmenu via "SC6:".
7Klik op de toets "OK".
Toetsenbeheer is nu gelinkt met het scanmenu (1
tot en met 6).
De scaninstellingen voor elk scanmenu 1 tot en
met 6 kunnen met het instellingenvenster van
Toetsenbeheer worden gewijzigd.
Voor de standaard fabrieksinstellingen van het
scanmenu en de procedures voor het
configureren van de instellingen voor
Toetsenbeheer, zie "TOETSENBEHEER
INSTELLINGEN" (p.74).

14
INSTALLATIE
1
Windows 2000
1Klik op de toets "Start", selecteer
"Instellingen" en klik vervolgens op
"Bedieningspaneel".
2Dubbelklik op het pictogram
"Scanners en camera’s".
3Selecteer "SHARP MX-XXXX" en klik
op de toets "Eigenschappen".
4In het scherm "Eigenschappen", klik
op het tabblad "Activiteiten".
5Selecteer "SC1:" uit de
"Scanneractiviteiten"
vervolgkeuzelijst.
6Selecteer "Sharp Toetsenbeheer AA"
in "Naar deze toepassing verzenden".
7Klik op de toets "Toepassen".
8Herhaal stap 5 tot en met 7 om
Toetsenbeheer naar "SC2:" via "SC6:"
te linken.
Selecteer "SC2:" uit de "Scanneractiviteiten"
vervolgkeuzelijst. Selecteer "Sharp
Toetsenbeheer AA" in "Naar deze toepassing
verzenden" en klik op de toets "Toepassen". Doe
hetzelfde voor elk scanmenu via "SC6:".
Klik op de toets "OK" wanneer de instellingen zijn
voltooid om het scherm te sluiten.
Toetsenbeheer is nu gelinkt met het scanmenu (1
tot en met 6).
De scaninstellingen voor elk scanmenu 1 tot en
met 6 kunnen met het instellingenvenster van
Toetsenbeheer worden gewijzigd.
Voor de standaard fabrieksinstellingen van het
scanmenu en de procedures voor het
configureren van de instellingen voor
Toetsenbeheer, zie "TOETSENBEHEER
INSTELLINGEN" (p.74).
Als er andere toepassingen worden getoond,
deselecteert u de selectievakjes voor de
andere toepassingen en moet alleen het
selectievakje voor Toetsenbeheer
geselecteerd blijven.
Opmerking

17
2Chapter 2
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
Dit hoofdstuk geeft de basisinformatie over het gebruik van de faxfuncties van het apparaat. Lees dit hoofdstuk voor
het eerste gebruik van de machine aandachtig door.
ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES
USB 2.0-poort
Sluit uw computer op deze poort aan als u de
scanner- en printerfuncties wilt gebruiken.
Laderreiniger
Gebruik deze voor de reiniging van de
transportlader.
Glasreiniger
Gebruik dit product om de scanplaat van het
origineel te reinigen.
Glasplaat
Plaats hier de originelen die u wilt scannen met de
kopiezijde naar beneden. (p.29)
Handgrepen
Worden gebruikt bij het verplaatsen van de
machine.
Hoofdschakelaar
Gebruik deze schakelaar om de machine aan en
uit te zetten.
Middelste papierlade
Kopieën en afdrukken komen in deze lade terecht.
Bovenlade (wanneer de
documentsorteerladekit is geïnstalleerd)
Ontvangen faxen (wanneer de faxoptie is
geïnstalleerd) en printopdrachten komen in deze
lade terecht.
Bedieningspaneel
Bevat bedieningstoetsen en indicatorlampjes.
Voorklep
Open deze klep om vastgelopen papier te
verwijderen en de tonercartridge te vervangen.
Lade 1
In lade 1 gaan ca.250 bladen van kopieerpapier
(80 g/m2).
Lade 2
In lade 2 gaan ca.250 bladen van kopieerpapier
(80 g/m2).
11
9
8
7
10
4
6
5
3
17 18
14
15
16
5
13
1
2
12
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12

18
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
2
Origineelklep (wanneer geïnstalleerd)
Open deze klep om originelen op de glasplaat te
plaatsen.
Zijklep
Open deze geleider om vastgelopen papier te
verwijderen.
Zijklep handgreep
Opentrekken om zijklep te openen.
Papiergeleiders van de handinvoerlade
Pas de handinvoergeleiders aan de breedte van
het papier aan.
Handinvoerlade
Speciaal papier (zwaar papier of transparante film)
kunnen in de handinvoerlade worden ingevoerd.
Verlenging van de handinvoerlade
Trek de verlenging uit bij grote papierformaten
zoals B4 en A3.
Ontgrendelhendel van de tonercartridge
Vervang de tonercartridge door deze hendel in te
drukken en de tonercartridge uit te trekken.
Tonercartridge
Bevat de toner.
Origineelinvoerlade (wanneer de SPF/RSPF is
geïnstalleerd)
Plaats hier de originelen die u wilt scannen met de
kopiezijde naar boven. U kunt maximaal 40
kopieën plaatsen.
Origineelgeleiders (wanneer de SPF/RSPF is
geïnstalleerd)
Pas deze aan het formaat van de originelen aan.
Klep van de invoerrol (wanneer de SPF/RSPF is
geïnstalleerd)
Open deze klep om vastgelopen originelen te
verwijderen.
Rechterzijklep (wanneer de SPF/RSPF is
geïnstalleerd)
Open deze klep om vastgelopen originelen te
verwijderen.
Ontgrendelingen van de fuseereenheid
Druk op deze ontgrendelingen om vastgelopen
papier uit de fuseereenheid te verwijderen.
Draaiknop van de rollen
Draai deze knop om vastgelopen papier te
verwijderen.
Uitvoergedeelte (wanneer de SPF/RSPF is
geïnstalleerd)
De originelen worden hier uitgevoerd na het
kopiëren/scannen wanneer de SPF/RSPF gebruikt
wordt.
Fotogeleidende drum
Afbeeldingen worden gevormd op de
fotogeleidende drum.
Papiergeleider van de fuseereenheid
Open deze geleider om vastgelopen papier te
verwijderen.
19
20
21 22 23
24
2526
27
28 29
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
De fuseereenheid is heet. Raak de
fuseereenheid niet tijdens het
verwijderen van vastgelopen papier. Dit
kan brandwonden of letsel veroorzaken.
Raak de fotogeleidende drum niet aan
(groene gedeelte) wanneer u het papier
verwijdert. Krassen of vlekken op de drum
kunnen leiden tot vlekkerige kopieën.
De modelnaam staat op de voorklep van de machine.
24
25
Waarschuwing
26
27
28
Let op
29
Opmerking

19
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
BEDIENINGSPANEEL
Toetsen voor de faxfunctie (wanneer de
faxoptie is geïnstalleerd)
Deze worden gebruikt in de faxfunctie. Zie, voor
meer informatie, de "Bedieningsgids
(FAXUITBREIDINGSKIT)" die met de machine is
meegeleverd.
[KOPIEËN] toets / indicator
Druk op deze toets om de kopieerfunctie te
selecteren. Als deze wordt ingedrukt zodra "Klaar
v. kopiëren" verschijnt of tijdens het opwarmen,
wordt het aantal gebruikte bladen (p.100)
weergegeven, terwijl de toets wordt ingedrukt.
[AFDRUKKEN] toets / indicator
Druk op deze toets om de printfunctie te
selecteren.
• ONLINE-indicator
Wanneer deze indicator brandt, kunnen er
printopdrachten worden ontvangen.
• DATA-indicator
Deze brandt voortdurend wanneer er zich een
printopdracht in het geheugen bevindt die nog niet
is afgedrukt en hij knippert tijdens het afdrukken.
[SCANNEN] toets / indicator
Druk op deze toets om de scanfunctie te
selecteren. Zie de "Bedieningsgids
(NETWERKUITBREIDINGSKIT)" die met de
machine is meegeleverd om de machine als
netwerkscanner te gebruiken.
[FAX STATUS] toets (wanneer de faxoptie is
geïnstalleerd)
Deze worden gebruikt in de faxfunctie. Zie, voor
meer informatie, de "Bedieningsgids
(FAXUITBREIDINGSKIT)" die met de machine is
meegeleverd.
Display
Geeft verschillende meldingen weer. Zie voor meer
informatie. (p.21)
[TERUG] toets
Druk op deze toets om terug te keren naar het
vorige scherm.
Display kopieeraantal
Het geselecteerde aantal kopieën verschijnt in het
display. Dit geeft tijdens het kopiëren het
resterende aantal kopieën weer.
[OK] toets
Druk op deze toets om de geselecteerde instelling
in te voeren.
Numerieke toetsen
Selecteer hiermee het aantal kopieën.
[C] toets
Druk hierop om het aantal ingestelde kopieën te
wissen of een kopieerproces te stoppen.
[ONDERBREKEN] toets ( ) en
ONDERBREKING-indicator
Onderbreekt een kopieerproces om
kopieeropdracht onderbreken uit te voeren. (p.48)
21 22 23 24 25
16 17 18 19 20
11 12 13 14 15
06 07 08 09 10
01 02 03 04 05
BELICHTING
KLEUR MODUS
PROGRAM
KOPIEËN
SCANNEN
FAX
FAX STATUS
SHIFT
SYMBOOL
SPATIE/–
SPEAKER
OPNIEUW KIEZEN/PAUZE
VERKORT KIEZEN
COMMUNICATIE INSTELLING
LINE
DATA
DATA
ON LINE
FAX
SCANNEN
PRINT
KOPIEËN
SPECIALE
FUNCTIE
1 2 3 4 5
13 14 15
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12

20
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
2
[FAX] toets (wanneer de faxoptie is
geïnstalleerd)
LINE-indicator, DATA-indicator
Deze worden gebruikt in de faxfunctie. Zie, voor
meer informatie, de "Bedieningsgids
(FAXUITBREIDINGSKIT)" die met de machine is
meegeleverd.
[SPECIALE FUNCTIE] toets
Druk op deze toets om de speciale functies te
selecteren.
[BELICHTING] toets
Met deze toets kunt u de belichtingsfunctie
selecteren. "AUTO", "TEKST" of "FOTO" kunnen
worden geselecteerd. (p.33)
[PAPIERFORMAAT] toets
Met deze toets kunt u handmatig een papierlade
selecteren. (p.34)
[KOPIEERFACTOR] toets
Druk op deze toets om de kopieerfactor voor
verkleining/vergroting te selecteren. (p.38)
[AUTO IMAGE] toets
Druk op de toets voor automatische selectie van
de kopieerfactor. (p.37)
[UITVOER] toets
Druk op deze knop om de sorteerfunctie te
gebruiken. (p.49)
Toets [2-ZIJDIGE KOPIE]
(MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D)
Selecteer de tweezijdige kopieerfunctie. (p.41)
Pijltjestoetsen
Druk op deze toetsen om de markering (die
aangeeft dat er een item geselecteerd is) in het
display te verplaatsen.
[ACC.#-C] toets ( )
Druk op deze toets om het gebruik van een
account te beëindigen en terug te keren naar het
scherm accountnummerinvoer. (p.28)
[0] toets
Druk op deze toets tijdens een continu
kopieerproces om het aantal reeds gekopieerde
kopieën weer te geven.
[EINDE LEZEN] toets ( )
Wanneer u in sorteerfunctie van de glasplaat
kopieert, drukt u op deze toets, zodra u klaar bent
met scannen van de originelen en met kopiëren
wilt beginnen. (p.49)
[CA] toets
Wist alle geselecteerde instellingen en herstelt de
standaard instellingen van de machine. (p.22)
[START] toets ( )/ indicator
Kopiëren is mogelijk wanneer deze indicator
brandt. Indrukken om met kopiëren te beginnen.
Deze indicator knippert wanneer de functie voor
automatisch uitschakelen is geactiveerd. Druk op
de toets om terug te keren naar de normale
werking.
ABC DEF
JKLGHI MNO
TUVPQRS WXYZ
@.-
_
READ-END
ACC. #-C
TERUG OK
INTERRUPT
KOPIEERFACTOR
ADRES
ADRES
DUBBELZ. SCANNEN
DUBBELZ. SCANNEN
2-ZIJDIGE KOPIE
PAPIERFORMAAT
RESOLUTIE
RESOLUTIE
AUTO IMAGE
FORMAAT
BROADCAST
UITVOER
ORIGINEEL
ORIGINEEL
6 7 8 9
10 11 12
16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26

21
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
Display (basisscherm)
Voorbeeld: Kopieerfunctie Iconen die verschijnen in de icoondisplay
speciale functies
Belichtingdisplay
Geeft de geselecteerde belichtingsfunctie aan.
Icoondisplay speciale functies
Iconen van geactiveerde speciale functies
verschijnen.
Mededelingweergave
Meldingen over machinestatus en –bediening
worden weergegeven.
Display origineelformaat
Het formaat van het geplaatste origineel en de
icoon van de origineelscanfunctie verschijnen.
: Eenzijdig scannen in de SPF.
: Scannen op de glasplaat
: Tweezijdig scannen in de RSPF.
Display kopieerfactor
Geeft de kopieerfactor voor verkleining/vergroting
weer.
Display papierformaat
Geeft het geselecteerde papierformaat aan.
Wanneer "AUTO" verschijnt wordt automatisch de
meest geschikte papiersoort geselecteerd.
Display papierlade
De geselecteerde papierlade wordt gemarkeerd.
BEDIENING IN KOPIEER-, AFDRUK-, SCAN- EN FAXFUNCTIES
Sommige handelingen in de verschille n niet tegelijkertijd plaatsvinden.nde functies van de machine kunne
*1 Kan worden gebruikt nadat er op de [ONDERBREKING] toets ( ) is gedrukt.
*2 Nadat de pagina die op dit moment wordt geprint, uitgevoerd is, wordt de opdracht onderbroken.
A4
A4
100%
Klaar v. kopiëren
AUTO
AUTO
1 2 3 4
5 6 7
1-zijdige naar
2-zijdige kopie (alleen
MX-M182D/MX-M20
2D/MX-M232D)
Rand + midden
wissen
2-zijdige naar
2-zijdige kopie (alleen
MX-M182D/MX-M20
2D/MX-M232D)
2-in-1-kopie
2-zijdige naar
1-zijdige kopie 4-in-1-kopie
Sorteerfunctie Boekkopie
Kopie met
margeverschuiving Kaart Formaat
Kopie met rand
wissen ID-kaartkopie
Kopie met midden
wissen
1
2
3
4
5
6
7
Bediening onderbreken
Kopie-uitvoer
Afdrukken Scannen
Faxen
Originelen
scannen
Faxen
afdrukken
Onderbroken bediening
Kopiëren Uitvoer Ja*1Nee Nee Nee Nee
Afdrukken
Uitvoer Ja*2Nee Nee Nee
Scannen
Scannen van een origineel
Nee Nee Nee Nee
Faxen
Scannen van een origineel
Nee Nee Nee Nee
Uitvoer Ja*2Nee Ja*2Ja*2
•
Afdrukken is niet mogelijk wanneer de voor- of zijklep is geopend voor machineonderhoud, er een papierstoring
plaatsvindt, de papierladen of tonercartridges leeg zijn of wanneer de drumcartridge aan vervanging toe is.
•
Wanneer er een papierstoring van het origineel plaatsvindt in de SPF/RSPF, zal afdrukken niet mogelijk zijn
totdat het vastgelopen origineel wordt verwijderd en de SPF/RSPF weer bruikbaar wordt gemaakt.
Opmerking

22
2
STROOM IN- EN UITSCHAKELEN
De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linkerzijde van de machine.
INSCHAKELEN
Draai de hoofdschakelaar naar de "AAN"
positie.
Het duurt ongeveer 25
seconden voordat de
machine is opgewarmd.
Terwijl de machine opwarmt,
knippert de
START-indicator. (De
START-indicator gaan
branden wanneer de machine klaar is om te kopiëren.)
U kunt hoe dan ook de gewenste instellingen selecteren
en tijdens het opwarmen op de [START] toets ( )
drukken. Het kopiëren start na het opwarmen.
UITSCHAKELEN
Verzeker u ervan dat de machine uitstaat
en zet vervolgens de hoofdschakelaar op
de "UIT" positie.
Wanneer de kopieermachine
wordt uitgeschakeld, terwijl
deze in bedrijf is, kan er een
papierstoring optreden en
wordt de kopieertaak die aan
de gang is geannuleerd.
Energiebesparingsfuncties
De machine is voorzien van twee energiebesparingsfuncties om de kosten te verminderen. Bovendien ontzien deze
functies natuurlijke hulpbronnen en dragen ze bij aan het verminderen van de milieuvervuiling. De twee
energiebesparingsfuncties zijn “Voorverwarmfunctie” en "Automatische uitschakelfunctie".
Voorverwarmfunctie
Met deze functie wordt het apparaat automatisch naar een toestand met een lager stroomverbruik geschakeld, als de in de
systeeminstellingen ingestelde tijdsduur is verstreken zonder dat het apparaat is gebruikt met de stroom ingeschakeld. In
de voorverwarmfunctie wordt de display uitgeschakeld. De normale werking wordt automatisch hervat zodra er een toets
op het bedieningspaneel wordt ingedrukt, een origineel wordt geplaatst, of een printtaak of faxbericht wordt ontvangen.
Automatische uitschakelfunctie
Met deze functie wordt het apparaat automatisch naar een toestand gebracht die zelfs minder stroom verbruikt dan in de
voorverwarmfunctie, als de in de systeeminstellingen ingestelde tijdsduur is verstreken zonder dat het apparaat is gebruikt
met de stroom ingeschakeld. Tijdens de automatische uitschakelfunctie knippert alleen de START-indicator. Druk op de
[START] toets als u de normale werking van het apparaat wilt herstellen. Normale werking wordt tevens automatisch
hervat wanneer er een printtaak of faxbericht wordt ontvangen of wanneer er vanaf een computer wordt gescand.
Wanneer automatisch uitschakelen is geactiveerd, heeft het indrukken van andere toetsen dan [START] geen effect.
Standaardinstellingen
De machine is in de fabriek zo ingesteld dat alle instellingen één minuut na afloop van een kopieertaak terugkeren
naar de standaardinstellingen (auto wissen) of wanneer de [CA] toets wordt ingedrukt. Wanneer de instellingen
terugkeren naar de standaardinstellingen, worden alle geselecteerde functies geannuleerd.
U kunt de tijd voor auto wissen wijzigen in de systeeminstellingen. (p.118)
In de standaardtoestand verschijnt de display zoals hieronder weergegeven. De standaardtoestand van de display
hangt af van de opgegeven systeeminstellingen.
*Het scherm is dat van de MX-M232D.
•
De machine keert terug naar de begininstellingen wanneer deze voor de eerste keer wordt ingeschakeld, wanneer de [CA] toets
wordt ingedrukt of wanneer er geen toetsen zijn ingedrukt voor de voorgeprogrammeerde “Auto wissen” tijd na het einde van een
kopieertaak. Wanneer de machine terugkeert naar de begininstellingen, worden alle geselecteerde instellingen en functies op dat
punt geannuleerd. De “Auto wissen” tijd kan in de systeeminstellingen worden gewijzigd. (p.118)
• De machine is aanvankelijk ingesteld om automatisch naar de energiebesparende modus te gaan als de
machine gedurende een voorgeprogrammeerde tijd niet wordt gebruikt voor zowel kopiëren als printen. Deze
instelling kan in de systeeminstellingen worden gewijzigd. (p.120)
De activeringstijd voor de voorverwarmfunctie en de “Automatische uitschakelfunctie” kunnen in de systeeminstellingen
worden gewijzigd. Het is raadzaam tijden in te stellen die geschikt zijn voor uw gebruik van de machine. (p.120)
Opmerking
Opmerking
100%
A4
Klaar v. kopiëren
AUTO
AUTO

24
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
2
PAPIER BIJVULLEN
Zorg ervoor dat de machine niet kopieert of afdrukt en voer vervolgens de volgende stappen uit om het papier bij te vullen.
Plaats het papier in de lade
1Til de bovenste papierlade voorzichtig
omhoog en trek de papierlade er zover
mogelijk uit.
2Pas de geleiders in de cassette aan de
lengte en breedte van het papier aan.
• Plaat A is een schuifgeleider.
Pak de vergrendelknop op de
geleider en schuif de geleider
naar de indicatorlijn van het te
laden papierformaat.
• Plaat B is een invoeggeleider.
Verplaats deze naar de
indicatorlijn van het te laden
papierformaat.
• Zet plaat B in de uitsparing
aan de linkervoorkant van de
papierlade wanneer u 11" x
17" papierformaat gaat
gebruiken.
3Duw de drukplaat naar beneden.
Duw de drukplaat in het midden
naar beneden totdat deze
vastklikt.
4Plaats het papier in de lade.
• Open het pak papier en
plaats het zonder het
papier los te waaieren.
• Zorg ervoor dat de
stapel papier recht is
voordat het wordt
geplaatst.
5Duw de papierlade voorzichtig in de
machine.
Raadpleeg de onderstaande stappen voor het laden van papier.
Plaat B
Plaat A • Maak de stapel niet hoger dan de streep op
de lade (tot 250 vellen).
•
Voeg geen papier toe aan het geplaatste papier.
Hierdoor kan de papiertoevoer vastlopen.
• A5 is geschikt voor in de bovenste
papierlade, maar kan niet in de andere
lades worden gebruikt (inclusief lades in
een optionele papiervoereenheid).
• Als u een ander formaat papier laadt dan
voorafgaand in de lade werd geladen, ga
naar "PAPIERFORMAATINSTELLING VAN
EEN LADE WIJZIGEN" (p.26).
•
Wanneer zich een papierstoring voordoet,
draai het papier 180 graden en laad opnieuw.
• Strijk gekreukeld papier glad voordat het
wordt gebruikt.
Opmerking
Opmerking

25
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
De handinvoerlade plaatsen
1Ontvouw de handinvoerlade.
Trek de verlenging uit bij
grote papierformaten
zoals B4 en A3.
2Pas de papiergeleiders aan de breedte
van het kopieerpapier aan.
3Plaats het papier (afdrukzijde
beneden) helemaal in de
handinvoerlade.
Controleer, om
papierstoringen te
voorkomen, nogmaals of
de papiergeleiders aan
de breedte van het
papier zijn aangepast.
Belangrijke richtlijnen m.b.t. het plaatsen van papier in de handinvoerlade
• U kunt tot 100 vellen standaard kopieerpapier in de handinvoerlade plaatsen.
• Zorg ervoor dat u de papierformaten A6, en B6 of enveloppen horizontaal plaatst zoals afgebeeld in onderstaand
diagram. (Bij het gebruik van de printer: Hetzelfde als de richting voor A4-formaat papier, enz.)
• Zorg er bij het plaatsen van enveloppen voor dat deze glad en vlak zijn en, afgezien van de sluitklep, geen losse
lijmdelen bevatten.
• Speciaal papier, met uitzondering van SHARP goedgekeurde transparante film, etiketten en enveloppen moeten
één vel per keer in de handinvoerlade worden geplaatst.
• Wanneer u papier wilt toevoegen, haal dan eerst het reeds geplaatste papier uit de handinvoerlade, voeg dit aan
de nieuwe stapel toe en plaats de nieuwe stapel in zijn geheel weer in de handinvoerlade. Het papier dat wordt
toegevoegd moet van hetzelfde formaat zijn.
• Gebruik geen papierformaat dat kleiner is dan het origineel. Dit kan leiden tot vlekken of onduidelijke afbeeldingen.
• Gebruik geen papier dat is bedrukt door een laserprinter of faxapparaat. Dit kan leiden tot vlekken of onduidelijke
afbeeldingen.
• Druk op de [PAPIERSELECTIE] toets als
u het papier hebt geplaatst om de
handinvoerlade te selecteren.
•
Als u dik papier in de handinvoerlade
plaatst, drukt u op de [PAPIER] toets totdat
"EXTRA" wordt gemarkeerd. Het
papiertype wordt ingesteld op dik papier.
De instelling wordt gewist wanneer "Auto
wissen" werkt of op de [CA] toets wordt
gedrukt. Voor beperkingen over
papiersoorten en -gewichten, zie
"PAPIER" (p.23).
Opmerking
Beschikbaar Niet
beschikbaar

26
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
2
Enveloppen
Gebruik niet de onderstaande envelopsoorten. Dit zal leiden tot papierstoringen.
•Enveloppen met metalen plaatjes, gespen, linten, gaten of schermen.
•Enveloppen met ruwe vezels, carbonpapier of gladde oppervlakken.
•Enveloppen met twee of meer flappen.
•Enveloppen met plakband, folie of waarbij er papier aan de flap is bevestigd.
•Enveloppen met een vouw in de flap.
•Enveloppen met lijm aan de flap die moet worden natgemaakt om de enveloppen te sluiten.
•Enveloppen met etiketten of postzegels.
•Enveloppen die enigszins zijn gevuld met lucht.
•Enveloppen met lijm die buiten het lijmgedeelte uitsteekt.
•Enveloppen waarbij een deel van het lijmgedeelte loslaat.
PAPIERFORMAATINSTELLING VAN EEN LADE WIJZIGEN
Als het formaat van het geladen papier verschilt van het formaat in het display, volg dan de stappen hieronder om de
papierformaatinstellingen van de lade te wijzigen.
De papierformaatinstelling kan niet worden gewijzigd tijdens kopiëren, afdrukken, fax afdrukken (als de faxoptie
geïnstalleerd is) of kopiëren onderbreken, wanneer er een papierstoring is opgetreden . Als er geen papier of toner meer
aanwezig is, kan de papierformaatinstelling echter veranderd worden tijdens kopiëren, afdrukken en fax afdrukken.
Zie "PAPIER" (p.23) voor informatie over de specificaties voor de papiertypen en papierformaten die in de
papierladen kunnen worden geladen.
Het papierformaat voor een handinvoerlade kan niet worden ingesteld.
1
Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
Het hierboven weergegeven scherm is het
kopieerfunctiescherm.
2Druk op de [ ] of [ ] toets om
"INGEST PAP FORM" te selecteren.
3Druk op de [OK] toets.
Het scherm voor
papierformaatinstelling
verschijnt.
4Druk op de [ ] of [ ] toets om de
papierlade te selecteren waarvan het
papierformaat gewijzigd is.
Voorbeeld: Lade 2
5Druk op de [ ] toets.
De cursor beweegt naar de
papierformaatselectiepositie
rechts.
6Druk op de [ ] of [ ] toets om het
papierformaat te selecteren.
Voorbeeld: B4 formaat
selecteren
Als u het formaat van een andere papierlade wilt wijzigen,
drukt u op de [ ] toets en herhaalt daarna stap 4 tot 6.
: Geeft lade "1" weer.
: Geeft lade "2" weer.
Zie voor de papierladen en -nummers
"PAPIER" op (p.23).
BELICHTING
KLEUR MODUS
PAPIERFOR
RESOLU
KOPIEËN
SCANNEN
LINE
DATA
DATA
ON LINE
SPECIALE
FUNCTIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM
Opmerking
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM

27
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN
7Druk op de [OK] toets.
Er verschijnt een bericht waarin
u wordt gevraagd de nieuwe
papierformaatinstelling te
bevestigen.
8Druk op de [OK] toets.
Het geselecteerde papierformaat
wordt opgeslagen en het display
keert terug naar het basisscherm.
LADE AUTOMATISCH OMSCHAKELEN
DEACTIVEREN (AìCTIVEREN)
Wanneer "lade automatisch omschakelen" geactiveerd is en het papier opraakt tijdens kopiëren of afdrukken, wordt
de opdracht voortgezet met papier uit een andere lade als deze lade hetzelfde formaat heeft en in dezelfde richting
geplaatst is. (Deze functie werkt niet als de handinvoerlade gebruikt wordt of er een faxbericht afgedrukt wordt.)
Deze functie is standaard geactiveerd. Als u de functie wilt deactiveren, volgt u de stappen hieronder.
1
Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
Het scherm hierboven verschijnt in de kopieerfunctie.
2Selecteer "INGEST PAP FORM" met
de [ ] of [ ] toets.
3Druk op de [OK] toets.
Het scherm voor
papierformaatinstelling
verschijnt.
4
Druk herhaaldelijk op de [ ] toets totdat "LADE
AUTOMATISCH OMSCHAKELEN" verschijnt.
Beweeg de cursor naar de onderste lade en druk daarna
weer op de [ ] toets. Het scherm hierboven verschijnt.
5Druk op de [OK] toets.
Als er geen checkmarkering verschijnt in de checkbox, is de
automatische papierlade omschakeling niet in werking.
6Druk op de [ ] toets.
U keert terug naar het scherm
"papierformaatinstellingen".
Als u "lade automatisch omschakelen" opnieuw wilt
activeren, drukt u op de [OK] toets in het scherm van
stap 5 zodat er een checkmarkering verschijnt.
OK
Plaats het papierformaatetiket voor het
geselecteerde papierformaat in stap 6 op de
etiketpositie aan de rechterzijde van de lade.
OK
Opmerking
BELICHTING
KLEUR MODUS
PAPIERFOR
RESOLU
KOPIEËN
SCANNEN
LINE
DATA
DATA
ON LINE
SPECIALE
FUNCTIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM
INGEST PAP FORM
LADE AUTOMATISCH
OMSCHAKELEN
OK
INGEST PAP FORM
LADE AUTOMATISCH
OMSCHAKELEN
A4
A3
A3
B4
A4
A4R
INGEST PAP FORM

29
3Chapter 3
KOPIEERFUNCTIES
Dit hoofdstuk geeft uitleg over het gebruik van de kopieerfuncties.
NORMAAL KOPIËREN
Dit gedeelte beschrijft hoe u een normale kopie kunt maken.
Voer uw 5-cijferig accountnummer in, wanneer de "Accountregeling" is geactiveerd (p.114).
Kopiëren vanaf de glasplaat
1Open de SPF/RSPF en plaats het
origineel op de glasplaat met de
kopiezijde naar beneden.
Leg de linker bovenhoek van
het origineel gelijk met de punt
van het teken .
Het origineelformaat wordt
automatisch herkend.
2Sluit de SPF/RSPF.
Sluit de SPF/RSPF na het
plaatsen van het origineel. Als
deze open blijft staan, worden
stukken van het origineel in
zwart afgedrukt, waardoor erg
veel toner wordt gebruikt.
3Verzeker u ervan dat het gewenste
papierformaat is geselecteerd.
Zie "PAPIER BIJVULLEN" (p.24) voor het laden van
papier.
4Stel het aantal kopieën in.
Originelen met afmetingen tot A3 kunnen op
de glasplaat worden geplaatst.
Als het origineel geen standaardformaat
heeft of het formaat niet correct herkend is,
zie "HET ORIGINEELFORMAAT
SELECTEREN" (p.35).
Opmerking
Opmerking
•
Als de automatische papierselectiefunctie is
uitgeschakeld in de systeeminstellingen (p.123),
gebruikt u de toets [PAPIERFORMAAT] om het
gewenste papierformaat te selecteren.
•
Als u een papierformaat wilt selecteren dat
verschilt van de automatisch door de machine
geselecteerde formaat gebruikt u de
[PAPIERFORMAAT] toets om het gewenste
papierformaat te kiezen.
•
U kunt papier selecteren dat in een andere
positie geplaatst is dan het origineel, indien de
automatische papierselectie of de automatische
beeldfunctie geselecteerd zijn. In dit geval wordt
het beeld van het origineel gedraaid.
•Als u een kopie wilt maken van een klein
origineel, zoals een kaart, volg dan de
procedure in "DE HANDINVOERLADE
GEBRUIKEN OM EEN SPECIAAL
FORMAAT ORIGINEEL TE KOPIËREN"
(p.36).
•
De handinvoerlade moet handmatig worden
geselecteerd.
Als u twee of meer kopieën maakt, elk van meerdere
pagina's, kunt u de sorteerfunctie selecteren om de
kopieën in sets te verzamelen. (p.49)
A4
A4
100%
Klaar v. kopiëren
AUTO
AUTO
Opmerking
Opmerking

30
KOPIEERFUNCTIES
3
5Druk op de [START] toets ( ) om met
kopiëren te beginnen.
De kopie komt in de
papieruitvoerlade
terecht.
Kopiëren van de SPF/RSPF
1
Zorg ervoor dat het origineel niet achterblijft
op de glasplaat. Sluit de SPF/RSPF.
2Pas de origineelgeleiders aan het
origineelformaat aan.
3Plaats het origineel (of de originelen)
met de bedrukte zijde naar boven in
de origineelinvoerlade.
Het origineelformaat
verschijnt in de display en
het meest geschikte
papierformaat wordt
automatisch geselecteerd.
Plaats de stapel zo ver
mogelijk in de
origineelinvoerlade.
4Stel het aantal kopieën in.
5Druk op de [START] toets ( ) om het
kopiëren te beginnen.
De kopieën komen in de
middelste lade terecht.
De standaarduitvoermodus voor
het kopiëren van de SPF is de
sorteermodus. (p.49)
De uitvoermodus kan worden
gewijzigd met behulp van de
instelling voor automatische sorteerselectie in de
systeeminstellingen. (p.123)
• De middelste lade kan maximaal 250
bladen bevatten (150 bladen wanneer de
documentsorteerladekit is geïnstalleerd).
•
Ongeveer een minuut na afloop van het kopiëren
wordt "Auto wissen" (p.22) geactiveerd waardoor
alle kopieerinstellingen weer terug worden gezet
naar de standaardinstellingen. De instelling voor
"Auto wissen" kan in de systeeminstellingen
worden gewijzigd. (p.118)
• Druk op de [C] toets om de huidige
kopieertaak te annuleren.
•
Verschillen in kopieervoorwaarden kunnen
verschuivingen van het afgedrukte
kopieerbeeld veroorzaken, zelfs als het
kopieën van hetzelfde origineel en op
hetzelfde papier betreft. Voor meer informatie,
zie "Punten met betrekking tot de positie van
het geprinte kopieerbeeld" op (p.32).
Opmerking
•
Als het origineel geen standaardformaat heeft of het
formaat niet correct herkend is, zie "HET
ORIGINEELFORMAAT SELECTEREN" (p.35).
•
Als de automatische papierselectiefunctie is
uitgeschakeld in de systeeminstellingen (p.123),
gebruikt u de [PAPIERSELECTIE] toets om het
gewenste papierformaat te selecteren.
•
Om kopieën te maken op papier van een ander
formaat, drukt u op de [PAPIERSELECTIE] toets
en selecteert u het gewenste papierformaat.
•
Indien de automatische papierkeuze of de
automatische beeldfunctie werd geselecteerd,
kunt u papier selecteren dat in een andere positie
is geplaatst dan het origineel. In dit geval wordt
het beeld van het origineel gedraaid.
• De handinvoerlade moet handmatig
worden geselecteerd.
• Plaats geen originelen van verschillende
formaten in de origineelinvoerlade. Dit kan
leiden papierstoringen.
Opmerking
Plaats geen originelen van verschillende
formaten in de origineelinvoerlade. Dit kan
leiden papierstoringen.
• De middelste lade kan maximaal 250
vellen bevatten (150 vellen wanneer de
documentsorteerladekit is geïnstalleerd).
• Ongeveer een minuut na afloop van het
kopiëren wordt "Auto wissen" (p.22)
geactiveerd waardoor alle
kopieerinstellingen weer terug worden
gezet naar de begininstellingen. U kunt de
tijdsduur waarna "Auto wissen" de
kopieerinstellingen wist wijzigen in de
systeeminstellingen. (p.118)
• Als u een lopend kopieerproces wilt
onderbreken, drukt u op de [C] toets.
Open eerst de klep van de invoerrol en
verwijder het origineel, als het moeilijk is
om het origineel uit de origineelinvoerlade
te verwijderen. Wanneer u het origineel
eruit trekt zonder de klep van de invoerrol
te openen, kan het origineel vuil worden.
Opmerking
MNO
WXYZ
@.-
_
AD-END
Opmerking

32
KOPIEERFUNCTIES
3
Punten met betrekking tot de positie van het geprinte kopieerbeeld
Zelfs als hetzelfde origineel gekopieerd wordt op hetzelfde papiersoort, kan, door verschillen van het origineelformaat,
scanlocatie (glasplaat of origineelinvoerlade), geselecteerde papierlade, vergrotings-/verkleiningsfactor en andere
omstandigheden, de positie van het geprinte kopieerbeeld op het papier verschuiven.
Zoals weergegeven in onderstaand voorbeeld, als er een origineel kleiner dan het papierformaat (bijv. A5 origineel en A3
papier) wordt gekopieerd van de glasplaat, is de positie van het geprinte kopieerbeeld op het papier anders als papier van lade
1 (1) en papier van de handinvoerlade (2) gebruikt wordt.
A5
(1)
(2)
A3
A3
A3-papier
A3-papier
A5
kopieerbeeld
A5
kopieerbeeld

33
KOPIEERFUNCTIES
DE KOPIE DONKERDER OF LICHTER MAKEN
De kopiebelichting kan zonodig worden aangepast aan het origineel. Er zijn drie belichtingsfuncties beschikbaar:
"AUTO", "TEKST" of "FOTO". Als "TEKST" of "FOTO" geselecteerd wordt, kan de belichting handmatig op 5
standen worden ingesteld.
Auto
Dit is de fabrieksinstelling voor de belichting. In deze modus worden de kenmerken van een origineel dat gekopieerd
wordt "gelezen" door een belichtingsysteem, zodat de aanpassingen automatisch gebeuren. De belichting wordt
verlaagd voor gekleurde gebieden en achtergrondschaduwen.
Tekst/foto
TEKST: Deze modus versterkt de gebieden van een origineel met een lage dichtheid en zwakt
achtergrondgebieden met een hoge dichtheid af, zodat de tekst leesbaarder wordt.
FOTO: Deze modus geeft een helderder reproductie van halftonen bij foto's.
1Druk op de [BELICHTING] toets.
Het scherm
"kopiebelichting"
verschijnt.
2Selecteer de belichting die het beste
past bij het origineel met de [ ] of [ ]
toets.
De [BELICHTING] toets kan worden ingedrukt om de
belichting te selecteren.
3Stel het belichtingsniveau bij met de
[ ] of [ ] toets.
•Het belichtingsniveau kan worden aangepast
wanneer "AUTO" is geselecteerd.
•Druk op de [ ] toets om de afbeelding donkerder te
maken. Druk op de [ ] toets om de afbeelding
lichter te maken.
•U kunt de standaardbelichtingsniveaus voor
"TEKST" en "FOTO" instellen in de
systeeminstellingen.
4Druk op de [OK] toets.
Als u terug wilt gaan naar de
AUTO modus, drukt u op de
[BELICHTING] toets, selecteert
u "AUTO" met de [ ] toets en
drukt op de [OK] toets.
100%
AUTO
Wanneer "FOTO" is geselecteerd, kunt u
"FOTOMODUS STANDAARD" in
systeeminstellingen gebruiken om de
methode te selecteren voor het uitdrukken
van halftonen. (p.123)
KOPI
A
A
BELICHTING
KLEUR MODUS
PROGRAM
PAPIERFORMAAT
RESOLUTIE
RESOLUTIE
KOPIEËN
SCANNEN
FAX
BELICHTING
AUTO
TEKST
FOTO
AUTO
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
BELICHTING
AUTO
TEKST
FOTO
AUTO
Opmerking
Richtlijnen voor belichtingsniveaus
1 tot 2: Donkere originelen zoals kranten
3: Normale dichtheid van de originelen
4 tot 5:Originelen geschreven met potloden
of lichte kleuren
BELICHTING
AUTO
TEKST
FOTO
AUTO
Opmerking
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE

34
KOPIEERFUNCTIES
3
PAPIERLADEKEUZE
De modus automatische papierselectie (p.31) werkt normaal (tenzij deze functie werd uitgeschakeld) en dus wordt
de lade met hetzelfde papierformaat als het origineel automatisch geselecteerd wanneer het origineel op de
glasplaat wordt geplaatst en het originele formaat wordt geselecteerd of wanneer het origineel in de SPF/RSPF is
geplaatst. Druk op de [PAPIERFORMAAT] toets om de gewenste papierlade te selecteren, wanneer u een andere
papierlade wilt gebruiken dan de automatisch geselecteerde (bijvoorbeeld wanneer u de kopie wilt verkleinen of
vergroten of de handinvoerlade wilt gebruiken).
Automatische ladewisseling (wanneer er twee of meer papierlades
zijn)
Wanneer het papier in de papierlade tijdens het kopiëren opraakt en er een andere papierlade met exact hetzelfde
papierformaat en invoerrichting (horizontaal of verticaal) aanwezig is, wordt deze lade automatisch geselecteerd en
kan het kopiëren doorgaan. "Lade automatische omschakelen" kan zonodig worden gedeactiveerd. (p.123)
AANTAL KOPIEËN INSTELLEN
Druk op de cijfertoetsen om het aantal kopieën in te stellen.
•Het ingestelde aantal kopieën verschijnt in het display. U kunt maximaal 999 kopieën (fabrieksinstelling) instellen.
•Er kan een enkele kopie worden gemaakt zelfs wanneer "0" wordt weergegeven.
Belangrijke opmerking bij het maken van grote aantallen kopieën
Als het aantal bladen dat naar de middelste lade wordt uitgevoerd de maximum capaciteit (250 bladen als een
documentsorteerladekit niet is geïnstalleerd, 150 bladen wanneer een documentsorteerladekit wel is geïnstalleerd)
overschrijdt tijdens de kopiee de kopieën en druk ropdracht, wordt de kopieeropdracht tijdelijk stopgezet. Verwijder
op de [OK] toets om het kopiëren te hervatten. De kopieeropdracht stopt telkens wanneer het maximum aantal
bladen in de middelste lade is bereikt.
Voordat een lange kopieeropdracht wordt gestart, dient u de resterende bladen in de middelste lade te verwijderen.
Let er bij de uitvoer van de kopieeropdracht op dat de opdracht regelmatig kan stoppen wanneer de middelste lade
te vol raakt.
•Vervang het papier in de lade met het juiste papierformaat, wanneer het gewenste papierformaat niet
verschijnt. (p.26)
•Automatische verhoudingselectie (p.37) werkt niet wanneer de handinvoerlade of een lade ingesteld voor een
speciaal papierformaat is geselecteerd.
•Druk op de [C] (wis) toets wanneer u het verkeerde nummer hebt ingevoerd en voer vervolgens het juiste
nummer in.
•U kunt de limiet voor het aantal kopieën wijzigen in de systeeminstellingen. (p.123)
KOPIEERFACTOR
ADRES
ADRES
BELICHTING
KLEUR MODUS
PROGRAM
PAPIERFORMAAT
RESOLUTIE
RESOLUTIE
AUT
FOR
BRO
Opmerking
WXYZ
Opmerking

35
KOPIEERFUNCTIES
HET ORIGINEELFORMAAT SELECTEREN
Als u een niet-standaardformaat* origineel laadt of het origineelformaat niet correct gedetecteerd wordt, stelt u het
formaat handmatig in.
Volg de onderstaande stappen, nadat u het origineel in de origineelinvoerlade of op de glasplaat hebt geplaatst.
1
Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets.
Het speciale functiescherm
verschijnt.
2Selecteer "ORIG. FORM. INV." in het
menu met de [ ] of [ ] toets.
3Druk op de [OK] toets.
Het selectiescherm
origineelformaat verschijnt.
4Selecteer het origineelformaat met de
[ ] of [ ] toets.
Het geselecteerde
origineelformaat wordt
gemarkeerd.
•
Als u een origineel in inches instelt, drukt u op de [ ]
toets en gaat u naar stap 6.
•
Als u "INVOER FORMAAT" hebt geselecteerd, volgt u stap 4 tot 6
van de procedure in "DE HANDINVOERLADE GEBRUIKEN OM
EEN SPECIAAL FORMAAT ORIGINEEL TE KOPIËREN" (p.36)
om de horizontale en verticale afmetingen van het origineel in te
stellen.
5Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar een
basisscherm en het
geselecteerde origineelformaat
verschijnt in het display
origineelformaat.
Selecteer het origineelformaat in inches
6Selecteer het origineelformaat met de
[ ] of [ ] toets.
Als u wilt teruggaan naar de selectie van AB
origineelformaten, drukt u op de [ ] toets en keert
terug naar stap 4.
7Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar een
basisscherm en het
geselecteerde origineelformaat
verschijnt in het display
origineelformaat.
* Standaardformaten:
De volgende formaten kunnen correct worden gedetecteerd: A3, B4, A4, A4R, A5. Als er een
niet-standaardformaat is geladen (inclusief speciale formaten), kan het dichtstbijzijnde standaardformaat worden
weergegeven of het origineelformaat verschijnt niet.
Opmerking
BELICHTING
KLEUR MODUS
PAPIERFOR
RESOLU
KOPIEËN
SCANNEN
LINE
DATA
DATA
ON LINE
SPECIALE
FUNCTIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
A3
B4
A4
ORIG. FORM. INV.
AB
A3
B4
A4
ORIG. FORM. INV.
AB
Druk op de [CA] toets om de selectie van
het origineelformaat te annuleren.
OK
11x17
8 x14
1
2
1
2
8 x11
ORIG. FORM. INV.
INCH
OK
Opmerking

36
KOPIEERFUNCTIES
3
DE HANDINVOERLADE GEBRUIKEN OM EEN
SPECIAAL FORMAAT ORIGINEEL TE KOPIËREN
Als de handinvoerlade gebruikt wordt voor kopiëren en een origineel op de glasplaat wordt gedetecteerd als een
speciaal formaat, zal het display de gebruiker vragen het origineelformaat in te stellen. Volg onderstaande stappen
om in deze situatie een kopie te maken.
1
Laad papier in de handinvoerlade en
plaats het origineel op de glasplaat.
2
Tip de [PAPIERFORMAAT] toets aan en
selecteer vervolgens de handinvoer.
Er verschijnt een melding waarin u gevraagd wordt of
u het origineelformaat wilt instellen of de kopie wilt
maken zonder instelling.
Als u een kopie wilt maken zonder het origineelformaat
in te stellen, drukt u op de [START] toets ( ). Ga naar
stap 3 om het origineelformaat in te stellen.
3Druk op de [OK] toets.
Het selectiescherm origineelformaat verschijnt en
"INVOER FORMAAT" is geselecteerd.
4
Selecteer AB of inches met de [ ] of [ ]
toets en selecteer daarna het
origineelformaat met de [ ] of [ ] toets.
5Druk op de [OK] toets.
Als "INVOER FORMAAT" is geselecteerd in stap 4:
Het formaatinvoerscherm verschijnt en de breedte van
het origineel kan worden ingevoerd.
Als iets anders als "INVOER FORMAAT" is
geselecteerd in stap 4:
U keert terug naar het beginscherm. Ga naar stap 8.
6
Selecteer "X" (breedte) met de [ ] of [ ] toets
en voer de breedte in met de [ ] of [ ] toets
en doe daarna hetzelfde voor de lengte (Y).
7Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
8Druk op de [START] toets ( ).
Het kopiëren begint.
Als u dik papier in de handinvoerlade plaatst, drukt u op
de toets [PAPIER] totdat "EXTRA" wordt gemarkeerd.
Het papiertype wordt ingesteld op dik papier. De
instelling wordt gewist wanneer "Automatisch wissen"
werkt of op de toets [CA] wordt gedrukt.
Voor beperkingen over papiersoorten en
-gewichten, zie "PAPIER" (p.23).
KOPIEERFACTOR
ADRES
ADRES
NG
DUS
AM
PAPIERFORMAAT
RESOLUTIE
RESOLUTIE
AUTO IMAGE
FORMAAT
BROADCAST
O
O
100%
AUTO
EXTRA
[OK]:ORIG. FORM.
INVOEREN
Opmerking
100%
AUTO
EXTRA
[OK]:ORIG. FORM.
INVOEREN
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
A4R
A5
ORIG. FORM. INV.
AB
INVOER FORMAAT
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
Als u inches geselecteerd hebt in stap 4, kunt u
nu in het scherm de breedte in inches invoeren.
•
Een afmeting van 64 mm tot 432 mm kan voor de
breedte worden ingevoerd en een afmeting van
64 mm tot 297 mm kan voor de lengte worden
ingevoerd.
•Het ingevoerde formaat wordt onthouden
totdat de stroom uitgeschakeld wordt,
zelfs als "INVOER FORMAAT" opnieuw
geselecteerd wordt en het invoerscherm
van stap 5 weergegeven wordt.
OK
X:
Y:
210
148
INVOER FORMAAT
(mm)FORM.
Opmerking
X:
Y:
100
100
(mm)
INVOER FORMAAT
FORM.
Opmerking
OK
MNO
WXYZ
@.-
_
D-END

38
KOPIEERFUNCTIES
3
HANDMATIGE KOPIEERFACTORKEUZE
(VOORGEPROGRAMMEERDE KOPIEERFACTOR/ZOOM)
1Plaats het origineel in de
handinvoerlade of op de glasplaat.
2Druk op de [KOPIEERFACTOR] toets.
De kopieerfactoren die
geselecteerd kunnen
worden verschijnen.
3Selecteer een voorgeprogrammeerde
kopieerfactor met de [ ] of [ ] toets
of stel de factor (zoom) in met de [ ]
of [ ] toets.
[ ] toets: Een grotere voorgeprogrammeerde
kopieerfactor selecteren
[ ] toets: Een kleinere voorgeprogrammeerde
kopieerfactor selecteren
[ ] toets: Verklein de factor in stappen van 1%
[ ] toets: Vergroot de factor in stappen van 1%
•Voorgeprogrammeerde kopieerfactoren voor
verkleining zijn: 86%, 81%, 70%, 50% and 25%
(95%, 77%, 64%, 50% en 25%). 25% kan alleen
worden geselecteerd als het origineel op de
glasplaat is geplaatst .
•Voorgeprogrammeerde kopieerfactoren voor
vergroting zijn: 115%, 122%, 141%, 200% and
400% (121%, 129%, 141%, 200% en 400%). 400%
kan alleen worden geselecteerd als het origineel op
de glasplaat is geplaatst .
•Zoomfactoren: De kopieerfactor kan worden
ingesteld 25% tot 400% (50% tot 200% als het
origineel in de origineelinvoerlade is geplaatst) in
stappen van 1%. U kunt de [ ] of [ ] toets
gebruiken om de factor ongeveer in te stellen en
daarna op de [ ] toets drukken om de factor te
verkleinen of de [ ] toets om de factor te vergroten.
•Houd de toetsen ( of ) ingedrukt om de
zoomfactor snel te verhogen of te verlagen. De
waarde stopt echter bij de voorgeprogrammeerde
verkleinings- of vergrotingsfactoren. Om tussen
deze percentages te bewegen, dient u de toets los te
laten en opnieuw ingedrukt te houden. (Als de
automatische toetsherhalingsfunctie is
uitgeschakeld in de systeeminstellingen, verandert
de factor niet wanneer u de toets ingedrukt houdt.
(Zie "AUTOM. TOETSHERHALING UITSCH."
(p.119)))
•Als u een kopieerfactorinstelling wilt annuleren, zet u
de kopieerfactor terug op 100% met de [ ] of [ ]
toets.
•Druk op de [KOPIEERFACTOR] toets om terug te
keren naar een kopieerfactor van 100%.
4Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
5Verzeker u ervan dat het gewenste
papierformaat is geselecteerd.
Als de automatische papierselectie is
geactiveerd, wordt het geschikte papierformaat
automatisch geselecteerd op basis van het
origineelformaat en de geselecteerde
kopieerfactoren. Als de automatische
papierselectie gedeactiveerd is of als u kopieert
op een ander papierformaat, gebruikt u de
[PAPIERFORMAAT] toets om het gewenste
papierformaat te kiezen.
6Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
KOPIEERFACTOR
ADRES
ADRES
G
S
PAPIERFORMAAT
RESOLUTIE
RESOLUTIE
AUTO IMAGE
FORMAAT
BROADCAST
UI
OR
OR
115%
100%
100%
86%
KOPIEERFACTOR
ZOOM
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
WXYZ

39
KOPIEERFUNCTIES
HET AFZONDERLIJK SELECTEREN VAN DE HORIZONTALE
EN VERTICALE KOPIEERFACTOREN
(XY ZOOM kopiëren)
Met XY ZOOM kunnen afzonderlijke kopieerfactorinstellingen worden geselecteerd voor de lengte en de breedte van de kopie.
Voorbeeld:
Kopie uitsluitend verkleinen in de horizontale afdrukstand.
Kopieerfactoren die kunnen worden geselecteerd variëren afhankelijk van de positie van het origineel.
1Plaats het origineel in de
handinvoerlade of op de glasplaat.
2
Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
3Druk op de [OK] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
4Selecteer "XY ZOOM" met de [ ] of
[ ] toets.
5Druk op de [OK] toets.
Het XY zoomscherm verschijnt, klaar voor de selectie
van de X (horizontale) kopieerfactor.
6Stel de horizontale factor in met de
[ ], [ ], [ ] of [ ] toetsen.
Er kan een
voorgeprogrammeerde factor
geselecteerd worden met de
[ ] of [ ] toetsen. De factor
kan in stappen van 1% worden
bijgesteld met de [ ] of [ ]
toetsen.
• Deze functie kan niet worden gebruikt met de 2-IN-1 of 4-IN-1-functie. (p.51)
• Als u tegelijkertijd de XY zoomfunctie en de BOEKKOPIE gebruikt, stelt u de BOEKKOPIE eerst in en daarna de
XY zoomfunctie.
• De XY Zoom functie kan niet in combinatie met de AUTO IMAGE functie worden gebruikt.
Originele positie Selecteerbare
kopieerfactoren
Glasplaat 25% – 400%
SPF/RSPF 50% – 200%
Origineel Kopie
Opmerking
BELICHTING
KLEUR MODUS
PAPIERFOR
RESOLU
KOPIEËN
SCANNEN
LINE
DATA
DATA
ON LINE
SPECIALE
FUNCTIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
SPECIALE MODUS
RAND VERSCH.
WISSEN
BOEK KOPIE
[OK]:NAAR SETUP
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
SPECIALE MODUS
BOEK KOPIE
2in1/4in1
XY ZOOM
[OK]:NAAR SETUP
OK
X:
Y:
YX[ ]:
115%
100%
86%
100%
100%
XY ZOOM
ZOOM

41
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIEREN
(MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D)
Twee op de glasplaat geplaatste originelen kunnen aan iedere zijde van een enkel vel papier worden gekopieerd.
Bovendien kan een RSPF worden gebruikt om twee originelen op één blad papier, of een tweezijdig origineel op
twee bladen papier, of een tweezijdig oorspronkelijk op elke zijde van één blad papier te kopiëren. Deze functie is
handig voor het maken van kopieën voor identificatiedoeleinden en helpt papier te besparen.
Origineel → papier Bruikbaar papier
Glasplaat
Eenzijdig origineel → Twee zijden
A5 tot A3
• De handinvoerlade kan niet
worden gebruikt.
SPF
Eenzijdig origineel → Twee zijden
A5, B5, B5R, A4, A4R, B4, A3
• Speciaal papier kan niet
worden gebruikt.
• De handinvoerlade kan niet
worden gebruikt.
RSPF
Eenzijdig origineel
→ Twee zijden
Tweezijdig origineel
→ Twee zijden
Tweezijdig origineel
→ Een zijde
• De papierformaten die kunnen worden geladen, variëren per land en regio.
• Maak een tweezijdige kopie zoals uitgelegd in "DUBBELZIJDIG KOPIEREN MET HANDINVOERLADE" (p.46)
om het papier in de handinvoerlade te gebruiken.
• Er zijn beperkingen met betrekking tot het papier dat kan worden gebruikt voor automatisch tweezijdig kopiëren.
Zie "Papier dat kan worden gebruikt voor automatisch dubbelzijdig afdrukken
(MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D)" op (p.23).
• Automatisch tweezijdig kopiëren is niet mogelijk wanneer de handinvoerlade wordt gebruikt.
Opmerking
1
2
1
2
B4 of A3
staand origineel
Afdrukrichting van
het geplaatste
origineel
Normaal automatisch
tweezijdig kopiëren
Als de afdrukrichting
van tweezijdig kopiëren
wordt gewijzigd
De onder- en bovenzijde
van de beelden aan de
voor- en achterzijde zijn
omgekeerd.
De onder- en bovenzijde
van de beelden aan de
voor- en achterzijde zijn
hetzelfde.

42
KOPIEERFUNCTIES
3
2-ZIJDIG KOPIËREN VAN 1-ZIJDIGE ORIGINELEN
•Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x
13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R.
•Automatisch dubbelzijdig kopiër nneer de handinvoeren is niet mogelijk, wa lade gebruikt wordt.
Kopiëren vanaf de SPF/RSPF
1Let erop dat er geen origineel
achterblijft op de glasplaat en stel
daarna de origineelgeleiders af op de
breedte van uw originelen en plaats
de originelen met de voorkant naar
boven in de origineelinvoerlade.
Als u een oneven aantal
originelen plaatst, wordt de
laatste kopie 1-zijdig.
2Tip op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets.
Het selectiescherm
dubbelzijdige functie verschijnt.
3Selecteer "1 op 2" met de [ ] of [ ]
toets of met de [2-ZIJDIGE KOPIE]
toets.
4Als u wilt dat de stand van het beeld
op de achterzijde van de kopiepapier
tegengesteld is aan de stand op de
voorkant, stel dan "INBIN. WIJZIG." op
"AAN" met de [ ] of [ ] toets.
Als de kopieën aan de bovenkant gebonden worden,
zal het omkeren van de stand van het beeld op voor-
en achterkant leiden tot een uniforme stand wanneer
de gebonden kopieën bekeken worden (let op dat dit
afhankelijk kan zijn van de stand van de originelen).
5Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
6Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
Als u een lopend kopieerproces
wilt onderbreken, drukt u op de
[C] toets.
DUBBELZ. SCANNEN
DUBBELZ. SCANNEN
2-ZIJDIGE KOPIE
T
UITVOER
ORIGINEEL
ORIGINEEL
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
INBIN. WIJZIG. UIT
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
INBIN. WIJZIG. AAN
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
WXYZ

43
KOPIEERFUNCTIES
Kopiëren vanaf de glasplaat
1Plaats het origineel voor de voorkant
van de kopie op de glasplaat en sluit
de SPF/RSPF.
2Tip op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets.
Het selectiescherm
dubbelzijdige functie verschijnt.
3Selecteer "1 op 2" met de [ ] of [ ]
toets of met de [2-ZIJDIGE KOPIE]
toets.
4Als u wilt dat de stand van het beeld
op de achterzijde van de kopiepapier
tegengesteld is aan de stand op de
voorkant, stel dan "INBIN. WIJZIG." op
"AAN" met de [ ] of [ ] toets.
5Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
6Verzeker u ervan dat het gewenste
papierformaat is geselecteerd.
7Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
8Verwijder het eerste origineel en
plaats vervolgens het origineel voor
de achterzijde op de glasplaat. Sluit
de SPF/RSPF en druk op de [START]
toets ( ).
•De kopieën komen in de middelste lade terecht.
•Als u 2-zijdig kopiëren wilt annuleren, drukt u op de
[C] toets.
•Druk op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets, selecteer "1 op
1" en druk vervolgens op de [OK] toets om het
2-zijdig kopiëren te annuleren.
•Wanneer u 2-zijdige kopieën maakt van een oneven
aantal originelen, drukt u op de [EINDE LEZEN]
toets ( ) nadat u het laatste origineel gescand hebt.
DUBBELZ. SCANNEN
DUBBELZ. SCANNEN
2-ZIJDIGE KOPIE
T
UITVOER
ORIGINEEL
ORIGINEEL
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
INBIN. WIJZIG. UIT
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
INBIN. WIJZIG. AAN
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
WXYZ
MNO
WXYZ
@.-
_
AD-END

44
KOPIEERFUNCTIES
3
2-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE ORIGINELEN
(ALLEEN MET DE RSPF)
•Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x
13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R.
•Automatisch dubbelzijdig kopiër nneer de handinvoeren is niet mogelijk, wa lade gebruikt wordt.
•Deze kopieerfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met boekkopieën.
1Let erop dat er geen origineel
achterblijft op de glasplaat en stel
daarna de origineelgeleiders af op de
breedte van uw originelen en plaats
de originelen met de voorkant naar
boven in de origineelinvoerlade.
2Tip op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets.
Het selectiescherm
dubbelzijdige functie verschijnt.
3Selecteer "2 op 2" met de [ ] of [ ]
toets of met de [2-ZIJDIGE KOPIE]
toets.
4Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
5Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
Als u een lopend kopieerproces
wilt onderbreken, drukt u op de
[C] toets.
DUBBELZ. SCANNEN
DUBBELZ. SCANNEN
2-ZIJDIGE KOPIE
T
UITVOER
ORIGINEEL
ORIGINEEL
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
WXYZ

45
KOPIEERFUNCTIES
1-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE ORIGINELEN
(ALLEEN MET DE RSPF)
•Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x
13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R.
•Automatisch dubbelzijdig kopiër nneer de handinvoeren is niet mogelijk, wa lade gebruikt wordt.
•Deze kopieerfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met boekkopieën.
1Let erop dat er geen origineel
achterblijft op de glasplaat en stel
daarna de origineelgeleiders af op de
breedte van uw originelen en plaats
de originelen met de voorkant naar
boven in de origineelinvoerlade.
2Tip op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets.
Het selectiescherm
dubbelzijdige functie verschijnt.
3Selecteer "2 op 1" met de [ ] of [ ]
toets of met de [2-ZIJDIGE KOPIE]
toets.
4Als u wilt dat de stand van het beeld
op de achterzijde van de kopiepapier
tegengesteld is aan de stand op de
voorkant, stel dan "INBIN. WIJZIG." op
"AAN" met de [ ] of [ ] toets.
Als de kopieën aan de bovenkant gebonden worden, zal het
omkeren van de stand van het beeld op voor- en achterkant
leiden tot een uniforme stand wanneer de gebonden kopieën
bekeken worden (let op dat dit afhankelijk kan zijn van de
stand van de originelen).
5Druk op de [OK] toets.
U keert terug naar het
beginscherm.
6Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
Als u een lopend kopieerproces
wilt onderbreken, drukt u op de
[C] toets.
DUBBELZ. SCANNEN
DUBBELZ. SCANNEN
2-ZIJDIGE KOPIE
T
UITVOER
ORIGINEEL
ORIGINEEL
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 1
1 op 2
2 op 2
PQ
ACC
ELZ. SCANNEN
ELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 2
2 op 2
2 op 1
INBIN. WIJZIG. UIT
2-ZIJDIGE KOPIE
1 op 2
2 op 2
2 op 1
INBIN. WIJZIG. AAN
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
WXYZ

46
3
DUBBELZIJDIG KOPIEREN MET
HANDINVOERLADE
Volg de stappen hieronder om handmatig een tweezijdige kopieertaak uitvoeren.
Voorbeeld: Origineel A en origineel B op beide zijden van het papier kopiëren
1Kopie origineel A.
2Plaats origineel B zoals hieronder
afgebeeld.
Origineel in verticale
afdrukstand:
Plaats het origineel in
dezelfde richting als
origineel A wanneer het
origineel een verticale
afdrukstand heeft.
Origineel in horizontale
afdrukstand:
Plaats in
tegenovergestelde stand
(180 graden gedraaid)
ten opzichte van het
origineel A.
3Draai origineel A om en, zonder de
positie van de rand die naar u is
gericht te wijzigen, plaatst u deze in
de handinvoerlade.
Plaats het papier
volledig in de
handinvoerlade.
4Selecteer de handinvoerlade met de
[PAPIERSELECTIE] toets en druk
vervolgens op de [START] toets ( ).
De kopie komt in de papieruitvoerlade terecht.
Origineel A Origineel B Kopie
Als u de MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D gebruikt
De MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D standaard
uitgerust met een automatische tweezijdige kopieerfunctie
waarbij het papier automatisch wordt omgekeerd. Als
papier in "Papier dat kan worden gebruikt voor
automatisch dubbelzijdig afdrukken
(MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D)" (p.23) wordt
gebruikt, kan tweezijdig kopiëren gemakkelijker worden
uitgevoerd dan met de handinvoerlade. Zie
"AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIEREN
(MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D)" .(p.41)
1
1
Origineel A
Kopie van
origineel A
1
1
Origineel A
Kopie van
origineel A
2
Origineel B
2
Origineel B
•
Kopieën op de achterzijde van het papier
moeten altijd één voor één worden gemaakt
met behulp van de handinvoerlade.
• Strijk gekreukte of golvende vellen papier
glad voordat u deze gebruikt.
•
Vergeet niet de origineelplaat/SPF/RSPF te
sluiten na het plaatsen van het origineel. Als
het open wordt gelaten, worden delen buiten
het origineel zwart gekopieerd, wat
overmatig gebruik van de toner veroorzaakt.
2
1
1
Kopie van
origineel A
Origineel B
2
1
1
Kopie van
origineel A
Origineel B
Opmerking

47
BOEKKOPIE
Een boekkopie kan tijdens het kopiëren automatisch in twee pagina’s worden gedeeld. Deze functie is handig
wanneer u afzonderlijke kopieën van elke pagina van een boek of ander gebonden document wilt maken.
1
Plaats het origineel op de glasplaat
waarbij u de scheiding tussen de
pagina's op de juiste scheidingslijn legt
met behulp van de formaatmarkering
(zie hieronder). Sluit de SPF/RSPF.
Het kopiëren begint met de
pagina aan de rechterzijde van
de formaatmarkering.
2
Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
3Druk op de [OK] toets.
Het speciale
functiescherm verschijnt.
4Selecteer "BOEKKOPIE" met de [ ] of
[ ] toets.
5Druk op de [OK] toets.
Er verschijnt een
checkmarkering in de
"BOEKKOPIE" checkbox in het
scherm speciale functies en u
keert terug naar het
basisscherm.
6Zorg ervoor dat de papierlade met A4
papierformaat is geselecteerd.
Wanneer beelddraaiing mogelijk is in de
automatische papierkeuzefunctie, kunt u ook
A4R-papier gebruiken.
7Selecteer zo nodig andere
kopieerinstellingen in en druk op de
[START] toets ( ).
Selecteer nogmaals "BOEK KOPIE" (met
checkmarkering) in het scherm speciale functies en druk
op de [OK] toets om de boekkopie functie te annuleren.
Origineel Kopie
• Voor boekkopieën kan A4 papier worden gebruikt.
• Wanneer beelddraaiing is geactiveerd, kunt u ook A4R papier gebruiken.
• Boekkopiëren kan worden ingeschakeld bij sorteren/groeperen kopie (p.49).
• Wanneer boekkopiëren wordt gebruikt in combinatie met XY-ZOOM kopiëren is vergroting niet mogelijk.
• Boekkopiëren kan worden gebruikt in combinatie met de volgende functies:
• Vergroting
• 2-IN-1 / 4-IN-1 kopiëren
• Midden wissen
• Automatische kopieerfactorkeuze kan niet worden gebruikt wanneer boekkopiëren wordt gebruikt.
• Boekkopiëren kan niet worden geselecteerd wanneer een origineel in de SPF/RSPF is geplaatst.
Opmerking
Zorg er tijdens het boekkopiëren van
meerdere pagina's voor dat het u laagste
paginanummer van het origineel op de
glasplaat altijd aan de rechterkant plaatst
om de pagina's in de juiste volgorde uit de
machine te laten komen.
(81/2x11 )
B5, A4
Opmerking
BELICHTING
KLEUR MODUS
PAPIERFOR
RESOLU
KOPIEËN
SCANNEN
LINE
DATA
DATA
ON LINE
SPECIALE
FUNCTIE
SPECIALE FUNCTIE
KAARTFORM. KOPIE
SPECIALE MODUS
ORIG. FORM. INV.
INGEST PAP FORM
GHI
PQRS
TERUG OK
CANNEN
KOPIE
SPECIALE MODUS
RAND VERSCH.
WISSEN
BOEK KOPIE
[OK]:NAAR SETUP
PQ
ACC
BELZ. SCANNEN
BELZ. SCANNEN
DIGE KOPIE
[OK]:
SPECIALE MODUS
RAND VERSCH.
WISSEN
BOEK KOPIE
AANUIT
OK
MNO
WXYZ
@.-
_
AD-END

48
3
EEN KOPIEERPROCES
ONDERBREKEN
(Kopiëren onderbreken)
Een kopieerproces kan tijdelijk worden onderbroken om een andere kopieeropdracht uit te voeren. (Kopiëren onderbreken)
Nadat de andere kopieeropdracht is uitgevoerd, kan het kopieerproces met dezelfde instellingen worden hervat.
•Kopiëren onderbreken is niet mogelijk als de glasplaat gebruikt wordt voor een kopieeropdracht en "NIET
SORTEREN" is geselecteerd.
•Als 2 in 1 of 4 in 1 is geselecteerd, is kopiëren onderbreken niet mogelijk.
•Kopiëren met sorteren, 2-in-1 / 4-in-1 en automatisch tweezijdig kopiëren kunnen niet worden gebruikt voor een
onderbroken kopieertaak.
Ook zijn het configureren van systeeminstellingen, het gebruik als scanner en faxverzendingen niet mogelijk.
1Druk op de [ONDERBREKEN] toets
( ).
Als de [ONDERBREKEN] toets
( ) ingedrukt wordt, wordt het
kopiëren stopgezet en keren de
instellingen tijdelijk terug naar
de standaardinstellingen nadat
de huidige kopie afgedrukt is.
De ONDERBREKING-indicator zal knipperen totdat de
huidige kopieeropdracht stopt.
2Wanneer de kopieeropdracht stopt,
verwijdert u het vorige origineel (of
originelen) en plaats het origineel
(originelen) van de onderbrekende
kopieeropdracht.
3Selecteer, indien nodig, de
kopieerinstellingen.
4Stel het aantal kopieën in en druk op
de [START] toets ( ).
5Druk op de [ONDERBREKEN] toets
( ) om de onderbrekende
kopieeropdracht is beëindigd en
verwijder het origineel (originelen).
Als de ONDERBREKING-indicator uitgaat, is de
onderbrekingsfunctie niet meer actief. De
kopieerinstellingen van het onderbroken
kopieerproces worden automatisch hervat.
6Herplaats het vorige origineel
(originelen) en druk op de [START]
toets ( ).
Het onderbroken kopieerproces wordt hervat.
Als u op de [ONDERBREKEN] toets( )
drukt wanneer accountregeling is
ingeschakeld, verschijnt "Geef uw
accountnummer op." in het display. Voer uw
accountnummer in via het numerieke
toetsenbord. De kopieën die u maakt tijdens
"Kopiëren onderbreken" zullen worden
toegevoegd aan de telling van het
ingevoerde accountnummer. (p.114)
INTERRUPT
Opmerking
De onderbroken kopieën worden
verschoven geplaatst van de vorige kopieën.
(Offsetfunctie)
U kunt de offsetfunctie uitschakelen in de
systeeminstellingen. (p.117)
(A): Kopieën gemaakt voordat het
kopieerproces werd onderbroken
(B): Onderbreken kopieën
(C): Kopieën gemaakt nadat de
kopieeropdracht werd onderbroken
* Deze functie is niet beschikbaar in
bepaalde landen en regio's.
MNO
WXYZ
@.-
_
AD-END
Opmerking
(B)
(C)
(A)
Product specificaties
Merk: | Sharp |
Categorie: | Printer |
Model: | MX-M182D |
Heb je hulp nodig?
Als je hulp nodig hebt met Sharp MX-M182D stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden
Handleiding Printer Sharp

28 Juni 2023

12 Juni 2023

10 Juni 2023

27 Mei 2023

10 Mei 2023

10 Mei 2023

10 Mei 2023

9 Mei 2023

8 Mei 2023

8 Mei 2023
Handleiding Printer
- Printer HP
- Printer Sony
- Printer Samsung
- Printer Xiaomi
- Printer Panasonic
- Printer Epson
- Printer LG
- Printer Huawei
- Printer Canon
- Printer Honeywell
- Printer Olympus
- Printer Toshiba
- Printer Xerox
- Printer Agfaphoto
- Printer AVM
- Printer Brother
- Printer Builder
- Printer D-Link
- Printer Dell
- Printer Digitus
- Printer Dymo
- Printer Epson 7620
- Printer Frama
- Printer Fujifilm
- Printer Fujitsu
- Printer Ibm
- Printer Intermec
- Printer Kern
- Printer Kodak
- Printer Kogan
- Printer Konica Minolta
- Printer Kyocera
- Printer Lenovo
- Printer Lexmark
- Printer Minolta
- Printer Mitsubishi
- Printer MSI
- Printer Nec
- Printer Paxar
- Printer Polaroid
- Printer Primera
- Printer Renkforce
- Printer Ricoh
- Printer Roland
- Printer Royal Sovereign
- Printer Sagem
- Printer Seiko
- Printer Star
- Printer Thomson
- Printer Tomy
- Printer Toshiba TEC
- Printer Triumph-Adler
- Printer Velleman
- Printer Zebra
- Printer Oce
- Printer Oki
- Printer Olivetti
- Printer Olympia
- Printer CSL
- Printer Argox
- Printer DTRONIC
- Printer Metapace
- Printer Citizen
- Printer Nilox
- Printer Approx
- Printer Ultimaker
- Printer Custom
- Printer Bixolon
- Printer Brady
- Printer GoDEX
- Printer Testo
- Printer EC Line
- Printer Sawgrass
- Printer Pantum
- Printer DNP
- Printer TSC
- Printer Equip
- Printer StarTech.com
- Printer Fichero
- Printer GG Image
- Printer Posiflex
- Printer ZKTeco
- Printer Star Micronics
- Printer Datamax-O'neil
- Printer Panduit
- Printer Dascom
- Printer HiTi
- Printer Vupoint Solutions
- Printer Elite Screens
- Printer Phoenix Contact
- Printer Colop
- Printer Raspberry Pi
- Printer Evolis
- Printer Unitech
- Printer Middle Atlantic
- Printer IDP
- Printer Fargo
- Printer Microboards
- Printer Mutoh
- Printer Tally Dascom
- Printer Nisca
Nieuwste handleidingen voor Printer

11 Maart 2025

11 Maart 2025

9 Maart 2025

4 Maart 2025

26 Februari 2025

26 Februari 2025

25 Februari 2025

25 Februari 2025

25 Februari 2025

25 Februari 2025