Panasonic HDC-SD90 Handleiding

Panasonic Camcorder HDC-SD90

Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Panasonic HDC-SD90 (144 pagina's) in de categorie Camcorder. Deze handleiding was nuttig voor 96 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/144
Gebruiksaanwijzing
High Definition videocamera
Modelnr. HDC-SD90
HDC-SD99
HDC-TM99
Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen alvorens dit apparaat in gebruik te
nemen.
VQT3J76
until
2011/1/24
- 2 -
Over het opnameformaat voor
het maken van film
U kunt uit AVCHD, 1080/50p of iFrame-
opnameformaten kiezen om met dit toestel
videobeelden op te nemen. (l41, 52)
AVCHD:
U kunt beelden van HD-kwaliteit maken met
dit formaat. Het is geschikt voor het bekijken
op een groot formaat-TV of voor het opslaan
op een disk.
1080/50p:
Dit is de opnamewijze 1080/50p
(1920k1080/50 progressive) die opnames
met maximale kwaliteit mogelijk maakt*.
1080/50p bewegende beeldopnames
kunnen bewaard en afgespeeld worden met
dit toestel of met HD Writer AE 3.0.
* Dit betekent de hoogste kwaliteit voor dit
toestel.
iFrame:
Dit is een opnameformaat dat geschikt is
voor het bekijken en bewerken van beelden
met een Mac (iMovie’11).
Als u iMovie’11 gebruikt, kunnen iFrame
films sneller geïmporteerd worden dan
AVCHD films. Ook zal de grootte van het
geïmporteerde bestand van iFrame films
kleiner zijn dan dat van AVCHD films.
Dit is niet compatibel met films die
opgenomen zij in het AVCHD of 1080/50p
formaat.
Vrijwaring ten aanzien van
opgenomen inhoud
Panasonic aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor schade die direct of
indirect te wijten is aan problemen van
ongeacht welke aard die verlies van de
opgenomen of opgemaakte inhoud tot
gevolg hebben. Zij garandeert bovendien
geen enkele inhoud indien de opname- of
opmaakfunctie niet correct werkzaam is.
Hetzelfde is eveneens van toepassing op de
gevallen waarin reparaties van ongeacht
welke aard op het toestel uitgevoerd zijn
(met insluiting van ongeacht welke andere
component die verband houdt met het niet
intern geheugen).
Hanteren van het intern
geheugen [HDC-TM99]
Dit toestel is uitgerust met een intern
geheugen. Let op de volgende punten
wanneer deze component gebruikt wordt.
Maak regelmatig een back-up van de
gegevens.
Het interne geheugen is alleen voor tijdelijke
opslag. Om te voorkomen dat gegevens
worden gewist als gevolg van statische
elektriciteit, elektromagnetische golven,
defecten en storingen, maakt u een
reservekopie op een computer of DVD.
(l98, 110)
Het toegangslampje [ACCESS] (l8)
brandt wanneer de SD-kaart of het intern
geheugen in gebruik genomen wordt
(initialisatie, opname, afspelen, wissen,
enz.). Verricht de volgende handelingen
niet wanneer het lampje brandt. Deze
kunnen het intern geheugen namelijk
beschadigen of een storing in het toestel
veroorzaken.
jHet toestel uitschakelen (de batterij
verwijderen)
jDe USB-kabel aansluiten of
loskoppelen
jHet toestel blootstellen aan trillingen of
schokken
Dit toestel weggeven of weggooien.
(l135)
Kaarten die geschikt zijn voor
dit toestel
SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart
en SDXC-geheugenkaart
Geheugenkaarten van 4 GB of meer, die
geen SDHC-logo hebben, of van 48 GB of
meer die geen SDXC-logo hebben, zijn
niet gebaseerd op de specificaties van
SD-geheugenkaarten.
Raadpleeg pagina 12 voor meer
informatie over SD-kaarten.
Veiligheidsinstructies
- 3 -
Ten behoeve van deze
gebruiksaanwijzing
De SD-geheugenkaart, de SDHC-
geheugenkaart en de SDXC-
geheugenkaart worden in de tekst als
“SD-kaart” aangeduid.
Deze functie kan voor de opnamewijze
voor video’s gebruikt worden:
Deze functie kan voor de opnamewijze
voor foto’s gebruikt worden:
Functies die voor de opnamewijze voor
films gebruikt kunnen worden:
Functies die voor de opnamewijze voor
foto’s gebruikt kunnen worden:
Referentiepagina’s worden aangegeven
met een pijl, bijvoorbeeld: l00
Deze instructies zijn bestemd voor de modellen
, en .
De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken
van het origineel.
De illustraties die in deze instructies
opgenomen zijn, tonen het model
. Toch kunnen delen van de
uitleg naar andere modellen verwijzen.
Afhankelijk van het model, zijn sommige
functies niet beschikbaar.
De eigenschappen van de modellen
kunnen verschillen, dus lees de
beschrijvingen aandachtig door.
Misschien zijn niet alle modellen
beschikbaar, afhankelijk van de
verkoopregio.
- 4 -
Veiligheidsinstructies ...............................2
Voorbereiding
Identificatie van de onderdelen en
gebruik.......................................................6
Voeding ......................................................9
De accu plaatsen/verwijderen ............. 9
Accu opladen .................................... 10
Oplaadtijd en opnametijd .................. 11
Opnemen op een kaart ...........................12
Kaarten die geschikt zijn voor
dit toestel........................................... 12
Een SD-kaart plaatsen/verwijderen... 13
De camera in-/uitschakelen....................14
De camera in- en uitschakelen
met de aan/uit-knop .......................... 14
Het toestel in- en uitschakelen
met de LCD-monitor.......................... 15
Een functie selecteren............................15
Gebruik van het touch screen ...............16
Over het touch-menu ........................ 17
Datum en tijd instellen............................18
Basis
Voordat u gaat opnemen........................19
Een op te nemen media selecteren
[HDC-TM99] .............................................20
Video’s opnemen ....................................21
Foto’s nemen........................................... 23
Het maken van foto’s in de
opnamewijze voor video’s................. 24
Intelligent auto mode..............................25
Afspelen van video’s/foto’s....................27
Gebruik van het menuscherm ...............30
Gebruik van het Set-up menu................31
Geavanceerd (opnemen)
In-/uitzoomfunctie................................... 39
Extra optische zoom ......................... 39
Beeldstabilisatiefunctie.......................... 40
1080/50p opname.................................... 41
Opnemen met de touch-functie............. 42
Touch-functie-iconen......................... 42
Opnamefuncties van de
bedieningsiconen ................................... 45
Bedieningspictogrammen ................. 45
Opnamefuncties van menu’s................. 51
Handmatig ............................................... 65
Witbalans .......................................... 66
De sluitertijd/het diafragma
handmatig instellen ........................... 67
Handmatige scherpstelling................ 68
3D-video’s opnemen............................... 69
Functies die niet beschikbaar zijn
tijdens 3D-opname............................ 71
Geavanceerd (Afspelen)
Afspelen .................................................. 72
Afspelen van video’s met gebruik
van de bedieningsicoon .................... 72
Een foto maken van een video ......... 73
Highlight & Time frame index............ 74
Opnieuw afspelen ............................. 74
Afspelen hervatten ............................ 75
Inzoomen op een foto tijdens het
afspelen (Playback zoom) ................ 75
Verschillende afspeelfuncties ............... 76
Afspelen van video’s/foto’s op
datum ................................................ 76
Highlight weergave ........................... 77
Veranderen van de afspeelinstelling
en afspelen van de diavoorstelling ... 79
Inhoudsopgave
- 5 -
Wissen van scènes/fotos ......................81
Splitsen van een scène
(AVCHD, 1080/50p) .......................... 82
Splitsen van een scène om deze
gedeeltelijk te wissen (iFrame).......... 83
Wissen van persoonsgegevens ........ 84
Beschermen van scènes/foto’s ......... 84
DPOF-instelling .......................................85
Samenvoegen van Relay scènes
(estafette) [HDC-TM99] ...........................86
Video’s/Foto’s op de TV bekijken ..........88
Aansluiten met een
HDMI-minikabel................................. 91
Aansluiten met de AV-multikabel....... 91
Afspelen met VIERA Link.......................92
3D-video afspelen ...................................94
Functies die niet beschikbaar zijn
tijdens afspelen in 3D........................ 95
Kopiëren/Dubben
Kopiëren tussen SD-kaart en intern
geheugen [HDC-TM99] ...........................96
Een DVD-brander aansluiten om een
disk te kopiëren/af te spelen..................98
Voorbereidingen voor het kopiëren/
afspelen ............................................ 98
Kopiëren naar discs ........................ 100
Gekopieerde discs afspelen............ 102
Beheren van de gekopieerde
disc.................................................. 103
Dubben met een Blu-ray disc
recorder, video-apparatuur, enz. .........104
3D-video’s opslaan ............................... 108
Met een PC
Wat kunt u met de PC doen ................. 110
Eindgebruikerslicentie..................... 112
Besturingsomgeving............................ 113
Installatie ............................................... 116
Aansluiten op een computer ............... 118
Het beeldscherm van de
computer......................................... 120
Starten van HD Writer AE 3.0............... 121
Gebruiksaanwijzing van de
softwareprogramma’s lezen............ 121
Als u een Mac gebruikt ........................ 122
Overige
Aanduidingen/pictogrammen.............. 123
Meldingen .............................................. 126
Herstellen........................................ 127
Verhelpen van ongemakken ................ 128
Waarschuwingen voor gebruik ........... 134
Over het copyright................................ 140
Opnamewijzen en approximatieve
opnametijd ............................................ 141
Approximatief aantal opneembare
beelden .................................................. 142
Optionele accessoires ......................... 143
- 8 -
23 Statief schroefgat
Als u een statief aansluit waarvan de
schroef groter is dan 5,5 mm kan dit het
toestel schade berokkenen.
24 SD-kaartdeksel (l13)
25 Toegangslampje [ACCESS] (l13)
26 Kaartgleuf (l13)
27 Photoshot-knop [ ] (l23)
28 Zoomhendel [W/T] (in opnamewijze
voor video’s of opnamewijze voor
foto’s) (l39)
Schakelaar miniatuurweergave [ /
]/Volumehendel [sVOLr] (in
afspeelwijze) (l28)
29 Mode-schakelaar (l15)
30 Handriem
Stel de lengte van de handriem af zodat
deze goed aansluit om uw hand.
1Draai de riem om.
2Maak de riem op lengte.
3Plaats de riem terug.
31 DC-aansluiting [DC IN] (l10)
Gebruik geen andere dan de bijgeleverde
netadapter.
28
27
30
31
29
- 9 -
Accu’s die geschikt zijn voor dit toestel
De accu die gebruikt kan worden met dit toestel is VW-VBK180/VW-VBK360.
Het toestel heeft een functie waarmee veilig bruikbare accu’s onderscheiden worden
van andere. De speciale accu (VW-VBK180/VW-VBK360) ondersteunt deze functie.
De enige accus die geschikt zijn om in dit toestel gebruikt te worden, zijn originele
Panasonic producten en accu’s die door andere bedrijven gefabriceerd zijn maar
door Panasonic zijn gecertificeerd (accu’s die deze functie niet ondersteunen,
kunnen niet gebruikt worden). Panasonic kan in geen geval de kwaliteit, de
prestaties of de veiligheid van accu’s garanderen als deze door andere bedrijven
gefabriceerd zijn maar geen originele Panasonic producten zijn.
De accu plaatsen/verwijderen
Druk op de power-toets om de stroom uit te schakelen (l14)
Plaats de accu door deze in het toestel te steken in de richting
aangegeven in de afbeelding.
Voorbereiding
Voeding
Het blijkt dat in sommige markten namaakaccu’s te koop zijn die sterk lijken op het
originele product. Sommige van deze accu’s zijn niet afdoende beveiligd met
ingebouwde veiligheidsfuncties om te voldoen aan de vereisten van de geldende
veiligheidsnormen. Het is mogelijk dat deze accu’s in brand raken of exploderen. Wij
wijzen u erop dat wij niet aansprakelijk zijn voor enig ongeluk of defect
voortvloeiend uit het gebruik van namaakaccu’s. Om er zeker van te zijn dat u veilige
producten gebruikt, adviseren wij u een originele accu van Panasonic te gebruiken.
De accu verwijderen
Zorg ervoor dat u de aan/uit-knop ingedrukt
houdt totdat de statusindicator uitgaat.
Verwijder daarna de accu, waarbij u het toestel
ondersteunt om te voorkomen dat het valt.
Beweeg de hendel voor de accu-
ontgrendeling in de richting van de pijl
en verwijder de accu zodra deze
ontgrendeld is.
ャモヵヵ
APlaats de accu tot deze vastklikt.
- 10 -
Accu opladen
De camera staat op standby wanneer de netadapter wordt aangesloten. Zolang de
netadapter in het stopcontact zit, is het primaire circuit altijd “live”.
Belangrijk:
Gebruik de bijgeleverde netadapter. Gebruik geen netadapters van andere
apparaten.
De netkabel is specifiek voor deze camera ontworpen en mag niet met een ander
apparaat worden gebruikt. Bovendien mag een netkabel van andere apparatuur niet
worden gebruikt met deze camera.
De accu zal niet opgeladen worden als de stroom aanstaat.
Er wordt aanbevolen de batterij te laden bij een temperatuur tussen 10 oC en 30 oC.
(Dit moet ook de temperatuur van de batterij zelf zijn.)
ADC-ingang
Steek de stekkers zo ver mogelijk naar binnen.
1Sluit de netadapter aan op de DC-ingang.
Let op dat u het deksel van de DC-ingang niet afklemt.
2Sluit de netkabel aan op de netadapter en op het netstopcontact.
Het statuslampje zal met tussenpozen van 2 seconden rood knipperen om aan te geven
dat het laden begonnen is.
Het zal uitgaan als het laden klaar is.
Aansluiting op het netstopcontact
Het is mogelijk dit toestel te gebruiken met stroom die door het netstopcontact verstrekt
wordt, door het toestel in te schakelen terwijl de netadapter aangesloten is.
Indien het statuslampje bijzonder snel of langzaam knippert, raadpleeg dan pagina 136.
Wij raden aan om Panasonic accu’s te gebruiken (l11).
Bij gebruik van andere accu’s, kunnen we de kwaliteit van dit product niet garanderen.
Niet verwarmen of blootstellen aan vuur.
Laat de accu(’s) niet liggen in een voertuig dat gedurende een lange tijd is blootgesteld
aan direct zonlicht met alle portieren en ruiten gesloten.
Bij aankoop van dit toestel is de accu niet geladen. Laad de accu volledig alvorens
dit toestel te gebruiken.
- 11 -
Oplaadtijd en opnametijd
Oplaadtijd/opnametijd
Temperatuur: 25 oC/vochtigheid: 60%RH
De vermelde tijden gelden als de netadapter gebruikt wordt.
Deze tijden zijn bij benadering.
De opgegeven oplaadtijd is voor het geval de accu volledig leeg is. De oplaadtijd en
opnametijd verschillen afhankelijk van de gebruiksomstandigheden, zoals hoge of
lage temperatuur.
Opneembare tijd van 3D-opnamefunctie is dezelfde. (Tijdens 3D-opnamefunctie kan
1080/50p en iFrame opnamefunctie niet gebruikt worden.)
Onder de werkelijke opnametijd wordt verstaan de opnametijd waarbij afwisselend wordt
opgenomen en gepauzeerd, het toestel aan/uit wordt gezet, de zoomknop wordt ingedrukt, enz.
De accutemperatuur stijgt na gebruik of opladen. De camera wordt ook warmer tijdens
gebruik. Dit is geen defect.
Modelnummer accu
[Spanning/Capaciteit
(minimum)]
Oplaadtijd Opnemen
Maximale
ononderbroken
opnametijd
Werkelijke
opnametijd
Meegeleverde accu/
VW-VBK180
(optioneel)
[3,6 V/1790 mAh]
2h25min
[1080/50p] 1 h 35 min
50 min
[HA],[HG],
[HX],[HE] 1h40min
[iFrame] 1 h 45 min 55 min
VW-VBK360(optionele)
[3,6 V/3580 mAh] 4h20min
[1080/50p] 3h10min 1h40min
[HA],[HG],
[HX],[HE] 3h25min 1h45min
[iFrame] 3h35min 1h50min
Pictogram van de acculading
De weergave verandert naarmate de batterijcapaciteit afneemt.
####
Als er minder dan 3 minuten overblijven zal het rood worden. Als de batterij op is,
zal het knipperen.
De resterende acculading wordt weergegeven wanneer de Panasonic accu gebruikt
wordt, die met dit toestel gebruikt kan worden. De huidige tijd kan variëren al
naargelang het daadwerkelijke gebruik.
Indien u een netadapter van een andere fabrikant gebruikt, wordt het resterend
accuvermogen niet weergegeven.
- 12 -
Het toestel kan foto’s of films op een SD-kaart of intern geheugen opnemen. Lees het
volgende voor het maken van opnames op een SD-kaart.
Kaarten die geschikt zijn voor dit toestel
Gebruik SD-kaarten die in overeenstemming zijn met Class 4 of hoger, van SD Speed
Class Rating* voor het opnemen van video’s.
* SD Speed Class Rating is de
snelheidsstandaard m.b.t. continu schrijven.
Controleer dit op het etiket op de kaart, enz.
Gaat u de laatste informatie over SD-geheugenkaarten/SDHC-geheugenkaarten/SDXC-
geheugenkaarten die gebruikt kunnen worden voor het opnemen van video’s na op de
volgende website.
http://panasonic.jp/support/global/cs/e_cam
(Deze website is alleen beschikbaar in het Engels.)
Geheugenkaarten van 4 GB of meer, die geen SDHC-logo hebben, of
van 48 GB of meer, die geen SDXC-logo hebben, zijn niet gebaseerd op
de specificaties van SD-geheugenkaarten.
Als de schrijfbeveiliging A van de SD-kaart is vergrendeld, is opnemen,
wissen of bewerken niet mogelijk.
Bewaar de geheugenkaart buiten het bereik van kinderen.
Voorbereiding
Opnemen op een kaart
Dit toestel (dat compatibel is met SDXC) is compatibel met SD-geheugenkaarten, SDHC-
geheugenkaarten en SDXC-geheugenkaarten. Bij het gebruik van een SDHC-
geheugenkaart/SDXC-geheugenkaart met andere apparatuur, moet gecontroleerd worden
of die apparatuur compatibel is met deze geheugenkaarten.
Kaarttype Capaciteit Video’s opnemen Foto’s nemen
SD-
geheugen-
kaart
8MB/16MB/
32 MB Kan niet worden gebruikt. De werking kan niet
worden gegarandeerd.
64 MB/128 MB/
256 MB
De werking kan niet
worden gegarandeerd.
512MB/1GB/
2GB
Kan worden gebruikt. Kan worden gebruikt.
SDHC-
geheugen-
kaart
4GB/6GB/8GB/
12 GB/16 GB/
24 GB/32 GB
SDXC-
geheugen-
kaart
48 GB/64 GB
bijv.:
32
- 13 -
Een SD-kaart plaatsen/verwijderen
Opgelet:
Controleer of het toegangslampje uitgegaan is.
1
Open het klepje van de SD-kaart
en plaats (verwijder) de SD-
kaart in (uit) de kaartgleuf
B
.
Houd de kant met het label
C
in de richting
aangegeven in de afbeelding, en duw de kaart
in één keer zo ver mogelijk recht naar binnen.
Druk tegen het midden van de SD-kaart
en trek deze vervolgens recht uit de sleuf.
2Sluit het klepje van de SD-kaart
goed.
Sluit de afdekking totdat deze vastklikt.
Raak de contactpunten op de achterkant
van de SD-kaart niet aan.
Stel de SD-kaart niet bloot aan sterke
schokken, buig hem niet en laat hem niet
vallen.
Elektrische ruis, statische elektriciteit of
defecten aan de camera of de SD-kaart
kunnen de kaart beschadigen of gegevens
op de kaart wissen.
Als het lees-/schrijflampje van de kaart
brandt, mag u niet:
jDe SD-kaart verwijderen
jDe camera uitzetten
j
De USB-kabel aansluiten of loskoppelen
jHet toestel blootstellen aan trillingen of
schokken
Als u bovenstaande handelingen uitvoert
terwijl de lamp brandt, kunnen gegevens/
de SD-kaart of dit toestel schade
berokkend worden.
Stel de contactpunten op de SD-kaart niet
bloot aan water, vuil of stof.
Leg de SD-kaart niet op de volgende
plaatsen:
jIn rechtstreeks zonlicht
jOp heel stoffige of vochtige plaatsen
jBij een verwarming
j
Plaatsen met grote temperatuurverschillen
(er kan dan immers condensatie optreden.)
jPlaatsen met statische elektriciteit of
elektromagnetische golven
Doe de SD-kaart terug in zijn doosje
wanneer u hem niet gebruikt.
Over het weggooien of weggeven van SD-
kaarten. (l138)
Wanneer een andere SD-kaart dan die van Panasonic gebruikt wordt, of één die eerder in
andere apparatuur gebruikt werd, moet de SD-kaart geformatteerd worden wanneer hij
voor het eerst in dit toestel gebruikt wordt (l36) Wanneer de SD-kaart geformatteerd
wordt, zullen alle opgenomen gegevens gewist worden. Zijn de gegevens eenmaal
gewist, dan kunnen ze niet teruggewonnen worden.
Lees-/schrijflampje [ACCESS]
A
Het lees-/schrijflampje brandt wanneer
dit toestel toegang heeft tot de SD-
kaart of het interne geheugen.
- 14 -
U kunt de stroom in- en uitschakelen met de power-toets of door de LCD-monitor te openen en te
sluiten.
De camera in- en uitschakelen met de aan/uit-knop
Open de LCD-monitor en druk op de power-toets om het toestel in te schakelen
A
Het statuslampje gaat branden.
Voorbereiding
De camera in-/uitschakelen
Er wordt een klikkend geluid gehoord wanneer het toestel geschud wordt.
Dit is het geluid van de bewegende lens en duidt niet op een defect.
Dit geluid wordt niet langer gehoord wanneer het toestel ingeschakeld wordt en de mode op
of op gezet wordt.
De camera uitzetten
Houd de aan/uit-knop ingedrukt totdat de
statusindicator uitgaat.
- 16 -
U kunt het toestel bedienen door de LCD-monitor (touch screen) rechtstreeks met uw vinger
aan te raken.
Het is gemakkelijker om de (bijgeleverde) styluspen te gebruiken, voor een gedetailleerde
werking, of als het moeilijk is om uw vingers voor het scherm te gebruiken.
Aanraken
Raak het aanraakscherm aan en laat het weer los
om een pictogram of afbeelding te selecteren.
Raak het midden van het pictogram aan.
Als u het aanraakscherm aanraakt terwijl u een
ander deel van het aanraakscherm aanraakt, wordt
geen bediening uitgevoerd.
Verschuiven terwijl u aanraakt
Beweeg uw vinger terwijl u op het touch screen drukt.
Over de bedieningspictogrammen
///:
Deze pictogrammen worden gebruikt om te wisselen tussen
het menu en de miniatuuroverzichtspagina, bij het selecteren
van een item, bij het maken van instellingen, enz.
:
Raak aan om terug te keren naar het vorige scherm,
bijvoorbeeld tijdens het instellen op de menu’s.
Voorbereiding
Gebruik van het touch screen
- 17 -
Over het touch-menu
Raak (naar links)/ (naar rechts) van op het touch-menu aan, om de
bedieningsiconen in te schakelen.
Raak (naar links)/ (naar rechts) van op het touch-menu aan.
Het is ook mogelijk om tussen de bedieningsiconen te schakelen door het touch-menu
naar rechts of links te schuiven, door het aan te raken.
BRaak deze iconen aan om de pagina’s op- of neerwaarts langs te lopen.
CAlleen weergegeven tijdens de handmatige modus.
Weergeven van het touch-menu
Raak het LCD-scherm niet aan met harde, puntige voorwerpen, zoals een balpen.
Kalibreer het touch screen wanneer de aanraking niet herkend wordt of wanneer een verkeerde
locatie herkend wordt. (l38)
ATouch-menu
Opnamemode Afspeelwijze
Het touch-menu zal verdwijnen wanneer tijdens de
opnamemodus gedurende bepaalde tijd geen
functie ten uitvoer gebracht wordt. Raak aan
om de balk opnieuw weer te geven.
T
W
MENU
T
W
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
MENU
ALL
- 18 -
Wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld, verschijnt een melding met de vraag
de datum en de tijd in te stellen.
Selecteer [JA] en voer onderstaande stappen 2 en 3 uit om de datum en de tijd in te stellen.
1Selecteer het menu. (l30)
2Selecteer het gedeelte van de datum of de tijd dat u wilt instellen, en
stel vervolgens de gewenste waarde in met /.
AWeergave van de wereldtijdinstelling (l31):
[THUIS]/ [BESTEMMING]
Het jaar kan ingesteld worden tussen 2000 en 2039.
De tijd wordt weergegeven op basis van een 24-uurs
tijdsindeling.
3Raak [ENTER] aan.
Een melding wordt afgebeeld die u vraagt de wereldtijd in te stellen. Voer de
Wereldtijdinstelling uit door het scherm aan te raken. (l31)
Raak [STOP] aan om de instelling te voltooien.
De datum- en tijdfunctie werkt op een ingebouwde lithium-batterij.
Als dit toestel gekocht wordt, is de klok ingesteld. Als de weergave van de tijd [- -] wordt,
moet de ingebouwde lithiumbatterij geladen worden. Om de ingebouwde lithiumbatterij te
laden moet de netadapter worden aangesloten of moet de batterij op dit toestel
aangesloten worden. Laat het toestel ongeveer 24 uur met rust waarna de batterij de
datum- en tijdweergave ongeveer 4 maanden zal handhaven. (De batterij wordt nog
steeds geladen, ook wanneer het apparaat uitgeschakeld is.)
Voorbereiding
Datum en tijd instellen
: [INSTELLEN] # [Klok instelling]
MENU
- 20 -
De kaart en het intern geheugen kunnen afzonderlijk geselecteerd worden voor het opnemen
van films of foto’s.
1Zet de mode op of .
2Selecteer het menu. (l30)
3Raak het medium aan waarop u de video’s of foto’s wilt opnemen.
Het medium dat afzonderlijk voor video’s of foto’s geselecteerd wordt, wordt geel
geaccentueerd.
4Raak [ENTER] aan.
Basis
Een op te nemen media selecteren
[HDC-TM99]
: [KIES MEDIUM]
A[VIDEO/SD-KAART]
B[VIDEO/INTERN GEH.]
C[FOTO/SD-KAART]
D[FOTO/INTERN GEH.]
MENU

- 21 -
1Zet de mode op .
2Open de LCD-monitor.
3Druk op de start/stop
opnametoets om de opname te
starten.
AWanneer u begint op te nemen,
verandert ; in ¥.
BIcoon opnameknop
Opnemen kan ook gestart/gestopt worden door de icoon van de opnameknop aan te
raken. Deze icoon werkt op dezelfde manier als de start-/stopknop van de opname.
4Druk opnieuw op de knop voor start/stop opname om de opname te
pauzeren.
Aanduidingen op het beeldscherm in de video-opname mode
Er zijn 3 opnameformaten die met dit toestel gebruik kunnen worden: AVCHD voor het
opnemen van high-definition videobeelden, 1080/50p voor het opnemen van videobeelden
met de maximumbeeldkwaliteit voor dit toestel en iFrame voor het opnemen van
videobeelden die geschikt zijn om op een Mac (iMovie’11) weergegeven en bewerkt te
worden. Om van opnameformaat te veranderen, verandert u de opnamemodus (
l
52) of
drukt u op de knop 1080/50p en blijft u die ingedrukt houden. (
l
41)
U kunt foto’s nemen tijdens het opnemen van video’s. (l24)
De beelden die opgenomen worden in de tijd tussen het indrukken van de start-/stopknop om
de opname te starten en het opnieuw indrukken van dezelfde knop om de opname te pauzeren,
worden één enkele scène.
Als u een opname maakt terwijl de [Opn. stand] op [iFrame] gezet is, zullen scènes die langer
duren dan ongeveer 20 minuten automatisch gesplitst worden. (Opname zal verder gaan.)
Basis
Video’s opnemen
T
W
0h00m00s0h00m00s0h00m00s
R 1h20mR 1h20mR 1h20m
AOpnamemode
BReeds opgenomen tijd
Elke keer dat het toestel in de
opname-pauzestand wordt gezet, wordt
de teller teruggesteld op 0h00m00s.
(“h” is een afkorting voor uur, “m” voor
minuut en “s” voor seconde.)
CBenaderde resterende opneemtijd
(indien de resterende tijd minder dan
1 minuut bedraagt, gaat R 0h00m rood
knipperen.)
De beeldschermweergave zal
verdwijnen wanneer gedurende
bepaalde tijd geen functie ten uitvoer
gebracht wordt. Om het opnieuw weer
te geven, raakt u het scherm aan.
(Het zal niet weergegeven worden als
AF/AE tracking gebruikt wordt.)
- 22 -
(Maximumaantal opneembare scènes van een enkele SD-kaart of intern geheugen)
Het maximumaantal opneembare scènes en het maximumaantal verschillende datums zal
lager zijn dan in bovenstaande tabel aangeduid wordt als er zowel AVCHD scènes en
1080/50p op een SD-kaart of het intern geheugen opgenomen zijn.
Het maximumaantal opneembare scènes en het maximumaantal verschillende datums zal
lager zijn dan in bovenstaande tabel aangeduid wordt als er zowel iFrame scènes en foto’s
op een SD-kaart of het intern geheugen opgenomen zijn.
Terwijl de opname bezig is, zal deze zelfs niet gestopt worden wanneer de LCD-monitor
gesloten wordt.
Zet de camera op pauze als u een externe microfoon met een MIC-aansluiting aansluit of
afkoppelt.
Raadpleeg pagina 141 over de approximatieve opnametijd.
Opnameformaten [HA]/[HG]/[HX]/[HE] [1080/50p] [iFrame]
Opneembare scènes Ongeveer 3900 Ongeveer 3900 Ongeveer 89100
Verschillende datums (
l
76)
Ongeveer 200 Ongeveer 200 Ongeveer 900
Over de compatibiliteit van de
opgenomen video’s
Raadpleeg pagina 41 over
1080/50p
Als een video in het AVCHD formaat opgenomen wordt
Alleen videobeelden die opgenomen zijn met het opnameformaat op AVCHD worden
door AVCHD compatibele apparatuur ondersteund. De beelden kunnen niet
afgespeeld worden met apparatuur die geen AVCHD ondersteunt (gewone DVD-
recorders). Controleer of uw apparatuur AVCHD ondersteunt door de instructies voor
het gebruik te raadplegen.
Het is niet altijd mogelijk om videobeelden af te spelen die opgenomen zijn met
apparatuur die compatibel is met AVCHD waarop het opnameformaat op AVCHD gezet
was. In dat geval speelt u de beelden af op dit toestel.
Als een video in het iFrame formaat opgenomen wordt
U kunt op een Mac (iMovie’11) afspelen.
Dit is niet compatibel met films die opgenomen zijn in het AVCHD formaat.
- 24 -
Pictogrammen op het scherm in de foto-opnamefunctie
: Aanduiding opnamewijze foto’s (
l
123)
R3000: Resterend aantal foto’s (Wordt rood en
knippert als [0] verschijnt.)
: Kwaliteit van foto’s (l62)
: Formaat van foto’s (l61)
: MEGA optische beeldstabilisator (
l
23)
: Optische beeldstabilisator (l40)
: AF-hulplicht (l64)
ß: Flits (l48)
ßj: Flitsniveau (l48)
: Rode-ogenreductie (l48)
Over de focusindicatie
De focusindicatie geeft de status van de
automatische scherpstelling aan.
De focusindicatie verschijnt niet tijdens de
handmatige scherpstelling.
De focusindicatie is niet zichtbaar of het toestel heeft problemen met scherpstellen in
onderstaande gevallen.
jAls de scène objecten bevat die zowel dichtbij als veraf zijn
jBij onvoldoende licht
jAls de scène lichte objecten bevat
jAls de scène slechts horizontale lijnen bevat
Over het scherpstelgebied
De camera stelt mogelijk niet scherp als de scène twee objecten bevat die met elkaar in
contrast zijn. Wijzig in dat geval het scherpstelgebied, zodat een van de contrasterende
objecten zich niet meer binnen de scène bevindt.
Het scherpstelgebied wordt niet afgebeeld onder de volgende omstandigheden.
jAls de intelligent auto mode (portret) gebruikt wordt
jAls AF/AE tracking gebruikt wordt
jWanneer de extra optische zoom wordt gebruikt
jWanneer het toestel vaststelt dat het AF-hulplicht nodig is
Het maken van foto’s in de opnamewijze voor video’s
U kunt foto’s opnemen, zelfs in de video-opnamefunctie.
¬Zet de mode op .
Druk de toets volledig in (tot het einde) om de foto te maken.
Het is mogelijk om foto’s te maken terwijl een video opgenomen wordt.
(simultaan opnemen)
Resterend aantal opneembare beelden wordt afgebeeld terwijl er foto’s
gemaakt worden.
De ingebouwde flitser, de rode-ogen-reductie en de zelfontspanner (l48) werken niet.
Tijdens het opnemen van video’s of tijdens de werking van PRE-REC is de beeldkwaliteit anders
dan dat van gewone foto’s zodat het opnemen van video’s voorrang krijgt op het maken van foto’s.
Als tijdens het opnemen van videobeelden simultane opnames gemaakt worden, zal de
resterende opnametijd korter worden. Als het toestel uitgeschakeld is, of als de
functieknop gebruikt wordt, kan de resterende opnametijd langer worden.
R3000R3000R3000
MEGA
5
M
De beeldschermweergave zal
verdwijnen wanneer gedurende
bepaalde tijd geen functie ten
uitvoer gebracht wordt. Raak het
scherm aan om de balk opnieuw
weer te geven. (Het zal niet
weergegeven worden als AF/AE
tracking of de touch-sluiter gebruikt
wordt.)
5
M
MEGA
- 25 -
De volgende functies die geschikt zijn voor de omstandigheden, worden ingesteld zodra u
alleen maar het toestel richt op wat u wilt opnemen.
*1 Alleen bij video-opnames
*2 Alleen bij foto-opnames
Basis
Intelligent auto mode
Instelling Scène Effect
Portret Wanneer het
onderwerp een
persoon is
De gezichten worden automatisch
herkend en scherpgesteld, en de
helderheid wordt zodanig ingesteld dat
de gezichten duidelijk worden
opgenomen.
Landschap Opnemen buitenshuis Het gehele landschap wordt met
levendige kleuren opgenomen zonder
dat de lucht in de achtergrond witachtig
wordt wanneer deze erg helder is.
*1 Spotlight Onder een spot Een zeer helder onderwerp wordt
duidelijk opgenomen.
*1 Weinig licht Donker vertrek of
schemering
De camera kan duidelijke beelden
opnemen in een donker vertrek of in de
schemering.
*2 Nachtportret Nachtportretopname Een persoon en de achtergrond worden
opgenomen met een vrijwel levensechte
helderheid.
*2
Nachtlandschap Nachtlandschapopname
U kunt een nachtlandschap levendig
opnemen door de sluitertijd te verlengen.
*2 Macro Opnemen met
inzoomen op een
bloem, enz.
Hiermee kunt u opnemen terwijl u het
onderwerp van de opname tot dichtbij
nadert.
*1
*2
Normaal Overige situaties Het contrast wordt automatisch ingesteld
voor heldere beelden.
Toets Intelligent auto/Handmatige
werking
Druk op deze toets om naar Intelligent auto
mode/Handmatige werking over te
schakelen.
Raadpleeg pagina 65 voor de handmatige
werking.
/MANUAL
- 26 -
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan het zijn dat het toestel niet de gewenste
werkwijze aanneemt.
In de portret-, spotlight- of low light-functie zal het gedetecteerde gezicht door een wit
kader omgeven worden. In de portretfunctie zal het grootste onderwerp, dat zich dicht bij
het midden van het scherm bevindt, door een oranje kader omgeven worden. (l56)
Wij adviseren een statief te gebruiken in de nachtportretfunctie en nachtlandschapsfunctie.
Gezichten kunnen misschien niet gedetecteerd worden, afhankelijk van de
opnameomstandigheden, zoals gezichten van bepaalde afmetingen of die in een bepaalde
stand gekanteld zijn of wanneer de digitale zoom gebruikt wordt.
[Mic. Zoom] wordt op [UIT] gezet in de Intelligent Auto Mode. (l59)
Intelligent auto mode
Wanneer naar de intelligent auto mode geschakeld wordt, zullen de automatische witbalans
en de automatische scherpstelling werkzaam zijn en stellen automatisch de kleurbalans en
de scherpstelling in.
Afhankelijk van de helderheid van het onderwerp, enz., worden de sluitertijd en lensopening
automatisch ingesteld op een optimale helderheid.
Afhankelijk van de lichtbronnen of omstandigheden is het mogelijk dat de kleurbalans en
scherpstelling niet automatisch worden aangepast. Stel in dat geval deze instellingen
handmatig in. (l66, 68)
Automatische witbalans
De afbeelding toont het bereik waarover de automatische witbalans werkt.
1) Het effectieve bereik van de automatische
witbalansinstelling op dit toestel
2) Blauwe lucht
3) Bewolkt (regen)
4) Zonlicht
5) Witte TL-verlichting
6) Halogeenverlichting
7) Kunstlicht
8) Zonsopgang of zonsondergang
9) Kaarslicht
Mocht de automatische witbalans niet naar behoren werken,
stel de witbalans dan met de hand in. (l66)
Automatische scherpstelling (Autofocus)
Het toestel stelt automatisch scherp.
De Automatische scherpstelling werkt niet correct onder de
volgende omstandigheden. Het maken van opnames met handmatige scherpstelling.
(l68)
jHet tegelijk opnemen van veraf- en dichtbijgelegen onderwerpen
jOpname van een onderwerp achter een vuil of stoffig raam
jOpname van een onderwerp dat wordt omgeven door glanzende oppervlakken of sterk
weerkaatsende voorwerpen
4)
5)
6)
7)
8)
10 000K
9 000K
8 000K
7 000K
6 000K
5 000K
4 000K
3 000K
2 000K
1 000K
2)
1)
3)
9)
- 27 -
1Zet de mode op .
2Raak icoon A aan voor de keuze van de
afspeelwijze. (l17)
3/
Selecteer de [VIDEO/FOTO] die u wilt
afspelen.
Raak [ENTER] aan.
Selecteer de [MEDIA] en [VIDEO/FOTO]
die u wilt afspelen.
Raak [ENTER] aan.
4Raak de scène of de foto aan die u wilt
afspelen.
B wordt weergegeven als [1080/50p] aangeraakt
wordt, wordt weergegeven als [AVCHD] aangeraakt
wordt
of wordt weergegeven als [
iFrame
]
aangeraakt
wordt in stap 3.
Om de volgende (vorige) pagina weer te geven:
jVerschuif de thumbnail weergave omhoog (omlaag) door deze aan te raken.
jSchakel het touch-menu in en raak op de schuifbalk van de thumbnails
vervolgens (omhoog)/ (omlaag) aan
Basis
Afspelen van video’s/foto’s
ALL
ALL
1080/50p
- 28 -
5Kies het afspelen door de bedieningsicoon aan te raken.
Het miniatuuroverzicht veranderen
Tijdens de weergave van miniaturen zal de miniatuurweergave als
volgt veranderen wanneer de zoomhendel naar de zijde of naar
de zijde verplaatst worden.
20 scènes () 9 scènes () 1 scène () Highlight & Time frame
index* (l74)
* Highlight & Time frame index kunnen alleen ingesteld worden in de
afspeelwijze voor video’s.
Zelfs in opnamewijze voor video’s, kunnen [GEZICHT] en [HIGHLIGHT] niet gebruikt
worden wanneer
[
iFrame
]
geselecteerd is.
Het weergeven van 9 scènes keert terug als de camera wordt uitgeschakeld of de functie
wordt veranderd.
Bij weergave in 1 scène, of door het drukken en vasthouden van het miniatuurbeeld in de
weergave van 20 scènes of 9 scènes, zullen de opnamedatum en –tijd weergegeven
worden tijdens het afspelen van video’s en zullen de opnametijd en het bestandnummer
weergegeven worden tijdens het afspelen van foto’s.
Instelling van het
luidsprekervolume
Gebruik de volumehendel om het
luidsprekervolume te regelen tijdens het
afspelen van films.
Naar “r”:
Verhoogt het volume
Naar “s”:
Verlaagt het volume
CBedieningsicoon
De bedieningsiconen en de beeldschermweergave
zullen verdwijnen wanneer gedurende bepaalde tijd
geen functie ten uitvoer gebracht wordt. Raak het
scherm aan om ze opnieuw weer te geven.
Afspelen video’s Afspelen foto’s
1/;: Afspelen/Pauze
6: Snel terugspoelen met afspelen
5: Snel vooruitspoelen met
afspelen
: Stopt het afspelen en geeft de
miniaturen weer.
1/;: Diavoorstelling (foto’s op
nummervolgorde bekijken)
starten/onderbreken.
2;: Vorige foto bekijken.
;1: Volgende foto bekijken.
: Stopt het afspelen en geeft de
miniaturen weer.
0h01m30s0h01m30s0h01m30s
- 29 -
Alleen tijdens normaal afspelen is er geluid.
Als de scène langer dan 5 minuten wordt gepauzeerd, keert het scherm terug naar de
miniaturen.
De verstreken tijd tijdens het afspelen wordt bij elke scène teruggesteld op 0h00m00s.
Als u iFrame scènes afspeelt, zal het beeld even pauzeren en kan het beeldscherm zwart
worden als tussen de scènes geschakeld wordt.
Compatibiliteit van video’s Raadpleeg pagina 41 over
1080/50p.
Dit toestel is gebaseerd op AVCHD formaat/MPEG-4 AVC-bestandsformaat.
De videosignalen voor AVCHD die met dit toestel afgespeeld kunnen worden, zijn
1920k1080/50i, 1920k1080/25p en 1440k1080/50i.
De videosignalen voor iFrame die met dit toestel afgespeeld kunnen worden, zijn
960k540/25p.
Dit toestel zou film die opgenomen is of gecreëerd is met andere producten slechter of
niet kunnen afspelen terwijl andere producten film die gemaakt is met dit toestel
slechter of niet zouden kunnen afspelen, zelfs als deze producten AVCHD of iFrame
ondersteunen.
Films die met AVCHD en iFrame opgenomen zijn, zijn niet compatibel ten opzichte van
elkaar.
Compatibiliteit van foto’s
Deze camera voldoet aan de standaard DCF (Design rule for Camera File system) die
is vastgesteld door JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries
Association).
Het bestandsformaat van foto’s dat door deze camera wordt ondersteund is JPEG.
(niet alle JPEG-bestanden kunnen worden bekeken.)
Het is mogelijk dat foto’s die op een andere camera zijn opgenomen met deze camera
niet kunnen worden bekeken of van mindere kwaliteit zijn. Hetzelfde geldt voor foto’s
die op deze camera zijn opgenomen en met een andere camera worden bekeken.
- 30 -
Raak (naar links)/ (naar rechts) van op het touch-menu aan, om weer
te geven. (l17)
1Raak [MENU] aan.
2Raak het topmenu A aan.
3Raak het submenu B aan.
Raak / aan om de volgende/vorige
pagina af te beelden.
4Raak de gewenste instelling
aan om deze vast te leggen.
5Raak [STOP] aan om de menu-
instelling te verlaten.
Over de weergave van de gids
Na het aanraken van , zal het
aanraken van de submenu’s en de opties tot
gevolg hebben dat functiebeschrijvingen en
bevestigingsberichten van instellingen
verschijnen.
Nadat de berichten weergegeven zijn,
wordt de gidsweergave gewist.
Basis
Gebruik van het menuscherm
MENU
MENU
- 31 -
De weergegeven opties kunnen verschillen, afhankelijk van de positie en de
instellingen van de modeschakelaar.
Selecteer het menu.
Raadpleeg pagina 18.
Het is mogelijk de tijd op de reisbestemming op te nemen en af te beelden, door uw
thuisregio en de reisbestemming te selecteren.
1 Raak [WERELDTIJD] aan.
Als de tijd niet is ingesteld, stelt u de huidige tijd in. (l18)
Wanneer [THUIS] (uw thuisregio) niet ingesteld is, verschijnt dit bericht. Raak [ENTER]
aan en ga verder met stap 3.
2(alleen wanneer u uw thuisregio instelt)
Raak [THUIS] aan.
Raak [ENTER] aan.
3(Alleen wanneer u uw thuisregio instelt)
Raak / aan om uw thuisregio te
selecteren en raak [ENTER] aan.
Raak [ZOMERTIJD] aan om de zomertijd in
te stellen. verschijnt en de
zomertijdinstelling wordt ingeschakeld. Het
tijdverschil ten opzichte van GMT zal met
één uur vooruit gezet worden. Raak
[ZOMERTIJD] opnieuw aan om naar de
gewone tijdinstelling terug te keren.
4(alleen wanneer u de regio van uw
reisbestemming instelt)
Raak [BESTEMMING] aan.
Raak [ENTER] aan.
Wanneer de thuisregio voor het eerst ingesteld wordt, verschijnt het beeldscherm voor de
keuze van de thuis-/reisbestemming nadat de thuisregio ingesteld is. Is de thuisregio al
een keer ingesteld, voer dan de menuhandelingen van stap 1 uit.
Basis
Gebruik van het Set-up menu
: [INSTELLEN] # gewenste instelling
[Klok instelling]
[WERELDTIJD]
MENU
ADe huidige tijd
BHet tijdverschil ten opzichte
van GMT (Greenwich-tijd)
- 32 -
5
(Alleen voor de instelling van de regio van uw
reisbestemming)
Raak / aan om uw reisbestemming
te selecteren en raak [ENTER] aan.
Raak [ZOMERTIJD] aan om de zomertijd in
te stellen. verschijnt en de
zomertijdinstelling wordt ingeschakeld. De
tijd van de reisbestemming en het
tijdverschil ten opzichte van de tijd van de
thuisregio worden met één uur vooruit
gezet. Raak [ZOMERTIJD] opnieuw aan om
naar de gewone tijdinstelling terug te keren.
Sluit de instelling door [STOP] aan te raken.
verschijnt en de tijd van de
reisbestemming wordt aangeduid.
Het scherm terugzetten naar de thuisinstelling
Stel de thuisregio in door stappen 1 tot 3 te volgen en sluit de instelling af door [STOP] aan te raken.
Als u uw reisbestemming niet kunt vinden in het gebied dat op het scherm wordt
afgebeeld, stelt u het in aan de hand van het tijdsverschil met uw thuisregio.
Het is mogelijk om de weergavewijze van de datum en de tijd te veranderen.
Het is mogelijk om het datumformaat te veranderen.
U kunt de weergavemethode van de iconen van de zoomknoppen ( / ) en de icoon
van de opnameknop ( ) instellen.
Raadpleeg pagina 90.
Als ongeveer 5 minuten verstrijken zonder enige bediening, schakelt dit toestel zichzelf
automatisch uit om acculading te besparen.
De spaarstandfunctie treedt niet in werking wanneer:
jde netadapter is aangesloten
jde USB-kabel voor de PC, de DVD-brander, enz. gebruikt wordt
jPRE-REC wordt gebruikt
[Datum/Tijd] [UIT]/[D/T]/[DATUM]
[Datumstijl] [J/M/D]/[M/D/J]/[D/M/J]
[ZOOM/REC display] [UIT]/[AAN]
[UIT]: Als gedurende ongeveer 5 seconden geen handeling verricht wordt,
verdwijnt de icoon.
[AAN]: Constante weergave
[EXT. DISPLAY] [UIT]/[Eenvoudig]/[Gedetailleerd]
[ECO STAND] [UIT]/[5 MINUTEN]
C
De plaatselijke tijd op uw
geselecteerde reisbestemming
DHet tijdverschil tussen de
reisbestemming en de
thuisregio
T
W
- 34 -
Het bedienen van het aanraakscherm, het starten en stoppen van het opnemen, en het in-
en uitschakelen van het toestel kunnen worden bevestigd met dit geluid.
(Volume laag)/ (Volume hoog)
4 keer 2 pieptonen
Wanneer een storing optreedt. Zie ook de melding op het scherm. (l126)
Hierdoor is het gemakkelijker om op heldere plaatsen op het LCD-scherm te kijken, ook
buitenshuis.
Deze instellingen hebben geen invloed op de gemaakte opnamen.
(Maakt nog helderder)/ (Maakt helderder)/ (Normaal)/ (Maakt minder helder)/
*(Automatische instelling)
* Het wordt niet weergegeven in de handmatige werkwijze of bij het afspelen.
Wanneer de netadapter in gebruik is, wordt de LCD-monitor automatisch op gezet.
De opnametijd met de batterij wordt korter als de LCD helderder wordt gemaakt.
Hiermee kunt u de helderheid en de kleurgevoeligheid van het LCD-scherm instellen.
Deze instellingen hebben geen invloed op de gemaakte opnamen.
1 Raak [LCD Instelling] aan.
2 Raak de gewenste instellingsoptie aan.
[HELDERHEID]:
Helderheid van het LCD-scherm
[KLEUR]:
Kleurniveau van het LCD-scherm
3 Raak / aan om de instellingen uit te voeren.
4 Raak [ENTER] aan.
Raak [STOP] aan om het menuscherm te verlaten.
[Piep geluid] [UIT]/ /
[POWER LCD] ////
[LCD Instelling]
+2
+1
0
-
1A
+2
+1 0
-
1
A
+1
- 36 -
Houd u er rekening mee dat indien een medium geformatteerd wordt alle gegevens die op dat
medium opgenomen zijn, gewist zullen worden en niet meer teruggewonnen kunnen worden.
Maak een back-up van belangrijke gegevens op de PC, een DVD-disc, enz. (
l
98, 110)
Als het formatteren is voltooid, raakt u [STOP] aan om het instructiescherm te verlaten.
Verricht een daadwerkelijke formattering van de SD-kaart wanneer de SD-kaart
weggegooid/overgedragen wordt. (l138)
Schakel dit toestel niet uit en haal de SD-kaart er niet uit tijdens het formatteren. Stel het
toestel niet bloot aan trillingen of schokken.
Houd u er rekening mee dat indien een medium geformatteerd wordt alle gegevens die op dat
medium opgenomen zijn, gewist zullen worden en niet meer teruggewonnen kunnen worden.
Maak een back-up van belangrijke gegevens op de PC, een DVD-disc, enz. (
l
98, 110)
1 Raak [FORMAT. MEDIUM] aan.
2 Raak [SD-KAART] of [INTERN GEH.] aan.
Als het formatteren is voltooid, raakt u [STOP] aan om het instructiescherm te verlaten.
Verricht een daadwerkelijke formattering van de SD-kaart wanneer de SD-kaart
weggegooid/overgedragen wordt. (l138)
Verricht een daadwerkelijke formattering van het intern geheugen wanneer dit toestel
weggegooid /overgedragen wordt. (l135)
Schakel dit toestel niet uit en haal de SD-kaart er niet uit tijdens het formatteren. Stel het
toestel niet bloot aan trillingen of schokken.
/
[FORMAT. KAART]
Gebruik dit toestel voor het formatteren van media.
Formatteer een SD-kaart niet met andere apparatuur, zoals een PC. De kaart mag
daar niet op gebruikt worden.
[FORMAT. MEDIUM]
Gebruik dit toestel voor het formatteren van media.
Het formatteren van het intern geheugen is alleen met dit toestel mogelijk.
Formatteer een SD-kaart niet op een ander apparaat, zoals een computer. De kaart
kan dan mogelijk niet in deze camera worden gebruikt.
- 37 -
De gebruikte capaciteit en de resterende opnametijd op de SD-kaart kan gecontroleerd
worden.
Als de functieschakelaar op gezet is, wordt de resterende opnametijd van de
geselecteerde opnamemodus weergegeven.
Raak [STOP] aan om de aanduiding te sluiten.
De SD-kaart vereist enige ruimte voor het opslaan van informatie- en
systeembeheerbestanden, zodat de daadwerkelijk bruikbare ruimte iets minder is dan de
aangeduide waarde. De bruikbare ruimte wordt doorgaans berekend als
1 GB=1.000.000.000 bytes. De capaciteit van dit toestel, van PC’s en van software wordt
uitgedrukt als 1 GB=1.024k1.024k1.024=1.073.741.824 bytes. Daarom lijkt de
aangeduide waarde voor de capaciteit kleiner te zijn.
De gebruikte capaciteit en de resterende opnametijd op de SD-kaart en het interne
geheugen kan gecontroleerd worden.
Door aanraking van [WIJZIGEN MEDIUM] schakelt het toestel tussen de weergave voor
de SD-kaart en de weergave voor het intern geheugen.
Als de functieschakelaar op gezet is, wordt de resterende opnametijd van de
geselecteerde opnamemodus weergegeven.
Raak [STOP] aan om de aanduiding te sluiten.
De SD-kaart of het intern geheugen vereisen enige ruimte voor het opslaan van informatie-
en systeembeheerbestanden, zodat de daadwerkelijk bruikbare ruimte iets minder is dan
de aangeduide waarde. De bruikbare ruimte van de SD-kaart/het intern geheugen wordt
doorgaans berekend als 1 GB=1.000.000.000 bytes De capaciteit van dit toestel, van PC’s
en van software wordt uitgedrukt als 1 GB=1.024k1.024k1.024=1.073.741.824 bytes.
Daarom lijkt de aangeduide waarde voor de capaciteit kleiner te zijn.
/
[STATUS KAART]
[STATUS MEDIA]
- 38 -
Kalibreer het aanraakscherm als een ander item dan u hebt aangeraakt door het toestel
wordt geselecteerd.
1 Raak [KALIBREREN] aan.
Raak [ENTER] aan.
2 Raak met de bijgeleverde stylus pen de [_] aan die op het beeldscherm
verschijnt.
Raak de [_] aan in de sequentie (linksboven # linksonder # rechtsonder # rechtsboven
# midden).
3 Raak [ENTER] aan.
Deze optie wordt gebruikt om de demonstratie van het toestel te starten.
(Alleen wanneer de mode op of staat)
Als [DEMO stand] op [AAN] staat en u raakt [STOP] aan wanneer geen SD-kaart geplaatst
is, en dit toestel op de netadapter aangesloten is, dan zal de demonstratie automatisch van
start gaan.
Als een bediening wordt uitgevoerd, wordt de demonstratie geannuleerd. Echter, als
gedurende ongeveer 10 minuten geen bediening wordt verricht, wordt de demonstratie
automatisch weer gestart. Om de demonstratie te stoppen, stelt u [DEMO stand] in op [UIT]
of plaatst u een SD-kaart.
Deze optie wordt gebruikt om de demo van de optische beeldstabilisator te starten.
(alleen wanneer de mode op staat)
Raak [O.I.S. DEMO] aan waarna de demonstratie automatisch van start gaat.
Wordt [STOP] aangeraakt dan zal de demonstratie worden verlaten.
De taal van het hoofdscherm en het menuscherm kan worden ingesteld.
[KALIBREREN]
[DEMO stand] [UIT]/[AAN]
[O.I.S. DEMO]
[LANGUAGE]
- 39 -
De maximum zoomverhouding voor films kan ingesteld worden met [ZOOM MODE].
(l52)
U kunt ook zoomen door de LCD-monitor eenvoudig aan te raken. (Touch-zoom: l42)
Over de zoomsnelheid
De zoomsnelheid zal hoger zijn in de volgorde zoomhendel, icoon zoomknop en vervolgens
touch-zoom.
De zoomsnelheid is afhankelijk van het bereik waarover de zoomknop wordt bewogen.
Als voor het zoomen gebruik gemaakt wordt van de zoomknop-iconen of touch-zoom, zal
het zoomen bij de respectievelijk constante snelheid plaatsvinden.
Extra optische zoom
In de opnamemodus voor foto’s kan de foto gemaakt worden met een zoomverhouding van
maximaal 50k zonder dat de beeldkwaliteit afneemt.
Een extra optische zoomverhouding varieert, afhankelijk van de instelling van [Foto
formaat] en [ASPECT RATIO]. (l61, 62)
Mechanisme van de extra optische zoom
Wanneer het beeldformaat op gezet wordt, wordt de maximum zone afgeknipt tot de
centrumzone zodat een foto met een hoger zoomeffect verkregen wordt.
Haalt u uw vinger tijdens het zoomen van de zoomhendel, dan kan het werkgeluid
opgenomen worden. Beweeg de zoomhendel voorzichtig wanneer u hem terugplaatst naar
de oorspronkelijke stand.
Is de zoomvergroting op zijn maximum staat, worden de onderwerpen scherpgesteld op
circa 1,5 m of meer.
Wanneer de zoomvergroting 1k is, kan dit toestel scherpstellen op een onderwerp dat zich
op ongeveer 3 cm van de lens bevindt.
Geavanceerd (opnemen)
In-/uitzoomfunctie
Icoon zoomhendel/zoomknop
T stand:
Close-up opname (inzoomen)
W stand:
Groothoekopname (uitzoomen)
T
W
6
W
T
6
W
T
T
W
0.3
M
5
M
0.3
M
- 40 -
Gebruik de beeldstabilisator om de effecten van het schudden tijdens de opname te
reduceren.
Dit toestel is uitgerust met een hybride optische beeldstabilisator.
De hybride optische beeldstabilisator is een combinatie van een optische en elektrische
beeldstabilisator.
Raadpleeg pagina 44 voor details over de vergrendeling van de optische beeldstabilisator.
Naar Beeldstabilisatorfunctie gaan
(Opnamewijze voor video’s)
Als u [AAN] instelt, kunt u een nog betere beeldstabilisatie verkrijgen tijdens het lopen of bij
het vasthouden van het toestel en het opnemen van een voorwerp op afstand met de zoom.
De defaultinstelling van deze functie is [AAN].
(Opnamewijze voor foto’s)
[MODE1]:
De functie werkt de gehele tijd.
[MODE2]:
De functie werkt wanneer op de knop gedrukt wordt. Wij raden u aan een opname met
de zelfontspanner te maken dan wel een opname met een statief in de opnamewijze voor
foto’s.
Geavanceerd (opnemen)
Beeldstabilisatiefunctie
: [OPNAME INST.] # [HYBRIDE O.I.S.] # [AAN] of [UIT]
: [OPNAME INST.] # [O.I.S.] # [MODE1] of [MODE2]
Optische-beeldstabilisatieknop
Druk op de knop om de optische
beeldstabilisator aan/uit te zetten.
(Opnamewijze voor video’s)
/ # (instelling gewist)
Als [HYBRIDE O.I.S.] op [AAN] staat, wordt
weergegeven. Op [UIT] wordt weergegeven.
Als u in de opnamewijze voor videobeelden
opnames maakt met een statief, adviseren wij u de
beeldstabilisator uit te zetten.
(Opnamewijze voor foto’s)
/ # (instelling gewist)
Als [O.I.S.] op [MODE1] staat, wordt
weergegeven. Als [O.I.S.] op [MODE2] staat, wordt
weergegeven.
O.I.S.
MENU
MENU
- 43 -
Het is mogelijk om de scherpte en de belichting op het onderwerp in te stellen dat op
het touch-scherm aangeduid wordt.
De scherpte en de belichting zullen het onderwerp automatisch volgen, zelfs als dit
beweegt. (Dynamische tracking)
1 Raak aan.
Als [GEZICHT HERK.] (l53) op [AAN] staat en een geregistreerd gezicht gedetecteerd
wordt, wordt het doel automatisch vergrendeld.
2 Raak het object aan en vergrendel het doel.
Wanneer u het hoofd van het onderwerp aanraakt, wordt
het doelkader vergrendeld rond het hoofd en begint het
volgen.
Als u het onderwerp wilt veranderen, raakt u het nieuwe
onderwerp aan.
Als Intelligent auto mode geselecteerd is, wordt de
instelling (normaal) en wordt het aangeraakte object
getracht. De instelling wordt (portret) wanneer het
doelkader op een gezicht vergrendeld is (de instelling kan
weer (normaal) worden, zelfs als het doel op het
gezicht vergrendeld is, als een spot brandt of in een
donkere scène.)
3 De opname starten
Over het doelkader
Wanneer de doelvergrendeling mislukt, knippert het doelkader rood en verdwijnt
vervolgens. Raak een karakteristiek deel (kleur, enz.) van het onderwerp aan om het
opnieuw te vergrendelen.
Wanneer de toets in de opnamewijze voor foto’s halverwege ingedrukt wordt, wordt
scherpgesteld op het vergrendelde onderwerp. Het doelkader wordt groen tijdens het
scherpstellen en het doel kan niet veranderd worden.
Deze functie kan niet gebruikt worden in handmatige functie. Wanneer de handmatige
functie ingesteld is in opnamewijze voor foto’s, kan deze alleen gebruikt worden met
bepaalde instellingen in scènefunctie.
Het is mogelijk dat een ander onderwerp wordt gevolgd of het doel niet wordt vergrendeld
afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals:
jAls het onderwerp te groot of te klein is
jAls de kleur van het onderwerp op de achtergrond lijkt
jBij onvoldoende licht
Als het doel vergrendeld wordt in de opnamewijze voor foto’s, kan het beeldscherm donker
worden of kan de AF assist-lamp worden ingeschakeld.
AF/AE Volg-functie zal in de volgende gevallen geannuleerd worden.
jAls de functie wordt veranderd
jAls het toestel wordt uitgeschakeld
jAls de scènefunctie wordt ingesteld
jAls naar Intelligent auto mode/Handmatige werking geschakeld wordt
jNaar een opname met de zelfontspanner schakelen
AF/AE Volg-functie
ADoelkader
- 44 -
In de opnamewijze voor videobeelden kan de optische beeldstabilisatie nog beter
worden door de icoon voor de vergrendeling van de optische beeldstabilisator aan te
blijven raken. Met deze functie kunt u de effecten van het schudden, die tijdens het
zoomen kunnen optreden, verder verkleinen.
Aicoon vergrendeling optische beeldstabilisator
1 Druk op de optische beeldstabilisatorknop om de beeldstabilisator in te schakelen.
2 Aanraken en blijven aanraken
wordt weergegeven terwijl u de icoon aanraakt.
De vergrendeling van de optische beeldstabilisator wordt vrijgegeven wanneer u uw vinger
van het pictogram verwijdert.
Instellen van de weergavewijze van de vergrendelicoon van de
optische beeldstabilisator
Het kan zijn dat beeldstabilisatie niet mogelijk is wanneer de camera hevig bewogen wordt.
Om op te nemen terwijl het toestel snel bewogen wordt, dient u de vergrendeling van de
optische beeldstabilisator eraf te halen.
Het is mogelijk om een foto van een onderwerp dat aangeraakt is, scherp te stellen en
op te nemen.
1 Raak aan.
2 Raak het onderwerp aan.
Het scherpstelgebied zal op de aangeraakte positie
weergegeven worden en er zal een foto gemaakt
worden.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden of de herkenning van de aangeraakte positie,
kan het zijn dat het niet mogelijk ik om het betreffende beeld op te nemen.
Dit zal niet werken voor het opnemen van uzelf.
Lock optische beeldstabilisator
: [OPNAME INST.] # [O.I.S. LOCK DISPLAY] # gewenste instelling
[UIT]:
Als gedurende ongeveer 5 seconden geen handeling verricht wordt, verdwijnt
de icoon.
[AAN]: Constante weergave.
Touch-sluiter
MENU
- 45 -
Selecteer de bedieningspictogrammen om verschillende effecten aan de opgenomen
beelden toe te voegen.
1Raak (naar links)/ (naar rechts) van op het touch-menu aan,
om de bedieningsiconen weer te geven. (l17)
Raak / op het touch-menu aan, om de pagina’s op- en
neerwaarts langs te lopen.
2(bv. Tegenlichtcompensatie)
Raak een bedieningsicoon aan.
Selecteer de bedieningsicoon opnieuw om de functie te
annuleren.
Raadpleeg de betreffende pagina’s om de volgende functies
te annuleren.
jSmile shot (l47)
jIngebouwde flits (l48)
jZelfontspanner (l48)
jRichtlijn (l50)
jVideolicht (l50)
Bedieningspictogrammen
*1 Niet weergegeven in de opnamewijze voor foto’s.
*2 Niet weergegeven in de Intelligent Auto Mode.
*3 Niet weergegeven in de opnamewijze voor films.
Indien u het toestel uitschakelt of de functie op , PRE-REC zet, zullen de functies
kleurnachtzicht, tegenlichtcompensatie, zelfontspanner en telemacro gewist worden.
Indien u het toestel uitschakelt, wordt de fade-functie geannuleerd.
De instelling is mogelijk vanuit het menu. (met uitzondering van PRE-REC)
Geavanceerd (opnemen)
Opnamefuncties van de
bedieningsiconen
Faden*1
Intelligent contrast controle*1,2
PRE-REC*1
Smile shot*1
Ingebouwde flits*3
Rode-ogenreductie*2,3
Zelfontspanner*3
Intelligente belichting*2,3
Tegenlichtcompensatie
Soft skin mode*2
Tele m ac ro
Richtlijn
Kleur nachtzicht*1,2
Videolicht
- 46 -
Wanneer u met opnemen begint, zal het beeld/geluid
geleidelijk verschijnen. (Infaden)
Wanneer u het opnemen onderbreekt, verdwijnen beeld
en geluid geleidelijk. (Uitfaden)
Als het opnemen stopt wordt de fade-instelling geannuleerd.
Kleurselectie voor in-/uitfaden
: [OPNAME INST.] # [FADE KLEUR] #
[WIT] of [ZWART]
De miniaturen van de opgenomen scènes waarbij de
infaden is geselecteerd, worden zwart (of wit).
Deze functie maakt delen van het beeld die zich in de schaduw bevinden en moeilijk te
zien zijn helderder, en onderdrukt tegelijkertijd de witverzadiging van de heldere delen
van het beeld. Zowel helder als donkere delen kunnen goed worden opgenomen.
Bij te donkere of te lichte delen of bij onvoldoende helderheid kan het effect moeilijk zichtbaar zijn.
Hiermee kunt u ongeveer 3 seconden voordat op de start/stop-toets voor het opnemen
gedrukt wordt, beeld en geluid opnemen.
verschijnt op het scherm.
Richt het toestel van tevoren op het onderwerp.
Er is geen “beep” -geluid.
PRE-REC wordt in de volgende gevallen gewist.
jIndien u de mode verandert
j/
Indien u de SD-kaart verwijdert.
j
Als u de SD-kaart wegneemt terwijl [KIES MEDIUM] op [VIDEO/SD-KAART] staat
jAls u [MENU] aanraakt
j
Indien u op de 1080/50p toets drukt
jIndien u het toestel uitschakelt
jAls u de opname start
jNadat 3 uur verstreken zijn
Bewegende beelden die zijn genomen 3 seconden voordat de knop opname starten/stoppen
werd ingedrukt, kunnen niet worden opgenomen als het opnemen binnen minder dan
3 seconden na het instellen van PRE-REC wordt gestart of als het PRE-REC-lampje binnen
ongeveer 3 seconden na het starten van de Quick Start-bewerking begint te knipperen.
Faden
Intelligent contrast controle
PRE-REC
Dit voorkomt dat u een opname mist.
(Infaden)
(Uitfaden)
MENU
PRE-REC
- 47 -
Beelden die in de afspeelwijze als miniatuur weergegeven worden, zullen afwijken van de
video’s die aan het begin van het afspelen worden weergegeven.
Wanneer tijdens de opname van een video een lachend gezicht gedetecteerd wordt,
zal het toestel automatisch een foto ervan maken.
De icoon verandert bij iedere aanraking.
([AAN]) # ([GEZ. HERK.]) # [UIT]
: Het toestel maakt een foto wanneer een lachend gezicht gedetecteerd wordt.
: De foto’s worden alleen gemaakt wanneer het gezicht gedetecteerd wordt van
iemand die met gebruik van gezichtsherkenning (l53) geregistreerd is.
[UIT]: Wist de instelling.
Tijdens Smile shot opnames wordt het gezicht dat als lachend gezicht gedetecteerd wordt,
door een groen kader omgeven en zijn / rood.
De Smile Shot-opname zal in de volgende gevallen niet werken. ( / zal knipperen)
j/
Wanneer er geen SD-kaart inzit
j
Als het op [FOTO/SD-KAART] in [KIES MEDIUM] gezet is en geen SD-kaart geplaatst is
jWanneer er ingesteld is op handmatig scherpstellen
jAls [GEZICHT HERK.] op [UIT] gezet is, of als niemand geregistreerd is (alleen in
([GEZ. HERK.]))
Afhankelijk van de opnameomstandigheden (type lach, schudden van het toestel, enz.),
kan het voorkomen dat het gezicht van het onderwerp niet correct gedetecteerd wordt.
Het aantal opnamepixels is (2816k1584) of (1920k1080). (l61)
Als beelden die met smile shot genomen zijn weergegeven worden als miniaturen, zal
verschijnen.
Als de AF/AE Volg-functie het gezicht van het onderwerp als doel vergrendelt, kunnen er
alleen foto’s gemaakt worden wanneer er een lach op het vergrendelde onderwerp
gedetecteerd wordt. Als de Smile shot functie op ([GEZ. HERK.]) gezet wordt, zal de
opname alleen gemaakt worden als er een gezicht van het onderwerp dat met [GEZICHT
HERK.] geregistreerd is, als doel vergrendeld wordt.
Smile shot
M
4.5
2.1
M
- 50 -
U kunt tijdens het opnemen of afspelen van foto’s of video’s controleren of het beeld
recht staat. De functie kan ook gebruikt worden om te kijken of de compositie
evenwichtig is.
Deze zal ingeschakeld worden telkens als de icoon aangeraakt wordt.
# # # Instelling gewist
De richtlijnen verschijnen niet op de huidig opgenomen beelden.
Weergeven van richtlijnen bij het afspelen
Zet de mode op en raak de icoon voor de keuze van de afspeelwijze aan. Zet
[VIDEO/FOTO] vervolgens op [1080/50p], [AVCHD] of [iFrame]. (l27)
: [VIDEO SETUP] # [RICHTLIJNEN] # gewenste instelling
Om de richtlijnfunctie tijdens het afspelen te wissen, zet u het op [UIT].
Deze kan niet ingesteld worden als de opnamewijze voor foto’s actief is.
Deze functie maakt het mogelijk kleurenbeelden op te nemen in sterk onderbelichte
situaties. (Minimaal vereiste verlichting: ong. 1 lx)
De opname wordt weergegeven als een scène waarin frames ontbreken.
Bij heldere lichtomstandigheden kan het scherm tijdelijk wit worden.
Het is mogelijk dat het scherm lichte vlekjes bevat die u normaal gesproken niet ziet. Dit is
echter geen defect.
Het wordt aanbevolen een statief te gebruiken.
Op donkere plaatsen kan de automatische scherpstelling iets langzamer werken. Dit is
normaal.
Het is mogelijk om zelfs op donkere plaatsen opnames met verlichting te maken
Telken wanneer de icoon geselecteerd wordt, verandert de aanduiding van de instelling
in onderstaande volgorde.
([AAN]) # ([AUTO]) # ([UIT])
: Altijd ingeschakeld.
: Automatische in-/uitschakeling al naargelang de helderheid van de omgeving.
: Wist de instelling.
Wanneer ([AUTO]) ingesteld is, wordt het videolicht ingeschakeld in de Low light
mode in de Intelligent auto mode.
Wanneer het videolicht in gebruik is, wordt de opnametijd korter als de accu gebruikt wordt.
Het (bij benadering) beschikbare bereik van het videolicht is ongeveer tot 1,5 m.
Het gelijktijdige gebruik van de kleur-nachtzichtfunctie zal het beeld nog helderder maken.
Als u met de opnamewijze voor foto’s op een donkere plaats een foto maakt, terwijl de [AF.
ASSIST. LAMP] ingesteld is op [AUTO] (l64) en de videolamp ingesteld is op
([AUTO]) of ([UIT]), wordt de lamp ingeschakeld om het scherpstellen te
vergemakkelijken.
Zet het videolicht uit op plaatsen waar het verboden is licht te gebruiken.
Richtlijn
Kleur nachtzicht
Videolicht
MENU
- 51 -
Bij het opnemen van onderwerpen onder verschillende omstandigheden, selecteert de
camera automatisch de meest geschikte sluitertijd en lensopening.
(Sport/Portret/Spotlight/Sneeuw/Strand/Zonsondergang/Landschap)
jDe sluitersnelheid is 1/6 of meer in de opnamewijze voor foto’s.
(Zonsondergang/Weinig licht)
jDe sluitersnelheid is 1/25 of hoger in de opnamewijze voor video’s.
(Zonsondergang/Vuurwerk/natuurschoon/nachtlandschap)
jhet beeld kan vaag worden wanneer een onderwerp van dichtbij opgenomen wordt.
(Sport)
jTijdens het normaal afspelen kan het lijken of het beeld niet soepel beweegt.
j
De kleur en de helderheid van het beeldscherm kunnen bij verlichting binnenshuis veranderen.
j
Indien de helderheid onvoldoende is, werkt de sport mode niet. De weergave knippert.
(Portret)
j
De kleur en de helderheid van het beeldscherm kunnen bij verlichting binnenshuis veranderen.
(Vuurwerk)
jDe sluitersnelheid is 1/25.
jHet beeld kan verbleken wanneer de opname in een heldere omgeving gemaakt wordt.
Geavanceerd (opnemen)
Opnamefuncties van menu’s
[Scène stand]
: [OPNAME INST.] # [Scène stand] # gewenste instelling
[UIT]: Wist de instelling
5Sport: Snel bewegende scènes minder bewogen laten lijken met
langzaam afspelen en pauzeren
Portret: Voor opnamen waarbij personen scherp tegen de
achtergrond worden afgetekend
Spotlight: Geeft een betere beeldkwaliteit wanneer het onderwerp
sterk verlicht is
Sneeuw:
Voor een betere beeldkwaliteit wanneer u opneemt in de sneeuw
Strand: Voor een levendige blauwe kleur van de lucht of zee
Zonsondergang: Voor een levendige rode kleur van de zonsopkomst of
zonsondergang
Vuurwerk: Voor prachtige opnamen van vuurwerk in de avondlucht
Landschap: Voor een ruimtelijk landschap
Nachtlandschap:
Om het landschap ’s avonds of ’s nachts prachtig vast te leggen.
Schemerlicht: Voor donkere scènes, zoals in de schemer
(Alleen in de video-opnamefunctie)
Nachtportret: Om een persoon en de achtergrond helder op te nemen.
(Alleen in de foto-opnamefunctie)
MENU
- 52 -
(Nachtlandschap/Nachtportret)
jDe sluitersnelheid is 1/2 of meer in de opnamewijze voor foto’s.
jEr wordt aangeraden een statief te gebruiken.
(Nachtportret)
jDe flitser is op [AAN] gezet.
Stel voor de opnamewijze voor video’s de maximum zoomverhouding in.
Hoe hoger de digitale zoombereik, hoe lager de fotokwaliteit.
Deze functie kan niet gebruikt worden in de opnamewijze voor foto’s.
Schakelt de kwaliteit en het opnameformaat van de op te nemen film in.
*1 De opname zal als volgt een hogere kwaliteit hebben: [HA], [HG], [HX] en [HE].
*2 [iFrame] is een formaat dat geschikt is voor Mac (iMovie’11). Het wordt aanbevolen
wanneer u een Mac gebruikt
Voor opname beschikbare tijd bij gebruik van de accu (l11)
De fabrieksinstelling van deze functie is de [HG] mode.
Raadpleeg pagina 141 over de approximatieve opnametijd.
Wanneer het toestel veel of snel bewogen wordt, of wanneer een snel bewegend
onderwerp opgenomen wordt (met name bij opnames in de [HE] mode), kan tijdens het
afspelen een mozaïekachtig patroon ontstaan.
[ZOOM MODE]
: [OPNAME INST.] # [ZOOM MODE] # gewenste instelling
[i.Zoom UIT]: tot 26k
[i.Zoom 40k]: Deze zoomfunctie stelt u in staat om een high definition
beeldkwaliteit te handhaven (tot 40k)
[D.Zoom 60k]: Digitale zoom (tot 60k)
[D.zoom 1500k]: Digitale zoom (tot 1500k)
[Opn. stand]
: [OPNAME INST.] # [Opn. stand] # gewenste instelling
[HA]/[HG]/[HX]/[HE]*1:Zet de opnamewijze op AVCHD.
[iFrame]*2:Zet de opnamewijze op iFrame.
MENU
MENU
- 53 -
Het is mogelijk om continu door te gaan met het opnemen van video’s op een SD-kaart
wanneer onvoldoende ruimte in het intern geheugen beschikbaar is (U kunt vanuit het intern
geheugen alleen naar een SD-kaart opnemen).
Zet [KIES MEDIUM] op [INTERN GEH.].
Zet [Opn. stand] op [HA], [HG], [HX] of [HE], (l52) of zet het op de 1080/50p
opnamewijze. (l41)
Plaats een SD-kaart.
wordt afgebeeld op het scherm. wordt afgebeeld wanneer de ruimte in het
interne geheugen op is en het opnemen op de SD-kaart begint.
De estafetteopname kan slechts eenmaal worden uitgevoerd.
Voeg de scènes, die opgenamen waren met relay recording (estafette), samen op de
SD-kaart met gebruik van [RELAY SCENE SAMENVOEGEN]. (l86, 96)
Wanneer u [RELAY SCENE SAMENVOEGEN] eenmaal uitgevoerd heeft, kunt u de
relaisopnamefunctie opnieuw gebruiken. Indien [RELAY. REC.] op [AAN] staat zonder dat
[RELAY SCENE SAMENVOEGEN] uitgevoerd wordt, zal een bericht weergegeven
worden. U kunt relay recording uitvoeren door [JA] aan te raken maar u zult daarna niet in
staat zijn om [RELAY SCENE SAMENVOEGEN] uit te voeren.
Foto’s worden na relay recording op de SD-kaart opgenomen.
wordt afgebeeld op het miniatuuroverzicht tijdens de weergave van de scène die
middels een estafetteopname werd opgenomen in het interne geheugen.
Gezichtsherkenning is een functie voor het opzoeken van gezichten die al geregistreerd
waren en die automatisch voorrang krijgen bij het scherp stellen en belichten. Deze functie
maakt het mogelijk om het gezicht van uw geliefden scherp te stellen, ook al bevinden deze
zich in een groepsfoto op de achtergrond of aan het einde van een rij.
[RELAY. REC.]
: [OPNAME INST.] # [RELAY. REC.] # [AAN]
[GEZICHT HERK.]
: [OPNAME INST.] # [GEZICHT HERK.] # gewenste instelling
[UIT]: Wist de instelling
[AAN]: De functie van gezichtsherkenning is beschikbaar
[Instel.]: Registratie/bewerking/wissen van gezichtsherkenning
MENU
MENU
- 55 -
Wijzigen van de informatie van een geregistreerd gezicht
1 Selecteer het menu.
2 Raak de gewenste optie aan om de instelling in te
voeren.
Er kunnen tot 3 gezichtsfoto’s geregistreerd worden. Om er
nog een te registreren, of om de geregistreerde
gezichtsfoto’s te veranderen/wissen, raak dan of de
gezichtsfoto zelf aan.
Als u verschillende gezichtsfoto’s van dezelfde persoon registreert (er kunnen tot 3
gezichtsfoto’s geregistreerd worden), elk met een andere gezichtsuitdrukking of andere
achtergrond, dan is het waarschijnlijker dat de gezichtsherkenning succesvol zal zijn.
[NAAM INSTELLEN]:
Verander de naam.
[PRIORITEIT]:
Scherpstelling en belichting zullen prioritair ingesteld worden
volgens de instelling van de registratievolgorde vanaf het
eerste gezicht. Het doel zal vergrendeld worden volgens de
instelling van de registratievolgorde vanaf het eerste gezicht
als AF/AE tracking actief is.
Om de registratievolgorde te veranderen, selecteert u de
persoon die u wenst te veranderen.
[FOCUS ICOON]:
Dit verandert de icoon van de aanduiding van de scherpstelling
die tijdens het maken van foto’s verschijnt. (alleen
weergegeven wanneer de gezichtsherkenning gebruikt wordt.)
Raak de icoon aan die u wilt laten weergeven.
3 Raak [ENTER] aan.
Wissen van een geregistreerd gezicht
1 Selecteer het menu.
Het aanraken van [WIS ALLES] wist alle geregistreerde gezichten.
2(wanneer [WISSEN] geselecteerd is)
Raak het te wissen gezicht aan.
Na aanraking is dit gezicht geselecteerd en wordt weergegeven. Opnieuw aanraken
om het geselecteerde gezicht te wissen.
Raak [ENTER] aan.
Aangezien de gezichtsherkenning naar gezichten zoekt die op de geregistreerde gezichten
lijken, kan de correcte herkenning niet gegarandeerd worden.
Het kan zijn dat het niet mogelijk is een gezicht van iemand die geregistreerd is, correct te
herkennen wegens verschillen in gelaatsuitdrukkingen en de omgeving.
Voer de registratie opnieuw uit als de herkenning instabiel wordt zoals bijvoorbeeld
wanneer de gelaatskenmerken door veroudering veranderen.
: [OPNAME INST.] # [GEZICHT HERK.] # [Instel.] # [BEWERKEN]
: [OPNAME INST.] # [GEZICHT HERK.] # [Instel.] # [WISSEN] of [WIS ALLES]
MENU
ANNAKEN MARY
JOE
111222333
444555 666
123
456
MENU
- 56 -
Wanneer tijdens een opname een geregistreerd gezicht door de gezichtsherkenning
gedetecteerd wordt, zal de naam die voor dat gezicht ingevoerd is, weergegeven worden.
Na enige tijd zal de weergegeven naam verdwijnen.
Het wordt weergegeven volgens de instelling van de registratievolgorde vanaf het eerste
gezicht.
Deze functie kan niet weergegeven worden tijdens zelfopnames of de afspeelmode.
Opgespoorde gezichten worden met kaders afgebeeld.
Er worden tot 15 kaders aangeduid. Bredere gezichten, en gezichten die zich dichter bij
the midden van het beeldscherm bevinden, hebben voorrang boven andere. Wanneer
[GEZICHT HERK.] op [AAN] staat, wordt voorrang gegeven aan de geregistreerde
gezichten.
Gezichtskader met prioriteit
De prioriteit verstrekkende gezichtskaders worden als oranje kaders weergegeven. De
scherpstelling en de instelling van de helderheid zullen ingesteld worden tegen deze
gezichtskaders met prioriteit.
Prioriteit gevende gezichtskaders worden alleen weergegeven als de portretfunctie op
Intelligent Auto staat.
Het witte kader is alleen voor gezichtsherkenning.
De scherpstelling zal op prioriteit gevende gezichtskaders ingesteld worden en de
helderheid wordt ingesteld als het toestel in Intelligent Auto op de portretfunctie gezet
wordt.
De camera stelt scherp op het gezichtskader met prioriteit wanneer de toets tot
halverwege wordt ingedrukt bij het nemen van foto’s. Het gezichtskader met prioriteit wordt
groen nadat is scherpgesteld.
[NAAM WEERGEVEN]
: [OPNAME INST.] # [NAAM WEERGEVEN] # gewenst nummer
[UIT]/[1]/[2]/[3]
[GEZICHTKADER]
: [OPNAME INST.] # [GEZICHTKADER] # gewenste instelling
[UIT]:
Wist de instelling.
[PRIMAIR]:
Alleen het gezichtskader met prioriteit wordt afgebeeld.
[ALLE]:
Alle gezichtskaders worden afgebeeld.
MENU
MENU
- 58 -
Video’s opnemen met levendigere kleuren met behulp van x.v.Colour-technologie.
Naar de handmatige werking schakelen. (l65)
Zet [Opn. stand] op [HA], [HG], [HX] of [HE]. (l52) of zet het op de 1080/50p
opnamewijze (l41)
Voor realistischere kleuren, gebruikt u een HDMI-minikabel met een televisie die
x.v.Colour ondersteunt.
Wanneer video’s, die zijn opgenomen terwijl deze functie stond ingesteld op [AAN],
worden afgespeeld op een televisie die niet compatibel is met x.v.Colour, is het
mogelijk dat de kleuren niet goed worden afgebeeld.
Om beelden af te spelen die zijn opgenomen in digital cinema colour met levendigere
kleuren in bredere kleurbereiken, is een apparaat nodig dat compatibel is met x.v.Colour.
Als deze beelden worden afgespeeld op apparaten die niet compatibel zijn met
x.v.Colour, adviseren wij u eerst deze functie in te stellen op [UIT] en daarna de beelden
op te nemen.
x.v.Colour is een naam voor apparaten die compatibel zijn met het xvYCC formaat, een
internationale standaard voor expansiekleuren in video’s, en die de regels voor
signaaluitzending volgen.
Het bericht wordt weergegeven wanneer dit toestel te snel bewogen wordt.
Als “CAMERA- BEWEGING IS TE SNEL.” wordt afgebeeld, moet u de camera tijdens het
opnemen langzamer bewegen.
De melding wordt niet afgebeeld tijdens het pauzeren van de opname. (De melding wordt
ook afgebeeld tijdens het pauzeren van de opname als [DEMO stand] is ingesteld op
[AAN].)
Dit zal de windruis in de ingebouwde microfoons verlagen terwijl toch een realistisch effect
gehandhaafd wordt.
Naar de handmatige werking schakelen. (l65)
[Digital Cinema Colour]
: [OPNAME INST.] # [Digital Cinema Colour] # [AAN]
[OPNAMEGIDS]
: [OPNAME INST.] # [OPNAMEGIDS] # [AAN]
[Windruis onderdrukking]
: [OPNAME INST.] # [Windruis onderdrukking] # [AAN]
MENU
MENU
MENU
- 59 -
De defaultinstelling van deze functie is [AAN].
Als u naar de intelligent auto mode schakelt, wordt [Windruis onderdrukking] op [AAN]
gezet en kan de instelling niet veranderd worden.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan het zijn dat het volledige effect niet zichtbaar is.
De richtinginstelling van de microfoon is gekoppeld aan de werking van de zoom. Geluiden
vlakbij de voorkant van het toestel worden helderder opgenomen wanneer u inzoomt (close-up)
en de omringende geluiden worden realistischer opgenomen wanneer u uitzoomt (groothoek).
Naar de handmatige werking schakelen. (l65)
Tijdens het opnemen kan het ingangsniveau vanuit de ingebouwde microfoons en de externe
microfoonaansluiting worden aangepast.
Naar de handmatige werking schakelen. (l65)
1 Selecteer het menu.
2(Als [Instel.r]/[Instel.] geselecteerd is)
Raak / aan om in te stellen.
Raak aan om AGC in of uit te schakelen. Als AGC
is ingeschakeld, wordt rond het pictogram een gele kleur
afgebeeld en wordt de mate van geluidsvervorming
verminderd. Als AGC is uitgeschakeld, wordt het geluid
op natuurlijke wijze opgenomen.
Stel het gevoeligheidsniveau van de microfoon zodanig in
dat de laatste 2 balken van de gain-waarde niet rood zijn.
(Anders wordt het geluid vervormd.) Selecteer een lagere
instelling voor het gevoeligheidsniveau van de microfoon.
3 Raak [ENTER] aan om het ingangsniveau van de microfoon in te stellen en
raak vervolgens [STOP] aan.
(Meter voor ingangsniveau microfoon) verschijnt op het scherm.
Wanneer u het toestel op de Intelligent auto mode zet, wordt de instelling vastgezet op
[AUTO] en kan niet veranderd worden.
Als [Mic. Zoom] op [AAN] staat, zal het volume anders zijn afhankelijk van de zoomverhouding.
De meter van het ingangsniveau van de microfoon toont de grootste input van de
2 ingebouwde microfoons.
U kunt niet opnemen met het geluid volledig onderbroken.
[Mic. Zoom]
: [OPNAME INST.] # [Mic. Zoom] # [AAN]
[Mic. Niveau]
: [OPNAME INST.] # [Mic. Niveau] # gewenste instelling
[AUTO]: AGC wordt ingeschakeld en het gevoeligheidsniveau van de
microfoon voor opnemen wordt automatisch ingesteld.
[Instel.r]/
[Instel.]: Het gewenste gevoeligheidsniveau van de microfoon voor
opnemen kan worden ingesteld.
MENU
MENU
ALinks
BRechts
C
Microfoongevoeligheidsniveau
- 61 -
Hoe hoger het aantal pixels, hoe hoger de kwaliteit van het beeld bij afdrukken.
Het aantal opnamepixels dat ingesteld kan worden, is afhankelijk van de geselecteerde
beeldverhouding. (l62)
Fotoresolutie en maximale zoomvergroting
* De extra optische zoom kan niet worden gebruikt. De maximale zoomvergroting is 21k.
Fotoresolutie in de video-opnamefunctie
Zet de mode op .
De defaultinstellingen van deze functie zijn in de opnamewijze voor foto’s en in de
opnamewijze voor video’s.
Wanneer u een foto maakt terwijl [Opn. stand] ingesteld is op [iFrame], zal het
beeldformaat op gezet worden.
Raadpleeg pagina 142 over het aantal beelden dat opgenomen kan worden.
De opname wordt langer afhankelijk van het aantal opnamepixels.
[Foto formaat]
: [FOTO] # [Foto formaat] # gewenste instelling
Fotoresolutie
Beeldverhouding
Extra optische zoom (l39)
2592k1944
[4:3]
*
1600k1200 22,7k
640k480 50k
2688k1792 [3:2] 23k
1680k1120 24,3k
2816k1584 [16:9] 26k
1920k1080
: [FOTO] # [Foto formaat] # gewenste instelling
Fotoresolutie Beeldverhou
ding
2816k1584 [16:9]
1920k1080
MENU
5
M
1.9
M
0.3
M
4.8
M
1.9
M
M
4.5
2.1
M
MENU
M
4.5
2.1
M
5
M
M
4.5
2.1
M
- 63 -
Het opnemen vindt continu plaats bij een snelheid van 25 of 50 foto’s per seconde.
Gebruik deze functie om een snel bewegend onderwerp op te nemen.
1 Selecteer het menu.
2 Druk op de toets.
knippert rood tijdens het opnemen.
Druk eerst tot halverwege in en druk deze vervolgens helemaal in om scherp te stellen
en op te nemen. Het beeld wordt automatisch scherpgesteld als u eenmaal helemaal
indrukt, dus dit is handig voor het opnemen van onderwerpen die heen en weer bewegen.
3 Raak [Record] of [Wissen] aan.
[Record]: De beelden worden bewaard.
[Wissen]: Alle beelden worden gewist.
4(Waneer [Record] geselecteerd is bij stap 3)
Raak [AL.OPN.] aan of [SELECT.].
[AL.OPN.]: Alle beelden worden opgeslagen.
[SELECT.]: De beelden worden bewaard met
aanduiding van het bereik.
5(Wanneer [SELECT.] geselecteerd is bij stap 4)
Raak het bereik van de beelden aan die opgeslagen zullen worden.
Raak / aan om de vorige/volgende pagina af te
beelden.
* Selecteer alleen het beeld van het startpunt wanneer
slechts 1 beeld opgeslagen moet worden.
Er wordt een bevestigingsbericht getoond wanneer [Enter]
aangeraakt wordt nadat het beginpunt en het eindpunt
geselecteerd zijn. Raak [JA] aan om beelden op te slaan.
Indien u de stroom uitschakelt of de mode verandert, wordt deze functie gewist.
Het maximumaantal keren dat u op het medium kunt opnemen: 15
(In geval van een SD-kaart is dit het maximumaantal scènes dat op de kaart kan worden
opgenomen.)
De kleurbalans en de helderheid op het scherm kunnen veranderen bij bepaalde
lichtbronnen, zoals bij fluorescerende lampen.
De beeldkwaliteit is anders dan bij het nemen van normale foto’s.
[HI-SPEED BURST]
: [FOTO] # [HI-SPEED BURST] # gewenste instelling
[UIT]: Wist de instelling.
[25 frames/sec]: 90 foto’s worden continu opgenomen bij een snelheid van
25 per seconde.
Het beeldformaat is (1920k1080).
[50 frames/sec]: 180 foto’s worden ononderbroken genomen met een snelheid
van 50 per seconde.
Het beeldformaat is (1280k720).
MENU
2.1
M
0.9
M
ABeginpunt*
BEindpunt
- 64 -
Het videolicht wordt ingeschakeld om het scherpstellen te vergemakkelijken als u in een
donkere omgeving opnames maakt waar het moeilijk is om scherp te stellen.
Naar de handmatige werking schakelen. (l65)
Zet het videolicht op [AUTO] of [UIT]. (l50)
Wanneer u het toestel op de Intelligent auto mode zet, wordt de instelling vastgezet op
[AUTO] en kan niet veranderd worden.
U kunt het geluid van een sluiter toevoegen aan het maken van een foto.
Er klinkt geen sluitergeluid in de opnamewijze voor video’s.
[AF. ASSIST. LAMP]
: [FOTO] # [AF. ASSIST. LAMP] # [AUTO]
[SLUITERGELUID]
: [FOTO] # [SLUITERGELUID] # gewenste instelling
[UIT]: Wist de instelling.
:Volume laag
:Volume hoog
MENU
MENU
- 65 -
De instellingen van de manuele scherpstelling, de witbalans, de sluitersnelheid, de
helderheid (Iris en Gain) worden gehandhaafd als u tussen de opnamewijze voor
videobeelden en de opnamewijze voor stilstaande beelden schakelt
Druk op de iA/MANUAL toets om naar handmatige werking te
schakelen.
wordt op het scherm afgebeeld.
Geavanceerd (opnemen)
Handmatig
MNL
/MANUAL
Scherpstelling (l68)
Witbalans (l66)
Handmatige sluitertijd (l67)
Irisafstelling (l67)
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
MNL
AHandmatige iconen
- 66 -
Witbalans
De automatische witbalansfunctie kan misschien geen natuurlijke kleuren reproduceren,
afhankelijk van de scènes of de lichtomstandigheden. Is dat het geval dan kan de witbalans
met de hand ingesteld worden.
Druk op de iA/MANUAL toets om naar handmatige werking te schakelen. (l65)
1Raak [WB] aan.
2Raak / aan om de witbalansfunctie te
selecteren.
Selecteer de optimale functie door de kleur op het
beeldscherm te controleren.
Raak [WB] aan om de modus te selecteren.
Om terug te keren naar auto setting stelt u in of drukt u opnieuw op de toets iA/MANUAL.
De witbalans handmatig instellen
1 Selecteer , neem een wit object in beeld.
2 Raak het knipperende aan om in te stellen.
Als het scherm onmiddellijk zwart wordt en het pictogram
stopt met knipperen en continu oplicht, is de instelling voltooid.
Als het pictogram blijft knipperen, kan de witbalans niet
worden ingesteld. Gebruik in dat geval een andere
witbalansfunctie.
Als het pictogram knippert, wordt de zojuist ingestelde witbalansinstelling opgeslagen.
Stel de witbalans opnieuw in zodra de opnameomstandigheden veranderen.
Als u zowel witbalans als diafragma/gain instelt, dient u eerst de witbalans in te stellen.
wordt niet afgebeeld op het scherm wanneer wordt ingesteld.
Picto
gram Functie/opnameomstandigheden
Automatische witbalansinstelling
Zonnig:
Buiten, bij een heldere lucht
Bewolkt:
Buiten, bij een bewolkte lucht
Binnenopname 1:
Kunstlicht, videolampen zoals in een studio, enz.
Binnenopname 2:
Gekleurde TL-verlichting, natriumlampen in sportzalen, enz.
Handmatig instellen:
Kwik- of natriumlicht, sommige TL-verlichting
Licht dat wordt gebruikt bij trouwrecepties in hotels, spotlights in theaters
Zonsopgang, zonsondergang, enz.
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
AWB
MNL
AWB
AWB
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
MNL
AWB AWB
- 68 -
Handmatige scherpstelling
Als automatisch scherpstellen niet goed functioneert, gebruikt u handmatige scherpstelling.
Druk op de iA/MANUAL toets om naar handmatige werking te schakelen. (l65)
1(Wanneer de MF-assist-functie gebruikt wordt)
Selecteer het menu.
Raak aan om het handmatige pictogram weer te geven.
2Raak [FOCUS] aan.
3Raak [MF] aan om naar de handmatige scherpstelling over te gaan.
MF verschijnt op het scherm.
4Stel scherp door / aan te raken.
De scherpstelzone wordt blauw weergegeven. Het
gewone beelscherm keert terug ongeveer 2 seconden nadat u klaar bent met scherp stellen
van het onderwerp.
Raak [FOCUS] aan om de instelling te eindigen.
Wanneer [MF-HULP] op [UIT] staat, wordt de blauwe zone niet weergegeven.
Om auto focus opnieuw in te stellen, raakt u [AF] aan in stap 3 of drukt u opnieuw op de
toets iA/MANUAL.
De blauwe weergave verschijnt niet op de huidig opgenomen beelden.
: [OPNAME INST.] # [MF-HULP] # [AAN]
:Scherpstellen op een onderwerp
dichtbij
:Scherpstellen op een onderwerp ver
weg
MENU
MNL
MF
MF MF
FOCUS
WB
SHTR
IRIS
ABlauw weergegeven deel
MF MF
MF
MF
- 78 -
Prioriteitsinstellingen
1 Raak [GEZICHT] of [GEZ. HERK.] aan.
Raak [GEZICHT] aan zodat bij het afspelen prioriteit gegeven wordt aan ongeacht welk
gedetecteerd gezicht, met inbegrip van het gezicht van degene die voor
gezichtsherkenning geregistreerd is.
2(Wanneer [GEZ. HERK.] geselecteerd is)
Raak een te specificeren gezicht aan.
U kunt tot 6 gezichten specificeren die met voorrang
afgespeeld worden.
Bij aanraking wordt het geregistreerde gezicht
geselecteerd en door een rode kleur omgeven. Raak het
geregistreerde gezicht opnieuw aan om de handeling te annuleren.
Raak [ENTER] aan. Wanneer een enkel gezicht gespecificeerd is, zal de naam die voor
dat gezicht ingevoerd is weergegeven worden. Wanneer meer gezichten gespecificeerd
zijn, wordt het aantal van de gezichten weergegeven.
Instelling afspeeltijd
Raak de afspeeltijd aan.
De afspeeltijd van [AUTO] is maximaal ongeveer
5 minuten.
De afspeeltijd kan korter worden dan de instelling, of er
wordt niets afgespeeld als het deel dat duidelijk
opgenomen is erg kort is.
Effect instellen
Effecten zoals faden, slow-motion, stilstand (pauze) of overzicht afspelen worden ingevoerd.
1 Raak het gewenste effect aan.
Als de effectinstelling veranderd wordt, zal de muziekinstelling op dezelfde wijze ingesteld
worden als de effectinstelling. (Om de effectinstelling en de muziekinstelling van elkaar te
laten verschillen, moet de muziekinstelling na de effectinstelling veranderd worden.)
2 Raak [ENTER] aan.
[POP]: Aangeraden voor leuke situaties,
zoals op een feestje.
[KLASSIEK]: Aangeraden voor langzaam
bewegende onderwerpen.
[NATUUR]: Aangeraden voor landschappen.
[DYNAMISCH]: Aangeraden voor snel bewegende onderwerpen, zoals bij sport.
[GEEN]: Het effect wordt gedeactiveerd.
ANNAKEN MARY
JOE
111222333
444 555 666
123
456
- 84 -
Wissen van persoonsgegevens
Wist de informatie van de gezichtsherkenning uit scènes waarin gezichten herkend werden.
Zet de mode op en raak de icoon voor de keuze van de afspeelwijze aan. Zet
[VIDEO/FOTO] vervolgens op [1080/50p] of [AVCHD]. (l27)
De persoonsgegevens worden niet in iFrame scènes opgenomen.
1Selecteer het menu.
2Raak de gewenste scènes aan waarvan de persoonlijke gegevens
gewist moeten worden.
verschijnt bij scènes waarop gezichten herkend werden. Raak één van de scènes aan
waarbij verschijnt.
zal (rood) worden wanneer het aangeraakt wordt. Raak (rood) opnieuw aan
om de handeling te annuleren.
Er kunnen tot 99 scènes achtereenvolgens geselecteerd worden.
3Raak [Wissen].
Herhaal, voor het continu wissen van andere persoonsgegevens, stappen 2-3.
Raak [Terug] aan om de instellingen te voltooien.
Halverwege stoppen met wissen
Raak [Annuleren] aan terwijl de persoonsgegevens gewist worden.
De persoonsgegevens die al gewist waren voordat het wissen geannuleerd werd, kunnen
niet teruggewonnen worden.
Terwijl het toestel tijdens het afspelen van de disc op een (optionele) DVD-brander
aangesloten is, kunnen scènes/stilstaande beelden niet gewist worden.
Beschermen van scènes/foto’s
Scènes/foto’s kunnen worden beveiligd zodat ze niet per ongeluk kunnen worden verwijderd.
(ook al beveiligt u enkele scènes/foto’s, als u het medium formatteert, worden ze verwijderd).
Zet de mode op .
1Selecteer het menu.
2Raak de scène/foto aan die u wilt beveiligen.
Na aanraking is de scène/foto geselecteerd en wordt het pictogram afgebeeld op de
miniaturen. Raak de scène/foto nogmaals aan om de bediening te annuleren.
Raak [Terug] aan om de instellingen te voltooien.
Wanneer “disc afspelen” geselecteerd is terwijl een (optionele) DVD-brander aangesloten
is, kunnen scènes/foto’s niet beveiligd worden.
: [VIDEO SETUP] # [Verwijder persoonlijke info]
: [VIDEO SETUP] of [BEELDINST.] # [SCÈNE BEV.]
MENU
MENU


Product specificaties

Merk: Panasonic
Categorie: Camcorder
Model: HDC-SD90

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Panasonic HDC-SD90 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden




Handleiding Camcorder Panasonic

Handleiding Camcorder

Nieuwste handleidingen voor Camcorder